Tfc^ Hoofdrcd. «o BinneoUnds Tk Wilmer, Leideo Plv. Hoofdrede W. d« Vriee, Den H«ag. Red. Buitenland Mr. H. Geiec. LeideoRed. Stad eo Sporti M. Zooderop. Leideo; Red. O»- fevinfli Lo Roozen. Leiden. Verantwoordelijk ffoor de adv.i C de Heiden. Leiden. K 1669 VERDUISTERINGSTIJDEN. Van 3 tot en met 8 April van 20.30 tot 7 uur. Zon op en onder: Vrijd. 7.4: 7.01 op. 20.24 onder. Zat. 8.4; 6.59 oo, 20.26 onder. MAANSTANDEN. Vrijd. 7.4: 7.05 onder. 19 op. Zat. 8.4: 7.24 onder, 20.07 op. (Vol) DE tractatie van DEZONDA^tSHET kopje koffie.wier) EN W/N(, KR%EN IEDER EEN KOPJE MET VÉÉL MELKEN SUIKER.VADER DRINKTZJN KOFFIE HÉÉL 5TERK EN moederBewoon-: alle vier ZITTEN ZE LEKKER TE CjENIETEN Xr-'T) "HMMM....~ZE<VjENWIEP £NV/INC;."LEKKERHÉ?" meenen vader en moedei MEEREI mi XJA.DIEkOFFlEBONISCjOED fyfüBESTEEDS'JSIMONDE WIT I" t Perldon zorgt voor een snelschuimende oplossing, die het vermogen heeft, om in vroeger ontoe gankelijke tand- groefjea te dringen. PRODUCT ypr Eerste Leidsche Begrafenisonderneming v. Roonisch Katholieken GEVESTIGD 1882 G. H. KLEIN HANS PIETER DE LACOURTSTRAAT 22 TRANSPORT - TELEFOON 21455 Tarief en uitvoering in overleg met U 4949 DE LEIDER RICHT ZICH TOT HET NEDERLANDSCHE VOLK. Neerlands bijdrage aan den oorlog. „De bolsjewisten staan halver wege Amsterdam", zoo roept Mussert in het hoofdartikel van „Volk en Vaderland" van deze week ter kenschetsing van het ge vaar uit het Oosten. „En wat het gevaar uit het Westen betreft, heeft de Itaiiaansche les wonde ren verricht". Iedereen ziet thans wel in, ..dat de opmarsen van de bolsjewieken vanuit het Oosten en de Angelsaksische invasie van uit het Westen doodeliike bedrei gingen van Europa zijn. Europa, dat naar onze opvatting, moet worden een vast verbond van vrije volkeren, waarin ieder volk naar eigen aard kan leven en zich ontplooien. Dit naar eigen aard leven en zich ontplooien is. om met den Rijkscommissaris dr. Seyss Inquart te spreken, de eenige vrijheid, die niet ontaardt in losbandigheid en ten slotte in dictatuur. Maar hij. op wiens schouders nu rust de verantwoordelijkheid voor de verdediging van Europa, kan en mag bij de ordening van Europa na den vrede niet ver geten in de weegschaal te leg gen het gewicht van de offers, die gebracht zijn voor het behoud van Europa. Ik heb geenerlei verantwoorde lijkheid voor hetgeen in dezen tijd door andere volkeren dan het Nederlandsche gedaan en gelaten wordt. Ik beoordeel noch veroor deel andere. Maar in mijn taak zou ik te kort schieten als ik nu niet aan ons volk voorhield, dat het voor onze toekomst als natie van de grootste beteek enis is aan het einde van den oorlog te kun nen zeggen; ook het Nederland sche volk heeft ziin aandeel in de lasten van de oorlogvoering ge dragen". De Leider bespreekt dan de economische-, militaire- en a r be i d s b ii d r a g e van Ne derland. Wat de eerstgenoemde betreft zegt hii: „Van alle volkeren van Europa heeft, naar mijn overtuiging, het Nederlandsche volk. na het Duit- sche. op economisch gebied het meeste tot de oorlogvoering bij gedragen. Het doet er niet toe. in hoeverre dit vrijwillig of ge dwongen geschiedde, op dit ge bied heerscht koude zakelijkheid, spreken er nuchtere cijfers". Inzake de militaire bijdrage herinnert Mussert aan de vele eervolle vermeldingen van Ne derlandsche helden aan het Oost front. „Aan het einde, van den oorlog zal een statistiek van de Neder landsche militaire vrijwilligers zeker geen slecht figuur maken te midden van de anderen". „Naast de economische en de militaire deelneming aan de ver dediging van Europa, staat als derde de arbeidsplicht in Duitsch- land". aldus de Leider. „Deze oorlogsnoodzaak is geen nationaal-socialisme. heeft met nationaal-socialisme alleen dit te maken, dat het nationaal-socia lisme de roeping heeft Europa te behoeden voor den ondergang in communisme en gedwongen is daartoe ieder middel te gebrui ken. dat dienstig is; Geen normaal mensch kan of wil ontkennen, dat de arbeidsver- nlichting het werken van hon derdduizenden in Duitschland een groot leed en een groot offer is voor diegenen, die dit treft en voor hun gezinnet}. Voor ons volk valt hieraan niet te ontko men, evenmin als aan de inun daties. Daartegenover ziin twee hou dingen mogelijk. De een is die^ van lijdelijk verzet, van onder duiking. van sabotage. Veel beter is het. de onvermij delijkheid fier en zelfbewust te aanvaarden en rustig, onaandoen lijk het opgedragen werk te ver richten. Er is maar één houding, die in het belang is van ons volk: rustig gaan en u zelf blijven, en voorts door het leveren van behoorlijk werk den duur van dezen ver vloekten oorlog helpen bekorten. De vlag hoog houden. Naast de economische offers, die gebracht zijn, naast den mi litairen inzet van onze vrijwilli gers. staat dan aan het einde van den oorlog de arbeid van hon derdduizenden als Nederlands bijdrage aan de verdediging van Europa en dus Nederlands recht op een eervolle plaats in het nieu we Europa". GEINTERDEERDE BERGERS IN NED.-INDIë. Het Nederlandsche Roode Kruis ontving wederom opgaven van in Nederlandsch-Indië ge- interneerde burgers van Neder landsche nationaliteit. Van de navolgende geinter- neerden konden tot op heden ae adressen der naaste familiebe trekkingen of van andere be- langnebhenden hier te lanae niet woraen opgespoord. W. T. O. van Barge, 30, onder zoeker, P. J. J. van Tongeren, 33. paknuisopziohter, Johannes Uclinga, 54, gepensioneerd, M. A. A. Uleman, 5ri, sergeant, Lam- bertus linger, 46, inspecteur of landmeter. Dirk van Unnik, 33, kierK. P. S. Vagelzang, 39, kok, Adnanus Val, 49, agent G, B. Valk, 37, le machinist. Pie ter Valk, 56, specialist, Henuriit van der Valk, 56. pakhuisopzicliter, C. H. Valkenburg. 29, leeraar, H. II Varenhorst, 54, beroep on bekend, A. F. Vasdias, 48, direc tcur, F. J. van Veghel, 40. loods, H S van Veen 20. hoefsmid. J. H. Veenendaai, 43, chef, C. L van der Veer, 44, werkman. Wou- te. van der Veer, 56, soldaat, N W J. Velberg, 43, waker. E. A. P M. van de Velden, 49, bak ker. Jozef Velmans, 53, agent G H A. Verbarg, 34, noofc-op- zichter H. J. Verbeek, direc teur, A. A. Verbon, 46, ingenieur of machinist, E. E. Verboon. 32, klerk, H. J. Verheyei 52, lee raar, Johannes Varhoeff, 23, hoofdopzichter, Elias Verlinden, 51, leeraar, H. M. Vermeer 53. pakhuisopzichter, Johannes Ver meer. 56. klérk, Melcihor Ver meer. 56, klerk, Melchior Ver- 41 klerk, W. V. Vermeer, 30, ver zamelaar. H. M- Vermeulen, 35 klerk, J. I. M. Vermeulen, di recteur, Jan Vernis. 58. inge nieur of machinist J. L. Ver sluis, 49, employe, A^ J, Ver- Versteeg, 31. klerk, H. A. Ver steeg, 58, accountant. Jan Ver steeg, 19 student, E. E. Verstift. 26, gouvernements-ftmbtenaar. J. M. Vertregt, 18, leerling, M. H. J. Vertregt. 58 klerk. H. F. Viersen 46. klerk, J. fVieuten, 37, hoold-opzichiter. G. H. M. Vinckew. 44, architect, H. J. de Vink, 21. student, J. E. Vmken, 18. student. F. J. Vis, 41, koop man. G. C. Visarius. 51. architect. W. E. Vischer 18. leerling. Chris- tiaan Visscher. 26. student, G. J. A. Visscher 51, gepensioneerd, Bense Visser, 53. leeraar, Jo hannes Visser. kier- Aart van Vliet. 37. zeeman. J. P. van Vliet. 56. kapitein, Robert van Vliet 18. leerling. Willem van Vliet, 49, klerk, Cornells C. Voer- mans. 45 accountant. Gerrit Vo gel. 35 machinist. G. A. Vogel, 18. leerling, Alexander van Ve len. 19, 'eerling, R. F. Volke. 61, hoofdopzichter. V. W. Vonne, 60, opzichter. Teddy. 37. klerk, Bernard Voogduaeert. 19, leer ling. E. G. van Voorthuizen. 18, leerling, J. P. van Voorthuizen. 18, leerling, A. F. de Vos, 53, klerk, C. A. H. Vosbergen, 29, 3e machinist. G. A. Vreede, 48, architect, F. L. de Vries. 50, ac countant. Johannes H. Z. N. de Vries. 40. ingenieur of machinist. J. M. de Vries. 41. reiziger. Mar kus de Vries, 44. ass.-inspectenr van politie. P. C. de Vries, 36. klerk. R. J. de Vries. 30, ver- kooper. C. F. van Waarden, 56, klerk, A, H. van Waardenburg, 39. accountant. Evert van Wa- gensveld, 52, koopman. Simon van Wageningen. 54, vader van een armenhuis, N. A. Wagner, 51, hoofdopzichter. E. E. Waiboer, 51. klerk, W J. Walberg, 30, 2e machinist, W. F. Waldman, 55, koopman, J. C. Wallenberg, 43, zonder beroep. Hubertus Walra ven, 46, hoofdopzichter, H. C. Warbout. 27, koopman, F. B. Weber, 36, ingenieur of machi nist, Leo Weening, 57, make laar, Isaac van Weeren. 48. lee raar. J. B. K. Wehrens, 24, klerk, C. J. Wencel. 50. werkman. S. P. O. Werdelman. 43. klerk, P. A. van de Werve, 46, schrijver, Leo Wesenhaeen, 50, klerk, J. H. Wessel, 18, leerling, Louis Wes- selius. 52. koopman. Belanghebbenden gelieven zich ter verkrijging van nadere inlichtingen te wenden tot de Ve afdeeling an het informatie-bu reau van het N°derlandsehe Roode Kruis, Dr. Kuyperstraat 9, te 's-Gravenhage. onder op gave van zoo volledig mogelijke gegevens omtrent naam. voor namen. geboortedatum, beroen. werkrever en laatst bekende adres der geïnterneerden. LITURGIE VRIJDAG 7 April. Goede Vrij dag. Geen Onbloedig Offer. Tij dens de Plechtigheden de kleur: Zwart. Morgen is het de herdenkings dag van het sterven van onzen Goddelijken Verlosser, den God- mensch Jezus Christus. Dat niemand onzer dezen dag late voorbijgaan als één van de 366 dagen van het jaar! Tijdens de zinrijke plechtig heden in de katholieke kerken Vrijdagmorgen mochten toch alle katholieken, die daarvoor in de gelegenheid zijn. van deze schoonheid genieten! wordt op indrukwekkende wijze het kruis vereerd, Ecce lignum crucis. Ziet het hout des kruises, waaraan de Verlosser van de wereld hing. Komt, laten wij aanbidden. Driemaal wordt dit door den priester, dl- het kruis toont, ge zongen. en driemaal knielen al len in aanbidding neer. En dan later, tijdens de pro cessie, die triumphanteli.jke hvmne „Vexilla regis nrodeunt". „De banieren des konings trek ken op: dat schittere het myste rie van het kruis, waardoor het leven den dood overwon en door den dood ons het leven schonk". En verder in deze hymne: „O, Crux ave soes unica" „Gegroet, o kruis, onze eenige hoop. in dezen lijdenstiid. geef aan de vromen vermeerdering van ge naden en aan de zondaars ver giffenis van zonden." Op den Goeden Vrijdag ver eeren wii op bijzondere wijze het kruis, onze eenige hoop! Het Kruis „Daer rust het afgejaeghde hart. En vindt 'er stilnijn voor zijn smart. Daer nestien alle tamme veugien En heffen, tegen 't Paradijs. Bij beurt, een' lofzan-' aen. om prijs" Daer leert de ziel haer lusten teuglen. Met Gcds gebit en roosen- toom". Zoo jubelt de groote Vondel in de heerlijke verzen van zijn onsterfelijke „Kruisbergh", „Aanschouwt dit bloed, die nagels die kroon, en al dat onuitsprekelijk lilden en zegt: o ziel, hoe dierf ik voortaan mii nog in zonde en schande verblijden? Neen. neen. wij gaan volgen voortaan meer -nde mee. 't kruis van den Heer". Guido Gezelle. ZATERDAG. 8 April. Paasch- zaterdag. De paaschplechtighe- den. Bij de wijding van het nieu we vuur en wierook, kleur: Paars. Bij de wijding v.d. Paasch kaars: Wit. Tijdens de Profetieën en de wij ding v h. doopwater, kleur: Paars. In de H. Mis: Geen Introïtus. Gloria. Na het Epistel herleeft weer het Alleluja! Geen Credo. Geen Offertoriumzang. Prefatie, de gebeden „Communicantes" en „Hanc igitur" van Paschen. Na de Communio de Vespers. Kleur: Wit. N.B. Ir} de voetgebeden weer de psalm „Judica" en weer ge woon het „Gloria Patri". Op Paasch-zaterdag wordt in de liturgie der Kerk. onder de Mis, de vreugde om Christus' Verrijzenis uitgejubeld. „Broeders, zoo ge dan met Christus verrezen zijt, zoekt dan ook wat hierboven is". Deze les uit het Epistel in de Mis wordt in verscheidenen vorm her haald. De liturgie van dezen dag slaat als 't ware den hemelpoort open, om van daaruit over de menschheid te laten stralen de blijheid van het toekomstige ge luk. Op de melodie van de Gre- goriaansche gezangen wordt de ziel als op vleugelen ópgehe- ven in het zonnelicht van wat hierboven is. BIJBELLEZING door Prof. P. STAMMEYER, 915 April. PASCHEN. Het Paaschfeest en het Paasch- octaaf vormen de grootste feest- week van het geheele jaar. Heb ben we op het Kerstfeest Chris tus blijde begroet, omdat Hij kwam om het menschdom te ver lossen uit de zonde, thans is het verlossingswerk voltooid en de eerste vruchten zijn reeds uitge deeld bij het doopsel der cate chumenen in den Paaschnacht. Die plechtigheid had plaats in de basiliek van het Lateraan, de kerk van den Verlosser. Op het Paaschfeest zelf gingen de eerste Christenen naar de groote Ma- ria-basiliek om zich met Christus' Moeder te verheugen over de Verrijzenis van Haar Zoon, die volgens een zeer aannemelijke overlevering aan Haar het eerst is verschenen. Op de volgende dagen gingen zij naar de Romein- sche Patronen Petrus, Paulus en Laurentius. De Kerk heeft een dubbele re den tot vreugde: n.l. de verrijze nis van Christus en het doopsel der catechumenen. Ir het Doopsel hebben haar kinderen het oude leven afgelegd en zijn met Chris tus opgestaan tot een nieuw le ven in gemeenschap met Hem. Alle geloovigen hebben hun le ven vernieuwd in den H. Vasten tijd; vandaar geen spreken meer over boete, maar louter vreugde en dankbaarheid, uitgedrukt in het veelvuldig herhaalde ..Alle luia". Over dat nieuwe leven spreekt Paulus in het Paaschepistel: daarin passen geen overblijfse len van het vroegere leven (zuur deeg). doch slechts reinheid en waarheid. In het evangelie blijkt, dat de vrouwen geenszins door Jesus' voorspellingen overtuigd waren van ziin verrijzenis, anders waren zij niet gekomen om Hem te balsemen en zou de mededee- ling aangaande zijn opstanding haar geen schrik hebben bezorgd. Op Paaschm-aandag richt de Introïtus zich tot de pas-gedoop- ten, terwijl in het epistel St. Pe trus m ziin eigen kerk hen spreekt over de heerlijkheid van Christus' Verrijzenis: hii wekt hen op Christus te erkennen als Verlosser en Rechter. In het evangelie zullen de apostelen aan de leerlingen van Emmaus blij de verkondigen, dat de Heer is verrezen en aan Simon versche nen is. Christus leerde aan die beide leerlingen de noodzakelijke combinatie van kruis en opstan ding: een les. die ook voor ons beteekenis heeft! Dinsdag spreekt St. Paulus de gediopten toe om hen te leeren, dat Christus werkelijk de beloof de Messias is. daar in Hem alie profetieën vervuld zijn; het evan gelie verhaalt de eerste verschij ning aan de leerlingen. Ter over tuiging toont Christus ziin won den en vraagt, dat ze Hem zullen betasten. Van lichtgeloovigheid aangaande de verrijzenis kunnen we de apostelen allerminst be schuldigen. Weer leert Jesus het samengaan van lijden en verrij zenis. Aan het meer van Tiberias zijn we Woensdag getuigen van de tweede wonderbare vischvangst: de maagdelijke leerling Johannes herkent Jesus het eerst. Het maal. door Jesus bereid, herin nert den gedoopten (let op de Introïtus) aan het hernelsch brood, dat zij thans ook mogen nuttigen. Na de belangrijke verschijnin gen aan de leerlingen verhaalt het evangelie Donderdag de ver schijning aan Maria Magdalena, welke reeds ap Paaschdag zelf plaats vond. Deze arme zondares toonde haar liefde door te waken bij het graf zonder vrees voor Je sus' vijanden. Zij mocht den Apostelen de blijde boodschap der verrijzenis overbrengen: een duidelijk bewijs: als God de zon de vergeeft, vergeeft Hij geheel. Vrijdag leert Petrus de neder- daling ter helle en de groote be teekenis van het Doopsel: de ark van Noë heeft slechts 8 men- schen gered, het doopsel ontel bare. Hierop sluit het evangelie aan met de algemeene opdracht om te doopen. Op den laatsten dag. dat het witte kleed de doopelingen herin nert aan hun opname in de Kerk wil Petrus hen nog eens overtui gen van de waarde van hun nieu. wen levensstaat: het evangelie verhaalt, hoe Petrus en Johan nes, gewaarschuwd door Maria Magdalena, op onderzoek uitgaan

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Zuidhollandsch Dagblad | 1944 | | pagina 2