DE TREIN Reizen per trein maakt gewichtsloos AG 23 DECEMBER 1980 TROUW/KWARTET P 15 - RHS 17 i on» vadei ta Ko - n illen Dill, Kerst bij lage Trouw 1980 ).00-2 afpla Begr im liegel Is ik r. 13 an. huil de ever, ïur ii aai eraa igral beri door Mary Fahrenfort lelne jongetjes willen conducteur worden, of ichlnist, een station ls een opwindende plaats. In veel boeken en films speelt de trein een centrale rol. Hoe komt het toch dat wij zo zijn geboeid door treinen? Een trein is niet alleen een praktisch vervoermiddel, maar een symbool en betekent dus voor veel mensen veel verschillende dingen. Er zijn mensen die met hun hobby voor treinen hun leven vullen: alsmaar op weg naar afgelegen plekjes waar nog echte oude stoomlokomotieven met eindeloze zorg omringd worden om te kunnen blijven rijden. Elk jaar komen er nieuwe (dure) gidsjes uit, waarin de liefhebber niet alleen kan vinden op welke trajecten die treinen rijden, maar tevens alles over de types en nummers van de lokomotieven, de spoorbreedtes en de musea waarin nog meer oude types te bewonderen zijn. Zijdelings worden in zo'n boekje bepaalde trajecten wat smalend afgedaan als: „voor toeristen" want de echte treinenfanaat is in dit opzicht geen toerist de treinen zijn een levensvervulling. Vrouw en kinderen komen op de tweede plaats of zijn opvallend afwezig: alle energie gaat zitten in het liefhebben van lokomotieven. „Sublimatie van Libido" noemt Freud dat, de lókomotief als lustobject. Als we de moeite nemen om echt naar zo'n stoomlokomotief te kijken, begrijpen we ook gemakkelijk waarom: de hoge, glimmende schoorsteen waar wolken witte stoom uitkomen, de kadans van assen en wielen en de ritmische bewegingen waarmee de stoker het vuur voedt is ook voor de leek gemakkelijk te duiden als seksuele symboliek aards en hemels tegelijk is het hele gebeuren: als de liefde zelf. In zijn droom om machinist te worden vervult het kleine jongetje zijn meest geheime wens: machtiger dan zijn vader te zijn: want wie een dergelijk ontzagwekkend geweld weet te sturen moet wel almachtig zijn. De menselijke geboeidheid met techniek die al deze pracht heeft voortgebracht en in stand houdt heeft ook met macht en beheersing te maken: de liefde voor schroefjes, metertjes en transmissiesystemen gaat hand in hand met de behoefte ons te ontworstelen aan de dwang van de ons omringende natuur. De mens als homo faber maakt dingen die meer kunnen dan hijzelf: sneller en sterker zijn en die dus zijn meesterschap bewijzen. Ook op een paard ga je sneller dan gewone mensen, maar het paard is niet door de mens gemaakt en houdt dus diens afhankelijkheid van de natuur in stand. Terug naar de gewone mensen, die niet voor ze in de trein stappen vragen welk type de lokomotief is is ook voor hen de trein een symbool? Elke lezer kan dit voor zichzelf nagaan door even niet verder te lezen en zich af te vragen wat de trein voor hem of haar betekent. De kans lijkt me groot dat veel mensen eerder aan vertrekken denken dan aan aankomen een merkwaardig gegeven, omdat je voor je in een trein stapt meestal eerst bedacht hebt waar Je heen wilt. Toch spreekt niet de aankomst in de eerste plaats tot onze verbeelding maar het vertrek. Het losraken van wat je achterlaat als de trein gaat rijden, een gevoel dat op opluchting lijkt eindelijk op weg, dat kennen we allemaal. In elk van ons leeft het verlangen ons los te maken van tenminste een deel van onze verplichtingen en nooit doen we dat letterlijker dan door weg te rijden een vakantiegevoel, ook al zijn we op weg naar ons werk. De wereld versmalt zich tot een mikrokosmos tussen twee bestemmingen waaruit ontsnappen niet mogelijk is want aan de noodrem trekken is verboden en dat is een veilig gevoel. Niet voor niets komt het vaak voor dat mensen hun hele levensverhaal, hun meest intieme zorgen toevertrouwen aan onbekende medereizigers, dat heeft immers geen konsekwenties binnen de echte wereld waar we deel van uitmaken? We kunnen doen wat we willen, het wordt ons niet nagedragen. De romantiek van lange treinreizen heeft daarmee te maken: we willen graag deze toestand van morele gewichtloosheid lang laten voortduren elke aankomst op de plaats van bestemming is een kleine kater, een geboortetrauma in miniatuur. Het leven eist ons opnieuw op. Het beeld van afscheid en onvermijdelijke vergankelijkheid dat een vertrekkende trein in ons oproept ligt ook diep verankerd. Wie dat noodlot wil ontgaan kan vreemde dingen beleven, zoals de Jongen die een advertentie zette: „Ik zat in de trein naar den Bosch. Jij, blond haar, spijkerbroek, stond op het perron. Ik wil je ontmoeten, schrijf alsjeblieft." Hij kreeg vijftien brieven, maar het meisje dat hij gezien had was niet onder de afzenders. Zoveel emotie ligt voor mensen dus al in de kleine onvermijdelijkheden. Partir, c'est mourir un peu vertrekken is een beetje sterven en Freud voert dat in zijn Traumdeutung tot de uiterste consequentie: elke vertrekkende trein symboliseert uiteindelijk de dood. Dromen over het missen van een trein zijn dan ook een vorm van wensvervulling: wie de trein mist ontgaat zijn noodlot. Toch is in die dromen nooit opluchting over de gemiste trein. Vertrek, de onbekende verten tegemoet, ontheven van alle verplichtingenzo duidelijk verbonden met de dood, heeft ook iets fataal aantrekkelijks. Dat doodsverlangen in ons allen aanwezig is wordt hier heel duidelijk; en zelfmoordenaars voor wie Thanatos, de doodsdrift, sterker is dan Eros, kiezen dan ook vaak die dood waarin Eros en Thanatos het meest onverbrekelijk met elkaar verwezen zijn: overreden worden door een trein. Overreden worden, zegt Freud immers, is altijd een symbool van geslachtsgemeenschap. Zo brengen deze mensen in hun dood een versmelting tot stand van de twee leidende en anders altijd tegengestelde verlangens van de mens.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 17