De oorloghitser anno 1980 O ZATERDAG 1 NOVEMBER 1980 Twee zonen heeft zij, en dagelijks bidt ze dat Carter maar president mag blijven zodat zij haar zonen niet voor het vaderland hoeft af te staan. Met dit soort vertekeningen van de werkelijkheid trachten Carters medewerkers hun boodschap aan de man te brengen dat de geachte tegenstander Ronald Reagan een onruststoker is, een man die ■BUITENLAND" «Mgfe, TROUW/KWARTET WW voor een oorlog meer of minder niet zal terugschrikken. Ik heb zelf twee zoons en een kleinzoon en ik heb vier oorlogen meegemaakt, is Reagans niet geheel overtuigende verweer. Oorlog en vrede het is voor de zoveelste keer in de Amerikaanse geschiedenis een kernthema geweest in de presidentiële verkiezingen. door Bert van Panhuis Het is een klassieker uit de ge schiedenis van de Amerikaanse verkiezingscampagnes. De tv toont een commercial met een liel blond meisje dat de bloemblaad jes uit een madeliefje plukt. Als ze tien blaadjes heeft geplukt, „bevriest" het beeld. Een stem telt snel tot tien en op het beeld vormt zich de paddestoel van een atoombomexplosie. „Dit staat er op het spel" klinkt de stem van Lyndon B. Johnson. „Of we leren elkaar lief te hebben, of we sterven." Het was In 1964 de eerste „harde" com- merclal en het was een van de sterkste wapens van de Democratische presidents kandidaat Johnson tegen Barry Goldwa- ter, de leider van de Republikeinen. De uiterst conservatieve senator voor Arizo na wist zich niet meer te ontdoen van het beeld dat hij „oorlogshitser" was. Anno 1980 is het president Jimmy Carter 1 gelukt dit thema opnieuw met succes te bespelen. De afgelopen weken heeft hij er zo lang op gehamerd dat hij de man van de vrede is en zijn Republikeinse rivaal Ronald Reagan de man die de Verenigde Staten mogelijk weer in staat van oorlog kan brengen, dat de president uitsluitend op dit onderwerp zijn forse achterstand in de opiniepeilingen heeft weten om te zet ten in een nek-aan-nek-race. Het was op een bijeenkomst in Californië van de overkoepelende vakorganisatie AFL-CIO dat Carter de zaak hard stelde: V „De komende verkiezingen zullen uitma ken of we oorlog zullen krijgen of vrede." Het protest uit Reagans kamp tegen deze beschuldiging was enorm. „Beneden alle peil," reageerde de oud-gouverneur uit Californië onmiddellijk vanuit Florida. „Ik denk dat het onvergeeflijk is dat ie mand. en dan nog wel de president van de Verenigde Staten, de indruk wil wekken dat iemand in dit land oorlog wil. Dat wilde hij beweren en ik vind het onver geeflijk" Verwarrend: Het thema is sindsdien niet meer verdwe nen uit de verkiezingscampagne, tot groot verdriet van Reagans adviseurs, die wei nig meer dan „helemaal niet waar" heb ben weten in te brengen tegen de beschul digingen. Zelfs tijdens het veelbesproken enige tv-debat tussen de twee presidents kandidaten, afgelopen dinsdagnacht, luk te het Reagan niet de beschuldigingen van de president te weerleggen dat zijn (Reagans) beleid „gevaarlijk, verwarrend en oorlogszuchtig" zou zijn. „Ik ben een man van vrede," zei de Republikein en: „Ik heb twee zoons en een kleinzoon. Ik heb vier oorlogen in mijn leven meege maakt en ik hoop niet meer mee te maken dat de zonen van dit land sterven In de jungles en de zeeën van de Pacific of op de Westeuropese kusten." Maar toch stelt het veel weifelende kie zers, en vooral de vrouwen onder hen, niet gerust. Veel van deze vrouwen herinneren zich nog de Jaren van de Vietnam-oorlog. Tegenover de beelden van de „Johnnies go marching off to war" en van de heldhaf tige moeders die hun zonen afstaan voor het vaderland, staat de tv-commerclal die Carters kamp dit voorjaar met succes op het scherm bracht van de vrouw in het midden-westen, die met verstikte stem vertelde dat zij twee opgroeiende zonen had en dat zij dagelijks bad dat Carter de vrede zou bewaren, zodat zij het slagveld niet op hoefden. De president probeerde met vochtige ogen haar gerust te stellen. Ooedkoop en vals sentiment, zal de cyni cus zeggen. Maar het geeft wel de bezorgd heid weer onder veel kiezers. Schietgraag Geen enkele kandidaat gaat de verkiezin gen in onder het motto: op naar het slag veld. Woodrow Wilson werd in 1916 midden in de eerste wereldoorlog her kozen onder de slagzin: „Wilson en vrede reet eer. of Hughes met Roosevelt (Teddyl en oorlog." De andere Roosevelt, FDR. wist een jaar voor de aanval van Japan op Pearl Harbour met succes hetzelfde the ma te voeren. En wat te denken van Carters uitspraak gedaan voor de jammerlijke actie van april in de woestijn van Iran dat onder zijn bewind geen Amerikaan het leven had gelaten op het slagveld? Is Ronald Reagan dan oorlogszuchtig en schiet graag. zoals het Carterkamp stelt? Is hij de man die van de heup schiet, die eerst schiet en dan pas denkt, de man die Amerika in een nieuwe oorlog kan storten, zoals een van Carters indringendste com mercials opgenomen in de straten van Los Angeles, San Francisco en Sacramen to wil doen geloven? Zo nee en wie zal leugenaar zeggen als Reagan zegt: Ik ben voor vrede waarom heeft Carter de kwestie van „oorlog en vrede" dan toch tot het centrale thema van deze verkie zingsstrijd weten te maken? Daar zijn in de eerste plaats Reagans uitspraken uit eerdere verkiezingscam pagnes, die van 1968 en 1976. De beschul digingen dat de Republikein militaire ac ties in Angola, Rhodeslë, Cyprus en Liba non heeft aangemoedigd, heeft weinig grond. Maar er zijn drie uitlatingen waar Reagan niet onderuit kan. In 1975 was er een visserijconflict tussen de VS en Ecuador. Het bewind in Quito breidde zijn territoriale wateren uit tot 200 mijl uit de kust, en legde de boten van Amerikaanse tonijnvissers, die de oude 12 mijlszone in acht namen, aan de ketting. Het probleem werd via diplomatieke ka nalen opgelost maar was dat niet gebeurd dan hadden de Verenigde Staten de mari ne moeten inzetten volgens het motto: wie niet horen wil moet maar voelen, aldus Reagan toen. Kwestie .twee speelde in 1968, toen Noord Korea het Amerikaanse schip de Pueblo opbracht. De reactie van Reagan: „Ik be grijp werkelijk niet waarom niemand in de regering, en vooral de president, heeft gezegd: als jullie niet binnen zes uur ons schip en onze mensen vrijlaten, dan ko men we ze halen. En we zullen vliegtuigen, kanonnen, torpedo's en wat maar nodig is gebruiken." Nog onlangs maakte Reagan, duidelijk dat hij er twaalf jaar later nog precies zo over denkt. Dit voorjaar tenslotte meende Reagan dat de VS de inval van de Sowjet-Unie in Afghanistan hadden moeten beantwoor den met een blokkade van Cuba. „Ik denk dat we hiermee grote druk hadden uitge oefend. Ik denk niet dat ze zo'n blokkade lang kunnen weerstaan en een klein tele foontje via de hotline, met zo'n dreige ment, zou kunnen leiden tot de terugtrek king van de troepen uit Afghanistan." George Bush, toen Reagans rivaal en nu zijn kandidaat voor het vice-president- schap, noemde het idee riskant en onge schikt. Zou een president Reagan zich tot dit soort dingen laten verleiden of Ameri ka via een regionaal conflict in een grotere oorlog laten sleuren? Vietnam Aan het eind van de jaren zestig had de volgende anecdote succes in Amerika. „Ze zeiden in 1964 dat als ik op Goldwater stemde, we snel tot onze nek in een oorlog in Vietnam zouden zitten." zegt de man. „Ze hadden groot gelijk. Ik heb op Gold water gestemd en nu zitten we in Viet nam." In het vooruitstrevende weekblad The New Republic geeft de schrijver Ro- nal 8teel met deze anecdote aan dat niet de zucht naar oorlog de VS in een groot conflict kan brengen, maar bij voorbeeld ook de handhaving van vrede, recht of zelfverdediging. Wat is in dit opzicht te zeggen van Carters uitlating over de ver dediging van de (Amerikaanse) belangen in het gebied van de Perzische Golf? Wat de ene groep Amerikanen aantrekt maar even zovelen afschrikt is de ogenschijnlijk „cowboyachtige" manier waarop Ronald Reagan de „grandeur" van de Verenigde Staten wil verdedigen. Herhaaldelijk heeft hij in het nabije verleden en heden gesteld dat er zó'n voorbeeld moet worden gesteld, dat geen terroristische groepering het meer in zijn hoofd zou halen een aanval te doen op Amerikaanse diploma tieke missies. Hoe moet men zich zo'n voorbeeld voorstellen, een actie Pueblo stijl? Het tweede „oorlog-en-vredestandpunt" van Reagan dat onder zwaar vuur van Carter en zijn naaste medewerkers vice- president Walter Mondale en minister van buitenlandse zaken Edmund Muskie ligt, is het Republikeinse standpunt inzake de wapenwedloop in het algemeen en het tweede verdrag over de beperking van de strategische wapens (SALT 2) in het bij zonder. De Republikeinen namen half juli op de conventie in Detroit een „verkiezingspro gramma" aan, dat stelde: Het doel van de Amerikaanse strategie is het bereiken van een algehele militaire en technologische superioriteit over de Sowjet-Unie. En: De Republikeinse partij verwerpt het funda menteel onjuiste Salt-2 verdrag dat de regering-Carter via onderhandelingen tot stand heeft gebracht. Reagan heeft zich altijd tegen Salt yerzet, tegen de eerste versie van zijn partijgeno ten president Gerald Ford en minister van buitenlandse zaken Henry Kissinger, waaronder Ford in 1974 in Wladiwostok zijn handtekening zette, en tegen het tweede akkoord dat Carter vorig voorjaar signeerde tijdens wat toen een historische ontmoeting met zijn Russische tegenvoe ter Leonid Breznjew in Wenen leek. Schrappen= Reagan wil Salt 2 schrappen zonder de senaat de gelegenheid te geven erover te stemmen. De Republikeinse leider stelt dat het akkoord de Sowjet-Unie in het voordeel stelt, en beroept zich daarbij op het verzet van de defensiecommissie van de senaat en vooral op het oordeel van een van de sleutelfiguren in die commissie, de Democraat John Glenn. Glenn is overigens niet ingenomen met de hem toebedachte rol van getuige charge. Hij zegt niet zo zeer bezwaar te hébben tegen de bewoordingen van het verdrag als wel te betwijfelen of een effectieve controle op de naleving mogelijk is. Rea gan wil na een eventuele verkiezing weer met de Russen aan de onderhandelingsta fel gaan zitten om tot wat hij noemt „een Salt-3-akkoord" te komen. Die onderhan delingen zullen hard zijn; Reagans voor naamste defensie-adviseur William Van Cleave heeft min of meer gezegd dat het buigen of barsten wordt en Reagan wil eventueel het drukmiddel van een opvoe ring van de wapenwedloop gebruiken. Juist deze steilingname heeft Carter tot de beschuldiging gebracht dat Reagan een gevaarlijke koers voorstaat, die lijn recht ingaat tegen de noodzaak tot be heersing en beperking van de nucleaire wedloop. Kansen Het beleid van de president vertoont ove rigens weinig lijn. Na zijn advies aan de senaat, eind vorig jaar na de „crisis" rond Cuba, om voorlopig af te zien van de bekrachtiging van het akkoord en na de zaak-Afghanistan, die Salt 2 nog verder de vrieskast in schoof, heeft de president enkele weken geleden ineens besloten de zittende senaat, die na de verkiezingen van volgende week nog voor enkele weken bijeenkomt om dan in januari plaats te maken voor de nieuwe samenstelling, te vragen het verdrag alsnog te bekrachti gen. De president is kennelijk tot de con clusie gekomen dat de kansen na januari zullen verminderen. De vraag is of dat Salt 2 kans maakt te worden aanvaard nu het overgrote deel van de Republikeinen onder leiding van Howard Baker tegen is. En invloedrijke conservatieve Democraten als Henry Jackson en Sam Nunn denken er niet anders over. De druk van Carter en zijn minister van defensie Harold Brown zal enorm zijn. Brown heeft een nederlaag voor Salt 2 al vergeleken met de afwijzing in 1920 van het verdrag over de Volkeren bond. Ook Edmund Muskie zal ongetwij feld zijn relatie met de senaat gaan ge bruiken. Sinds de Republikeinse conventie heeft Reagan de term „superioriteit" wat afge zwakt. Hij heeft het nu over een „veilig heidsmarge". Maar een president Reagan zal in dit kader waarschijnlijk onder meer overgaan tot modernisering van de lucht macht met de invoering van de B-l bom menwerper of een nieuwe bemande strate gische versie. Net als Carter is de Republi keinse leider daarnaast een groot voor stander van de beweegbare MX-raket. Maar een essentieel verschil tussen beide kandidaten is hun visie op de defensie. Carter is ondanks zijn ook in militair opzicht conservatiever geworden denk beelden nog steeds de man van de wapen beheersing. Reagan wil de Verenigde Sta ten weer op de eerste plaats brengen. Als het moet via een wapenwedloop. En dat blijft veel Amerikanen een onbehaaglijk gevoel geven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 11