De aardewerkwinkel van de Sphinx De charme van de kleine meester Wat weet jij daar nou van, aardig maar onevenwichtig Leeuwarder museum richt een bazar in ANWB pleit voor theater-taxi Najaarssalon bij Haagse kunsthandel Gabriëls Nieuw tijdschrift^ voor poëzie Over Van Nijlen| V/OENSDAG 8 OKTOBER 1980 KUNST/RADIO/TELEVISIE TROUW/KWARTET Theekan en suikerpot, ontworpen door Edmond Bellefroid. Lampetkan, model Geul en decor Co- Eveneens van Ed. Bellefroid. deze kaasstolp, model Copo. rail, ontwerp van Edmond Bellefroid. door Peter Karstkare! de vorm ging vaak verloren onder een overdadig decor. Eigenschappen als functionaliteit en soberheid in lijn en decor waren ver te zoeken." LEEUWARDEN Zelfs in de boekhandel word ik nerveus: ik kan niet goed tegen winkelen. Bij bibliotheken en musea heb ik geen last van het opgejaagde gevoel. Dat heeft niet te maken met vertrouwdheid, want noodgedwongen loop ik vele malen vaker een winkel binnen dan een bibliotheek of museum. Vormgeving Een winkel blijft voor mij een privé- ruimte, al heb ik enkele jaren tussen de japonnen, mantels en rokjes door gebracht. Het was voor mij dan ook een verrassing een tentoonstelling in een openbaar museum ingericht te zien die een warenhuis, een bazar, nabij kwam. Hoe de neurosen van de bezoekers ook in elkaar steken, velen zullen verrast zijn door de opstelling van de collectie ..Maastrichts Aarde werk" die zich op het ogenblik in het Princessehof te Leeuwarden bevindt Deze is het werk van William Graats- ma. ontwerper van de Sphinx-fabriek van Maastricht en docent industriële vormgeving aan de TH te Eindhoven Met de bazar-opstelling heeft Graats- ma exact de juiste toon getroffen, want het schoonheidsgevoel wordt bij de industriële produkten van de Sphinx uit de periode 1918-1934 niet steeds gevoed. De herkenning is ver rassend: de gedurfde modellen en dessins die je zo nu en dan op de vlooienmarkten tegenkomt en die ook al tot antiek worden gepromo veerd zijn hier opgestapeld. Al zijn de resultaten niet steeds even fraai ge weest. ze hadden karakter en dat valt op in een tijd dat in de warenhuizen zoet bloemig spul afgewisseld wordt met pseudo-rustieke rauwheid of ma niëristische decadentie Het waren in de jaren '20 en '30 bazarprodukten en zo zijn ze nu op de meest koele wijze ook gepresenteerd. De borden en kannen, terrines en bekers hebben het gevaar nu ontlopen potsierlijk te lijken in een al te esthetisch verzorg de omgeving. De tentoonstelling is eerlijk en helder en het is een kostelij ke winkel om te bezoeken Engels aardewerk Voor verzamelaars van keramiek is Petrus Regout in weinig jaren tot een welhaast legendarische figuur uitge groeid. Hij legde zich in de vorige eeuw met zijn fabriek toe op gebruik- sa arde werk. vooral het zogenaamde Engelse aardewerk werd ongekend populair, en wist zijn bedrijf tot een der grootste industrieën in het zuiden van het land uit te bouwen. Hij was in Nederland een van de eerste indu striëlen die de woningbouw voor zijn arbeiders organiseerde In het mid den van de vorige eeuw had hij zo n 500 arbeiders aan het werk en vlak voor de eerste wereldoorlog werkten er bij de Sphinx (Petrus Regout was in 1878 overleden, maar het bedrijf werd voortgezet) zelfs ongeveer 3750 personen. De produkten waren wei nig origineel van vorm en decoratie; er werd vooral naar Engels voorbeeld gewerkt. In de catalogus worden daar geen doekjes om gewonden: „De hand van de ontwerper was in het produkt vaak niet terug te vinden en Na de oorlog ging het bedrijf met circa 700 werknemers weer aan de slag. De nieuwe ideeën over een ver antwoorde vormgeving van het indu striële produkt waren tot Maastricht doorgedrongen. Omstreeks 1904 had C. J. van der Hoef al enkele strakke ontwerpen met eenvoudige, geome trische decoraties bij de Sphinx laten uitvoeren voor de handelsonderne ming De Woning. Na de oorlog wer den Johan Lint en Willem Rozendaal ontwerpers die voor een vernieuwing in de volle breedte zorgden. Perfectio nering van het technische proces en verhóging van de gebruikswaarde werden gepaard aan een uit deze functies voortkomende heldere vorm geving Wat in de 19e eeuw al gegol den had voor de Maastrichtse pro dukten werd nog duidelijker: het Sphinx-goed werd bepalend voor het uiterlijk van de Nederlandse dis. De fabriek aan de rand van Neder land liep daarbij niet voorop, dat deden de veel kleinere fabrieken in Delft. Amsterdam. Gouda en Utrecht, maar zorgde wel dat de nieu we produkten gepopulariseerd wer den. want het bedrijf werkte vooral voor de binnenlandse markt. Met een in verhouding vrij goedkoop produkt. dat de kenmerken vertoonde van de industriële vervaardiging, drongen de Sphinx-gebruiksartikelen door bij de gehele Nederlandse middenstand tot de grootwinkelbedrijven toe. De laat ste bedrijven, zoals de Hema. lieten zelfs exclusieve ontwerpen maken en uitvoeren, bv. het servies „Strand" dat Bellefroid in 1934 ontwierp. Blue Band-margarine, die in de tussenoor- logse periode niet naliet om een stuk van de botermarkt te veroveren, liet er een reclame-spaar-servies vervaar digen Geen coördinatie Met de nodige voorzichtigheid wer den deze produkten stylistisch ge kenmerkt als „Art, Déco". een verza meiterm voor de toegepaste kunsten tussen de wereldoorlogen die als ge meenschappelijke kenmerken heb ben: het gebruik maken van nieuwe materialen die geschikt zijn voor ma chinale verwerking, de stylering. de geometrie en het streven naar een totaalontwerp. Het merkwaardige bij de Sphinx-keramlek Is nu dat er in het ontwerp- en produktieproces niet hecht gecoördineerd werd tussen de vormgevingsafdeling en die van de DEN HAAG ANP) Schouw burg- en theaterdirecties zou den hun bezoekers volgens de ANWB een dienst bewijzen wanneer zij na afloop van de voorstelling zorgen voor goed en betaalbaar openbaar ver voer. Het gebruik van taxi's kan daarbij zo worden gecoör dineerd. dat bezoekers die naar hetzelfde deel van de stad moeten, samen van één taxi gebruik maken. In bet West- duitse Solingen is men al met een dergelijk experiment ge start. De bezoekers van thea ters en schouwburgen kunnen daar in de pauze van de voor stelling een taxi-kaartje kopen voor na afloop. Het theater bestelt aan de hand van het aantal aanvra gen dan de taxi's en deelt deze zo in dat maximaal vier bezoe kers samen in één auto voor een relatief laag bedrag thuis worden gebracht. Het experiment in Solingen is een groot succes, reden waar om volgens de ANWB gemeen ten in Nederland de theater taxi moeten bevorderen. door Cees Straus Speciaal vandaag „Groeten uit de Nieuw- markt" is eigenlijk één grote illustratie van het „metrotrau ma" dat Amsterdam en vooral de Nieuwmarktbuurt nu al ja ren teistert. De buurt werd goeddeels voor de metro ge sloopt en het verzet daartegen zal menigeen nog vers in hel geheugen liggen. „Burger oorlog in Amsterdam" was in 1975 een van de krantekoppen, die ook in de film wordt ge toond. Toch is dat niet het hoofdthema. Dat is de „metro kunst" of beter gezegd de mo tieven en twijfels van drie kunstenaars en twee buurtbe woners om aan de „verfraai ing" van het metrostation Nieuwmarkt mee te werken, terwijl ook zij tegen de aanleg van de metro waren. De maker van de film, Guus van Wave- ren, is er zeer goed in geslaagd dat dilemma in gesprekken met „de vijf" naar voren te brengen. Daarbij is de film ook nog mooi om naar te kij ken, met goed gedoseerde his torische opnamen en prachti ge beelden van de totstandko ming van de „anti-metro kunst." Eén ding is jammer. Geheel uit de lucht gevallen staan opeens Piet Romer en Leen Jongewaard in de buurt om gewapend met slopersha mers een liedje te zingen met de pakkende titel: „Zeg maar dag met je handje." Behalve dr totale discrepantie met de rest van de film is Piet Romer ook nog een heel ongelukkige keu ze. Hij was indertijd immers verklaard voorstander van de metro. DEN HAAG Nu de kunst- handel, die zich richt op Ro mantiek en Haagse School, zelden meer een collectie van louter topstukken kan ople veren. zoals dat nog in de ja ren zestig het geval was, toont ze een opmerkelijke voorlief de voor de kleinere meesters. Maar weinigen van deze zul len in de vorige eeuw hebben beseft dat hun werk honderd jaar later nog zo n grote inte resse zou wekken. Een be langstelling die bijna evenre dig is aan die voor hun grotere broeders, voortkomend uit een marktmechanisme dat de zaken overigens niet in de juiste verhouding zet tot het artistieke onderscheid In feite heeft, deze ontwikkeling wel tot zekere democratisering van het gegeven kunstaankoop geleid, zij het dat die waarschijnlijk van bijkomen de en van korte aard is. Nu de belang rijkste stukken vastzitten in museale en de grotere in particuliere collec ties, is er heel wat kennis losgekomen over de schilders die gevoeglijk tot het „tweede garnituur" kunnen wor den gerekend Door die informatie zijn vele tot voor kort onbekende namen onder het pu bliek gekomen, zijn ze als het ware opnieuw gewaardeerd. Met als nadeel ook dat ze in een hevige belangstel ling. van het kopend deel van het publiek zijn gekomen en daardoor ook weer verder af van hen die voor hun kunstgenot zijn aangewezen op openbare collecties Galerie Gabriëls aan het Haagse Noordeinde waar Heter is de Haag se School terug te vinden dan op een steenworp afstand waarvan haar ver tegenwoordigers rond de borreltafel van Pulchri Studio bijeenkwamen is een van die kunsthandels die zich met een kwaliteitsrijke collectie rich ten op de kleine of aankomende ver zamelaar die de charme van de kleine meester heeft ontdekt. De najaars tentoonstelling geeft er tal van voor beelden van, temidden van een klein aantal werkelijke uitschieters. Tot de laatste categorie behoort een weide landschap van Willem Roelofs. dat Willem Koekkoek: stadsgezicht (Amsterdam?), olieverf op doek, niet gedateerd. inderdaad van museale kwaliteit is. Een herfstig stilleven van Geraldine van de Sande Bakhuyzen verdient die onderscheiding evenzeer, terwijl een grote Tholen uit zijn grijze perio de er niet voor onderdoet Bescheidenheid Maar Gabriëls' kracht zit 'm vooral in de bescheidenheid van zijn kleine schildertjes. de sympathie die tr van veel doeken afstraalt voor het métier, de liefde voor het schilderen-zelf. De kleine meesters uit de Romantiek en de Haagse School, waren amateurs in de ouderwetse betekenis van het woord, ze schilderden zonder dwang van de toenmalige handel voor het lieve vaderland weg. Hun nieuwe schilderijen werden minder door de kritiek onder de loep genomen, maar daardoor konden ze ook bloeien Opvallend goed vertegenwoordigd bij Gabriëls is ditmaal het romanti sche genre. Vaak intieme interieurs met historische taferelen die in de 17e eeuw spelen, want de 19e eeuwse ro manticus had een grote bewondering voor wat er in de Gouden Eeuw tot stand was gebracht. Een Willem Hoe venaar of een Joh. Stroebei, een Al bert Schroder uit de Duitse school of een Joh. van Oudenhove uit de Vlaamse school, het zijn nog geen bekende namen, maar hun kleine, genoeglijke schilderijen zijn er niet minder charmant om Traditiegetrouw zyn winterland schap en marine bij Garbiëls goed vertegenwoordigd. Ik miste in de laatste categorie een Huikje dat vaak zo goed bij deze Hagenaar aanwezig was. maar een zeer fraaie Hilverdink. een mooie Hermannus Koekkoek en de zeldzame Henry Schaep maken veel goed. Bij de winters trekt de opstelling van een Leickert naast een Egidius Linning direct de aandacht. De doeken hebben veel gemeen met elkaar, doen in romantische opvat ting niet, voor elkaar onder en wie niet op de naam van de eerste afgaat (maar die is wel bepalend in het grot/» prijsverschil) moet wel opteren voor de Vlaamse meester Ook hier wordt het duidelijk dat kwaliteit, zij het van mindere naam. nog niet duur hoeft te zijn. Met de vrijwel zekere verwach ting dat zo'n Llnnig over een aantal jaren ver uit. de markt geprijsd zal zijn De najaarstentoonstelling bij Gale rie Gabriëls, Noordeinde 157a in Den Haag, loopt vanaf komende vrijdag tot en met zaterdag 25 oktober, dage lijks geopend van 11-18 uur. op zon dag van 12-16 uur. n j7 a* lc decoratie. G. M. E. Bellefroid die met zijn ontwerpen tussen 1929 en 1946 het gezicht van de fabriek bepaalde, stelde de decoraties op zijn produk ten wel eens voor. maar meestal wer den de strakke, op meetkundige figu ren gebaseerde, ornamenten ontwor pen door de leider van de décorafde- ling. de Tsjech I. A. Müller De tentoonstelling heeft een struc tuur gekregen die gebaseerd is op de ontwerpers, op de personen die met hun ontwerpen een evenwicht tracht ten te bereiken tussen de stylistische vernieuwing, de eisen van de indu striële vervaardiging en de commer ciële haalbaarheid Op tafels zijn de produkten bij elkaar geplaatst alsof hel toonbanken van een warenhuis waren Aan de wanden van de ten toonstellingszaal is bovendien een fries van ontwerptekeningen neerge hangen. De gelegenheidskeramiek. gedenkBorden en -bekers, het recla mewerk (drie grote aardewerk Sphin- xen die voor tentoonstellingen wer den gebruikt) en de kleinplastieken (naar ontwerp van Charles Vos) tonen bij het vele gebruiksgoed enkele mar ginale activiteiten van de fabriek Tot 9 november is deze keramirk- winkel in het Princessehof te Leeu warden te bezoeken van 10 tot 17. zondags van 14 tot 17 uur. Grootmeesterschap van Baudelaire in fraai proza Baudelaire (1821-1867) staat bek als een van de grootste dichters I FVankrijk. Dat hij naast poëzie lyrisch próza schreef is minder kend Het nu door Jacob Groot taalde „Het spleen van Parijs" wijst zijn grootmeesterschap op, dat, terrein De ondertitel luidt: kleine gedicli in proza. En dat zijn het ook |s verhalen wijzen bovendien voort B rend naar Baudelaires eigen poé rk vooreien die als het ware van i mentaar en voetnoten. Zo staat „Het spleen van Parijs" een „De uitnodiging tot de reis dat als een van zijn beroemdste gei ten „l'Invitation au voyageall wat uitgebreider. Holland bezing voelt je haast beschaamd als Je« ons land leest.: „Een waar luileü land. waar alles mooi is. rijk, ru rechtschapen; waar de weeldè er jc hagen in schept zich te spiegelei orde: waar het leven overvloedig ij zacht om in te ademen" etc. Meni haast denken dat Baudelaire toen dit. opschreef stevig hallucineerde De roes was hem niet vreemd vormt als het ware het medicijn teE,c het spleen, de dodelijke vervel waaraan veel schrijvers uit de van de „Zwarte Romantiek" prooi waren. Zo omschrijft, Baud( re het verlangen naar vlucht uil werkelijkheid: „Om niet de gemai or de slaven van de tijd te zijn. Bedif cl je. bedrink je voortdurend' Aan w aan poëzie of aan deugdzaamh dat moet je zelf weten." „Het spleen van Parijs" is niet all |jsi een dooltocht door het Parijs uit p midden van de vorige eeuw. rr^ vooral een rondleiding in het giste k brein van de schrijver. Dit proza a ook al in de richting van het surrea me. met haar fantasieën en verva C| de waarnemingen Tijdens het le moest ik verscheidene malen aan exuberante pracht van „De zantor van Maldoror" van De Lautréanw de bijbel van de surrealisten, denk Prachtig proza, prachtig vertaald Charles Baudelaire, Het spleen 4 Parijs. Vert. Jacob Groot, Aofli» dam. De Bezige Bij. 1980 142 bh' ,s gulden. Als uitvloeisel van het Rottere Poetry International, waar Nederlandse en buitenlandse i ters met elkaar in vruchtbaar contig i staan, is een internationaal tijdschrift DAM ontstaan Het zal tweemaal per jaar vei nen en elk nummer zal ten i vier afdelingen bevatten: Wort ij Progress (met vertaald werk gerenommeerde dichters: dit Breytenbach. Enzensberger. ney). Profiles (Introductie van l grijke, hoewel internationaal t bekende dichters: dit keer Sore Csoóri. Vaandrager), Languages (i de resultaten van een Poetry-vert project: dit keer het Yiddish. enkele gedichten van Sut Documents (dit keer een curiev zamenlijk dichtwerk. „Made in PC land", van Amichai. BreytenW an Popa en 8anguineti> 00 DAM is tweetalig: alle bijdragen! c den in de oorspronkelijke taal nomen en daarnaast wordt voor a i vertaling in het. Engels gezorgd. Be halve bio-bibliografische gegew mijdt het blad veel toelichting Dit tijdschrift-initiatief is niet wrii ambitieus. Het verdient bepaald Iff DAM. Poetry International Dm ments. ed. by M. Moolj, L. Vancrwe1 en A. van der Staay. Amsterdli Meulenhoff, 1980. 122 blx. afb. Jrj»1 nr. 1. 20. Eén van de Zuidnederlandse dichl die in het Noorden grote beken verwierf is Jan van Nijlen. dief) augustus 1965 op 80-Jarlge Iet overleed. Zijn poezië die doortrc is van het heimwee naar betere «j den. speelt zich af in stad en law bevat menige jeugdherinnering. Hij slaagt erin zijn poëzie een sftf jjj| van gelatenheid te geven en f boven de dagelijksheid uit te till Hij wordt, wel met J C Bloem verf leken (al is Van Nijlen wijdlopig om zijn lijdzaam dulden van de 4 mogelijkheid droom en daad te w /oenen-en om zijn aanvaarding ij het, onvervulbaar verlangen Zij i nigst voelen laat hij klinken in Ij1 gedicht om dan weer te keren zijn oude eenzelvigheid' Pierre H Dubois, die Van Nijlen 1939 leerde kennen, schreef in een kleine monografie, die sinds is uitverkocht. De herdruk die verschenen is kan gelden als eeni ste introductie tot de poëzie van V Nijlen Pierre H. Dubois. Over Jan van len. Bzztóh Den Haag 1980. 56 ƒ11,50. door Dirkje Houtman AMSTERDAM Aan het slot van Wat weet jij daar nou van" een toneelstuk met, liedjes samengesteld uit werk van Willem Wilmink, lijkt het alsof de makers het stuk nog niet helemaal voltooid hebben Het ein digt abrupt en is als toneelstuk niet helemaal rond Reina en Roeland, twee dikke vrien den die elkaar in het eerste deel door dik en dun steunen worden in het vervolg, na de pauze, gescheiden als Reina haar besluit om van huis weg te lopen uitvoert. Ze belandt dan op het platteland waar ze met de natuur in aanraking komt Als haar vader haar ophaalt is het stuk ten einde Maar misschien zou het een meer afgeronde indruk maken als zij, een maal teruggekeerd in de stad. haar ervaringen, net als in het begin, met Roeland deelt Kindercabaret Potvoordrie heeft dit programma in het kader van de kin derboekenweek gemaakt en in de re gie van Beatrijs Sluiters is het een aardige maar toch wat onevenwichti ge voorstelling geworden waarmee geprobeerd wordt kinderen anders te gen liefde, verliefdheid en doodgaan aan te iaten kijken Dat lukt in zekere zin omdat Reina. de centrale figuur, met een doortastend soort naïviteit die stoelt op puur logisch denken, het stuk draagt In haar eigen omgeving zien we haar floreren met. haar vriendje Roeland die ze op een onverwacht solidaire manier ter wille is bij het veroveren van een meisje Later, teleurgesteld in haar ouders, loopt ze weg van huis om hen expres verdrietig om haar te laten zijn En dan gaat. het enigszins mis met de voorstelling De spanning verflauwt, door een minimum aan handeling en een maximum aan tekst.. Dat hoeft op zich geen bezwaar te zijn. als die tekst, organisch uit de monden van perfect uitgewerkte ka rakters rolt. Dat. gebeurde in deze versie niet. Het. boerenechtpaar dat Reina liefdevol opneemt, haar gaan deweg vertrouwd maakt, met het le ven Mn de natuur, wekt zelfs een wat potsierlijke indruk met een gekun steld onnavolgbaar plattelandsdia lect Tegepover de ongereptheid van het. meisje krijgen zij met het aange zette boerse iets tegennatuurlijks wat nu juist niet de bedoeling is Als bol werH van de natuur zijn ze niet over tuigend en als oompje in een nacht vol onheilspellend onweer plot sterft, maakt de struise boerin blijmoedige houding niet waar doet. de strekking van het get dat sterven iets natuurlijks is ent noodzakelijk een dramatische ding aan het leven hoeft, te geweld aan Misschien dat. in scherpere regie de dik aangezetti peringskoek van het. boerenecht kan worden verwijderd, zodat zei oorspronkelijkheid winnen en de! loofwaardigheid van de reeks uitj zette onderwerpen kunnen sterken

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 4