DIER&PLANT Hoe betrekkelijk is zeldzaamheid? Veekendpnzzel I mm m i bO <D N to CO s Karpov evenwichtig I BK 1SAS B FMJD kan beter weg ZATERDAG 4 OKTOBER 1980 17 door henk ran halm In het buitenland verbaas Je je telkens weer over de algemeen heid van dieren en planten die bij ons zeldzaam Zijn. Een verbazing eigenlijk die onterecht is. Wat bij ons zeldzaam is, groeit hier ge woonlijk aan de rand van zijn ver spreidingsgebied. Hoe meer naar het centrum daarvan, hoe vaker je het tegenkomt. Andersom kan wat hier gewoon is. elders juist erg weinig voorkomen. Een aardige illustratie daarvan kreeg ik deze zomer tijdens een studiereis in Frankrijk, waar we ook een bliksembezoek brachten aan het Pare Naturel Regional du Morvan. De Morvan is het noorde lijkste stukje van het Centrale Massief, bij Auxerre en Avallon. Het bekende stadje Vézelay ligt er nog net in. Er komen nogal wat Nederlanders, omdat het net in een dag goed met de auto te berei ken is en omdat in vroeger jaren veel van onze landgenoten er een tweede huisje kochten. (De Mor van is een van de „leegloopgebie- den". waaruit de boeren verdwij nen omdat ze er geen rendabel gebruik kunnen maken van de grond Door er nu een regionaal natuurpark van te maken en de boeren te steunen probeert de Franse regering de leegloop tegen te gaan en het land weer te bevol ken, wat in de Morvan goed lukt. Massa's orchideeën Maar goed, om op de betrekkelijk heid van zeldzaamheid terug te komen: we reden er met auto's rond en zagen van daaruit de wei den roze van de juist toen volop bloeiende gevlekte orchissen en adderwortel. Bij ons zijn die alleen nog te vinden op enkele onbemes- te graslanden, meestal in natuur reservaten. De adderwortel, fami lielid van het bekende onkruid perzikkruid. is zelfs een hele be roemdheid in het stroomgebied van de Drentse Aa. Vanuit de auto gingen we hier en daar een half uurtje het landschap in, .spelde- prikken" in een gebied dat overval verrassingen voor ons in petto moest heben, maar waarvan we naar onze zin veel te weinig te zien kregen. Een zo'n „excursie" was naar een hoogveentje aan de kant van de verharde weg, ook al eer zeldzaam terreintype voor ons Bijgebouw van een boerderij in het regionale natuurpark Morvan achter een grasveldje vol pluizende paardebloemen. omdat het meeste hoogveen in ons land is afgegraven en dit Franse stukje nog volop leefde, met hoog uitgroeiende bulten van sappig groen veenmos en donker veen- haarmos, nat als een spons en afwaterend in een helder stroom pje dat uit die spons wegliep langs de weg. Het was maar een paar centimeter diep en het krioelde er van de salamanders, die zo met de hand te vangen waren. Het waren niet alleen onze gewone kleine wa tersalamanders. maar haast even veel vinpootsalamanders die er erg veel op lijken, maar zo naast elkaar best te onderscheiden wa ren. De geel bloeiende kleine schorseneer vonden we op de oe ver en een vochtige open greppel was dicht begroeid met krai.skar- wij, een schermbloedig plantje dat in ons land haast nog zeldzamer is dan de vinpootsalamander. Speciale gunst De bioloog die ons begeleidde, liet ons vol trots één enkel exemplaar zien van de rondbladige zonne dauw, het vleesetende plantje, dat bij ons de oevers van heidevennen rood kleurt met zijn lepelvormige. met tentakeltjes bezette blaadjes en tevens in een groot aantal veen- mosrietlanden voorkomt. Hij ver telde erbij dat hij het nooit aan iemand toonde, waaruit we moes ten begrijpen dat het een bijzon dere gunst was Ons verbaasden meer de ruim een meter hoge witte boterbloemen op vochtige plekken langs de weg kanten en op de oevers van de vele beekjes: de monnikskapranonkel, een plant van bergachtige stre ken, die in ons land totaal ont breekt. Op sommige plaatsen bloeide hij samen met late dot ters. En dan sommige hooilandjes, waar niet zoveel orchideeën en ad derwortel groeiden, maar wel kruisbladwalstro, beemdkroon. echte sleutelbloem, bos anemoon, zwart knoopkruid, akelei, kleine pimpernel en witte rapunzel tus sen de paarde- en scherpe boter bloemen, de pinksterbloemen, koekoeksbloemen, margrieten, ro de en witte klaver en bereklauw. Tweemaal kwamen we in Vézelay, een stadje boven op een heuvel, die een stuk boven het land rond om uitsteekt. Een voormalig bede vaartsoord, dat je in een kwartier doorloopt van het ene eind naar het andere. En dan hoef je je niet eens te haasten, wat ook moeilijk kan als je er voor het eerst komt. Elke bocht van de oplopende straatjes onthult nieuwe verras singen: poortjes, brokkelige mu ren, bloeiende rozen over een vele malen bijgelapte tuinmuur, boe renpotten op een balkon van sier- smeedwerk, een landelijk aan doend kerkje en boven dit alles uittorenend de Sainte Madeleine, zandgeel in het zomerlicht, vol beeldhouwwerk aan de frontgevel, de romaanse basiliek waarheen de voeten van de pelgrims zich richtten. Wie zag ooit midden in een stad een vink zitten op een schoor steen? In Vézelay kan dat, waar we vele minuten lang hebben zit ten kijken naar een van de vele zwarte roodstaartjes die hier op de gebouwen broeden. Het was een mannetje, roetzwart met een wit tig voorhoofd en roodbruine staart, dat voedsel zocht op de muren van de basiliek, „klevend" aan de oude stenen of op vliege- vangerachtige wijze achter insek- ten aanjagend, in korte vluchten voorbijkomende insecten uit de lucht snappend. De ranke silhou etjes van huis-, boeren- en gier zwaluwen tekenden zich af tegen de strakblauwe hemel. Leven op een muur Ik zou mezelf niet geweest zijn als ik ook niet had gelet op de stads muren, want in elke stad zijn muurbegroeiingen te vinden die altijd wel iets bijzonders hebben. Hier waren het steenbreekvarens en bloeiende muurbloemen tussen gewonere soorten als muur-, eik en mannetjesvaren, muurleeuwe- bek, muursla, muurpeper, wit vet- kruid en muisjesmos. Maar grotere verrassing waren de muurhagedissen, die bij tientallen over de zonnige gedeelten renden, even moeiteloos recht omhoog en, naar beneden als over de boven kant van de muur. Erg schuw wa ren ze niet, alleen als je wat al te dichtbij kwam, doken ze weg in spleten tussen de stenen. Er waren mannetjes bij met prachtige blau we vlekken tussen groen, zwart en bruin in een dambordachtige te kening. In Nederland leven maar op één plek muurhagedissen: op een stukje stadsmuur in Maas tricht. Een zuidelijke soort dus, de muur hagedis. Evenals de grote nachtr pauwoog, die hing te rusten tegen een muur in de hoofdstraat. Gro ter dan een vleermuis in de vlucht, met starende purperen ogen op elke vleugel. De beroemde Franse insektenkenner Jean Henri Fabre (1823-1915) schreef erover hoe hij een vrouwtje van deze grootste Europese vlinder onder een me taalgazen klok in zijn werkkamer gevangen hield en hoe in de nacht minstens veertig mannetjes van deze reuzenvlinder daarop af kwa men. De maker leek „een tove naarsgrot met fladderende vleer muizen". Het verhaal is te vinden in een boek dat dit voorjaar ver scheen*) en een selectie bevat van wat Fabre in een standaardwerk van tien delen ('Souvenirs ento- mologiques') vastlegde over het gedrag van insekten. Jean Henri Fabre: Insekten. Met illastraties van Stephen Lee.' Ui tg. Mealenhoff Informatief, Amsterdam. 108 blx., ƒ29,50. HORIZONTAAL. 1 mededinger, 6. dagmars, 12. onderwerp, 14. plaats in N.H., 16. maanstand, 18. muzieknoot, 19. verkeerd, 21. voorvoegsel, 22. ri vier in Italië, 23. zangvogel, 26. gelij kenis, 29. achtert, 30. plaats in Drente, 32. part, 33. scheik. element, 34. mu zieknoot, 36. aantal, 37. pers. voor- naamw., 38. bergplaats, 39. rivier in Duitsland, 41. overschot, 43. onderne mingsraad (afk.), 44. soort ooievaar, 45. rund, 47. bijbels figuur, 49. plaats in Italië, 52. voorzetsel, 54. ten name (afk.), 55. horizon, 57. meisjesnaam, 58. rondhout, 59. plaats in Zeeland, 61. roosvormig sieraad, 63. uitstap, 65. pijnlijk, 67. witte mier, 69. bijwoord, 70. pers. voornaamw., 71. papegaai, 73. dat is (afk. lat.), 74. muzieknoot, 75. betaalmiddel, 77. eenmaal, 79. pla gen, 80. soort hond. VERTICAAL: 2. item (afk.), 3. tuinka mer, 4. water in N. Br., 5. administra tief ambtenaar (afk 7. voorzetsel, 8. bloedhuis, 9. lusthof, 10. pro memorie (afk.), 11. verzoekschrift, 13. onmeet- baar getal, 15. vreemde munt, 17. uit gebraden stukje vet, 19. gebruikt men voor het land, 20. bezigheid tot ont spanning, 22. streek op de grens van N. Br. en Limburg, 24. neon (afk.), 25. dierengeluid, 27. meisjesnaam, 28. scheik. element, 31. wedde, 35. plaats in Overijsel, 37. grondsoort, 39. tijd perk, 40. plaaggeest, 41. stok, 42. ge sloten, 46. rond tuinhuisje, 48. aanleg plaats, 50. kwelling, 51. moeilijk, 53. vrucht, 55. waterdiepte, 56. vaste brandstof, 58. gordel, 60. dyne (afk.), 61. muzieknoot, 62. voorzetsel, 64. voedsel, 66. Europeaan, 68. oeverge was, 72. afnemend getij, 75. pers. voornaamw., 76. lidwoord, 77. water in Friesland, 78. scheik. element. Oplossing tot en met woensdag a.s. per briefkaart sturen naar: Dagblad' Trouw/Kwartet, Postbus 859. Am sterdam. Links boven vermelden: weekendpuzzel. OPLOSSING VORIGE PUZZEL Hor. 1. aks, 3. apert, 7. ast, 10. ga, 11. ora, 12. aar, 14. To, 15. aroma, 18. meter, 20. Oka, 21. log, 23. nel, 24. Ase, 25. netel, 27. sta, 29, roes, 31. aalt, 33. ka, 34. eg, 35. te, 36. ed, 37. eren, 39. rein, 41. ram, 43. reder, 45. aar, 47. roe, 49. tol, 50. Pan, 51. emelt, 53. marot, 55. re, 56. sar, 58. dos, 59. do, 60. Eem, 61. kerel, 62. ver. Vert. 1. aga, 2. karos, 3. ara, 4. pa, 5. ra, 6. tam, 8. stelt, 9. tor, 11. oma, 13. ren, 16. oker, 17. lot. 19. test. 21 les, 22. Gea, 24. anker, 25. neger, 26. later, 28. adder, 30. oer, 32. lei, 37. emoe, 38. net, 39. rel, 40. naar, 42. armee, 44. dol, 46. anode, 48. els, 50. pas, 51. ere, 52. tak, 53. mol, 54. tor, 57. re. 58. de. Prijswinnaars vorige puzzel De boekenbonnen gaan naar: G. van Vliet-Rolden, OZ 91 De Hoef; R. van Rijn-Knecht, Neuweg 63 Hilversum: T. van Oosterom, Chopinstfaat 8 Utrecht. CO S S cö Q De Speciale Catalogus Nederland 1981 is weer verschenen. Deze kloeke documentatie over de ze gels en overzeese rijksdelen in kleuren gedrukt, kost weer 12.50. In het algemeen kan wor den opgemerkt dat nagenoeg alle bijzondere moderne zegels dat wil zeggen na ongeveer 1960 10- 20 procent hoger in prijs zijn ge waardeerd. Van de in het vooruit zicht gestelde UNO-zegel met de vlaggen van alle lidstaten is de eerste serie op 26 september ver schenen. Pe eerste reeks bestaat uit vier vellen van 16 zegels a 15 c, waarvan er steeds vier aan de zegels van één land zijn gewijd. De nu in aanmerking komende lan den zijn: Turkije, Luxemburg. Fiji, Vietnam, Guinea. Suriname. Bangladesh. Mali, Joegoslavië. Frankrijk, Venezuela. El Salva dor, Madagascar, Cameroun, Rwanda en Hongarije. De keuze van de volgorde van de landen is bij loting geschied, persoonlijk ge trokken door Waldheim op 13 ok tober 1978. Voortaan zullen ieder jaar vier vellen met de vlaggen van zestien landen in omloop komen. Van België zijn de volgende uitgif ten te melden. Ter gelegenheid van de vijftigste verjaardag van koning Boudewijn verscheen een portretzegel van 9 bfr. Ter herin nering aan het feit dat het prins bisdom Luik 1000 jaar geleden werd gesticht, kwamen drie zegels en een velletje in omloop. Op de zegels zijn sculpturen te zien van een brouwersgezel, van een mijn werker en van Maria als „zetel der wijsheid": op het velletje een af druk van het zegel van Notgerus. de eerste prinsbisschop. En dan nog twee toeristische zegels ge wijd aan Diest aan de Demer en Chiny aan de Semois. In Italië zijn twee emissies verschenen. Een ze gel van L 200 met de afbeelding van het klooster „Fonte Avellana" te Serra Sant-Abbondio (PS) en een speciale briefkaart met af beeldingen ontleend aan Pescia (PT), bekend als de bloemenstad. Groot-Brittannië eert met vier ze gels zijn grote dirigenten; op 10 september verschenen portretze gels van Sir Henri Wood (1869- 1944), de stichter van de Promena deconcerten: Sir Thomas Beec- ham (1879-1961), die twee Britse symfonieorkesten heeft opge richt; Sir Malcolm Sargent (1895- 1967), dë „darling of the promena- ders" en Sir John Barbirolli (1899- 1970). dirigent van het New-York Philharmonisch Orkest en van het Britse Hallé-orkest. Van de Ver. Staten meld ik u drie bijzondere emissies; een zegel van 15 c met de reproductie van een kunstwerk van Josef Albers „gloed" en de slogan „leren houdt nooit op"; voorts een speciale en veloppe met een voorbedrukte ze gel a 15 c en de af beelding van het jacht AMERICA, dat in 1851 een race won en waarvan de trofee „America's Cup" werd genoemd; tenslotte nog een blokje van vier zegels met afbeeldingen van mas kers van Indianen-stammen aan de noordwestkust van de Pacific. De zegel van L 3000 van Vatikaan- stad, die uit een reeks van zeven zegels onlangs zonder opgaaf van redenen werd teruggetrokken, is nu toch zij het zonder de oor spronkelijke achtergrond en met een ietwat gewijzigd beeld van de ontmoeting tussen paus Johan- nes-Paulus II en patriarch Dimi- trios I in Turkije uitgegeven. San Marino heeft in de afgelopen maand drie nieuwe zegels laten verschijnen; ter viering van de honderdste geboortedag van Ro bert Stolz (1880-1975), een portret zegel met de eerste maten van de „Filatelistenwals"; wegens de in ternationale conferentie gewijd aan toerisme, die op de Philippij- nen plaats vindt, een zegel met de afbeelding van oude fortificaties van de stad en een zegel ter gele genheid van de wereld-jeugdkam pioenschappen gewichtheffen, waarop een atleet in actie is te zien. Op dinsdag 14 oktober a.s. komt een bijzondere Nederlandse zegel van 50 c in omloop ter herdenking van het feit dat honderd jaar gele den de Amsterdamse Vrije Uni versiteit werd opgericht. Op de zegel het portret van Dr Abraham Kuyper (1837-1920), de eerste rec tor magnificus, alsmede het zegel van de VU. Op het moment dat ik deze ru briek schrijf, moet er in Tilburg nog een ronde worden gespeeld, maar niettemin is het al duidelijk dat Karpow het toernooi met overmacht gaat winnen. De eind zege mag deze keer toch werkelijk imposant worden genoemd, want ondanks een nederlaag in een vroeg stadium tegen Larsen, wist Karpow als een Peter Post in de avondzesdaagse na de achter stand weggewerkt te hebben, het hele veld te lappen. Naast het gemak waarmee Kar pow de toernooien wint waaraan hij deelneemt, valt het op hoe evenwichtig hij is. Hij is niet lastig voor de organisatoren, hij heeft geen overdreven wensen, de moe der- of vaderhaat is hem ogen schijnlijk vreemd, hij is keurig ge trouwd. heeft een gezinnetje ge sticht en als hij verliest gedraagt hij zich. zoals de ware sportman betaamt, onbewogen en zeer hof- felijk ten aanzien van zijn tegen stander. In geen enkel opzicht is hij de querulant, waarvoor een we reldkampioen pleegt door te gaan. Zijn grootste afwijking lijkt wel zijn volstrekte normaalheid. Voor de media is Karpow mis schien niet zo'n dankbare figuur. De over hem circulerende anekdo tes en roddels blijven doorgaans in het nette en als er iets opzienba rends over hem wordt geschreven, is het meestal totaal verzonnen Het blad Rits, zo'n melig pulp- blaadje vol raceauto's, vreselijke ziektes en blote borsten, publi ceerde bijvoorbeeld een interview met de wereldkampioen dat van a tot z gelogen was. Zo gaat dat, met de vrije westerse pers, moesten wij een verbaasde Karpow uitleggen, die zich niet kon herinneren een interview te hebben afgegeven. Belangrijker is natuurlijk dat Karpow zich de laatste tijd tot een uiterst veelzijdig schaker aan het ontwikkelen is. Dat hij een on overtroffen positioneel gevoel heeft voor het spel. wisten wij al, maar dat hij ook tactisch tot grote hoogte reikt, doet ons af en toe nog ten onrechte verbaasd staan. Zie hier zijn meesterstukje tegen een van zijn voorgangers. Boris Spasski. Wit: Karpow Zwart: Spasski 1. e2—«4 c7—c5 2. Pgl—f3 e7—«6 3. d2d4 c5xd4 4. Pf3xd4 Pg8—f6 5. Pblc3 d7d6 6. g2—gi (De scherpste aanpak tegen de Sche- veninger. Deze door Keres be dachte variant, is door Karpow tot nu toe slechts sporadisch ge speeld.) 6. h7h6 7. h2h4 (Weer de meest gewelddadige X W* voortzetting.) 7. Pb8c6 8. Thl—gl d6d5?! (Deze poging om zich onmiddellijk te bevrijden wordt door Karpow vrijwel weer legd. Vermoedelijk had zwart zich minder ambitieus moeten opstel len. hoewel hij dan zeer gedrukt blijft staan.) 9. Lfl-b5 Lc8—d7 10. e4xd5 Pf6xd5 11. Pc3xd5 e6xd5 12. Lel—e3 Lf8-e7 13. Ddl—d2! (Een noodzakelijk pionoffer dat echter ook zeer krachtig is.) 13. Le7xh4 14. 0—0-4) Lh4—f6 15. Pd4—f5 Lc8xf5 16. e4xf5 a7—a6 (De enige manier om de pion te behouden.) 17. Lb5xc6 b7xc6 18. Le3-«5 diagram I Met deze zet blijft de zwarte ko ning in het midden, waardoor zwart in hoger zin al verloren moet staan.) 18. Ta8-b8 19. b2-b4 Tb8-b5 20. Tgl-elt Ke8-d7 21. c2- c4 Tb5xc5 (De enige manier om een directe ondergang te voorko men.) 22. b4xc5 Lf6-g5?! (Deze po ging om door middel van tactische wendingen in troebel water te vis sen, loopt uiteindelijk op niets uit, zodat men zich kan afvragen of zwart met 22. d4, of zelfs 22. Db8, hetgeen 23. Lg5 met da mewinst dreigt, zich langer had kunnen handhaven.) 23. f2-f4 Dd8- f6 Een zeer venijnige zet! Achte loos 24 g5x? Dal+ 25. Kc2 Da2x+ 26. Kd3 Dc4x+ 27. Ke3 hg5x! zou zwart plotseling een vernietigende aanval geven. Karpow laat de zwarte loper echter ongemoeid en speelt zelf op aanval: 24. c4xd5! Df6-alt 25. Kcl-c2 Dalxa2+ 26. Kc2-d3 diagram II Een curieuze stand. Beide konin gen zijn in gevaar, maar de zwarte toch het meest. 26. Da2xd2 (Deze afruil leidt tot een verloren staand eindspel, maar ook 26. Db3 27. Dc3 Db5+ 28. Dc4 bood weinig perspectieven.) 27. Tdlxd2 Lg5xf4 28. Td2-a2! (Ondanks het feit dat er sprake is van een mate rieel evenwicht twee pionnen voor de kwaliteit heeft zwart geen tegenspel.) 28. c6xd5 29. Ta2xa6 h6-h5 (De laatste troef, maar de witte c-pion is veel ge vaarlijker.) 30. Kd3-d4 h5-h4 31. Kd4xd5 Th8-b8 32. f5-f6 g7xf6 33. Ta6xf6 Lf4-g3 34. Tf6xf7+ Kd7-d8 35. Tf7-f8t en zwart gaf, want 35. Kd7 36 c6+ Kc7 37. Te7+ Kb6 38. Tb8xt Lb8 39 Tb7+ leidt tot wat grootmeester Pfleger pleegt te noemen ■„een algeheel opvreten". En zo is er dan weer eens een bommetje in de damwereld uit elkaar gespat. Zoals u al gelezen zult hebben, gaat de match Wiers- ma-Koeperman, die om de wereld titel zou gaan, nu definitief niet meer door. De hele affaire werpt een eigenaardig licht op het reilen en zeilen van de werelddambond. de FMJD. Vijfvoudig wereldkampioen ir. Is- ser Koeperman heeft na het ver lies van zijn titel, vier jaar geleden in Amsterdam, van zijn land nooit toestemming gekregen om zijn recht op een tweekamp met Wiers- ma te verzilveren Koeperman heeft namelijk in het wereldkam pioenschap van 1976 een heel eige naardig partijtje gespeeld met (hoe raadt u het) Wiersma en dat is hem toen door Gantwarg en Tsje- gojew zeker niet in dank afgeno men. Integendeel! De twee bena deelden sloegen met hulp van Ton Sijbrands driftig op de grote trom en dit had tot gevolg, dat een en ander in de Sowjetunie tot de bo dem werd uitgeplozen. Gevolg daarvan was weer. dat het hoofd bestuur van de Russische dam- bond grondig werd gereorgani seerd. Koeperman werd als een van de boosdoeners op een zijs poor gerangeerd en mocht niet naar Nederland om zijn rechten te doen gelden. De gestrafte Rus. want zo kun je dat toch wel zien, vulde na enig nadenken wat emigratieformulie ren in, mocht tot zijn verbazing vrij snel het land verlaten en ves tigde zich in de Verenigde Staten. Hij meldde zich in 1978 op het congres in Arco vdi Oarda en eiste dat hij alsnog in de gelegenheid zou worden gesteld. Wiersma uit te dagen. Uiteindelijk werd in mei van dit jaar in Arta Terme door de aanwe zige bestuursleden van de FMJD (Roozenburg, Jurg, Mazzili) beslo ten Koeperman zijn „recht" te ge ven. Dat riep bij het niet aanwezi ge Russische FMJD-bestuurslid Polkovnikov grote weerstanden op. Tijdens het Europees ploegen- kampioenschap in Rijssen protes teerde de Rus. Hij eiste dat de match zou worden geannuleerd. Zo niet, dan zou de hele Russische afvaardiging naar het WK in de cember in Mali niet komen op dagen. Toen begon het gesjoemel pas goed. Uiteindelijk kwam er na de ze chantagepoging een mijns in ziens uiterst zwak compromis op tafel, waarin de andere FMJD be stuursleden Polkovnikov voorstel den de beslissing maar uit te stel len tot het congres in Mali. Tot zolang zou de match Wiersma- Koeperman dan gaan om de offici euze wereldtitel. Daarna zou deze term dan kunnen worden veran derd in „officieel", als het congres daar in Mali toe zou besluiten. Via een of andere praatjesmaker (Koeperman of misschien wel een andere personlijke vijand van Jurg?) verscheen toen plotseling het gerucht in de wereld, dat de ex-Rus een contract zou hebben getekend, waarin hij afzag van zijn aanspraken op de titel en deze tweekamp met Wiersma uitslui tend nog zou zien als een middel om zijn inmiddels lege zakken te vullen. Koeperman ontkende in alle telen, dreigde met een kort geding. Toen waren de veertien Nederlandse gemeenten, die de match zouden sponsoreren, het al lemaal zat en gaat de hele boel niet meer door. Uiteindelijk heb ben de Russen dus toch hun zin gekregen, maar volgens mij kan men nu ook gaan nadenken over opheffing van de FMJD. In deze kolóm wil ik niet verder ingaan op de vraag of de protesten van de oppositie terecht zijn. In hoeverre moet deze tweekamp ge zien worden als het vereffenen van een oude schuld? Was de neder laag van Koeperman tegen Wiers ma toen echt afgesproken werk of combine, zoals dat in vaktermen heet? In het dagelijks verslag dat ik toen in Trouw verzorgde, heb ik duidelijk laten doorschemeren hoe ik daar over dacht en nog steeds denk, maar Wiersma heeft dat nooit toegegeven, maar ook nooit met zoveel woorden ontkend dat ik van hun beider oprechtheid ben overtuigd. Toch blijkt ook nu weer, dat het beleid van de FMJD ondanks alle positieve resultaten wrevel wekt. Zo was er al wat kritiek op de regeling met betrekking tot de plaatsing via de zone-toernooien voor de wk-finale in Mali (waarvan ikzelf zoals u weet min of meer de dupe ben geworden, nu Verpoest en Issalene, die resp. 6 en 7 punten minder haalden uit 13 partijen, wel geplaatst zijn omdat zij niet uit Nederland komen). Overigens zijn ook een paar Russen van dit soort regelingen de dupe in het nog te spelen Oosteuropese zone- toernooi. Toch ben ik er wel van overtuigd, dat een dergelijke im populaire regeling nodig was om de morrende kleine damlandjes te vriend te houden, om het zo maar te noemen, want dat is natuurlijk het geval geweest. Wel vindt men, dat er tijdens het zone-toernooi in Suriname een minder geslaagde beslissing is ge nomen en met men bedoel ik dan een aantal topspelers, waarbij ik mijzelf ook nog maar reken on danks mijn besluit de individuele damsport voorlopig voor gezien te houden. Daar is nog voor het Zuid amerikaans zonetoernooi of mis schien ook nog wel tijdens deze wedstrijd, want ik ben er niet bij geweest, op aandringen van het organiserende land Suriname be sloten, het aantal beschikbare plaatsen voor de finale uit te brei den tot vier zodat er in ieder geval (want dat dacht men in Suriname ten tijde van het voorstel) een Surinamer in de finale zou komen ook al was het dan als vierde na Koeperman, Weltman en Robil- lard. Wat zullen ze daar toen op hun neus hebben gekeken toen niet een van de Surinaamse deel nemers maar de Braziliaan Lelio Marcos er met deze zo belangrijke vierde plaats van door ging! Toch komt het op zijn zachtst gezegd eigenaardig over, wanneer een genomen besluit onder pressie van een groepering zo maar door de ter plaatse aanwezig zijnde FMJD-functionaris kan worden veranderd. Misschien krijg ik op 30 november nog wel een telegram waarin staat dat ik mij toch ge plaatst heb, omdat men op het laatste moment heeft besloten om het Westeuropese zonetoernooi een extra plaats toe te kennen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 17