Ook de politie moet emoties kwijt Een kosmisch 'haasje over' Rachelen Ibrahim, bruggenbouwers in Israël Zondagmorgen vroeg aan zuidoostelijke hemel H» DONDERDAG 2 OKTOBER 1980 TROUW/KWARTET "1 door Frans Denkers In het vorige weekend hebben politie agenten van het bu reau Lijnbaansgracht in Am- sterdam een op het eerste ge- zicht unieke actie gevoerd, J Uit protest tegen de opdracht van het bevoegde gezag om niet op te treden tegen de manifestatie bij de Groote Keyser, besloten zij eigen machtig om te zelfder tijd ook geen processen-verbaal te ge ven voor kleine overtredingen van „gewone" burgers. Wat te denken van deze gebeurtenis? Het. antwoord is afhankelijk van de visie die men op de politie heeft. Naar mijn oordeel is de politie er om op een nuchterder, afstandlijker en minder geëmotioneerde manier op maat schappelijke verschijnselen als crimi naliteit en verstoringen van de open bare orde te reageren dan burgers in hun geëmotioneerdheid zelf ge neigd zijn te doen. De geschiedenis leert dat. als men de aanpak van deze maatschappelijke verschijnselen he lemaal aan de burgers zelf overlaat, een onevenredige, escalerende eigen richting het gevolg is. Om dit te vermijden zijn overheidsor ganen in het leven geroepen (politie, justitie). Het wezen van hun taak is niet om dieven te vangen of om rellen neer te slaan. Dat kan iedere wille keurige burger of groep van burgers. Geef hun voldoende geld. mankracht en apparatuur, en de criminaliteit wordt percekter bestreden dan thans het geval is, Nee, de essentie van de politietaak is op een niet-emotionele en fatsoenlijke manier criminaliteit bestrijden en de openbare orde hand haven. Dat is niet altijd het geval geweest. Voor de Franse revolutie werd er door politie en justitie zeer subjectief en emotioneel opgetreden. Het gevolg was willekeur, partijdigheid en be- voordeeldheid. Met andere woorden: overheidsorganen die primair in het leven waren geroepen om de te emo tionele eigenrichting van de kant van de burgerij tegen te gaan, gingen zelf eigenrichting plegen. Om dit te ver hinderen zijn er. met name sinds de Franse revolutie, allerlei regels ge maakt, die alle tot. doel hadden sub jectiviteit en emotionaliteit bij poli tie en justitie uit te sluiten en hen te helpen bij een nuchtere, afstandelij ke taakuitoefening. De bekendste re gels zijn die welke zijn neergelegd in de wetboeken van strafrecht en van strafvordering. Deze wetboeken vor men eigenlijk één groot pakket van geformaliseerde fatsoensnormen. Deze ontwikkelingen hebben geleid tot de idee van de moderne rechts staat. Een buitengewone grote ver worvenheid, hoe incompleet en ge brekkig deze in de praktijk ook func tioneert. In elk geval heeft de ver dachte. vervolgde, en gedetineerde burger een groot aantal rechten die hem beschermen tegen subjectief- emotioneel optreden van politie en justitie. Intussen evenwel hebben mensen van de politie en Justitie toch hun emoties, eenvoudig omdat het ook mensen zijn. Maar deze emoties wor den, onder andere door de wetboeken van strafrecht en strafvordering, sys tematisch onderdrukt. Ik durf zelfs te beweren dat er geen organisatie is waar zo'n systematische en zo'n structurele repressie van het gevoels leven plaatsvindt, als binnen de poli tiële/justitiële organen. Nogmaals, het onderdrukken van gevoelens is in dit geval een groot goed, want daar aan danken wij onze rechtsstaat. Het grote probleem is echter dat poli tiemensen toch op de een of andere manier hun emoties kwijt moeten kunnen. Welnu, daaraan wordt bin nen de politie zelf en door de samen leving nauwelijks aandacht besteed. De politie wordt immers eenzijdig gemeten en beoordeeld naar de mate waarin zij fatosenlijk optreedt, dat wil zeggen naar de mate waarin zij haar emoties inhoudt en achterwege laat. Dit is absoluut te weinig. Het is één ding om, middels formeel juridi sche regels, emoties te onderdrukken. Het is een ander ding om er tegelij kertijd zorg voor te dragen dat deze emoties op de een of andere manier een legitieme uitweg kunnen vinden. Want eruit moeten zij, die emoties. Anders kom Je in een kramptoestand. Voor dit laatste hebben politie en samenleving tot nu toe beslist te wei nig aandacht gehad. En toch is dat absoluut noodzakelijk. In de eerste plaats om psychohygiëni- sche redenen voor de betrokken poli tiemensen zelf. Als emoties, omwille van de rechtsstaat, niet tijdens de uitoefening van de functie geuit mo gen worden, worden zij gemakkelijk meer verwrongen geuit in psychoso matische klachten of worden zij afge reageerd in familieverband. Dit vormt op zichzelf trouwens al geen goede voorwaarde voor een optimale uitoefening van het beroep. Maar in de tweede plaats, juist ook om hun taak fatsoenlijk en nuchter te kunnen vervullen, is het nodig dat politiemensen binnen de politie roya le gelegenheid krijgen om lucht te kunnen geven aan hun emoties. Zo niet, dan is het gevaar groot dat zij deze emoties toch agressief of anders zins afreageren op burgers en wel in de uitoefening van hun functie. Dat is nou net niet de bedoeling. Samenvattend kan dus worden ge steld: als het er vooral om gaat dat de politie beheerst en niet-emotioneel optreedt, is het politievraagstuk pri mair een emotioneel vraagstuk. In het licht van deze gedachtengang is de spontane manier waarop politie agenten in het vorige weekend uiting gaven aan hun opgekropte gevoelens een creatieve daad. Als men die ten minste vergelijkt met de alternatieve wijzen die in het verleden zijn toege past en ook nu hadden kunnen wor den toegepast. In de jaren '60 deed zich een vergelijkbare situatie voor. Toen de eerste heroïne-handel in het Vondelpark plaatsvond en de eerste slachtoffers van dit gif vielen, mocht de politie aanvankelijk niet optreden. Uit frustratie pakten sommige poli tiemensen toen een argeloze burger die met zijn fiets over het voetpad reed. Onder het motto: „die kan ik wel pakken". Die fietser pikte dat natuurlijk niet en reageerde met: „moet je mij hebben? Doe eens iets aan die ellende daar". Een escalerend conflict was het gevolg. Met andere woorden: een veel agressievere reac tie, ten koste van gewone burgers, dan in het afgelopen weekend. Met dit alles wil lk niet zeggen dat een dergelijke actie navolging ver dient. Integendeel, deze actie moet beschouwd worden als een groot sig naal dat politiemensen niet op ande re manieren binnen hun korps hun emoties kwijt kunnen. Dat is dan ook de opgave waarvoor de politlè en de samenleving zich in de naaste toe komst zien gesteld omwille van de rechtsstaat. Omdat het vooral om een vraagstuk van menselijke emoties gaat, is het ook niet juist de eigengereidheid van het bureau Lijnbaansgracht uitslui tend te beoordelen in termen van „ondergeschiktheid aan het bevoeg de gezag die in acht moet worden genomen". Ook als individuele poli- tie-agenten gewetensbezwaren uiten, hoort men maar al te vaak de reactie: „dat wist je van te voren, dat je loyaal opdrachten moest uitvoeren. Als je dat niet zint, ga je maar weg." Ik vind dit een volstrekt onjuiste wij ze van reageren. De uiting van mense lijke gevoelens en twijfels worden daarmee in de kiem gesmoord. Ter wijl het juist zo belangrijk is dat deze boven tafel kunnen komen, dat er over gepraat wordt en dat zij serieus worden genomen. Pas als dat ge beurd is, kan de consequentie zijn dat de betreffende politieman beter de dienst kan verlaten. Maar dat is dan vers vijf, als sluitstuk van een open en integere discussie. Naar mijn over tuiging is dat trouwens de enige en beste garantie voor een uiteindelijke loyale ondergeschiktheid aan het be voegde gezag. Overigens is er vorige week nog iets bijzonders gebeurd dat in de publiciteit slecht is opgepikt. Het probleem van de Groote Keijser is tot nu toe altijd voorgesteld als een conflict tussen enerzijds de rechtsor de die moet worden gehandhaafd (uitvoering van gerechtelijke vonnis sen) en andereijds militante krakers, die dit door barricadering verhin deren. In de Brandpunt-uitzending van vori ge week dinsdag heeft burgemeester Polak daar iets geheel anders aan toegevoegd, wat insiders (ook kra kers) al lang wisten: de handhaving van de rechtsorde wordt niet öf niet alleen gefrustreerd door de krakers in de Groote Keijser maar ook door de huidige eigenaar „die meer geïnteres seerd is in geld dan in een ontrui ming". Ik vind dit een buitengewoon belang 'Open dag' van de Groote Keijseraanleiding tot politie-actie wekkende herformulering van het probleem. Tot nu toe kan de buiten wereld de indruk krijgen dat alleen barricaderende en zichzelf buiten de rechtsorde plaatsende krakers de schuld van de impasse waren. Nu blijkt openlijk dat er meer aan de hand is. Naast barricades van krakers speelt ook interesse in geld een rol. Exact tie reden waarom er überhaupt gekraakt wordt. We zouden dat bijna vergeten. Laten we het in de samenle ving dan ook daarover hebben. Nu is het vraagstuk ten onrechte versmald tot het probleem rechtsorde versus krakers. Dr. F. Denkers is psycholoog en be leidsmedewerker van de Amster damse politie door onze sterrekundige medewerker Wil Carton Een zeldzaam kosmisch 'haasje over' wordt zondag morgen vroeg opgevoerd aan de zuidoostelijke hemel. Bij wijze van voorproefje schuift de Maan voor de heldere ster Regulus langs, en daarna ra kelings langs de nog heldere planeet Venus. Zo'n bedek king van Venus is een even spectaculair als zeldzaam ge zicht. De vorige keer in Neder land was op een lente-avond in 1956. Dat gaf toen aanleiding tot heel wat bezorgde telefoontjes naar krantere- darü'es. waarin gevraagd werd of zo'n samenstand kwaad kon. Het ontzag dat zo'n dichte nadering van maan sikkel en heldere „ster" ook vroeger al de mensen inboezemde, blijkt uit het feit dat zo'n samenstand op de vlag van verscheidene landen staat afgebeeld: Turkije. Pakistan, Malei sië, Algerije, Libië, Mauretanië, Tune sië En de Britse schrijver Samuel Coleridge gebruikte het schouwspel als onheilspellend voorteken in zijn „Rime of the ancient mariner." De passage van de Maan voor Venus langs is in Nederland rakelings zicht baar: de zuidelijke grens van het waarnemingsgebied loopt over ons land. In de noordelijke provincies wordt de planeet gedurende enkele minuten bedekt, in het zuiden blijft Venus zichtbaar „onder" de lang zaam voortschuivende maansikkel. Venus is al in een zevenmaal vergro tende kijker als een schijfje herken baar in tegenstelling tot de veel verder verwijderde sterren, die ook in de grootste telescoop lichtpuntjes 1 blijven. Er is dus, langs de zichtbaar- K heidsgrens van de bedekking, een ^smalle strook waarin de Maan het Venusschijfje maar gedeeltelijk be- .dekt. Die zone ligt tussen de lijn betten Opperdoes Giethoorn Hollandscheveld en, 38 kilometer la ger, de lijn Santpoort Tuindorp Oostzaan Nunspeet Almelo. Over Venus was tot. ongeveer 1960 weinig meer bekend dan de buitendi- ameter (12.200 kilometer) en de baan- beweging Een egaal wit wolkendek omhult permanent de planeet; dat waren in elk geval geen waterdrup peltjes, maar de rest bleef giswerk. Pas in de jaren zestig leverden radio telescopen en radar-echo's meer ge gevens, in de jaren zeventig aange vuld door metingen van ruimtecapsu les die er heen vlogen. Wij geven een overzicht van twintig jaar speurwerk. Sinds 1961 hebben 23 ruimtevaartui gen Venus van dichtbij geobserveerd. Driekwart mislukte, of gaf bij aan komst direct de geest. Door de hitte en de luchtdruk, begreep men in de jaren zeventig, en bouwde de sondes toen veel robuuster, bijvoorbeeld met cameravensters van diamant in plaats van glas. Er bestaan ook nu nog maar twee foto's van het opper vlak van de planeet, door de Russen in 1975 gemaakt met hun Venera 9 en 10. Ze tonen rotsen en keien, onder een daglicht even sterk als op een aardse bewolkte middag. Intussen hadden in 1973 de scheikundigen Sill en Young geopperd dat de wolken van Venus uit druppeltjes zwavelzuur bestonden. In hetzelfde jaar bleek dat de buitenste wolkenschil elke vier dagen helemaal rond de planeet wen telt. zestig maal zo snel dus als de vaste planeetbol. Recente gegevens Tenslotte de meest recente gegevens, verkregen door de Amerikaanse Pio neer Venus na december 1978. Deze bestond uit één capsule die in een parkeerbaan bleef draaien en ver schillende sondes die tijdens hun af daling de dekke dampkring bemon sterden. Er blijken vier aparte wol kenlagen te zijn, de hoogste op 65 kilometer en de laagste op 31 km boven het oppervlak. De bovenste laag is een neveldeken van ruwweg vijf km dik, en bestaat uit druppel tjes van 1,3 micrometer (0,0013 milli meter). Een laag daaronder heeft minder vloeistofdruppels, maar nu ook vaste kristalletjes, waarschijnlijk zwavel. De dichtste nevel hangt op 50 km hoogte, biedt een zicht van min der dan één kilometer, en bestaat eveneens uit vloeistofdruppeltjes en vaste kristallen. Beneden 31 kilome ter is de dampkring doorzichtig en stofvrij. Er wordt dus niets vanaf de bodem opgewaaid. Een en ander klopt met de zwavelzuur-theorie van Sill en Young. Van boven naar bene den blijkt het gehalte zwaveldioxide 240 maal zo groot te worden, het gehalte vrije zuurstof zestig maal. Vanuit de zwavelzuurwolken zouden druppeltjes en kristallen uitregenen tot ze in de zengende hitte van de lagere dampkring weer verdampen en ontleden. tier lang na in de „stroperige" damp kring, waar een druk van 91 atmos feer heerst. Bliksemflitsen, tot 25 per seconde, vermengen zich tot een con stante gloed. Twee Pioneer-sondes die aan de nachtzijde afdaalden, na men vanaf twintig kilometer hoogte een in helderheid toenemend schijn sel waar. Kortom, een wereld van vuur en zwavel waarbij de ondergang van Sodom en Gomorra verbleekt. In kaart Met het radarinstrument van de Pio neer is de laatste anderhalf Jaar de vaste bodem van Venus in kaart ge bracht, die in die periode tweemaal onder de baan van de kunstmaan door draaide. Er zijn In het verkende gebied tussen 75° noorder- en 65° zui derbreedte globaal drie soorten ter rein: een zich rond de hele planeet kronkelende gordel van golvende vlakten. Deze beslaan zestig procent van het oppervlak, en kunnen worden gezien als het gemiddelde niveau van In die lagere atmosfeer komt zwaar de planeet, met een middellijn van Kosmisch „Haasje Over": Komend van rechts, schuift de Maan om 4.27 u vóór Regulus. Nadat Regulus om 5.31 u aan de andere (donkere) rand tevoorschijn komt, staat de Maan „tussen" Regulus en Venus. Om 6.42 u speelt de rakende bedekking van Venus zich af, tijdens de naderende dageraad. Dit alles speelt zich af aan de Zuidoostelijke hemel, zondagmorgen 5 oktober. onweer voor. De Russische Venera's 11 en 12 registreerden tijdens de afda ling talrijke elektrische ontladingen. Een zware donderslag kort na de lan ding van Venera 12 schoot een kwar- 12.112 kilometer. Grote ondiepe bas sins en valleien (zestien procent), alle maal droog. Een sleuf is 1600 km lang, 300 km breed en 5 km diep. Hooglan den die zich meer dan een kilometer boven de vlakten verheffen, oplopend tot enkele toppen van elf kilometer hoog, de Maxwell Montes. De ruwe oppervlakte lijkt dus niet op die van onze aarde. De continentale schollen (sial), drijvend op een taaie pseudo- vloeibare laag, die hier leidden tot de vorming van gebergten, ravijnen, troggen en mid-oceanische ruggen, lijken afwezig. Wel zijn er vele breuk gebieden en kegelvormige „puisten" die lijken op aardse vulkanen. En zo goed als zeker herbergt Venus geen leven, maar daarover bestonden ook al weinig illusies. Temperatuur In 1962 verraden metingen van infra rood licht (warmtestraling) de tempe ratuur aan de bovenkant van de wol ken: 50°C, zowel aan dag- als nacht zijde. Ultrakorte radiogolven van het oppervlak zijn door de wolken heen waar te nemen en leveren ode tempe ratuur daar beneden: 300°C aan de nachtzijde en 430°C aan de dagzijde. De dampkring bestaat in hoofdzaak uit koolzuurgas (98 procent) met een berekende druk van maar liefst 50 atmosfeer Dat laatste zou nog een onderschatting blijken. De echo's van naar Venus uitgezon den sterke radar-pulsen brengen in hetzelfde jaar enige klaarheid in het tempo waarin de planeet om zijn as wentelt. Eens in de driehonderd et malen, meten de Russen; Amerikaan- 1 se teams berekenen een periode van 248 respectievelijk 266 etmalen. Men is het er over eens dat Venus, als enige planeet in het zonnestelsel, van oost. naar west draait. In 1978 volgt de definitieve meting: 234 etmalen. In combinatie met de omlooptijd om de zon, 225 etmalen, betekent dat op Venus een daglengte van 117 et- malen. door Henk van der Molen Christa Gut werd in 1938 geboren in een Evangelisch gezin in Stuttgart. Kort na haar geboorte vond de beruchte Kristall- nacht plaats. In Stuttgart en in vele ander Duitse steden gingen synagoges in vlammen op en werden ruit&i van Joodse winkeliers aan diggelen gegooid. Deze uitingen van Joden haat hebben het leven van Christa gestempeld. Uit solidariteit met het Joodse lijden noemt ze zich geen Christa meer, maar Rachel. Rachel trouwde met de zoon van de grote Joodse denker Franz Rosen- zweig en woont nu al meer dan vijf tien jaar als Jodin in Israël. Ze is als docente werkzaam op een pedagogi sche academie. Maar veel belangrij ker zijn haar nevenactiviteiten: zij spant zich onvermoeibaar In voor ver betering van de betrekkingen tussen Joden en Arabieren. Als Christa Gut haar vader sneu velde in de tweede wereldoorlog studeerde zij In het na oorlogse Duitsland muziek, klassieke talen en Engels om daarna nog eens een stu die theologie en Hebreeuws ter hand te nemen. Ze raakte betrokken bij de strijd tegen het anti-semitisme en dacht diep na over het probleem van het lijden van de Joden. „Solidariteit met de lijdenden in het Jodendom" was de titel van het proefschrift waar op zij in 1973 promoveerde ter afslui ting van haar studie Tenach, Joden dom en godsdienstwetenschappen aan de Hebreeuwse Universiteit. Haar denken is gestempeld door de holocaust en door de werken van haar schoonvader, die ze heeft uitge geven. Onlangs was zij in de christe lijke nederzetting Nes Ammim in Ga- lilea, waar zij op meeslepende en overtuigende wijze sprak over de zaak die haar de laatste rijd helemaal in beslag neemt: partnerschap tussen Joden en Arabieren. Ibrahim Sim'an Dr. Rachel Rosenzweig houdt eigen lijk nooit spreekbeurten en zou zeker niet naar Nes Ammim gekomen zijn wanneer zij niet was meegenomen door een Arabische vriend: Ibrahim Sim'an ook al iemand met een merkwaardige loopbaan. Geboren in Bedoeïenen onder Israëlischevlag 1940 in Ibillin in de buurt van Akko, doorliep hij een school van de baptis ten en volgde hij een cursus journalis tiek. Maar hij werd huisschilder. Nu is hij lekepredikant van de Bap- tistenkerk in Haifa. Regelmatig gaat hij voor in kerkdiensten in Nes Am mim. Toen Henk Verkerk van NCRV's „Ander Nieuws" enkele maanden geleden een reportage over Nes Ammim maakte, waarin hij ook niet-ingezetenen aan het woord wilde laten, kwam hij ook bij Ibrahim Si m'an terecht. Sim'an is zeer actief op het gebied van de vluchtelingenhulp en de Arabisch-Joodse betreldüngen. Om ds. Simon Schoon te citeren: „Hij stelt zijn christen-zijn boven alles, maar verloochent op geen enkele ma nier zijn Palestijnse indentiteit. Hij is een uitgesproken bruggenbouwer, ge dreven door een christelijke inspi ratie." Ibrahim Sim'an was het die Rachel Rosenzweig op Nes Ammim introdu ceerde. Hij deed het als volgt: „Ik heb in mijn leven veel gekke mensen ont moet en zij is wel de gekste. Maar ik geloof dat alleen wanneer je gek bent van Iets waarin Je gelooft, je iets zult bereiken. En dat doet zij, Zij gelooft dat de betrekkingen tussen Arabie ren en Joden genormaliseerd kunnen worden. En waarom niet?" Nuchter Ibrahim Sim'an gelooft daar zelf ook in. Heel nuchter overigens. In Nes Ammim zei hij: „Wat ook de histori sche bewijzen zijn voor de rechten op dit land van Arabieren of van Joden, wij zullen samen moeten leven in dit land, of we willen of niet. Er heeft nooit één volk alleen in dit land ge woond; er waren altijd ook andere stammen. En na 70 na Chr., toen het Joodse volk het land in ballingschap verliet, heeft God toen een hoog hek om dit land heen gezet met borden „Verboden toegang; dit land is de joden beloofd"? Nee Toch? Al die tweeduizend jaar was dit land niet onbewoond. Er woonden Arabieren en Joden letterlijk of in de geest. Wij zijn hier dus als Arabieren en Joden. Wij hebben jarenlang tegen elkaar gevochten en het is nu tijd om twee mogelijkheden in beschouwing te nemen: óf wij leren hoe wij met elkaar moeten leven öf de geschiede nis zal ons leren hoe wij met elkaar zullen sterven. Een andere keuze is er niet." Nieuwe methode Ibrahim Sim'an en Rachel Rosen zweig ontmoetten elkaar enkele jaren geleden bij een actie om te bewerk stelligen dat de Arabische bewoners van Ikriet en Bir'am naar hun dorpen konden terugkeren. Rachel was toen al een aantal jaren actievoerster. Op de geijkte manier, zoals zij zelf zegt: demonstraties, discussies, artikelen. „Dat zijn dingen die meestal de men sen alleen tegen je innemen. Ik be greep dat ik fout zat. De vergissing is dat, als je de mensen beschuldigt, zij hun oren sluiten en niet meer willen luisteren. Je moet eerst hun vertrou wen winnen." Vertrouwen dat is een van de sleu telwoorden in de organisatie die Ibra him en Rachel in 1977 stichtten: Part nership. „Mensen en volken", aldus Rachel Rosenzweig, „kunnen samen leven wanneer zij in een verhouding van partnerschap staan. Dat wil zeg gen: wanneer zij een gemeenschappe lijk belang bezitten. Een andere voor waarde is dat er gelijkwaardigheid ix\ zelfrespect aanwezig moet zijn. Het ïs" onmogelijk en hieraan zie je dat het een sociaal probleem is dat twee mensen partners kunnen "zijn, bijvoorbeeld in zaken, als de één een meerderwaardigheidscomplex en de ander een minderwaardigheidscom plex heeft. De derde voorwaarde is dat er een wederzijds vertrouwen moet bestaan." „Als deze voorwaarden bestaan of als men zich er niet van bewust is moeten wij die scheppen en ontwik kelen. Dat betekent dat wij te maken krijgen met veel problemen. Objec tieve problemen, zoals landerijen, be zetting, opvoeding, politieke situa ties; en problemen van psychologi sche aard zoals achterdocht, onkun de, het zich niet bewust zijn van het uniek eigene. Dat is ons doel" Patrouilles De organisatie heeft een heel eigen methode ontwikkeld, die van de zoge naamde partnerschip-patrouilles. Nóg diep onder de indruk vertelde Rachel van de „patrouille", die twee dagen tevoren was beëindigd. Daar voor was een werkgroep gevormd van achttien mensen, van wie er twaalf afkomstig waren uit het Arabische dorp Jaljoelia en uit de (Joodse) mos- jav een coöperatieve nederzetting Sde Chemed en de kibboets Chors- jiem. Gedurende een etmaal verbleef de werkgroep in deze drie nederzettin gen om te trachten de mensen tot elkaar te brengen. „Verschrikkelijk moeilijk", zegt Rachel ronduit. „Eerst al om in deze dorpen geaccep teerd te worden ah gasten. En daarna om mensen te vinden die mee willen doen aah de werkgroep. Daarnaast zijn er nog alle technische problemen. U weet zelf dat dit Nederland niet is Aan de laatste „patrouille" bewaart Rachel een zeer bijzondere herinne ring. Op Toe-bi-sjvat, de feestdag van het boomplanten, bracht de werk groep een aantal kinderen uit Jaljoe lia en Sde Chemed bijeen om bomen te planten op een vuilnisbelt tussen de beide nederzettingen. „Alles was geïmproviseerd. Maar aan het eind OpGnhaftiQ van de ceremonie wist elk kind ten- minste één naam van een kind van de andere kant. Want hoewel zij naast elkaar wonen, kennen zij elkaar niet. en in het Arabisch en alle aanwezigen herhaalden het als een koor." Een dag later kreeg Rachel een tele foontje van iemand uit Sde Chemed, die haar vertelde: „Ik breng elke dag onze kinderen naar school en ge woonlijk zingen zij een spotlied als ze langs Jajoelia komen. Maar toen ik hen vanmorgen naar school reed, rie pen ze: „Mijn vriend daar heet zo en zo. En de mijne zo!" De partnerschap-patrouilles vormer slechts één project van de organisa tie, die bezig is steeds professionolei te worden. Een ander project heefl betrekking op de regeringspolitiek ten aanzien van de bedoeïenen. De regering wil hen in stadjes concentre ren, terwijl „Partnership" voorstelt degenen, die daarvoor voelen, in landbouwnederzettingen te laten werken. Daarvoor heeft „Partner ship" een onderzoek onder de zeven bedoeïenenstammen verricht. Een ander project heet „leerlingen project" en behelst het streven volle dige partnerschappen op te bouwen tussen schoolklassen. Men wil begin nen met vier leerlingen, twee van elke kant, die dan zelf moeten beslissen wat voor gecombineerde activiteiten ,zij kunnen ondernemen op het socia le, educatieve en praktische vlak. Op een gegeven ogenblik wil „Partner ship" er dan een schoolklas of een jeugdgroep uit het buitenland bij be trekken om er een driehoeksverhou ding van te maken. „Dat zal", zegt Rachel, „veel meer uitdaging, span ning en inspiratie met zich mee brengen," Telefoontje Zij hadden nog nooit contact met elkaar gehad. Na de boomplanting waarbij velen tranen in de ogen had den sprak iemand de zegenwens uit dat deze bomen et .1 teken zouden worden van partnerschap tussen Jal joelia en Sde Chemed en tussen Ara bieren en Joden in het algemeen. Hij werd uitgesproken in het Hebreeuws Dr. Rosenzweig zei openhartig dat zij niet alleen in Nes Ammim was om informatie te verschaffen. „Ons eer ste punt op het ogenblik is om men sen te zoeken die op de een of andere manier gemotiveerd kunnen worden om ons te helpen, met mankracht, met training of met geld of door steun te verlenen aan ons doel en onze methoden." Henk van der Molen is lid van het dagelijks bestuur van de Stichting Nes Ammim-Nederiand en in het bij zonder belast met de publiciteit.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 13