'Vier jaar te kort voor
wijziging universiteiten'
'Werknemers booreiland
nog steeds rechteloos'
Kritische noten bij opening academisch jaar
Penning voor oud-minister
Wind
Doe joe folio
mie? (1)
Doe joe folio
mie? (2)
Gevoelig
Agenda
Steuncomité Latijns-Amerikanen:
DINSDAG 2 SEPTEMBER 1980
BINNENLAND
TROUW/KWARTET
Van onze onderwijsredactie
AMSTERDAM „Een kabinetsperiode van vier jaar is te kort voor ingrijpende verandering
in het onderwijssysteem en voor fundamentele onderwijswetgeving, als er behoorlijk gewerkt
moet worden." Deze opmerking maakte gisteren drs H. J. Brinkman, de voorzitter van het
college van bestuur van de vrije universiteit van Amsterdam, in zijn toespraak ter gelegenheid
van de opening van het academisch jaar.
Hij kwam tot deze conclusie nadat hij
de moeizame ontstaansgeschiedenis
had geschetst van een aantal wetten,
die in voorbereiding zijn voor het
wetenschappelijk onderwijs.
I Drs. Brinkman was gisteren niet de
enige, die kritische kanttekeningen
plaatste bij het beleid van minister
Pais (onderwijs) en zijn voorgangers.
In de meeste openingsredes, die op de
universiteiten en hogescholen wer
den uitgesproken, werd de moeilijke
financiële positie aangestipt, waarin
de universiteiten komen te verkeren.
Voor het Landelijk Studenten Aktie
Komlté betekende de opening van
het academisch Jaar het startsein
voor gerichte acties tegen het beleid
van Pais.
De kritiek richtte zich op het wets-
ontwerp voor de tweefasenstructuur.
dat voorziet in een doctoraalstudie
t van vier Jaar en een beperkte door-
stroming van studenten naar de post-
doctorale fase voor specialisatie en
r gerichte beroepsopleiding. Een twee
de punt van kritiek vormde het voor
ontwerp van wet op het wetenschap
pelijk onderwijs 1981. Positiever was
men over de beleidsnota universitair
onderzoek.
Bijval uit Leiden r
Drs Doorman kreeg bijval van de
voorzitter van het college van be
stuur van de rijksuniversiteit van Lei
den. mr. K. J. Cath. Deze meende dat
toekomstige kabinetten zuiniger
moeten worden met het maken van
beleidsnota's en het doen van wets
voorstellen. Volgens Cath zijn de af
gelopen acht Jaar „astronomische be
dragen'' besteed aan voorstellen" tot
verandering van het wetenschappe
lijke onderwijs en onderzoek. „Het
zou beter zijn als het parlement
wordt verplicht tot snelle besluitvor
ming, waarbij voldoende speelruimte
wordt gelaten aan de universiteiten
en hogescholen."
Het wetsontwerp voor de twee-fasen-
structuur ontmoette niet overal kri
tiek. Prof. dr. A. Verhoeff, de schei
dende rector van de rijksuniversiteit
van Utrecht, zei in zijn redevoering,
dat hij gematigd positief stond tegen
over de hervormingsplannen van
Pais. „Ik kan de invoering van deze
nieuwe structuur niet zien als het
begin van het einde van het universi
taire onderwijs Het gevaar lijkt me
groter dat er onder de nieuwe opper
vlakte toch weer niets wezenlijks aan
het universitaire onderwijs zal veran
deren."
Zijn visie werd gedeeld door de rector
magnificus van de rijksuniversiteit in
Groningen, prof. dr. J. Borgman. Hij
zag in. de ombouw van de doctoraal
opleiding tot vierjarige programma's
„een unieke aanleiding om over ver
nieuwing van het onderwijs na te
denken".
Verhoeff hoopte wel dat de discussie
over de twee-fasenstructuur gauw is
afgelopen. „Over de vraag of de twee
fasenstructuur de meest wenselijke
dan wel de meest verwerpelijke vorm
van universitair onderwijs is, zijn nu
zoveel wijze en onwijze woorden ge
produceerd, dat het de hoogste tijd
wordt dat het parlement vastlegt
waar de universiteiten zich in de toe
komst aan zullen moeten houden.
Dat zal een einde maken aan de onze
kerheid". aldus Verhoeff.
Academische vrijheid
In de speeches werd een groot aantal
bezwaren geformuleerd tegen de wet
op het wetenschappelijk onderwijs
1981. waarvan het voorontwerp in dis
cussie is. Volgens prof. dr. J. Sperna
Weiland, de rector magnificus van de
Erasmus universiteit in Rotterdam,
zitten er in de komende wet elemen
ten, die de vrijheid van onderwijs
beperken. „Ongewild wordt er een
structuur geschapen, waarbij weten
schappers en vooral studenten
niet meer in volle vrijheid kunnen
onderzoeken en publiceren. De pro
gramma's worden zo strak opgesteld,
dat met name de studenten alleen
nog de voorgeschreven boeken en
dictaten kunnen verwerken."
Hij verklaarde zich tegen de vastleg
ging van het ongeschreven beginsel
over de „academische vrijheid." In
perking van deze vrijheid en de finan
ciële bezuinigingen zouden het con
formisme bevorderen. Galilei, aldus
Sperna Welland, zou aan de toekom
stige Nederlandse universiteit geen
kans meer krijgen 9m te bewijzen dat
de aarde rond is. Het idee voor zo'n
onderzoek zou slecht vallen bij het
wetenschappelijk forum op de uni
versiteiten door de doorgevoerde be
zuinigingen zou het onderzoek niet
uitgevoerd kunnen worden, omdat de
publieke opinie op de universiteit er
niet achter staat.
De rector magnificus van de vrije
universiteit van Amsterdam, prof. dr.
H. Verheul, toonde zich evenmin een
voorstander van de vastlegging van
het begrip „academische vrijheid."
Hij zag liever dat de academische
vrijheid gewaarborgd werd in de
grondwet.
De wet universitaire bestuurshervor-
ming kreeg nogal wat kritiek van drs.
M. J. Koomstra, lid van het college
van bestuur van de Leidse universi
teit. Koornstra memoreerde aan de
opzet van de wet. De studenten en
het niet-wetenschappelijk personeel
zouden zorg dragen voor een duidelij
ke maatschappelijke oriëntatie bij de
besluitvorming. Koornstra: „Het te
gendeel lijkt mij soms het geval. Vak
groepen en subfaculteiten zijn niet
zelden gericht op budget maximalise
ring. Te weinig besturen laten blijken
dat het totaal van hun activiteiten
één of enkele miljoenen omvatten,
die door de samenleving Worden op
gebracht."
De relatie tussen universiteit en
maatschappij werd ook gelegd door
ir. W C. M van Lieshout, de voorzit
ter van het college van bestuur van
de katholieke universiteit van Nijme
gen Hij meende dat de maatschappe
lijke dienstverlening meer gestructu
reerd moet plaatsvinden op de uni
versiteiten. Een katholieke universi
teit heeft volgens dr J. Kremers, de
voorzitter van de stichting van de
katholieke universiteit in Nijmegen,
een speciale taak in deze samenle
ving. „Het barst van de zinsgevings-
vragen, geestelijke nood, verstopte
menselijke verhoudingen en minder
heidsgroepen, die geen steun hebben
en in de knel raken. Kremers vond
dat de katholieke universiteit op
grond van de „christelijke solidari
teit" zich meer op deze problemen
moest richten.
In de openingsrede van prof. dr. L.
Heyde, hoogleraar aan de centrale
interfaculteit filosofie aan de katho
lieke hogeschool te Tilburg, bena
drukte hij het belang van deze een
Jaar oude opleiding. „Met deze nieu
we faculteit is de filosofie meer dan
voorheen een zaak geworden, die alle
faculteiten aangaat."
De rector magnificus van de Techni
sche Hogeschool in Eindhoven, prof.
ir J. Erkelens, ging in zijn rede in op
de groeiende kritiek vanuit de maat
schappij op het wetenschappelijke
onderwijs. Hij noemde de kritiek
vaak terecht. „Wij hebben onszelf te
veel geïsoleerd en zijn er onvoldoende
in geslaagd naar buiten toe duidelijk
te maken welke nuttige bijdrage wij
leveren aan de toekomstige welvaart
van ons land."
Ondernemerschap
Erkelens vond dat dat de TH's hun
bijdrage moeten leveren in de strijd
om het voortbestaan van de nationa
le industrie door de oprichting en de
ontwikkeling van kleinere vernieu
wende ondernemingen te stimuleren.
„Jonge ingenieurs zouden daarom be
ter op het ondernemerschap moeten
worden voorbereid."
Hetzelfde geluid klonk door in de
rede van prof. dr. ir. H. H. van den
Kroonenberg, de rector magnificus
Prof. mr. H. J. Hofstra, oud-minister van financiën, is gistermiddag op de rijksuniversiteit van
Groningen onderscheiden met de Ubbo Emmiuspenning. Hij kreeg de penning uit handen van de rector
magnificus, prof. dr J. Borgman. Hofstra werd onderscheiden op grond van zijn indrukwekkende
inbreng in de belastingwetenschap.
van de Technische Hogeschool Twen
te. Hij pleitte voor de mogelijkheid,
dat kleine en middelgrote bedrijven
financieel in staat worden gesteld
jonge ingenieurs in dienst te nemen
voor de begeleiding van vernieu
wingsprojecten. Dit zou kunnen als
jaarlijks vijftien procent van de 150
miljoen, die de regering beschikbaar
stelt voor renovatie, voor dit doel
wordt gereserveerd.
Uitert somber was prof. dr. H. Casi-
mier, oud-voorzitter van de Konink
lijke Nederlandse Academie van We
tenschappen in zijn rede voor de
Technische Hogeschool in Delft. Hij
acht het niet uitgesloten dat de op
hol geslagen wetenschap en techniek
uiteindelijk kan leiden tot een cata
strofale ondergang van de huidige
beschaving De gevolgen van de mo
derne technische successen zijn vol
gens Casimier niet onverdeeld gun
stig. „In de ontwikkelingslanden
brachten zij nauwelijks verbetering
in een mensonwaardig lot van de
meerderheid. In de westerse maat
schappij leiden zij tot vervulling van
de steden, toenemende werkloosheid
en ontevredenheid, toenemende on
veiligheid en geweld, steeds slechtere
dienstverlening en een stijging van
PARLEMENTPARLEMENTAIRPARLEMENTARIËRSPARLEMENTARISMEPARLEMENTENPARLEMENTEREN
Redactie: Hans Gosllnga. Bijdrage: Ferry Mingelen
Het Binnenhof staat er nog, het
kabinet zit er nog, de problemen
liggen er nog. Er is niets nieuws
onder de zon. Laten we ons dus
opmaken opnieuw wind na te jagen.
Kleine, IJdele gebeurtenissen ma
ken duidelijk dat men weer in het
kleine vaderland is en politici niet
veranderen. Men bekijke slechts
zo'n fotootje als dat van onze minis
ter-president met een trommel op
zijn buik en een baret op zijn hoofd.
Ziet zo een ereburger eruit? Wie
lang naar de foto kijkt, zal zich
gelukkig prijzen een gewoon burger
te zijn. Van Agt mag trouwens wel
oppassen met al die ereschappen.
Werd hij deze zomer ook niet reeds
ere-doctor aan een Amerikaanse
universiteit?
Wie zoveel ere-functles heeft, kan
voor gewone functies wel eens te
zwaar worden bevonden. Voor neef
Joop liggen de problemen anders.
Een professor in zijn partij meent te
hebben aangetoond, dat de opposi
tieleider de naam „ome" niet langer
waard is.
Den Uyl is daarmee weer onderaan
de ladder, want in de politiek ben Je
voor neef niets, maar na ome kun je
nog vadertje worden. Na de oorlog
is dat, zoals men weet, alleen Drees
gelukt.
Zoals van een ereburger mag wor
den verwacht, heeft Van Agt dit
weekeinde opgeroepen tot nationa
le eenheid. Hij richtte dit appèl tot
de christelijke bond van oranjevere
nigingen. Had hij water naar de zee
gedragen, men zou het beter heb
ben begrepen.
Maar laat neef Joop oppassen. De
premier heeft van een ambtenaar te
horen gekregen hoe hij stemmen
kan winnen, dat kwam zo.
In een van zijn mismoedige buien
beklaagde Van Agt zich tegenover
een van zijn ambtenaren over het
juk van de wekelijkse persconferen
tie. Kon hij daar niet van af? Hij zei
daar maar dingen die hij niet wilde
zeggen en die hij later in het parle
ment weer moest rechtzetten.
De ambtenaar antwoordde de-pre
mier, dat stoppen wel buitenge
woon lichtzinnig zou zijn. „Immers,
u zegt op de persconferentie iets
verkeerd, maar dat levert u twee
zetels op. Vervolgens corrigeert u de
zaak in de Kamer en dat levert
opnieuw twee zetels op."
Wind. Men zij er voor gewaar
schuwd in dit verkiezingsjaar.
lands vrijwel volledig beheerst, ver
der redêlijk is in een van de Scandi
navische talen, Hebreeuws' kan le
zen en zelfs een keer de moeite nam
om aan een diner in China een toe
spraak af te steken in het Chinees.
Toen de raad van Europese minis
ters van onderwijs vorig jaar in Ne
derland vergaderde, werd hem zelfs
gevraagd als voorzitter te fungeren,
juist vanwege zijn talenkennis. Hij
wisselde toen ook Inderdaad net zo
gemakkelijk van taal als wij ge
woon van overhemd. Bravo dus. Ne
derland spreekt een woordje mee.
Jongens van Jan de Witt, Piet Hein
en de Verenigde Oostindische Com
pagnie.
Purheps ievun ze verie blkboon
of ze strettezie wie ievun fiel zet ze
Van Agt
ent of ze dekkeet diesurfs sierejus
konsiddereetsjun. Wishout ekzek-
jurreting ze importuns of ze oda-
tarkut, wie konsiddur it es uh sik-
niffikunt saainMinister Jan de
Koning (ontwikkelingssamenwer
king) spreekt de algemene vergade
ring van de Verenigde Naties toe. In
het Engels.
Zaterdagavond zond het NOS-jour-
naal er beelden van uit. Dat was op
zichzelf nog wel om aan te zien.
Maar wie daarbij ook nog het geluid
had aanstaan, moet een hevige
krampstoot hebben gevoeld in de
grote taalspier.
Zelfs de Nederlandse ondertiteling
neigde tot een opstand, de witte
letters trilden al. Vermoedelijk zou
den engelstalige toehoorders in
New York beter af zijn geweest wan
neer De Koning de tekst van zijn
toespraak gewoon had rondgedeeld
in plaats van haar uit te spreken.
Want het Engels waarvan hij zich
bediende, vertoonde sterke over
eenkomst met een Gronings dialect
zoals dat wordt uitgesproken door
een inwoner van Peking.
Minister De Konng is overigens niet
de enige bewindsman die zich on
verstaanbaar maakt. Er zijn meer
kleurrijke voorbeelden, zowel
van het huidige kabinet (Albeda,
Gardeniers) als van vorige minis
tersploegen. Legendarisch is bij
voorbeeld het optreden van de voor
malige minister van (volksgezond
heid en) milieuhygiëne, Irene Vor-
rink, die zich een keer in Frankrijk
introduceerde met de woorden: „Je
suis la ministre du milieu." Minister
van de onderwereld dus.
Gelukkig beschikt ons land ook
over bewindslieden die de betekenis
van een gedegen talenkennis op de
juiste waarde schatten. Zoals minis
ter Arie Pais (onderwijs en weten
schappen), die vloeiend Engels,
Frans en Duits spreekt, het IJs-
Dit vermag ons echter niet aan de
taal armoede onder bewindslieden
voorbij te gaan. Anders krijgen we
straks een minister van onderwijs,
die zijn Duitse collega gaat uitleg
gen dat het „Deutsch prassen" op
de Nederlandse scholen steeds druk
wordt beoefend.
Er is overigens wel een mogelijk
heid voor bewindslieden om blun
ders in de buitenlandse taal uit de
weg te gaan. Het Verbond van Ne
derlandse Ondernemers heeft bij
voorbeeld een stoomcursus, waar
men in veertien dagen tijd een van
de moderne talen redelijk in de vin
gers kan krijgen. Tot nu toe wordt
daar althans door ministers of
staatssecretarissen echter maar
Pais
spaarzaam gebruik van gemaakt.
Alleen de oud-minister van verkeer
en waterstaat Bakker schijnt de
VNO-cursus te hebben bezocht.
De vraag rijst derhalve of de over
heid zelve niet eens initiatieven
moet nemen om aspirant-bewinds
lieden te toetsen op hun capacitei
ten. En dat zou dan niet alleen de
talenkennis hoeven te gelden.
Jaren geleden heeft de Haagse ad
vocaat mr. Remco de Ranitz bij zijn
promotie tot doctor in de rechtsge
leerdheid (in Leiden) de stelling ver
kondigd dat politici net als topamb
tenaren een psychologische test
zouden moeten ondergaan. Zo'n
test past nu eenmaal in de sollicita
tieprocedure voor (duur betaalde)
overheidsbanen en geredeneerd
vanuit het gelijkheids- en rende
mentsbeginsel zou derhalve ook een
bewindsman hiervoor in aanmer
king moeten komen, zei De Ranitz.
Daaraan zou dan nog een aantal
andere voorwaarden kunnen wor
den vastgeknoopt, namelijk: goede
contactuele eigenschappen, gede
gen kennis van het staatsrecht en
goede beheersing van de moderne
talen.
dan. Iemand in WD-kring bedenkt
dat Rietkerk een goede kandidaat
zou zijn om de WD-commissaris
van de Koningin in Groningen,
Toxopeus, per 1 oktober op te vol
gen. Prompt neemt iedereen maar
aan dat Koos inderdaad naar Gro
ningen gaat, alsof ze hem graag en
zo snel mogelijk kwijt willen.
Nu worden politieke kopstukken in
Den Haag vaker voor allerlei mooie
baantjes genoemd zonder dat het
ervan komt Doorgaans laten ze de
ze geruchten maar lijdzaam over
zich heen gaan. Niet echter Koos
Rietkerk'. Afgelopen vrijdag gaf hij
een speciale verklaring uit waarin
hij benadrukte geen ambitie voor
de post te hebben en WD-partij-
voorzitter Korthals Altes herhaalde
deze boodschap diezelfde avond op
het WD-congres in Rotterdam.
Vanwaar deze overgevoeligheid?
„Ik denk dat hij echt 'niet veel zin
heeft in Groningen, het is niet een
man die zijn werk om vijf voor
twaalf in de steek laat, zegt zijn
woordvoerder desgevraagd.
Maar stel dat een ernstig beroep op
hem wordt gedaan, dan zou hij het
toch alsnog kunnen doen, politici
zeggen wel vaker dat zij geen ambi
tie ergens voor hebben? „Ja, dat
sluit ik niet uit, dat weet je nooit bij
een politicus," zegt Rietkerks
woordvoerder.
Een andere WD-functionaris heeft
een betere uitleg voor Rietkerks ge
voeligheid. „Sinds die geruchten
over „Groningen" rond gaan, is een
aantal WD-afdelingen geneigd
Rietkerk helemaal niet of veel lager
op hun kandidatenlijst te zetten.
Dat kan hij natuurlijk niet hebben,
stel je voor dat „Groningen" hele
maal niet doorgaat," aldus deze
WD-bron. De mogelijkheid dat
Rietkerk ver beneden zijn niveau
op de WD-lijst komt. lijkt niet on
gegrond. Erg populair is hij niet in
de partij en er zijn al veel meer
beschikbare kandidaten dan ver
kiesbare plaatsen. Niet alleen de 28
huidige Kamerleden dringen me
rendeels om een plaatsje, ook nogal
wat bewindslieden uit het kabinet
willen naar de Kamer. Met zoveel
kapers op de kust kan zelfs een
WD-fractielelder de zaken niet op
hun beloop laten.
De Koning
Het leven van WD-fractleleider
Koos Rietkerk gaat niet over rozen.
Ruim drie jaar lang al leidt hij on
der moeilijke omstandigheden de
WD-fractie in de Tweede Kamer
Dankbaar is dat werk niet. Rietkerk
mocht in het begin nog wel officieel
meedelen dat hij nu de politieke
leider der liberalen was. in feite is
niemand anders dat ooit geweest
dan de echte WD-kampioen vice-
premier Hans Wiegel.
Maar goed, Koos heeft het toch
maar gedaan. En wat gebeurt er
De Tweede Kamer bespreekt van
daag maatregelen tot bestrijding
van belastingfraude. Vorige week
kwam men daar niet meer aan toe.
Vervolgens komt de aanpak van
een ander euvel aan de orde, de
beunhazerij. Tot slot praat de Ka
mer over haar eigen huisvesting.
Vanmiddag houdt de Kamercom
missie voor kernenergie een hoorzit
ting in verband met mogelijke ac
ties tegen de kerncentrale in Dode-
waard.
het aantal zelfmoorden. Ondertussen
wordt naarstig gewerkt aan de voor
bereiding van een collectieve zelf
moord. onder het mom van defensie."
Prof. Casimier toonde weinig vertrou
wen in staatslieden, politici en mili
tairen, dat zij verstandige beslissin
gen zullen nemen. Zij zijn volgens
hem onvoldoende op de hoogte van
de moderne technische ontwikkelin
gen en de gevaren die zij met zich
meebrengen.
Derde Wereld
De ontwikkelingslanden kwamen
ook aan de orde in de speech van dr.
G. J C van der Horst, adjunct-direc
teur van de Nuffic. bij de opening van
het academisch jaar op de universi
teit van Amsterdam. De Nuffic Is de
stichting van Nederlandse universi
teiten en hogescholen voor interna
tionale samenwerking. Hij pleitte
voor meer en betere contacten tussen
de Nederlandse universiteiten met
Derde Wereldlanden. Volgens Van
der Horst is er nog geen sprake van
een systematische voorrang van de
ontwikkelingsproblematiek binnen
de universitaire wereld. Alleen op de
vrije universiteit wordt voorrang ge
geven aan ontwikkelingssamenwer
king. „De ontwikkelingsproblema
tiek is de urgentste van alle wereld
omvattende problemen," aldus Van
der Horst.
Het feit dat de Landbouw Hoge
school in Wageningen een forse bij
drage levert aan de ontwikkelingssa
menwerking, gold voor ir. P. van der
Schans, de voorzitter van het college
van bestuur, als argument voor een
afwijkende financiële behandeling
door de regering. ..Meer dan enige
andere universiteit of hogeschool
biedt Wageningen hulp bij verbete
ring van de landbouw en de ontwik
keling van het platteland in de Derde
Wereld."
Van een onzer verslaggevers
DEN HELDER Zolang de Nederlandse wetgeving niet van
toepassing is op de mijninstallaties in het Nederlandse deel
van de Noordzee, blijven werknemers op deze booreilanden
rechteloos. Vooral het ministerie van sociale zaken faalt in het
aanpakken van de sociale wantoestanden, die zich op het
Nederlandse deel van het continentale plat voordoen.
PARLEMENTPARLEMENTAIRPARLEMENTARIËRSPARLEMENTARISMEPARLEMENTENPARLEMENTEREN
Deze kritiek werd gisteren in Den
Helder geuit door het steun-comité
Latijns-Amerikanen Den Helder en
de dienstenbonden FNV. Vorig jaar
november bracht het steuncomité
(waarin politieke partijen van links
en rechts, kerkelijke organisaties en
vakbonden deelnemen) een zwart
boek „Tussen wal en schip" in de
publiciteit om de misstanden op de
boortorens te illustreren. De actie
was vooral gericht op de situatie
waarin zo'n vijftig hoofdzakelijk
Zuidamerikaanse schoonmakers en
keukenwericers hun werk verrichten.
Volgens het zwartboek was er sprake
van een mensonwaardige situatie.
Met arbeidsrecht heeft die niets te
maken, ontslagbescherming bestond
niet. evenmin als een enigszins accep
tabele regeling van werk- en rusttij
den. Het keukenpersoneel moest vier
weken werken en had daarna maar
een week vrij.
De actie in Den Helder leidde tot'een
gesprek met minister Albeda (sociale
zaken), die zei de situatie belabberd
te vinden en die blij was dat er „zo
veel lawaai was gemaakt". In een
gesprek met de inspecteur-generaal
der mijnen, Korver, bleek van Haagse
bezorgdheid over de wantoestanden
veel minder; volgens Korver waren er
geen klachten ingediend. Op 6 de
cember werd het kantoor van Univer
sal Service Göken BV (USI) op Schip
hol bezet om de eis van betere ar
beidsvoorwaarden kracht bij te
zetten.
Overeenkomst
Begin dit jaar werd een CAO bereikt
tussen USI, die keukenpersoneel aan
de oliemaatschappijen levert, en de
dienstenbonden, waarin een minima
le overeenkomst was neergelegd
(twee weken op - twee weken af. dui
delijke afspraken over salaris en tijd
stip van betaling, een duidelijke belo
ningsstructuur. een ontslagrecht vol
gens Nederlandse begrippen en socia
le verzekering).
Het gematigde enthousiasme over de
effecten van de actie werd in mei
weer getemperd, toen bleek dat de
oliemaatschappijen Penroid en Pla
cid Oil niets te maken wilden hebben
met het bedrijven die vakbonden bin
nen halen. USI moest voor haar uit-
zendwerk meer geld uittrekken van
wege de bijkomende lasten en raakte
orders kwijt. Sommige oliemaat
schappijen trokken arbeidskrachten
voor het keuken- en schoonmaak
werk aan van het Schotse bedrijf
Calk en van de nieuwe Helderse Off
shore Company (HOC), die eind mei
in het leven was geroepen door de
voormalige onderdirecteur van USI,
Egon Schulz. Deze Schulz was bij USI
ontslagen na de negatieve publica
ties.
Bij USI zijn inmiddels elf werkne
mers ontslagen. Zes van hen. vijf Co-
lumbianen en een Chileen, lieten zich
gisteren op het Gewestelijk Arbeids
bureau in Den Helder inschrijven,
gesteund door de dienstenbonden.
Volgens FNV'er Dick Hamaker be
staat er vrijwel geen rechtspositie
voor de ongeveer 250 buitenlanders,
die op het continentale plat van Ne
derland werkzaam zijn. Ook de onge
veer vijftig Nederlandse werknemers
kunnen geen beroep op het Neder
landse ontslagrecht doen.
De inschrijving bij het arbeidsbu
reau, die directeur J. J. A. Baak een
formaliteit noemde omdat de buiten
landers „illegalen" zijn. betekent nog
niet dat het vijftal voor een WW-
uitkering in aanmerking komt. Direc
teur Baak zei niets meer voor de
vooral in Den Helder woonachtige
Zuidamerikanen te kunnen doen. zo
lang het Nederlandse continentale
plat niet onder de Nederlandse wet
geving valt. Werkgevers zijn volgens
hem niet aan te pakken: „Voor ons is
het een ongrijpbare situatie."
Rechtspositie
Dick Hamaker hekelde gisteren 'de
houding van de Nederlandse over
heid. Al 26 Jaar is Nederland in bet
bezit van het continentale plat, maar
voor de mensen die op de boortorens
werken is volgens hem een goede
rechtspositie nooit gecreëerd. „Er
werken nu in de totale offshore-be
drijven (bedrijven buitengaats, red.)
ongeveer 30.000 mensen. Naar ver
wachting zijn dat er over tien jaar
100 000. Mensen die in de offshore
werken hebben ook het recht be
schermd -te worden. Nu kan elke
werkgever iemand die naar zijn me
ning te lang haar heeft, zomaar ont
slaan. Die werknemer is dan brode
loos en kan ook geen beroep doen op
de sociale verzekeringen."
Volgens Hamaker „klappen ambte
naren van sociale zaken of economi
sche zaken dicht, als je het woord
continentale plat laat vallen. Men
weet er niets vanaf en is verder bang
voor de belangenstrijd van de olie
maatschappijen."
Het steuncomité en de dienstenbon
den hebben gisteren een groep Zuida
merikanen vergezeld naar het kan
toor van Placid Oil in Den Helder om
een brief te overhandigen, waarin ge
protesteerd wordt tegen de arbeidssi
tuatie op de boortorens Geëist wordt
ondermeer dat de totale Nederlandse
arbeidswetgeving voor het Neder
landse plat wordt toegepast, dat be
drijven die op het plat in actie zijn.
voorwaarden opgelegd krijgen, en
dat er een interim regeling komt voor
de verblijfsrechtelijke positie van de
Zuidamerikanen bij ontslag, ziekte of
langdurige arbeidsongeschiktheid.