llegalenbeleid op
i'n janboerenfluitjes'
frouw op veel fronten nog
achtergesteld bij de man
Hoe dichter
bij Dordt.
BAG 23 AUGUSTUS 1980
TROUW/KWARTET
15
1 november-wet, bedoeld om een eind te I hebben behoort het CNV.
■BINNENLAND"
in aan illegale arbeid door buitenlanders,
lt bepaald niet door ieder toegejuicht,
de organisaties die grote bezwaren
Het kabinet zou dom en kortzichtig zijn,
aldus twee woordvoerders van dat vakver-
I bond, indien het niet de voor stellen zou
aanvaarden waarover vakbeweging en onder
nemers het in de Stichting van de Arbeid al
lang eens zijn.
En de Tweede Kamerleden hebben boter op
hun hoofd, ze zouden er goed aan doen zioh
wat meer in de illegalenproblematiek te ver
diepen, aldus de CNVers.
r Haro Hielkema en Marga Rijerse
ls
Is
D
jjECHT Bij het
riten naar het ophef-
■fyan illegale arbeid
ai het Nederlandse
ement geen voor-
I |erol worden toege-
even. In de Tweede
$ier heeft altijd een
«re matheid de bo-
%on gevoerd, als de
zjchtvaardlge situa-
-(-ian de illegalen aan
*<rde komen. De par-
lintariërs ls een ge
el aan strijdvaardig-
I tegen het rege-
Jtbeleid en een te-
aan informatie te
iten.
e®e bewoordingen praten
■8 Hofstede en Klaas van
>r, respectievelijk voor-
en secretaris van de
ile buitenlandse
van het CNV.
verhaal ls een duidelijk
-»ord op de kritiek, die
1 het PvdA-Kamerlld
Roethof gericht heeft op
«beweging en het lande-
ptiecomlté, dat de belan-
an slachtoffers van de 1
ipber-wet behartigt. Vol-
Jioethof moeten de actie-
en en de vakbonden hun
over het lllegalenbeleid
Justitie maar bij socia
len halen, omdat daar de
ligt van het voorthe
lp van Illegale arbeid.
LJiof weet niet waar hij
praat", zegt Hofstede.
L'enige Juiste ln zijn ver-
Is de opmerking dat 111e-
I arbeid moet worden op-
,|en om van Illegale arbei-
af te komen. Maar het
^jt dat wij als vakbewe-
<1
ging geen acties hebben ge
voerd tegen het voortbestaan
van illegale arbeidsplaatsen,
is onzin." Volgens de vak
bondsbestuurders moeten
Roethof en zijn kornuiten
eerst maar eens naar zichzelf
kijken, want „de Kamer heeft
al Jaren lang boter op het
hoofd".
Hofstede en Van der Meer
hebben er geen moeite mee op
te sommen wat het CNV al
of niet samen met de FNV
al heeft gedaan om het rege
ringsbeleid Inzake de Illegalen
tegen te houden of te verande
ren. „Al bij de vorige over
gangsregeling voor illegale
buitenlandse werknemers ln
'74/'75 hebben we gewezen
op het feit dat een illegaal
nooit kan bewijzen of hij lang
genoeg bij één baas heeft ge
werkt. In 1974 hebben wij er
bezwaar tegen gemaakt dat er
een overgangsregel voor bui
tenlanders kwam zonder wet.
Hetzelfde bezwaar hadden we,
toen vorig Jaar op 1 november
een wet werd Ingevoerd om
een eind te maken aan Illegale
arbeidsplaatsen zonder dat er
een overgangsregeling be
stond voor buitenlanders die
hier al geruime tijd Illegaal
werkten", aldus Hofstede.
De vakbeweging heeft een
half Jaar voordat de 1 novem-
ber-wet werd ingevoerd gepro
beerd ln de agrarische sector
tot een akkoord te komen
over het „witten" van die Ille
galen, die voor de tuinbouw
bedrijven van groot belang
zijn, maar voor de ministeries
van justitie en sociale zaken
was daar niet over te praten.
Tijdens een gesprek met
staatssecretaris Haars (Justi
tie) over de christen-Turken ln
Almelo vroeg het CNV om
meer overleg over een over
gangsregeling voor buiten
landse werknemers. Mevrouw
Haars sprak van een „con
structieve gedachte" en een
departementale commissie
„en sindsdien hebben wij er
nooit meer iets over gehoord",
aldus Van der Meer.
Het CNV reageerde volgens
Hofstede opnieuw, toen de 1
novemberwet van kracht
werd, omdat de wet „discrimi
nerende trekjes" had. Boven
dien maakte de vakbond be
zwaar tegen het beleid van
minister Albeda „om vla ad
vertenties werkgevers op
nieuw kopschuw te maken
voor het ln dienst hebben van
Illegalen".
In Januari kwam de vakbewe
ging vla de Stichting van de
Arbeid (dus na ovefeenstem-
ming met de werkgevers) tot
concrete voorstellen voor een
beleid ten aanzien van Illegale
buitenlanders. Maar wederom
gaven kabinet en Kamer geen
gehoor aan de Ideeën van de
stichting. Minister Albeda
verkondigde als zijn opvat
ting dat het vraagstuk van de
Illegalen op den duur wel zou
verminderen.
'Onwil'.
Hofstede en Van der Meer ver
wijten de Kamer „onwil om
tot een betere regeling te ko
men. De Kamerleden denken
dat Albeda en Haars het wel
bij het Juiste eind hebben. Bo
vendien zijn er nogal wat Ka
merleden die weinig van het
illegalenprobleem afweten.
ZIJ zijn dan afhankelijk van
wat de portefeuille-houder
binnen de fractie van de zaak
vindt."
Over één twee Jaar zijn de
Illegalen ln de tuinbouw ver
dwenen, zegt minister Albeda
ln een Interview ln het Vak
blad voor de Bloemisterij.
Volgens Hofstede duldt die
opvatting niet op een duide
lijk beleid. „De ministerraad
moet er toch langzamerhand
achter zijn dat zijn beleid
faalt. Dat beleid ls alleen,
maar met razzia's uit te voe
ren," zegt Van der Meer. „Je
ziet echter dat er weer overal
Illegalen aan het werk zijn,
ondanks de 1 november-wet
Er zijn nu zeker zoveel illegale
buitenlanders ln ons land als
bij de regularlsatle ln 1975",
aldus de CNV'ers, die vinden
dat de overheid maar op haar
JanboerenflultJes" optreedt:
„In de ene plaats ziet de bur
gemeester de aanwezigheid
van Illegalen wel door de vin
gers, ln de andere niet. De ene
politiechef vervolgt wel, de
andere niet. Van een duidelijk
vervolgingsbeleid ls ook geen
sprake, want rechters houden
rekening met verzachtende
omstandigheden bij werkge
vers, die anders failliet zullen
gaan."
Rigoureus m—
„WIJ staan een rigoureuze re
gularlsatle voor," zegt Hofste
de. „Niet zo onduidelijk als in
1975, want dan krijg Je weer
Jarenlange processen. Er zijn
nü nog 400 regularlsatle-
slachtoffers uit 1975. Onlangs
hebben een stuk of drie men
sen hun proces gewonnen. Wij
willen nü Iedere buitenlander
een verblijfsvergunning ge
ven, die werk heeft of binnen
een bepaalde tijd werk vindt.
En dan ls het afgelopen met
de Illegalen. Je komt echter
nooit uit de problemen, als Je
eerst de illegalen wilt aanpak
ken en dan pas de werkgevers.
Dan zal de illegaal de dupe
blijven. Langzaam maarzeker
zal het legioen buitenlanders
verdwijnen, maar dat ls een
harde, onmenselijke wijze van
handelen. Dat ls een koude
sanering. Zo mag Je ln een
rechtsstaat niet met mensen
omgaan. Je maakt ook Je el-
gen vervolgingsbeleid onge
loofwaardig."
De enige Ingang om Illegale
arbeid op te heffen, ls vla de
werkgevers, zegt Van der
Meer. „Al moeten we wel be
seffen dat een samenleving
zonder Illegale arbeid niet be
staat. Het probleem ls nooit
uit te bannen, hooguit tot tien
procent terug te brengen. Een
samenleving zonder diefstal
krijg Je ook nooit. Maar het ls
net als met het harder rijden
dan 110 kilometer: zolang er
nauwelijks snelheidscontroles
zijn, zullen mensen zich niet
aan de limiet van 100 kilome
ter houden.
Kortzichtig
Kabinet en Kamer zijn erg
dom en kortzichtig dat ze de
voorstellen van de Stichting
van de Arbeid niet geaccep
teerd hebben, zegt Hofstede.
„Dat was een oplossing op
langere termijn geweest
met goedvinden van zowel
vakorganisaties als onderne
mersorganisaties." Van der
Meer: „WIJ zeggen: maakt
eerst schoon schip. Zorg voor
een voedingsbodem voor een
nieuw beleid. Je kunt wel
vliegtuigen vol Illegalen weg
sturen, maar dan komen die
mensen weer terug. Je moet
de werkgevers aanpakken,
want zoals het nu gaat ls ge
woon lachwekkend: straffen
van vijftig gulden per Illegaal.
Zo los Je de zaak wel op! Ter
wijl je de mogelijkheid hebt
„Als er één tuinder uit Westland voor een maand de bak indraait, zal de rest zich wel
eerst achter het oor krabben om op deze manier met illegalen door te gaan".
om gevangenisstraffen van
een half Jaar uit te delen voor
het in dienst hebben van Ille
galen. Als er één tuinder uit
het Westland voor een maand
de bak Indraait, zal de rest
zich wel eerst achter het oor
krabben om op deze manier
door te gaan. Als een Illegaal
hier niet aan werk komt, zal le
na een tijdje wel vertrekken."
De CNV'ers zijn het eens met
Cees Schelling van de voe
dingsbond FNV, die voor de
IKON-radlo onlangs zei dat
bedrijven die nu zeggen alleen
nog maar met Illegalen het
hoofd boven water te kunnen
houden, aangepakt moeten
worden: „Geen uitstel van
executie, want op den duur
zijn die bedrijven toch niet
houdbaar," zei Schelling.
•Versluierend'^—
„We begrijpen best dat het
voor werkgevers moeilijk ls
om de steeds maar stijgende
salarissen te betalen." zegt
Hofstede. „Maar dat ls nog
geen vrijbrief om Illegalen aan
te trekken. Het ls ook erg fata
listisch om zo te redeneren als
ondernemer. Bovendien ls het
een versluiering van de pro
blemen in de bedrijfstak. Op
die manier ls de Illegaal over
geleverd aan de willekeur van
de werkgever. Dat ls onmen
selijk. Dan zijn Illegalen echt
moderne slaven."
De middelen van vakbewe
ging, het landelijk actiecomi
té en de Raad van Kerken om
het kabinet tot andere ge
dachten te bewegen zijn nage
noeg uitgeput. Hofstede er
kent het. Op 10 september
hebben de organisaties een
gesprek met de ministers Al
beda en De Ruiter. Als zij on
voldoende tegemoetkomen
aan de verlangens van de or
ganisaties, resten er weinig
mogelijkheden meer. „Mis
schien kunnen we actie blij
ven voeren met het landelijk
actiecomité." zegt Hofstede.
„Bij voorbeeld in de vorm van
een tribunaal. Het actiecomi
té heeft tot nu toe goed ge
werkt, ls een betrouwbare
groep voor ons, met een vrij
breed draagvlak. Met hen kun
Je zaken doen."
Dat kan met de huidige rege
ring duidelijk niet. aldus Van
der Meer en Hofstede. „Je
kimt toch niet permanent een
stuk onrust met Je mee slepen
als kabinet. Werkgevers zijn
eerder geneigd met de vak
bonden tot een akkoord te ko
men, als de Illegale arbeid
hard wordt aangepakt. Moge
lijk ls er wél een beter beleid
mogelijk met een ander kabi
net. Het punt van de illegale
arbeid zou eigenlijk bij de ko
mende verkiezingen Inge
bracht moeten worden. Zoals
het nu gaat, ls dit kabinet op
een heilloze weg," aldus de
CNV'ers.
door Marga Rijerse
lm een eeuw vrouwen-emancipatiestrijd zou
Unen concluderen dat er al heel wat ten gunste
-Ie vrouw ls veranderd. Maar de vraag of de
J nu op alle fronten gelijk ls aan de man moet
r nog steeds ontkennend beantwoord worden,
-en voorbeeld te noemen; op het Juridische
|b de emancipatie nog grotendeels
-Igonnen gebied en Juridische regelingen, die
Jt de gelijkberechtiging van man en vrouw
en vastgelegd, functioneren helaas niet goed.
jeze conclusie komt het landelijk Juridisch
mtenblad Ars Aequl. Het maandblad
beert deze maand uitvoerig over deze
ematlek. In een Inleidend artikel over de
Ikkeling van het emancipatiebeleid ln ons land
je schrijver: „Het la niet overdreven te stellen
e regering de laatste jaren met gulle hand haar
jning van het beginsel van gelijkwaardigheid
aannen en vrouwen rondstrooit ln
dsnota's en andere staatsstukken. Toch
sekt het de regering en het parlement
ijk aan een visie op de betekenis van dit
iel ln ons recht"
1970 kent Nederland de wet gelijk loon voor
en en vrouwen. Maar, zo vragen de schrijvers
irecht af, functioneert die wet wel of ls hier
s sprake van een „symbolische wetgeving"?
ijkt helaas waar te zijn dat sinds het
Icing treden van genoemde wet het aantal
len van ongelijke behandeling nog ls
nomen. De wet werkt dus niet.
iderzoeken van de Loontechnlsche Dienst uit
n 1978 blijkt dat ln de helft van de
zochte gevallen vrouwen lager worden
nd en dat die ongelijke beloning sinds het ln
ng treden van de wet gelijk loon niet afneemt.
Juist toeneemt. In 49 procent van de
zochte bedrijven bleek dat vrouwen minder
inden dan mannen die nagenoeg dezelfde
aamheden verrichtten.
eer een werkneemster tot de ontdekking
dat zij, ln vergelijking tot haar mannelijke
fa onderbetaald wordt, is zij verplicht,
eer zij er zaak van wil maken, eerst naar de
nlssie Gelijk Loon te stappen. Deze commissie
ct vervolgens of er Inderdaad sprake ls van
ijke beloning, en brengt vervolgens advies uit.
er dit advies ls vordering bij de rechter niet-
nkelljk.
kouwen durven echter niet naar deze
pissle te stappen, uit angst voor ontslag,
peer het toch zover komt en de rechter acht de
Bever schuldig dan zal de ondernemer het
prstallige loon moeten uitbetalen. Er bestaan
wanneer een werkgever de wet
net zoals een controle op de naleving
fe wet ontbreekt. De enige sanctie, het
terugbetalen van het achterstallige loon, heeft
nauwelijks effect, zo luidt de conclusie van de
schrijvers.
tZiJ verbazen zich er overigens over dat de
Vakbeweging nauwelijks enige aandacht aan deze
problematiek schenkt. „Wellicht hangt dit samen
met de lage organisatiegraad van vrouwen binnen
de vakbonden."
Een andere oorzaak van de nog steeds veelvuldig
voorkomende onderbetaling van vrouwen wijten de
auteurs aan het systeem van functiewaardering
binnen bedrijven. „Het huidige systeem bevestigt
slechts de vooroordelen die er bestaan over arbeid,
zoals bij die beroepen die traditioneel door vrouwen
worden uitgeoefend. Zo wordt vingervlugheid ln het
systeem bij voorbeeld lager gewaardeerd dan
machlnegevoel en lichamelijke kracht."
Het aantal (gehuwde) vrouwen dat ls gaan werken
ls de laatste Jaren nog sterk toegenomen. Het
aantal buitenhuls werkende vrouwen bedroeg vorig
jaar 29,7 procent van de totale beroepsbevolking.
Dat percentage ls laag ln vergelijking met dat van
mannen en lager dan dat van vrouwen in de meeste
andere EG-landen. In België bedraagt het
percentage buitenhuis werkende vrouwen 34. ln
Duitsland ls dat 37 procent.
Mannenwereld
Van oudsher is de arbeidsmarkt ln Nederland een
mannenwereld. In vele bedrijfstakken en sectoren
werkten en werken nauwelijks vrouwen, slechts ln
bepaalde sectoren was en ls er een groot aantal
vrouwen te vinden. Tot voor enkele jaren waren dat
vrijwel uitsluitend Jonge meisjes en ongehuwde
vrouwen. Het laatste decennium echter hebben zich
ln de vrouwelijke beroepsbevolking, zowel naar
omvang en naar samenstelling, veranderingen
voorgedaan. Toch ls er over de positie van de vrouw
op de Nederlandse arbeidsmarkt weinig bekend,
onderzoek ernaar ls er nauwelijks.
Vrouwen zijn binnen het arbeidsproces altijd
beschouwd als een soort „reserve-leger". Wanneer
de behoefte aan arbeidskrachten groot is^dan
worden vrouwen ingeschakeld. Is er een teveel aan
arbeidskrachten, door bij voorbeeld verslechtering
van de economische situatie, dan vliegen vrouwen
er als eerste uit. De arbeidsmarkt ls niet zo vrouw
vriendelijk. De auteurs stellen dan ook de vraag:
„Wie weten de weg naar een vrouw-vriendelijke
arbeidsmarkt?" Ze komen tot de volgende
conclusie: de overheid in ieder geval niet.
Veel minder
Vrouwen blijken van de bestaande
arbeidsmarktbevorderende maatregelen veel
minder te profiteren dan mannen.
Scholingsmaatregelen voor vrouw zijn er weinig,
ook zijn er nauwelijks stimulansen. De auteurs
adviseren het volgende. Scholingsmaatregelen
moeten meer toegankelijk voor vrouwen worden
gemaakt BIJ voorbeeld door specifieke
vrouwenprojecten op te richten. Vooral voor de
categorie vrouwen die nu weer terugkeert op de
arbeidsmarkt ls het hoog tijd dat er maatregelen op
het gebied van scholing worden getroffen. „Als bij
voorbeeld blijkt dat zoveel vrouwen ln deeltijd
willen werken, waarom dan niet veel meer
werkgelegenheldsbevorderende maatregelen
gericht op vergroting van het aanbod van
deeltijdbanen?" Veel werkende vrouwen hebben
naast hun baan nog de verantwoordelijkheid voor
het gezin en het huishouden. Dat maakt het voor
hen vaak moeilijker om deel te nemen aan het
arbeidsproces. De schrijvers concluderen dan ook
dat wanneer vrouwen de
gezinsverantwoordelijkheid (alleen) blijven dragen
en er een baan „bij" hebben, zij aan de rand van de
arbeidsmarkt zullen blijven staan.
Sociale verzekering
Een van de Juridische terreinen waaraan binnen de
vrouwenbeweging vrij weinig aandacht wordt
geschonken is dat van de sociale verzekering. Toch
ls daar wel degelijk werk aan de winkel voor
degenen die belang hechten aan een gelijke positie
van vrouwen. De Algemene
Arbeidsongeschiktheidswet (AAW) stelde in de
oorspronkelijke regeling (1976) over het recht op
uitkering dat de gehuwde man ln principe altijd ln
aanmerking komt voor een uitkering op
gehuwdenniveau. De gehuwde vrouw daarentegen
werd van het recht op uitkering ln het kader van de
AAW uitgesloten. Deze duidelijk ongelijke
behandeling van de gehuwde man en de gehuwde
vrouw was gebaseerd op het traditionele
rollenpatroon. Het duurde nog tot 1979 voordat de
AAW ten gunste van de vrouw werd gewijzigd. Nu
staat er ln de wet dat er aan elke
arbeidsongeschikte, ongeacht geslacht of
burgerlijke staat, dezelfde eisen worden gesteld. De
hoogte van de uitkering is ln beginsel dan ook voor
iedereen gelijk.
De schrijvers zijn van mening dat de AAW, zoals de
wet er ten slotte ls gaan uitzien, een stap ln de
goede richting ls van de gelijkberechtiging van de
man en vrouw ln de volksverzekeringen. Het duurt
alleen allemaal wat lang. Het ls toch eigenlijk te gek
om los te lopen dat pas in 1979 de volgende regeling
ln de staatscourant verscheen: „Allen die zich ln
Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen
gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst,
levensovertuiging, politieke gezindheid, ras,
geslacht of op welke grond dan ook, ls bij wet
verboden."
De rubriek „Sociaal Berecht", die gewoonlijk op
deze plaats staat, ontbreekt in verband met de
vakantie van de autenr Huub Elzerman.
Telkenmale als de trein me voor
bij de schone stad Dordt voert
en lk de blik even kan richten op
de fraaie, zichtbaar wat uit het
lood hangende stompe toren van
de Grote Kerk, komt er als uit
een grijs verleden een tweerege
lig rijmpje ln mijn gedachten
opborrelen. Een flink aantal ja
ren geleden, toen we vrijwel da
gelijks met flinke tegenzin van
uit zuidelijker streken richting
Dordt reisden om daar zo goed
en kwaad als dat lukte enig on
derwijs te ontvangen, plachten
we van tijd tot tijd die regels op
spottende toon te reciteren, ln de
hoop daarmee de Dordtenaren,
ln het bijzonder diegenen onder
hen die iets met onze onderwij
sinstelling van doen hadden,
diep te kwetsen. De evenwichti
ge zinsbouw, het onberispelijke
rijm en het rimpelloze ritme
maakten de uit acht woorden
bestaande spreuk zó krachtig en
gaven haar zoveel innerlijke
spanning dat zij uitstekend ge
schikt was om er een diep erva
ren emotie mee te uiten. Het
rijmpje luidde: „Hoe dichter bij
Dordt, hoe rotter het wordt"
Lang heb lk gemeend dat het een
bedenksel van een mijner toen
malige kornuiten was. maar
daarmee zat lk er, blijkt me nu.
een flink eind naast. Nog on
langs hoorde ik van een kennis
dat ook hij het rijmpje van vroe
ger kent en op zijn beurt ken
de ook hij iemand enzo
voorts. Is het dus iets waarvan
„ledereen" weet, maar dat nooit
behoorlijk geboekstaafd is, een
soort ondergronds-verbreide
wijsheid? Om daarachter te ko
men telefoneer lk met een colle
ga die veel over Dordrecht weet
Ja, ook hij kent het van vroeger
en hij vertelt me dat het ook nu
nog wel te horen is. zelfs bij
officiële gelegenheden, zoals de
Ingebruikstelling van een aan
winst van de stad. Uit de mond
van een bestuurder klinkt dan
wel eens zoiets als: ze zeggen wel
„hoe dichter bij Dordtenzo
voorts," maar daar klopt niets
van, kijk maar eens wat we hier
nu weer voor moois hebben!
Uit een telefoontje met het
Dordtse stadsarchief leer ik dat
men ook daar het rijmpje kent
maar de herkomst blijkt duister.
Een van de ambtenaren: „Ik
kom zelf ook van bulten Dordt
en ln mijn jeugd hoorde ook ik
die woorden vaak. Het werd,
meen ik, gezegd, als we ln slecht
weer naar de stad reisden
maar dat weer kan natuurlijk
geen verklaring zijn. Wel zou het
iets te maken kunnen hebben
met het feit dat Dordt sedert de
Sint Elisabethsvloed ln 1491 ge
ïsoleerd lag en moeilijk bereik
baar was en hoe dichter Je bij
de stad kwam, hoe slechter het
met die bereikbaarheid werd."
We helpen dus het probleem niet
op een achternamiddag de we
reld uit en dat biedt een goede
gelegenheid even het oog te rich
ten op een van de acht genoem
de woorden, „rot", dat ln de bete
kenis waarin het hier gebruikt
werd tot de platte taal behoort,
zoals Van Dale terecht zegt.
Maar die platte taal ls er nu
eenmaal ook en het woord „rot"
heeft zich misschien wel mede
door die platheid een ereplaats
ln onze geschiedenis verworven.
Wat had ons geplaagde volk ln
de oorlogsjaren '40-'45 moeten
beginnen indien het zijn opge
kropte gevoelens niet af en toe
had kunnen luchten door het ge
bruik van het uiterst doelmatige
scheldwoord dat ontstaat door
samenvoeging van „rot" met een
ander drieletterwoord, „mof",
dat ons uit een ver verleden over
geleverd was? Want eerbied
waardig lang was de geschiede
nis van het woord „mof" in 1940
al. De zeventlende-eeuwse dich
ter Gerben Adria ensz B redero liet
ln zijn bekende klucht de Spaan
se Brabander Jerollmo al zeggen
dat Hollanders „drincken als
moffen" en ook elders ln dat
dolle stuk staat het woord „mof"
ln een van weinig waardering
getuigend verband. Ook ik sla
voor het gemak nu maar een
eeuw of twee over bij de roem
ruchte Willem Bilderdljk vind Je
het woord „mof": in zijn gedicht
„De volksstem" (over als var
kens knorrende kunstenaars)
wordt van iemand gezegd dat hij
„als een Mof zoo groen ls" en ln
het sinistere gedicht over de ron
dedans om zijn eigen doodskist
(„Nu is Bilderdljk/een lijk...")
heet het dat de beoefenaar van
de „nieuwe stijl" (de dichter
loopt niet van waardering daar
voor over.„schittert nu met
Mofferlj." De negentiende-eeuw-
se taalkundige dr. Eelco Verwijs
legde, zoals Van Dale later zou
doen, keurig uit dat „mof" een
scheldwoord ls voor Duitser, In
zonderheid als die Duitser een
Inwoner van Westfalen ls, (een
„Westfaling", zoals de woorden-
lijst van De Vries en Te Winkel ln
Ide vorige eeuw aantekende).
De pogingen tot verklaring ver
schaffen niet veel duidelijkheid
maar geven wel stof tot lachen.
Zo ls er verband gelegd met het
Engelse woord „to mow" (maai
en): „Mof' zou dan de bijnaam
zijn voor de Westfaalse maaier
die hier een centje kwam verdie
nen. De taalkundige Weiland
heeft het volgens Verwijs hele
maal bont gemaakt: hij wees op
mogelijk verband met „muf":
„misschien wegens den muffen
stank die zich van die lieden
verspreidt." Ook met het raad
seltje van deze herkomst zullen
we dus moeten leven; vastge
steld zij slechts dat uit de Immer
rijke bron van de historie bij
gelegenheid ook een scheld
woord te putten valt!