llegalenbeleid op i'n janboerenfluitjes' frouw op veel fronten nog achtergesteld bij de man Hoe dichter bij Dordt. BAG 23 AUGUSTUS 1980 TROUW/KWARTET 15 1 november-wet, bedoeld om een eind te I hebben behoort het CNV. ■BINNENLAND" in aan illegale arbeid door buitenlanders, lt bepaald niet door ieder toegejuicht, de organisaties die grote bezwaren Het kabinet zou dom en kortzichtig zijn, aldus twee woordvoerders van dat vakver- I bond, indien het niet de voor stellen zou aanvaarden waarover vakbeweging en onder nemers het in de Stichting van de Arbeid al lang eens zijn. En de Tweede Kamerleden hebben boter op hun hoofd, ze zouden er goed aan doen zioh wat meer in de illegalenproblematiek te ver diepen, aldus de CNVers. r Haro Hielkema en Marga Rijerse ls Is D jjECHT Bij het riten naar het ophef- ■fyan illegale arbeid ai het Nederlandse ement geen voor- I |erol worden toege- even. In de Tweede $ier heeft altijd een «re matheid de bo- %on gevoerd, als de zjchtvaardlge situa- -(-ian de illegalen aan *<rde komen. De par- lintariërs ls een ge el aan strijdvaardig- I tegen het rege- Jtbeleid en een te- aan informatie te iten. e®e bewoordingen praten ■8 Hofstede en Klaas van >r, respectievelijk voor- en secretaris van de ile buitenlandse van het CNV. verhaal ls een duidelijk -»ord op de kritiek, die 1 het PvdA-Kamerlld Roethof gericht heeft op «beweging en het lande- ptiecomlté, dat de belan- an slachtoffers van de 1 ipber-wet behartigt. Vol- Jioethof moeten de actie- en en de vakbonden hun over het lllegalenbeleid Justitie maar bij socia len halen, omdat daar de ligt van het voorthe lp van Illegale arbeid. LJiof weet niet waar hij praat", zegt Hofstede. L'enige Juiste ln zijn ver- Is de opmerking dat 111e- I arbeid moet worden op- ,|en om van Illegale arbei- af te komen. Maar het ^jt dat wij als vakbewe- <1 ging geen acties hebben ge voerd tegen het voortbestaan van illegale arbeidsplaatsen, is onzin." Volgens de vak bondsbestuurders moeten Roethof en zijn kornuiten eerst maar eens naar zichzelf kijken, want „de Kamer heeft al Jaren lang boter op het hoofd". Hofstede en Van der Meer hebben er geen moeite mee op te sommen wat het CNV al of niet samen met de FNV al heeft gedaan om het rege ringsbeleid Inzake de Illegalen tegen te houden of te verande ren. „Al bij de vorige over gangsregeling voor illegale buitenlandse werknemers ln '74/'75 hebben we gewezen op het feit dat een illegaal nooit kan bewijzen of hij lang genoeg bij één baas heeft ge werkt. In 1974 hebben wij er bezwaar tegen gemaakt dat er een overgangsregel voor bui tenlanders kwam zonder wet. Hetzelfde bezwaar hadden we, toen vorig Jaar op 1 november een wet werd Ingevoerd om een eind te maken aan Illegale arbeidsplaatsen zonder dat er een overgangsregeling be stond voor buitenlanders die hier al geruime tijd Illegaal werkten", aldus Hofstede. De vakbeweging heeft een half Jaar voordat de 1 novem- ber-wet werd ingevoerd gepro beerd ln de agrarische sector tot een akkoord te komen over het „witten" van die Ille galen, die voor de tuinbouw bedrijven van groot belang zijn, maar voor de ministeries van justitie en sociale zaken was daar niet over te praten. Tijdens een gesprek met staatssecretaris Haars (Justi tie) over de christen-Turken ln Almelo vroeg het CNV om meer overleg over een over gangsregeling voor buiten landse werknemers. Mevrouw Haars sprak van een „con structieve gedachte" en een departementale commissie „en sindsdien hebben wij er nooit meer iets over gehoord", aldus Van der Meer. Het CNV reageerde volgens Hofstede opnieuw, toen de 1 novemberwet van kracht werd, omdat de wet „discrimi nerende trekjes" had. Boven dien maakte de vakbond be zwaar tegen het beleid van minister Albeda „om vla ad vertenties werkgevers op nieuw kopschuw te maken voor het ln dienst hebben van Illegalen". In Januari kwam de vakbewe ging vla de Stichting van de Arbeid (dus na ovefeenstem- ming met de werkgevers) tot concrete voorstellen voor een beleid ten aanzien van Illegale buitenlanders. Maar wederom gaven kabinet en Kamer geen gehoor aan de Ideeën van de stichting. Minister Albeda verkondigde als zijn opvat ting dat het vraagstuk van de Illegalen op den duur wel zou verminderen. 'Onwil'. Hofstede en Van der Meer ver wijten de Kamer „onwil om tot een betere regeling te ko men. De Kamerleden denken dat Albeda en Haars het wel bij het Juiste eind hebben. Bo vendien zijn er nogal wat Ka merleden die weinig van het illegalenprobleem afweten. ZIJ zijn dan afhankelijk van wat de portefeuille-houder binnen de fractie van de zaak vindt." Over één twee Jaar zijn de Illegalen ln de tuinbouw ver dwenen, zegt minister Albeda ln een Interview ln het Vak blad voor de Bloemisterij. Volgens Hofstede duldt die opvatting niet op een duide lijk beleid. „De ministerraad moet er toch langzamerhand achter zijn dat zijn beleid faalt. Dat beleid ls alleen, maar met razzia's uit te voe ren," zegt Van der Meer. „Je ziet echter dat er weer overal Illegalen aan het werk zijn, ondanks de 1 november-wet Er zijn nu zeker zoveel illegale buitenlanders ln ons land als bij de regularlsatle ln 1975", aldus de CNV'ers, die vinden dat de overheid maar op haar JanboerenflultJes" optreedt: „In de ene plaats ziet de bur gemeester de aanwezigheid van Illegalen wel door de vin gers, ln de andere niet. De ene politiechef vervolgt wel, de andere niet. Van een duidelijk vervolgingsbeleid ls ook geen sprake, want rechters houden rekening met verzachtende omstandigheden bij werkge vers, die anders failliet zullen gaan." Rigoureus m— „WIJ staan een rigoureuze re gularlsatle voor," zegt Hofste de. „Niet zo onduidelijk als in 1975, want dan krijg Je weer Jarenlange processen. Er zijn nü nog 400 regularlsatle- slachtoffers uit 1975. Onlangs hebben een stuk of drie men sen hun proces gewonnen. Wij willen nü Iedere buitenlander een verblijfsvergunning ge ven, die werk heeft of binnen een bepaalde tijd werk vindt. En dan ls het afgelopen met de Illegalen. Je komt echter nooit uit de problemen, als Je eerst de illegalen wilt aanpak ken en dan pas de werkgevers. Dan zal de illegaal de dupe blijven. Langzaam maarzeker zal het legioen buitenlanders verdwijnen, maar dat ls een harde, onmenselijke wijze van handelen. Dat ls een koude sanering. Zo mag Je ln een rechtsstaat niet met mensen omgaan. Je maakt ook Je el- gen vervolgingsbeleid onge loofwaardig." De enige Ingang om Illegale arbeid op te heffen, ls vla de werkgevers, zegt Van der Meer. „Al moeten we wel be seffen dat een samenleving zonder Illegale arbeid niet be staat. Het probleem ls nooit uit te bannen, hooguit tot tien procent terug te brengen. Een samenleving zonder diefstal krijg Je ook nooit. Maar het ls net als met het harder rijden dan 110 kilometer: zolang er nauwelijks snelheidscontroles zijn, zullen mensen zich niet aan de limiet van 100 kilome ter houden. Kortzichtig Kabinet en Kamer zijn erg dom en kortzichtig dat ze de voorstellen van de Stichting van de Arbeid niet geaccep teerd hebben, zegt Hofstede. „Dat was een oplossing op langere termijn geweest met goedvinden van zowel vakorganisaties als onderne mersorganisaties." Van der Meer: „WIJ zeggen: maakt eerst schoon schip. Zorg voor een voedingsbodem voor een nieuw beleid. Je kunt wel vliegtuigen vol Illegalen weg sturen, maar dan komen die mensen weer terug. Je moet de werkgevers aanpakken, want zoals het nu gaat ls ge woon lachwekkend: straffen van vijftig gulden per Illegaal. Zo los Je de zaak wel op! Ter wijl je de mogelijkheid hebt „Als er één tuinder uit Westland voor een maand de bak indraait, zal de rest zich wel eerst achter het oor krabben om op deze manier met illegalen door te gaan". om gevangenisstraffen van een half Jaar uit te delen voor het in dienst hebben van Ille galen. Als er één tuinder uit het Westland voor een maand de bak Indraait, zal de rest zich wel eerst achter het oor krabben om op deze manier door te gaan. Als een Illegaal hier niet aan werk komt, zal le na een tijdje wel vertrekken." De CNV'ers zijn het eens met Cees Schelling van de voe dingsbond FNV, die voor de IKON-radlo onlangs zei dat bedrijven die nu zeggen alleen nog maar met Illegalen het hoofd boven water te kunnen houden, aangepakt moeten worden: „Geen uitstel van executie, want op den duur zijn die bedrijven toch niet houdbaar," zei Schelling. •Versluierend'^— „We begrijpen best dat het voor werkgevers moeilijk ls om de steeds maar stijgende salarissen te betalen." zegt Hofstede. „Maar dat ls nog geen vrijbrief om Illegalen aan te trekken. Het ls ook erg fata listisch om zo te redeneren als ondernemer. Bovendien ls het een versluiering van de pro blemen in de bedrijfstak. Op die manier ls de Illegaal over geleverd aan de willekeur van de werkgever. Dat ls onmen selijk. Dan zijn Illegalen echt moderne slaven." De middelen van vakbewe ging, het landelijk actiecomi té en de Raad van Kerken om het kabinet tot andere ge dachten te bewegen zijn nage noeg uitgeput. Hofstede er kent het. Op 10 september hebben de organisaties een gesprek met de ministers Al beda en De Ruiter. Als zij on voldoende tegemoetkomen aan de verlangens van de or ganisaties, resten er weinig mogelijkheden meer. „Mis schien kunnen we actie blij ven voeren met het landelijk actiecomité." zegt Hofstede. „Bij voorbeeld in de vorm van een tribunaal. Het actiecomi té heeft tot nu toe goed ge werkt, ls een betrouwbare groep voor ons, met een vrij breed draagvlak. Met hen kun Je zaken doen." Dat kan met de huidige rege ring duidelijk niet. aldus Van der Meer en Hofstede. „Je kimt toch niet permanent een stuk onrust met Je mee slepen als kabinet. Werkgevers zijn eerder geneigd met de vak bonden tot een akkoord te ko men, als de Illegale arbeid hard wordt aangepakt. Moge lijk ls er wél een beter beleid mogelijk met een ander kabi net. Het punt van de illegale arbeid zou eigenlijk bij de ko mende verkiezingen Inge bracht moeten worden. Zoals het nu gaat, ls dit kabinet op een heilloze weg," aldus de CNV'ers. door Marga Rijerse lm een eeuw vrouwen-emancipatiestrijd zou Unen concluderen dat er al heel wat ten gunste -Ie vrouw ls veranderd. Maar de vraag of de J nu op alle fronten gelijk ls aan de man moet r nog steeds ontkennend beantwoord worden, -en voorbeeld te noemen; op het Juridische |b de emancipatie nog grotendeels -Igonnen gebied en Juridische regelingen, die Jt de gelijkberechtiging van man en vrouw en vastgelegd, functioneren helaas niet goed. jeze conclusie komt het landelijk Juridisch mtenblad Ars Aequl. Het maandblad beert deze maand uitvoerig over deze ematlek. In een Inleidend artikel over de Ikkeling van het emancipatiebeleid ln ons land je schrijver: „Het la niet overdreven te stellen e regering de laatste jaren met gulle hand haar jning van het beginsel van gelijkwaardigheid aannen en vrouwen rondstrooit ln dsnota's en andere staatsstukken. Toch sekt het de regering en het parlement ijk aan een visie op de betekenis van dit iel ln ons recht" 1970 kent Nederland de wet gelijk loon voor en en vrouwen. Maar, zo vragen de schrijvers irecht af, functioneert die wet wel of ls hier s sprake van een „symbolische wetgeving"? ijkt helaas waar te zijn dat sinds het Icing treden van genoemde wet het aantal len van ongelijke behandeling nog ls nomen. De wet werkt dus niet. iderzoeken van de Loontechnlsche Dienst uit n 1978 blijkt dat ln de helft van de zochte gevallen vrouwen lager worden nd en dat die ongelijke beloning sinds het ln ng treden van de wet gelijk loon niet afneemt. Juist toeneemt. In 49 procent van de zochte bedrijven bleek dat vrouwen minder inden dan mannen die nagenoeg dezelfde aamheden verrichtten. eer een werkneemster tot de ontdekking dat zij, ln vergelijking tot haar mannelijke fa onderbetaald wordt, is zij verplicht, eer zij er zaak van wil maken, eerst naar de nlssie Gelijk Loon te stappen. Deze commissie ct vervolgens of er Inderdaad sprake ls van ijke beloning, en brengt vervolgens advies uit. er dit advies ls vordering bij de rechter niet- nkelljk. kouwen durven echter niet naar deze pissle te stappen, uit angst voor ontslag, peer het toch zover komt en de rechter acht de Bever schuldig dan zal de ondernemer het prstallige loon moeten uitbetalen. Er bestaan wanneer een werkgever de wet net zoals een controle op de naleving fe wet ontbreekt. De enige sanctie, het terugbetalen van het achterstallige loon, heeft nauwelijks effect, zo luidt de conclusie van de schrijvers. tZiJ verbazen zich er overigens over dat de Vakbeweging nauwelijks enige aandacht aan deze problematiek schenkt. „Wellicht hangt dit samen met de lage organisatiegraad van vrouwen binnen de vakbonden." Een andere oorzaak van de nog steeds veelvuldig voorkomende onderbetaling van vrouwen wijten de auteurs aan het systeem van functiewaardering binnen bedrijven. „Het huidige systeem bevestigt slechts de vooroordelen die er bestaan over arbeid, zoals bij die beroepen die traditioneel door vrouwen worden uitgeoefend. Zo wordt vingervlugheid ln het systeem bij voorbeeld lager gewaardeerd dan machlnegevoel en lichamelijke kracht." Het aantal (gehuwde) vrouwen dat ls gaan werken ls de laatste Jaren nog sterk toegenomen. Het aantal buitenhuls werkende vrouwen bedroeg vorig jaar 29,7 procent van de totale beroepsbevolking. Dat percentage ls laag ln vergelijking met dat van mannen en lager dan dat van vrouwen in de meeste andere EG-landen. In België bedraagt het percentage buitenhuis werkende vrouwen 34. ln Duitsland ls dat 37 procent. Mannenwereld Van oudsher is de arbeidsmarkt ln Nederland een mannenwereld. In vele bedrijfstakken en sectoren werkten en werken nauwelijks vrouwen, slechts ln bepaalde sectoren was en ls er een groot aantal vrouwen te vinden. Tot voor enkele jaren waren dat vrijwel uitsluitend Jonge meisjes en ongehuwde vrouwen. Het laatste decennium echter hebben zich ln de vrouwelijke beroepsbevolking, zowel naar omvang en naar samenstelling, veranderingen voorgedaan. Toch ls er over de positie van de vrouw op de Nederlandse arbeidsmarkt weinig bekend, onderzoek ernaar ls er nauwelijks. Vrouwen zijn binnen het arbeidsproces altijd beschouwd als een soort „reserve-leger". Wanneer de behoefte aan arbeidskrachten groot is^dan worden vrouwen ingeschakeld. Is er een teveel aan arbeidskrachten, door bij voorbeeld verslechtering van de economische situatie, dan vliegen vrouwen er als eerste uit. De arbeidsmarkt ls niet zo vrouw vriendelijk. De auteurs stellen dan ook de vraag: „Wie weten de weg naar een vrouw-vriendelijke arbeidsmarkt?" Ze komen tot de volgende conclusie: de overheid in ieder geval niet. Veel minder Vrouwen blijken van de bestaande arbeidsmarktbevorderende maatregelen veel minder te profiteren dan mannen. Scholingsmaatregelen voor vrouw zijn er weinig, ook zijn er nauwelijks stimulansen. De auteurs adviseren het volgende. Scholingsmaatregelen moeten meer toegankelijk voor vrouwen worden gemaakt BIJ voorbeeld door specifieke vrouwenprojecten op te richten. Vooral voor de categorie vrouwen die nu weer terugkeert op de arbeidsmarkt ls het hoog tijd dat er maatregelen op het gebied van scholing worden getroffen. „Als bij voorbeeld blijkt dat zoveel vrouwen ln deeltijd willen werken, waarom dan niet veel meer werkgelegenheldsbevorderende maatregelen gericht op vergroting van het aanbod van deeltijdbanen?" Veel werkende vrouwen hebben naast hun baan nog de verantwoordelijkheid voor het gezin en het huishouden. Dat maakt het voor hen vaak moeilijker om deel te nemen aan het arbeidsproces. De schrijvers concluderen dan ook dat wanneer vrouwen de gezinsverantwoordelijkheid (alleen) blijven dragen en er een baan „bij" hebben, zij aan de rand van de arbeidsmarkt zullen blijven staan. Sociale verzekering Een van de Juridische terreinen waaraan binnen de vrouwenbeweging vrij weinig aandacht wordt geschonken is dat van de sociale verzekering. Toch ls daar wel degelijk werk aan de winkel voor degenen die belang hechten aan een gelijke positie van vrouwen. De Algemene Arbeidsongeschiktheidswet (AAW) stelde in de oorspronkelijke regeling (1976) over het recht op uitkering dat de gehuwde man ln principe altijd ln aanmerking komt voor een uitkering op gehuwdenniveau. De gehuwde vrouw daarentegen werd van het recht op uitkering ln het kader van de AAW uitgesloten. Deze duidelijk ongelijke behandeling van de gehuwde man en de gehuwde vrouw was gebaseerd op het traditionele rollenpatroon. Het duurde nog tot 1979 voordat de AAW ten gunste van de vrouw werd gewijzigd. Nu staat er ln de wet dat er aan elke arbeidsongeschikte, ongeacht geslacht of burgerlijke staat, dezelfde eisen worden gesteld. De hoogte van de uitkering is ln beginsel dan ook voor iedereen gelijk. De schrijvers zijn van mening dat de AAW, zoals de wet er ten slotte ls gaan uitzien, een stap ln de goede richting ls van de gelijkberechtiging van de man en vrouw ln de volksverzekeringen. Het duurt alleen allemaal wat lang. Het ls toch eigenlijk te gek om los te lopen dat pas in 1979 de volgende regeling ln de staatscourant verscheen: „Allen die zich ln Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, ls bij wet verboden." De rubriek „Sociaal Berecht", die gewoonlijk op deze plaats staat, ontbreekt in verband met de vakantie van de autenr Huub Elzerman. Telkenmale als de trein me voor bij de schone stad Dordt voert en lk de blik even kan richten op de fraaie, zichtbaar wat uit het lood hangende stompe toren van de Grote Kerk, komt er als uit een grijs verleden een tweerege lig rijmpje ln mijn gedachten opborrelen. Een flink aantal ja ren geleden, toen we vrijwel da gelijks met flinke tegenzin van uit zuidelijker streken richting Dordt reisden om daar zo goed en kwaad als dat lukte enig on derwijs te ontvangen, plachten we van tijd tot tijd die regels op spottende toon te reciteren, ln de hoop daarmee de Dordtenaren, ln het bijzonder diegenen onder hen die iets met onze onderwij sinstelling van doen hadden, diep te kwetsen. De evenwichti ge zinsbouw, het onberispelijke rijm en het rimpelloze ritme maakten de uit acht woorden bestaande spreuk zó krachtig en gaven haar zoveel innerlijke spanning dat zij uitstekend ge schikt was om er een diep erva ren emotie mee te uiten. Het rijmpje luidde: „Hoe dichter bij Dordt, hoe rotter het wordt" Lang heb lk gemeend dat het een bedenksel van een mijner toen malige kornuiten was. maar daarmee zat lk er, blijkt me nu. een flink eind naast. Nog on langs hoorde ik van een kennis dat ook hij het rijmpje van vroe ger kent en op zijn beurt ken de ook hij iemand enzo voorts. Is het dus iets waarvan „ledereen" weet, maar dat nooit behoorlijk geboekstaafd is, een soort ondergronds-verbreide wijsheid? Om daarachter te ko men telefoneer lk met een colle ga die veel over Dordrecht weet Ja, ook hij kent het van vroeger en hij vertelt me dat het ook nu nog wel te horen is. zelfs bij officiële gelegenheden, zoals de Ingebruikstelling van een aan winst van de stad. Uit de mond van een bestuurder klinkt dan wel eens zoiets als: ze zeggen wel „hoe dichter bij Dordtenzo voorts," maar daar klopt niets van, kijk maar eens wat we hier nu weer voor moois hebben! Uit een telefoontje met het Dordtse stadsarchief leer ik dat men ook daar het rijmpje kent maar de herkomst blijkt duister. Een van de ambtenaren: „Ik kom zelf ook van bulten Dordt en ln mijn jeugd hoorde ook ik die woorden vaak. Het werd, meen ik, gezegd, als we ln slecht weer naar de stad reisden maar dat weer kan natuurlijk geen verklaring zijn. Wel zou het iets te maken kunnen hebben met het feit dat Dordt sedert de Sint Elisabethsvloed ln 1491 ge ïsoleerd lag en moeilijk bereik baar was en hoe dichter Je bij de stad kwam, hoe slechter het met die bereikbaarheid werd." We helpen dus het probleem niet op een achternamiddag de we reld uit en dat biedt een goede gelegenheid even het oog te rich ten op een van de acht genoem de woorden, „rot", dat ln de bete kenis waarin het hier gebruikt werd tot de platte taal behoort, zoals Van Dale terecht zegt. Maar die platte taal ls er nu eenmaal ook en het woord „rot" heeft zich misschien wel mede door die platheid een ereplaats ln onze geschiedenis verworven. Wat had ons geplaagde volk ln de oorlogsjaren '40-'45 moeten beginnen indien het zijn opge kropte gevoelens niet af en toe had kunnen luchten door het ge bruik van het uiterst doelmatige scheldwoord dat ontstaat door samenvoeging van „rot" met een ander drieletterwoord, „mof", dat ons uit een ver verleden over geleverd was? Want eerbied waardig lang was de geschiede nis van het woord „mof" in 1940 al. De zeventlende-eeuwse dich ter Gerben Adria ensz B redero liet ln zijn bekende klucht de Spaan se Brabander Jerollmo al zeggen dat Hollanders „drincken als moffen" en ook elders ln dat dolle stuk staat het woord „mof" ln een van weinig waardering getuigend verband. Ook ik sla voor het gemak nu maar een eeuw of twee over bij de roem ruchte Willem Bilderdljk vind Je het woord „mof": in zijn gedicht „De volksstem" (over als var kens knorrende kunstenaars) wordt van iemand gezegd dat hij „als een Mof zoo groen ls" en ln het sinistere gedicht over de ron dedans om zijn eigen doodskist („Nu is Bilderdljk/een lijk...") heet het dat de beoefenaar van de „nieuwe stijl" (de dichter loopt niet van waardering daar voor over.„schittert nu met Mofferlj." De negentiende-eeuw- se taalkundige dr. Eelco Verwijs legde, zoals Van Dale later zou doen, keurig uit dat „mof" een scheldwoord ls voor Duitser, In zonderheid als die Duitser een Inwoner van Westfalen ls, (een „Westfaling", zoals de woorden- lijst van De Vries en Te Winkel ln Ide vorige eeuw aantekende). De pogingen tot verklaring ver schaffen niet veel duidelijkheid maar geven wel stof tot lachen. Zo ls er verband gelegd met het Engelse woord „to mow" (maai en): „Mof' zou dan de bijnaam zijn voor de Westfaalse maaier die hier een centje kwam verdie nen. De taalkundige Weiland heeft het volgens Verwijs hele maal bont gemaakt: hij wees op mogelijk verband met „muf": „misschien wegens den muffen stank die zich van die lieden verspreidt." Ook met het raad seltje van deze herkomst zullen we dus moeten leven; vastge steld zij slechts dat uit de Immer rijke bron van de historie bij gelegenheid ook een scheld woord te putten valt!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 15