Een biografie met ellendige nasleep
Voorzichtig zijn met
reparatie van antiek
Hoe kan onze wereld er in
het begin van 1988 uitzien?
Complete Freud nu
in het Nederlands
-:ri M
r="i
I -tMi-
Moeilijk boek over
het bewustzijn
k
WOENSDAG 6 AUGUSTUS 1980
TROUW/KWARTET
RH 1; Wl
door Wim Hora Adema
Waren het haar ervaringen
met haar biografie over haar
vriendin Charlotte Brontë,
die Elizabeth Gaskell zo
wars maakten van het idee,
dat iemand haar levensge
schiedenis zou schrijven?
Tijdens haar leven reageer
de ze afwijzend op elk ver
zoek bijzonderheden over
zichzelf te verstrekken, en
ongetwijfeld heeft ze dat
herhaalde malen moeten
doen! Want ze was niet al
leen de auteur van de be
faamde biografie „The Life
of Charlotte Brontë", maar
ook de gevierde schrijfster
van een aantal romans, die
sterk de aandacht trokken
en die veel succes hadden.
Na haar dood (ln 1865) weigerde
haar familie elke medewerking aan
publicaties. Pas tientallen Jaren la
ter waren haar dochters Meta en
Julia (haar literaire exeeutrices) be
reid om ter gelegenheid van een
volledige uitgave gegevens in ver
band met haar werk te verstrekken.
Toen Meta ln 1913 stierf, bleek dat
ze opdracht had gegeven om alle
papieren met betrekking tot haar
moeder te verbranden. Welke reden
ze daarvoor had is nooit duidelijk
geworden, maar zo werden o.a. Mrs.
Gaskells brieven aan haar man en
aan haar dochters Meta en Julia
vernietigd.
Gelukkig had de oudste dochter,
Marianne, die van Jong meisje af
het meest intensief met haar moe
der had gecorrespondeerd, haar
brieven gehouden en die werden
tenslotte door Marianne's klein
dochter beschikbaar gesteld. Die
brieven maakten het, mèt brieven
die zij aan haar vele vrienden en
kennissen had geschreven en waar
van er heel wat bewaard bleven (in
totaal zijn er nu ongeveer 600 brie
ven bekend) eindelijk, meer dan een
eeuw na haar dood, mogelijk om
een duidelijk afgerond beeld te krij
gen van Elizabeth Gaskell-Steven-
son. Uit Winifred Gérln's blografie,
ln 1976 gepubliceerd en nu als pa
perback verschenen, komt een boei
ende en bewonderenswaardige
vrouw naar voren, die zich voor zo
veel mensen en zaken inzette, dat ze
bijna altijd boven haar krachten
leefde.
Dat Elizabeth Gaskeu nu bij de
meeste mensen nog alleen bekend
ls als Charlotte Brontê's biografe,
ligt voor de hand. In de eerste
plaats, omdat Charlotte's vader ge
lijk had, toen hij haar schreef: „En
mijn mening en de lezende werelds
mening over de Memoiris dat
die zou moeten staan en zal staan
in de eerste rij van Biografieën tot
het eind van de tijd." Het ls een
meesterlijke biografie. In de tweede
plaats, omdat de inhoud van het
verschijnen van het boek af is aan
gevochten terecht èn onterecht.
Want men mag niet uit het oog
verliezen, dat wat Mrs. Gaskell ln de
eerste plaats nastreefde was om
met haar levensbeschrijving alle
kritiek op het werk en op de per
soon van de door haar bewonderde
Charlotte het zwijgen op te leggen
door het uitzonderlijk moeilijke en
tragische bestaan van haar vriendin
te benadrukken. Uit dat bestaan
moest alles verklaard kunnen
worden.
Bewust en onbewust, opzettelijk en
onopzettelijk, deed zij daarom de
waarheid te kort Bovendien wees
zij niet met name een aantal
nog ln leven zijnde „schuldigen"
aan. Ze verwachtte wel, dat dat
moeilijkheden zou geven, maar ze
was bereid die te trotseren. ZIJ noch
haar uitgever voorzagen de storm,
die binnen enkele weken na de pu-
blikatle van het boek (1857) losbars
tte. De grootste rel ontstond door
dat ze de ongelukkige llefdesaffaire
van Branwell (Charlotte's broer)
met de vrouw van zijn werkgever en
de noodlottige gevolgen daarvan
uitgebreid uit de doeken had ge
daan. Charlotte's vader schreef wel
iswaar: „U hebt niet alleen een
beeld gegeven van mijn Lieve doch
ter Charlotte, maar van mijn Lieve
vrouw en al mijn Lieve kinderen,
en ook een beeld, dat vol waarheid
en leven is. De beelden van mijn
talentvolle en ongelukkige zoon, en
zijn duivelse verleider, zijn mees
terwerken."; maar toen de vrouw ln
kwestie (ene mevrouw Robinson, ep
het moment van het verschijnen
van het boek de weduwe Lady
8cott, een bekende figuur in de Lon-
dense society) vernam hoe zij was
afgeschilderd de slechte
vrouw, die niet alleen nog leeft,
maar zich ln de vrolijke kringen van
de Londense society beweegt als
een opgewekte, goedgeklede, bloel
ende weduwe riep die onmid
dellijk de hulp van een advocaat ln.
Het gevolg was, dat binnen enkele
maanden de eerste en tweede druk,
voor zover nog voorradig, moesten
worden Ingetrokken en Mrs. Gas
kell gedwongen was een „herziene
en gecorrigeerde" derde druk te ver
zorgen. Hierin moest ze o.a. ook
haar beschrijving veranderen van
de school ln Cowan Bridge (de on
menselijke behandeling, die vooral
Maria Brontë daar onderging en die
de oorzaak was, dat Maria en Eliza
beth 12 en 11 jaar oud, korte tijd na
elkaar stierven).
Ziek van ellende
Geen wonder, dat Elizabeth Gas
kell zich ziek van ellende voelde na
die ervaring. Ze had zich zoveel
moeite gegeven voor dit boek, het
met zoveel liefde geschreven, ze
wist, dat ze gelijk had met wat se
over Mrs Robinson en over de
school in Cowan Bridge had ge
schreven; de herziene tekst had
voor haar veel van zijn waarde ver
loren. Ze was dan ook alleen maar
verrast en niet blij, dat het boek
eindeloos moest worden herdrukt.
Ze zou verbaasd zijn geweest als ze
had geweten, dat Charlottes vader
gelijk zou krijgen met zijn „eerste in
de rij van Biografieën tot het eind
van de tijd". Maar het zou haar
zeker zeer hebben verdriet als ze
had geweten dat in de loop van de
jaren bekend werd, dat zij het met
de waarheid toch niet zo nauw had
genomen als het erom ging Charlot
te op het voetstuk te houden, waar
op zij haar, overigens met de beste
bedoelingen, had getild. Zo ver
zweeg ze de gevoelens, die Charlotte
in Brussel opvatte voor haar ge
trouwde leraar Clement Heger. En
uit de brieven die Charlotte hem
schreef, citeerde ze alleen een paar
onschuldige passages. Ze poneerde
zelfs Iets, waarvan ze wist, dat het
niet waar was en waarvoor zet met
data moest goochelen. In de Pen
guin uitgave van „The Life of Char
lotte Brontë" zijn ln de Inleiding al
die feiten netjes op een rijtje gezet
(de .herzieningen" en „correcties"
uit de derde editie zijn er ook ln
afgedrukt). Het is aannemelijk, dat
na de ongelukkige afloop van dit
met zoveel moeite en toewijding
verrichte werk, Elizabeth Gaskell
weinig enthousiasme meer heeft
kunnen opbrengen voor welke blo
grafie dan ook!
Onbekend
Dat haar overige werk hier vrijwel
onbekend ls, ls ten onrechte! Veel
van wat ze heeft geschreven mag
dan „achterhaald" zijn, „Mary Bar
ton" ls een prachtig stuk sociale
geschiedenis en het geeft een uitste
kend beeld van de schrijnende te
genstelling tussen arm en rijk ln het
industriële tijdperk. Het ls dulde-
door Ralph Degens
De brede stroom van popu
laire boekjes over antiek is
de laatste jaren wat trager
gaan vloeien, maar de markt
schijnt nog niet helemaal
verzadigd te zijn.
Zo liet Moussault ln Baarn weer een
bundeltje vol wenken over het on
derhoud en de reparatie van antiek
van de Engelse Jacqueline Ridley
vertalen. De Free Spirits Produc
tions, ook ln Baarn, gaf een vertaal
de bewerking uit van The antique
dealers pocketbook 1978. Dat laat
ste onder de titel „De kleine anti
quair." En dat past beter bij de
Inhoud, want het ls een verzameling
tekeningetjes van (in hoofdzaak En
gelse) schrtjfkabinetten, ladenkas-
ten, tafels, stoelen, koperen en gla
zen voorwerpen, klokken, spiegels
en alles wat maar in de antiekhan
del over de toonbank pleegt te
gaan. Voor degenen die achter die
toonbank staan ls zo'n boekje over
bodig. wanneer ze Hun vak ver
staan. Voor de leek-koper, of voor
„de kleine antiquair", die misschien
gisteren nog een bistro of een mode-
boutiekje had, is het een handige
determlneer-gids waaruit hij het
verschil tussen bijvoorbeeld een vi
trinekast of een side-board kan le
ren kennen. Hoewel Je daar met een
paar schetsmatige tekeningetjes
ook niet zo erg ver mee komt. In elk
geval ls het een aardig lcljk-boekje
met beknopte gegevens over stijl pn
periode van de afgebeelde voor
werpen.
Wie zo'n voorwerp vla een erfenisje
of voor een koopje op een velling of
een marktje in handen heeft gekre
gen en ontdekt dat het nogal be
schadigd Is, kan bij Jacqueline Rid
ley lezen hoe het gerepareerd kan
worden. Geen scheur of barst ls
haar teveel en ze ls van alle markten
en stijlen thuis.
Persoonlijk vind Ik het gelijksoorti
ge en vrijwel gelijknamige maar al
fabetisch naar onderwerp ingedeel
de boek van Dennis Young (Uitg.
Holland) doelmatiger, maar Jac
queline maakt op vele antiek-raad^
gevers ln zoverre een gunstige uit
zondering, dat ze voortdurend
waarschuwt niet aan reparatie te
beginnen als het om een werkelijk
waardevol stuk gaat. Daarmee kun
je beter naar een vakman gaan.
merkt ze steeds terecht op. Wie
M)OI> EN (#EM. M)Pt>
d.WMIl klJUUltW*
Jf WhNMjnM' (MM.il X.oiiel'Mci-i-iiwsc H IBM
I I I l'.il.uc vopclk.»» huuukjcifi VftliiY
Jrfc, iM.-l.kopM
V 7 V INJ» Jcwvcn
U I Kik. 1-iki'h.Hil kiifvi
J 1 hnteigiitvll
n --f -|^3. t.myti'l knp*.
i.i.in% h.kii«lii'k*'. |ttvl
KllMl.klIlM' (flklj:
•l/vt k.»|Vi jfcVlM ul.1% IM'I kopci
Bladzijde uit De Kleine antiquair.
graag driftig aan de gang gaat met
schuurpapier, afbljtmlddelen en ha
mer en spijkers, wordt door haar al
gauw van zijn geestdrift genezen.
Vooral voorzichtig zijn met oude
waardevolle dingen, ls haar lijf
spreuk bij onderhoud en raparatle
van houten, glazen, metalen en aar
dewerk voorwerpen.
ZIJ beveelt, quasi argeloos, nogal
wat merkartikelen aan die Je bij de
eigen werkzaamheden kimt gebrui
ken. Maar dat kan ook gewoon pas
sen in haar behoefte anderen van
eigen goede ervaringen te laten pro
fiteren. Bovendien zijn de door haar
genoemde merken merendeels al
leen ln Engelstalige landen ver
krijgbaar.
Kortom het ls een aardig boekje dat
ook om de informatie over de eigen
schappen van diverse materialen
(de aantastbaarheid van glas door
water bijvoorbeeld) de moeite van
het lezen best waard is.
De kleine antiquair. Bewerking
van The antique dealers Pocket
book 1978. Uitg. Free Spirits Pro
ductions, Baarn, 156 bis. 17,99.
Jacqueline Ridley: Onderbond en
raparatle van antiek. Uitg. Mous
sault. Baarn. 178 bis. 88,59.
W. m
Elisabeth Gaskell
UJk, dat Elizabeth Gaskell de toe
standen die zij daarin beschrijft,
van dichtbij kende, dat zij met el-
gen ogen heeft gezien, met eigen
oren neeit gehoord, wat zij daarin
vertelt Maar het zijn haar laatste
boeken, de novelle „Cousin PhUlls"
en de roman „Wives and Daugh
ters" (waaraan het laatste hoofd
stuk ontbreekt, omdat Mrs Gaskell
stierf voor zij het boek voltooid had,
maar iedereen begrijpt hoe het ver
haal afloopt), die tot het niveau van
Jane Austen en George Ellot gere
kend mogen worden.
Als Je de blografie „Elizabeth Gas
kell" van Winifred Oérin leest,
vraag Je Je af, hoe het mogelijk ls,
dat een mens zoveel dingen in één
(en niet bijzonder lang, zij werd 55
Jaar) leven kan proppen.
De laatste van acht kinderen, waar
van er zes voor haar geboorte waren
gestorven, was ze met dertien
maanden al moederloos. De familie
van haar moeder ontfermde zich
over haar, ze groeide op ln een klein
dorp en ze had een heel gelukkige
Jeugd. Op haar 21ste trouwde ze
met William Gaskell, ze vestigden
rich ln Manchester, en als domi
neesvrouw zette ze zich in om de
armoede en ellende daar te bestrij
den. Daarnaast had ze altijd tijd en
aandacht voor haar vier dochters
(ze ging lang gebukt onder het ver
lies van haar zoontje), ze onderhield
nauwe banden met haar hele fami
lie en ze voerde een drukke corres
pondentie met talloze vrienden. Ze
ontmoette vele beroemdheden uit
haar tijd (o.w. Dickens, Darwin, Flo
rence Nightingale) en haar huls
stond altijd voor ledereen open. Ze
reisde ln Frankrijk, Italië en Duits
land. Je vraagt Je af, waar ze de tijd
vandaan haalde om te schrijven.
Geen wonder, dat ze haar beloften
over de data, waarop ze haar ma
nuscripten zou inleveren, nauwe
lijks of niet kon nakomen, en dat ze
voortdurend door haar uitgevers
achterna werd gezeten. Geen won
der ook, dat ze vaak ziek en over
spannen was; alleen verandering
van omgeving kon daartegen hel
pen, tijdens een verblijf bulten of op
reis herstelde ze zlcb altijd snel. En
misschien ook geen wonder, dat ze
op een zondagmiddag ln het huis,
dat ze net als een verrassing voor
haar man had gekocht en ingericht,
midden ln een gesprek bleef steken
en ln elkaar zakte: haar hart had,
duidelijk, te veel te verwerken
gehad!
Winifred Gérln, Elisabeth Gaskell,
■ltg. Oxford University Press,
ƒ21.90.
door dr. C. Rijnsdorp
Dr. Johan Kreugel (geb. Dor
drecht 1913) komt uit een
familie van industriëlen. Hij
studeerde economie en
werkte enige tijd voor Phi
lips. Van 1947 tot 1973 leidde
hij een eigen bureau voor
economische adviezen. Hij
promoveerde ln 1981. Talrij
ke reizen ln verscheidene de
len van de wereld hebben
zijn blik verruimd, ln 1973
begon hij met de voorberei
ding van het boek dat hier
wordt aangekondigd, te we
ten ANALYSE VAN DE
CHAOS, vrijmoedige ge
dachten over onze samenle
ving. Het ls een uitgave van
Teleboek BV te Amsterdam,
telt 226 dichtbedrukte blad
zijden en kost 32.50.
In een Voorwoord vergelijkt prof.
dr. R. 81ot dit werk met de weten
schappelijke toekomstromans van
Jules Verne; alleen hebben we hier
niet te maken met een roman, maar
met een tiental uitvoerige beschou
wingen over de economische pro
blemen van onze wereldsamenle
ving, met Inbegrip van die van Ne
derland. De schrijver vat past begin
1988. van welk denkbeeldig punt uit
hij terugblikt op de ontwikkelingen
van de voorafgaande Jaren. Het
komt neer op een analyse van de
gevaarlijke crisissituatie zoals die
zich tot eind 1979 ontwikkelde en
voorts op een utopisch gekleurde
wending ten goede op alle terreinen
die de auteur kan overzien, half
programma, half wensdroom. Popu
lair gezegd keert eindelijk de wal
het schip en zegeviert het gezond
verstand. Maar om dat te bereiken
moet er heel wat gebeuren. Met
onze huidige vastgeroeste levens
vormen glijden we langzaam maar
zeker naar de afgrond. Als er ln de
aanpak van de bedoelde vraagstuk
ken geen wezenlijke verandering
komt, ls het uit met onze westerse
beschaving. „WIJ hebben aangeno
men dat we nog acht 8 tien jaar de
tijd kregen om de catastrofe te ver
mijden en dat dus vóór het jaar 1988
de grote en kleine vreedzame revo
luties hadden plaatsgegrepen,
waardoor het absolute einde vla
een oorlog kon worden voorko
men" (bl. 213). De laatste vijfenzes
tig Jaar ls de wereldburger nooit
meer van oorlogsangst vrij geweest.
De in nood geraakte wereld kan niet
meer worden geholpen zonder
krachtige organisatie van bovenaf.
De oprichting van de Verenigde
8taten van Europa vormt een on
ontkoombare voorwaarde voor het
naakte bestaan, tussen de andere
wereldblokken. De verhouding tus
sen kapitaal en arbeid moet gewij
zigd worden. Het zogenaamde soci
alisme van West-Europa vormt
geen derde macht tussen het kapi
talisme van de Verenigde Staten en
het communisme van Rusland. Ons
werelddeel ls een mengelmoes van
allerlei systemen; wij hinken op de
twee gedachten van de kapitalisti
sche produktlewljze-oude-stljl en
de socialistische consumptlewljze-
nieuwe-stijl.
De auteur acht het arbeidsloos In
komen uit geërfd kapitaal een soci
aal onrecht vah de eerste orde. De
afschaffing van het erfrecht dient
een eis te zijn van de Internationale
vakbeweging ln West-Europa, dit
met behoud van het privaat eigen
dom. Intussen rijst de vraag: zal er
genoeg voedsel zijn voor de wereld
bevolking anno 1987? Het opvoeren
van de eigen produktle, aangepast
ook aan eigen soorten voedsel, bete
kent voor de derde wereld de enige
oplossing. De zo noodzakelijke be
perking van het aantal kinderen
dient met engelengeduld en zonder
dwang te worden bereikt. Een fami
lie met zoon en dochter ls volgens
de auteur ook ln de geest van het
evangelie een echt gezin.
Wat de UNO betreft, het aantal
stemgerechtigden dient minstens te
worden gehalveerd, gezien de enor
me verschillen ten aanzien van het
inwonertal van de aangesloten lan
den. De auteur pleit voor de Invoe
ring van vijf invloedssferen, elke
sfeer met hoogontwikkelde en laag-
ontwikkelde landen. De economie
zal weer belangrijker moeten wor
den dan de politiek. Men zal daar
toe honderd specialisten dienen te
vinden, onderverdeeld per In
vloedssfeer; deskundigen die zich
onderschelden door wetenschappe
lijke en praktische kennis van be
paalde wereldvraagstukken.
Ondank „One World United" zal
elke wereldburger zijn eigen vader
land houden. De staat zal een ande
re vorm van financieel beheer die
nen te vinden. De schrijver bepleit
een systeem van relatieve belasting,
uiteengezet in het zevende hoofd
stuk van zijn boek. HIJ droomt van
een huwelijk tussen het kapitalisti
sche en het socialistische systeem.
De werkloosheid blijft evenwel een
heet hangijzer. Geleidelijke ar
beidstijdverkorting voor werkne
mers boven de vijftig Jaar kan een
steentje ter verbetering bijdragen.
Dr. Kreugel ziet de auto, de politiek
en het voetbal als de volksverma
ken bij uitstek van de westerse
mens. Verlenging van de voetbal
speeltijd tot tweemaal zestig minu
ten met een kwartier rust zal de
spanning waaraan de spelers nu
zijn blootgesteld, kunnen vermin
deren. Voor een overwinning zal er
twee doelpunten verschil dienen te
zijn, anders ls het gelijk spel.
Het laatste hoofdstuk gaat over re
ligie en rassendiscriminatie. Op de
wijze van „church fiction" be
schrijft de auteur de hypothetische
ontdekking, dat Jezus een neger
lijkt te zijn geweest, met alle enor
me gevolgen van dien ten aanzien
van de vermeende superioriteit van
het blanke ras. Dr. Kreugel heeft de
vrijmoedigste gedachte blijkbaar
voor het laatst bewaard, maar de
bedoeling ls duidelijk: het opblazen
van dé blanke rassenwaan ln de zin
van een explosie met wereldwijde
kettingreacties. Toch overtreedt de
schrijver hier een ongeschreven wet
van wat de Engelsen en Amerika
nen „fiction" noemen: Jezus was nu
eenmaal primair een Jood en de
vrijmoedigste fantasie zal dit fun
damentele feit dienen te eerbie
digen.
Onze lezers hebben in elk geval nu
een Idee van de opzet en de rijk
gevarieerde Inhoud van Kreugels
boek. De schrijver doet zich kennen
als een man met een enorme prakti
sche kennis, gepaard aan een hoge
intelligentie. Men ontmoet hier een
soort cultureel profetlsme ln con
versatiestijl, want de toon van het
boek ls in het geheel niet acade
misch. Men kan dit boek ook zien
als een cursus ln praktische econo
mie. Blijft de vraag of het allemaal
zal helpen. De mis het rekening hou
den niet zozeer met de „domheids
macht" zoals Marcellus Emants het
noemde, als wel met een onmisken
bare DEMONIE ln de menselijke
samenleving. De wereldproblemen
zijn ten diepste niet economisch,
maar theologisch van aard. Welis
waar erkent de schrijver wat hij
noemt de psychologische factor,
maar daarmee is niet alles gezegd.
Toch erkent hij duidelijk de beteke
nis van de religie en eindigt zijn
negende hoofdstuk met de woorden
„Deo gratlas".
„De analyse van de chaos" door dr.
J. Krengel, Uitgeverij Teleboek,
J1A9.
door Mary Fahrenfort
Vadertje Freud leeft niet
meer, maar zijn geesteskind,
de psychoanalyse, staat nog
volop ln de belangstelling.
Freud was de eerste die een
samenhangende theorie
over de geestelijke ontwik
keling van kind tot volwas
sene ontwierp, en daarop
een behandelwijze voor
geestelijke stoornissen ba
seerde.
Hoewel sl]n visie nu, bllne honderd
Jaar later, nog steede omstreden la.
blijkt lijn verregaande Invloed wel
uit ona spraakgebruik waaruit
woorden als „verdringing" en „on-
Het gebeurt me niet vaak dat lk na
lezing van een boek geen enkel Idee
heb wat ik ervan moet vinden, maar
voor dit boek geldt dat wel. Het is
een verhandeling over het mense
lijk bewustzijn en de manier waar
op daar door de eeuwen heen tegen
aan gekeken wordt, voornamelijk
aan de hand van oude schilderijen
en geschriften. De auteur sluit ken
nelijk aan bij de nieuwere richtin
gen ln de filosofie en poogt van
daaruit een verklaring te geven
voor de opkomst van de psycholo
gie. Of deze poging geslaagd ge
noemd mag worden, lijkt me een
kwestie van smaak. Het boek is zo
moeilijk geschreven dat ik er per
soonlijk niets van begreep, maar
het ls best mogelijk dat het echt zo
diepzinnig is als het lijkt. Uitslui
tend voor liefhebbers, in elk geval.
J. Claes: Psychologie: een dabbele
geboorte. Uitgeverij: De Neder
landse Boekhandel. 218 p.p. prijs
83.59.
derbewuate" niet meer zijn weg te
denken. De naam Freud heeft een
magische klank, maar wie heeft ei
genlijk echt iets van Freud gelezen?
Toen deze vraag tijdens mijn stu
dietijd gesteld werd op een cursus
waarin voortdurend over Freud
werd gepraat, stak maar één van de
35 aanwezigen de vinger op. Het ls
daarom verheugend dat rijn werk
nu ln Nederlandse vertaling toegan
kelijk wordt voor een bredere le
zerskring, en dubbel verheugend
door de geweldige kwaliteit en zorg
vuldigheid van de vertaling. On
langs ls het tweede deel van „ziekte
geschiedenissen" verschenen
drie fragmenten uit verschillende
delen van het verzameld werk. Zo
kunnen we eens nagaan of alles wat
we over Freud hebben horen zeg
gen, ook klopt. Een gemeenplaats
over het werk van Freud ls, dat hij
alles betrekt op de ontwikkeling
van seksualiteit ln de vroege jeugd.
Dat klopt, bij lezing van dit boek.
Op een soms bijna ongeloofwaardi
ge slimme manier worden alle uitin
gen zo verklaard dat ze passen bin
nen de theorie. Het ls voor de niet-
psychoanalystlsche geschoolde le
zer niet altijd makkelijk om derge
lijke hoogstandjes te volgen. Het
lijkt soms een ingewikkeld spel
waarvan de regels ons boven de pet
gaan, moeilijk- maar Interessant ls
het zeker.
Siefmund Freud
Modern
Wat me daarnaast opviel, was hoe
modem dit werk nog aandoet, zoals
b.v. de volgende uitspraak: „In het
algemeen heeft de poging, iemand
die zich volledig tot homoseksueel
heeft ontwikkeld ln een heterosek
sueel te veranderen niet veel meer
kans van slagen dan het omgekeer
de. behalve dat men dat laatste om
deugdelijke practlsche redenen
nooit probeert." Uit deze en derge
lijke opmerkingen blijkt een verfris
sende realiteitszin die bij vele dog
matische voor- en tegenstanders
van Freud soms lijkt te ontbreken.
Veel van wat tegenwoordig als
„nieuw" wordt aangeprezen ln de
psychotherapie, zoals het belang
van de omgeving van de patiënt
voor het verloop van de therapie
wordt door Freud al duidelijk on
derkend. en ook dat was voor mij
een verrassing. Aanbevolen dus,
voor nieuwsgierigen die niet opalen
tegen moeilijke kost.
8. Freud: ziektegeschiedenissen, 2.
vertaling: A. Morrien en H. Mulder.
Uitg. Beeas MeppeL 229 p.p. Frijs
39.99.