Sponsors BBC krijgen meer en meer macht Informatie versterkt ongelijkheid binnen ontwikkelingslanden Programma-vergel ijking t v-seizoen "78-'79 (BBC BBC 1 BBC 2; de zendtijd van ITV is langer dan die van de BBC) Niet vergelijkbare BBC-programma's si n aiet opgenomen. BBC aantal uren ITV Nieuws en actualiteiten rubrieken 1614 3088 Documentaires en achter grondinformatie 1614 1561 drama 475 594 sport 1251 983 Entertainment, muziek 721 730 Kinderprogramma's 753 596 Educatie 792 347 Religie 134 489 TROUW KWARTET 19 1 ZATERDAG 7 JUNI 1980 Steun aan de media in ont wikkelingslanden kan de on gelijkheid in die landen ver groten. Deze waarschuwing was vorige week te horen tij dens een bijeenkomst in Amersfoort. Het colloquium was georganiseerd door de nationale Unesco-commissie naar aanleiding van het rap- port-McBride over commu nicatieproblemen. Onder leiding van de Ierse Nobel prijswinnaar Sean McBride hebben de afgelopen paar jaar een aantal deskundigen op het terrein van de media en van ontwikkelingssamen werking onder wie de Nederlan der Jan Pronk zich gebogen over de nationale en internationale com municatie. Daar is een rapport uitgerold dat bij de algemene vergadering van Unes co, in de herfst van dit jaar in Bel grado, hoe dan ook onderwerp van gesprek zal zijn. Unesco is de VN- instelling die zich bezighoudt met onderwijs, wetenschap en cultuur. Onder die noemer valt ook commu nicatie. Onderbedeeld Aanleiding voor het instellen van de commissie-McBride was de klacht van de derde wereld dat zij (ook) op het terrein van de nieuwsvoorzie ning onderbedeeld is. De westerse media geven een vertekend beeld van de ontwikkelingslanden. Er wordt aandacht gegeven aan „inci denten" als hongersnoden, oorlogen en aardbevingen, maar er bestaat bij westerse journalisten doorgaans weinig belangstelling voor ontwik kelingsprocessen in Azië, Afrika of Zuid-Amerika. Voor hun nieuwsvoorziening zijn de derde wereldlanden afhankelijk van onze persagentschappen (AP, AFP, DPA, Reuter, UPI), waardoor de nieuwsstroom sterk westers ge richt is. Een inwoner van Cairo hoort eerder van een ernstig buson geluk in de Verenigde Staten dan van een soortgelijk ongeluk in eigen land, iemand in Bangkok eerder van Cubanen die vluchten naar Mi ami dan van vluchtelingen in de eigen omgeving. Een vulkaanuit barsting in de staat Washington is belangrijker dan een hongersnood in Oeganda, vijf blanke doden tel len meer dan honderd zwarte. Series Televisiestations in ontwikkelings landen brengen nog veel meer dan de Nederlandse omroepen series uit de Verenigde Staten. De armen uit die landen mogen zich vergapen aan „The American way of life", de Amerikaanse leefwijze. Er is kort om sprake van een culturele over heersing op het terrein van amuse ment en informatie, die er uiteinde door Jan van Galen Zo nu en dan koopt een Ne derlandse omroep voor de zomer wel eens een goedko pe en derhalve allerbelab berdste serie op om op die manier de kosten een beetje ■te drukken. Nu valt er over het niveau van tv- programma's natuurlijk altijd te twisten. Vergelijk uw eigen tv-top- tien eens met die van uw buur vrouw. Maar over de kwalitiet van series als de familie Bellamy, de Onedin Line, Glittering Prizes, en I .Claudius hoeft men niet in debat te gaan. Ze zijn gewoon af. Datzelfde geldt voor komedies als, George en Mildred en Monty Pyton en documentaires als Life on Earth. Mogelijk spreekt de strekking niet altijd tot de verbeelding, maar ar tistiek en technisch gezien zijn deze Britse tv-produkten nagenoeg on geëvenaard. Hoe komt het nou, vraagt de kijker zich vaak af, dat je je ogen niet van I Claudius kunt afhouden en dat Je bij de eerste de beste aflevering van een nieuwe Ne derlandse serie je al genoodzaakt voelt af te haken? Somber Volgens Shaun Sutton, hoofd van de afdeling drama van de BBC, is het niet zo heel erg moeilijk de kijker aan Je te binden. Het enige echte grote probleem is geld. Wan neer dat er is. is er in principe geen vuiltje meer aan de lucht. Op het bureau van Sutton liggen stapels met reeds goedgekeurde scenario's, daarnaast liggen dikke boeken met namen van vooraanstaande regis seurs, producers en acteurs. Mensen die stuk voor stuk wachten op een telefoontje en het liefst dezelfde dag nog met volle inzet willen be ginnen. Sutton, die de verantwoordelijke heid draagt voor al het BBC-drama heeft sombere toekomstgedachten over de concurrentie strijd met de ITV. Hij tracht die echter te ver schuilen achter een relativerende opstelling: „Het wordt voor de BBC steeds moeilijker het hoofd boven water te houden. Wij moeten het hebben van de kijkgelden, en die bron van inkomsten is bij lange na niet meer toereikend. De kijkgelden in Engeland zijn het laagst van Eu ropa en de inflatie neemt sterk toe. We moeten dit jaar niet voor niets een half miljard bezuinigen. Er drei gen 1500 mensen ontslagen te wor den en een groot deel van hen staat op de loonlijst bij de afdeling dra ma. We hebben dit Jaar al een heel pakket plannen moeten laten val len. Onze produkties zijn nu een maal duur, als we iets produceren moet het perfect zijn. We maken liever de helft minder dan dat we per produktie moeten gaan beknib belen." „In Nederland wordt vaak gedacht dat wij onze programma's bij voor baat al afstemmen op de buiten landse markt Dat is absoluut niet het geval. We maken onze program ma's voor Groot-Brittannië. Dat het buitenland toch iedere keer weer geïnteresseerd is, komt doordat we kwaliteit leveren. Kwaliteit ver koopt zichzelf." Co-produkties „We kunnen zo'n hoog niveau berei ken aangezien we beschikken over de beste vaklui. Het is voor schrij vers, acteurs en regisseur nog altijd een grote eer om voor de BBC te mogen werken. Dat laten we graag zo. Zo nu en dan loopt een aantal medewerkers over naar de commer ciële tv. De ITV kan veel hogere salarissen bieden, maar voor een creatief iemand geeft geld alleen toch onvoldoende genoegdoening. De meesten komen dan ook bij ons terug," aldus Sutton. Om de financiële misère een beetje op te vangen gaat de BBC steeds vaker co-produkties aan met lan den als de Verenigde Staten, Au stralië, Japan en landen van het continent. Sutton legt er de nadruk op dat er geen sprake is van co- producers, maar van co-financiers. „Die samenwerking is noodgedwon gen. Liever deden we het helemaal zelf, maar dat is niet haalbaar. Als we met een ander land in zee gaan is dat louter en alleen om het geld. De co-financier heeft dan ook absoluut geen artistieke inspraak. De spon sors zijn meestal grote bedrijven als Mobil Oil, General Motors en ITT, maar ook omroepmaatschappljen. De produkties worden in het bui tenland doorgaans met tussenge voegde reclameboodschappen uit gezonden, maar in Engeland zal nie mand op hinderlijke wijze gecon fronteerd worden met de sponsor. Zo liggen de afspraken," zegt Sutton. Medebepaler Wat Sutton er niet bij vertelt is dat de co-financier zich meer en meer opdringt als medebepaler van het gezicht van het programma. „Wie betaalt de Veerman" was een aardi ge serie, maar de co-producenten Mobil en het Griekse departement van toerisme hadden toch zlchbaar een vinger in de pap bij de produk tie. Het verhaal was één grote com mercial van Kreta. Een sterker voorbeeld is de produktie „Life on Earth" (de KRO zond dinsdag de eerste aflevering uit). Deze aller duurste documentaire ooit ge maakt is grotendeels betaald door Amerikanen. En de BBC heeft het niet voor elkaar gekregen de rech ten voor boeken en ander materiaal over de serie voor zichzelf te behou den. De KRO moet dan ook via een Shaun Sutton, hoofd drama BBC: „Het is voor schrijvers, acteurs en regisseurs nog altijd een eer om voor de BBC te mogen werken. Dat laten we graag zo." dochteronderneming in Duitsland in dollars betalen en niet in ponden. In Engeland wordt dit als een natio nale tragedie beschouwd, want de BBC had door het verder exploite ren van Life on Earth een fikse extra bron van inkomsten kunnen hebben. Van dat geld hadden weer andere programma's gemaakt kun nen worden. Concurrentie Vijftig procent van de Britten kijkt 's avonds naar de twee BBC-netten, de andere helft stemt af op de com merciële ITV in de eigen regio. Zo wel de BBC als de ITV beweert iets meer dan de helft van de kijkers te trekken. Hoe dan ook, de ITV met maar één net gooit hoge ogen. In de toekomst, wanneer de breakfast-tv (tv-bij-het-ontbijt) en Channel 4 (de tweede commerciële zender) opera tioneel worden, zal de BBC nog meer kijkers zien afhaken. De BBC trekt kijkers met vaak een middelbare opleiding en/of een bre de maatschappelijke interesse. De ITV moet het hebben van een pu bliek dat programma's van een zwaarder kaliber schuwt en liever entertainment ziet De ITV zendt daarom veel lichte speelfilms uit, kwissen, familleprogramma's, sport en weinig serieus drama. BBC 2 is een vooral op informatie gerichte zender, BBC 1 doet naast actueel nieuws veel aan drama, speelfilms en kunst D&t is een duidelijke keus van de omroeporganisaties. Opvallend is dat de commerciële ITV van het eigen totaalpakket 67 procent besteedt aan informatie. In onderstaande tabel (door de BBC en ITV zelf samengesteld) is de werkelijkheid wel behoorlijk verte kend. De ITV-lnformatie wordt voornamelijk gedurende de dag ge geven. De ITV rekent een dagelijks programma voor huisvrouwen met nieuwe recepten en breipatronen, afgewisseld met studiogasten, ook tot de informatieve sector. Het is maar hoe Je het bekijkt. De ITV doet, als we de tabel mogen gelo ven, ook meer aan nieuws dan de beide BBC-netten samen. Die extra uren zitten in het regionale nieuws, dat elk ITV-station dagelijks op het scherm brengt Een eerdere besehoawins (ing over de veranderingen binnen bet Britse om roepbestel zoels de komst van een twee de commercieel net, ontbijt-tv, het plan voor pay-iv ca de komst van omroep&a- tellieten. Het is naïef om te denken dat de Britse televisie zo erg veel beter is dan de Nederlandse. Net als in ons land wordt er in Groot-Brittannië flink gefilmineerd tegen de programma's. De lagere en middelklasse roept en masse „rubbish" wanneer je vraagt wat ze van de programma's vinden en in „hogere" kringen kun je beluisteren dat de tv slechts onbenullige lichtvoetigheid brengt. Ook in de kranten staan tv-kritieken waar de honden geen brood van lusten. Wat het Nederlandse publiek te zien krijgt aan Engelse produkten betreft het neusje van de zalm: de duurste BBC-dramastukken, de meest informatieve documentaires en het swingendste amusement van de commerciële ITV. Daar tussendoor fietst ook in Engeland een hoop rommel over de buis. Dat blijft ons (doorgaans) bespaard. ■RADIO TELEVISIE ■BBBMBBO— Dat ontwikkelingshulp soms bijdraagt aan v rgroting van de kloof tussen arm en rijk in de beid zou worden aangetast. Deelne- ontwikkelingslanden zelf het is een inmiiMcls haast tot cliché verworden waarheid. Maar nTtionlüe uneacSommiLie^om hulp aan de ontwikkelingslanden om een eigen informatienet op te zetten of te verbeteren, dat den elkaar vinden op het punt dat zal toch wel goed zijn? Deskundigen zetten ook daar vraagtekens bij. die vrees in het rapport van de commissie-McBride niet wordt be- door Nico Kussendrag-er lijk nog toe zou kunnen lelden dat westerse ondernemingen rooksig nalen in spuitbussen verkopen aan indianengemeenschappen in de derde wereld. Overheersing In de hele discussie over de over heersing ook ln dit opzicht van de ontwikkelingslanden door het wes ten ls iedereen het er wel over eens dat meer aandacht moet worden gegeven aan de communicatiemo gelijkheden in de derde wereld. Binnen Unesco zegden de westerse landen toe daaraan meer steun te zullen geven. Nederland helpt een greep Boven-Volta bij de uitbreiding van het telefoonnet, Ghana bij de jour- nallstenopleiding, Indonesië bij ra dioverbindingen en Colombia bij de contacten met de veraf gelegen dorpen. Hoe echter dergelijke steun de on gelijkheid binnen ontwikkelings landen kan vergroten werd duide lijk tijdens de Unesco-bijeenkomst in Amersfoort. Op de Filippijnen wordt via de radio informatie gege ven over de „groene revolutie" (nieuwe zaadsoorten, betere bestrij dingsmiddelen). De „groene revolu tie" dient echter alleen de grote boeren die geld hebben en risico's durven nemen. De kleine landbou wers krijgen het slechter in plaats van beter. In Kenia wordt dankzij een tele-verbinding ingespeeld op de markt en tegen goede prijzen bloemen verkocht aan westerse af- nemers. Het land heeft echter aller eerst behoefte aan voedsel. Informatie (nieuws, kennis) bereikt hier, maar zeker in de derde wereld, vooral mensen die al geïnformeerd zijn. Wie daar een radio heeft, leest ook de krant, en is, in tegenstelling tot de meeste van zijn landgenoten, naar school geweest. Machthebbers in ontwikkelingslanden maken van de media gebruik om hun invloed te vergroten, bij voorbeeld door het land één taal op te dringen, waar mee het centrum van de macht nog Wie zoals deze man in Mali een radio heeft leest vaak ook de krant en is naar school geweest De geinformeerden worden geïnformeerd. meer in de hoofdstad komt te. liggen. Ook de ongelijkheid tussen Noord en Zuid wordt vaak door steun aan de derde wereld* op communicatie gebied vergroot. Boven diverse ont wikkelingslanden hangen satellie ten die eigendom zijn van westerse ondernemingen. Zodra via deze kunstmanen iets wordt uitgezon den dat die bedrijven niet aanstaat of dat strijdig is met het buiten lands beleid van bij voorbeeld de Verenigde Staten, kan de knop wor den omgedraaid. Om van alle inge wikkelde apparatuur waarmee ont wikkelingslanden totaal geen raad weten en die daardoor ongebruikt, ingepakt ergens in een gang blijft staan, nog maar niet te spreken. Met steun aan de media in de derde wereld is het oppassen geblazen. Zij moet, zo werd tijdens de discussie bijeenkomst in Amersfoort opge merkt, zodanig worden gegeven dat de bevolking een stem krijgt, en op een manier die de onderlinge con tacten tussen de mensen bevordert. Zo zijn goed draaiende posterijen van grote betekenis voor gezinnen waarvan de man in de mijnen werkt of in een sloppenwijk woont, terwijl vrouw en kinderen nog op het plat teland zitten. Op voorwaarde dan wel dat de familieleden kunnen le zen en schrijven, wat veelal niet het geval is. Persvrijheid Tijdens het colloquium in Amers foort, dat werd voorgezeten door dr. Marga Klompé, werd niet ingegaan op de waarschuwing dat meer moet worden gelet op de onvermoede ef fecten die steun aan de media ln de derde wereld kan hebben. Kenne lijk was iedereen het over dat ge vaar wel eens. De schoen wrong op een heel andere plaats. Bij het verlangen naar meer en meer eigen communicatiemoge lijkheden voor de derde wereld rees, door de houding van een aantal ontwikkelingslanden en niet in de laatste plaats van de Sowjet-Unie, de vrees dat de nieuwsstroom in gevaar zou komen en de persvrlj- waarheid. De commissie is met een stuk geko men, zo werd verschillende keren opgemerkt, dat „voor elck wat wils" biedt Gezien de internationale sa menstelling is het ook niet zo vreemd dat het rapport duidelijke compromis trekken vertoont Een deel van de leden van de commissie komt uit landen die geen vrije pers kennen, nauwelijks weten wat dat is en een dergelijke pers vaak ook niet willen. Dan kan geen eindver slag worden verwacht waarin alleen onze opvattingen over persvrijheid worden weerspiegeld. Wel kan wor den vastgesteld dat het een beetje onzin is een rapport te willen opstel len dat wereldwijde geldigheid heeft De vraag is overigens wat voor ge wicht het rapport heeft Gezegd wordt dat de secretaris-generaal van Unesco. M'bow er weinig waar de aan hecht. Het stuk is nog steeds niet officieel verschenen. De aanwe zigen in Amersfoort moesten het doen met een kopie van het belan grijkste hoofdstuk. Formeel is het rapport niet meer dan een door een aantal deskundigen geschreven boek, waaruit het secretariaat van Unesco, de ambtelijke staf, een aan tal verklaringen zou kunnen halen die als resoluties aan de algemene vergadering in Belgrado worden voorgelegd. Of dat gebeurt is punt twee en bindend zullen die resolu ties niet zijn. Wantrouwen Voor degenen die Unesco wantrou wen is een van de bedenkelijks te aanbevelingen van het rapport- McBrlde de oprichting van een In ternationaal centrum voor de stu die en planning voor informatie en communicatie. Overigens heeft een vergadering van Unesco-leden in april ook iets dergelijks voorge steld, en het is totaal onduidelijk ln hoeverre de plannen elkaar aanvul len of uitsluiten. Tegenstanders van het door McBri de en zijn commissie voorgestelde centrum vrezen dat het centrum zich niet alleen zal bezighouden met de techniek van de communicatie, maar ook met de inhoud. Het kan, maar het hoeft niet. Net zo min als het rapport McBride ertoe heeft ge leid dat dit stuk eerst de censor is gepasseerd, betekent een studie centrum bij voorbaat persbreideL Het ls veel beter via een dergelijk centrum de dialoog met de derde wereld gaande te houden, dan bij voorbaat ln de verdediging te gaan. Bovendien is ook verbetering van de technische mogelijkheden op communicatiegebied voor de derde wereld niet waardenvrij. De onge lijkheid kan erdoor worden ver groot.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 19