Duits toneel scherpt bewustzijn Aeschylos en Botho Strauss door media verbonden Bestel Uw Operaplaatsen nu! CONCERTGEBOUWORKEST H.F. 1 CONCERTGEBOUWORKEST H.F. 2 L7/e/ O \b/ezla/uhtyuwwzoz/icjt (/u6i/eum iENSDAG 21 MEI 1980 TROUWKWARTET P 15 RHS 17 Met een uitgebreid en feestelijk programma wordt op zondag 1 juni in Amsterdam de 34e edititie van het Holland Festival geopend. Nog meer dan in de laatste jaren het geval was, speelt het komende festival zich hoofdzakelijk in de drie grote steden af; de provincie komt er met enkele uitzonderingen nauwelijks meer aan te pas. Het aanbod van dit Holland Festival is als altijd weer bijzonder gevarieerd: het loopt van klassieke muziek, via muziektheater tot dans, toneel en niet-westerse kunstuitingen. Ook de poëzie komt weer aan bod: in de Rotterdamse Doelen wordt als vanouds Poetry (Inter)national georganiseerd. In tegenstelling tot voorafgaande jaren bestaat er dit keer geen mogelijkheid om op een centraal adres plaatsbewijzen te reserveren. Wie kaartjes wil hebben voor een bepaalde uitvoering, kan zich rechtstreeks schriftelijk of mondeling tot het theater of de concertzaal van zijn keuze richten. Op de voorliggende pagina's treft de lezer een aantal beschouwingen aan van uitvoeringen die in het kader van het Holland Festival en ook van het Festival of Fools in Amsterdam plaatshebben. Aan deze bijlage werd meegewerkt door Dirkje Houtman en André Rutten voor de sector theater; Franz Straatman, Ralph Degens en Louwrens Langevoort voor de muziek; Eef je van Schaik en Ineke Sluiter voor dans en ballet. Redactie: Cees Straus. door Dirkje Houtman In zijn uiterst summie re samenvatting van Agamemnon, het eer ste deel van Aeschly- los' trilogie Oresteia, negeert regisseur Peter Stein de moord van Klytaimnestra op haar echtgenoot Aga memnon. Volgens Stein verhaalt dit eerste deel over een groot staatsman, een politicus die terugkomt uit de oorlog en zijn vrouw niet kan verjagen omdat zij de machtsmidde len in handen heeft. Hiermee geeft hij de richting ian van zijn regie-opvatting hij met een aantal ac teurs op een zondagmorgen begin mei voor de fans van de Schaubühne in het thea ter am Halleschen Ufer uit eenzet. Ironies Zijn uitzonderlijke kennis en belezenheid, die uit zijn toe lichting spreekt, lijkt hij te bagatelliseren door schijn baar nochalant met zijn on derwerp om te gaan. Zijn antwoorden zijn gekruid met een zekere ironie. En als hij gewezen wordt op de wegla ting van het Klytaimnestra- optreden reageert hij bijna smalend. Ja, ze vermoorde Agamem non omdat hij hun dochter Iphigeneia aan de goden of ferde in ruil voor gunstige wind. Maar dat was toch in het belang van de staat. Dan brengt Agamemnon nog een minnares mee naar huis, de waarzegster Kassandra. Nou en." Stein vindt dit conflict te tri viaal, te pervers om er een voorstelling aan op te han gen. Hij en zijn spelers zijn geïnteresseerd in de politieke verschuiving die zich in de trilogie voordoet en in de wij ze waarop er toen politiek werd bedreven. Daarbij waarschuwt hij na drukkelijk dat het absoluut niet de bedoeling is te verwij zen naar actuele politieke figuren Geprobeerd is de historische context waarin het stuk ont stond en zich afspeelde zo dicht mogelijk te benaderen. Hoe was de samenleving ge organiseerd en door welk po litiek systeem werd het be heerst in Aeschylos' tijd. Hiervoor werden bronnen ge raadpleegd, die zijn ontstaan dog voor Aeschylos zijn Oresteia schreef. Onder meer de Illias van Homerus om te «jken wat Agamemnon in de oorlog had meegemaakt en de Theogonie van Hesio- dus om een inzicht te krijgen 10 de ontstaansgeschiedenis; van de goden. Environment bi het vooronderzoek, dat bij de 8chaubühne wordt geken merkt door een welhaast we tenschappelijke aanpak, is ook de wijze van opvoeren betrokken. De resultaten zijn direct verwerkt in het toneel beeld van Karl Ernst Herr mann. Geen decor maar een environment, een driedimen sionale ruimte die toeschou wers en spelers omsluit. Het is een afgietsel van het pelopponesisch bergland- ^hap waar de voorstellin- De Schaubühne am Halleschen Ufer uit West-Berlijn, een van de meest toonaange vende toneelgezelschappen in de Duitse Bondsrepubliek. De persoonlijke en oor spronkelijke aanpak van een gevarieerd repertoire resulteerde niet alleen in de herwaardering van de klassieken in Duitsland, maar bij voorbeeld ook bij ons maar ook in de ontwikkeling van nieuwe vormen in het toneelbeeld. Aan de hand van het werken aan Aeschy los' Oresteia wordt geprobeerd de metho des van de Schaubühne te schetsen. Oor spronkelijk zou deze voorstelling naar Ne derland komen. Regisseur Peter Stein bleek zich echter verkeken te hebben op deze monsterproduktie waarvan alle drie de delen in een dag zouden worden uitge voerd. Tijdens het Holland Festival komt de Schaubühne nu met drie in plaats van vier voorstellingen naar Nederland. Het zijn Gross und Klein van Botho Strauss; Aus der Fremde, een spreekopera van Ernst Jandl en Die ganz begreifliche Angst vor Schlagen, hoogtepunten uit het werk van de Franse toneelschrijver Cour- teline. gen, ook de Oresteia, ter ere van Dionysus in de open lucht werden gehouden. In Aeschylos tijd was er van een stenen amfitheater, zoals we dat nu nog kennen in Grie kenland, geen sprake. Het berglandschap werd met na tuurlijke middelen als zand en hout gecorrigeerd tot een speelplaats, aldus Stein in zijn exposé. Het theater am Halleschen Ufer zal worden omgetoverd tot een soortgelijk bergland schap en om de opgeroepen atmosfeer en illusie niet te verstoren worden de buiten muren van dit gebouw ge- luiddicht gemaakt. Een niet geringe aanpak die voor de Schaubühne niet uitzonder lijk is. In het verleden was het thea ter vaak te klein voor de grootschalige aanpak. Vaste decor-ontwerper Herrmann deinsde er niet voor terug voor het speelvlak bij voor beeld een boslandschap met bomen, zandpaadjes en be ken te ontwerpen, dat niette min in evenwicht was met de aanwezigheid van de spelers. Er werd dan uitgeweken naar Edith Clever als Lotte in „Gross und Klein" van Botho Strauss. Peter Fitz, de schrijver in „Aus der Fremde", de spreekopera van Ernst Jandl. een fabriekshal of stadion. In Nederland kan de Oresteia niet terecht in een schouw burg en wordt de voorstelling in de filmstudio's van Dui- vendrecht gespeeld. Geen reconstructie Met deze speciale aanpak van historische stukken heeft de Schaubühne grote faam verworven. Inspelend op de tijd van ontstaan, eind jaren zestig, leefde er bij dit gezelschap de wens om aan historisch politieke thema's te werken, zoals die in de klassieken werden behan deld. Er is echter nooit gepro beerd een klassiek drama te actualiseren of te reconstrue ren. „Dat kan ook niet," zegt Ellen Hammer, die tot voor kort dramaturge bij de Schaubühne was, „omdat de afstand tussen toen en nu te groot is". „Pas als die afstand duide lijk is, kun je voor jezelf be palen waar het om gaat en een weg zoeken om er in de buurt te komen. Het is de taak van de regisseur en de acteurs het verleden te bena deren zonder zichzelf te ont kennen. Daardoor worden de voorstellingen menselijk." Vanuit de actuele beleving van de makers wordt er een bres geslagen naar het verle den, waaruit een oorspronke lijk organisch geheel ont staat. Deze werkwijze vereist wel een onvoorwaardelijke betrokkenheid van de spe lers. Zij hebben er zelf voor gekozen toen zij indertijd bij de oprichting medezeggen schap eisten. Slechts een geëmancipeerde acteur kan het bewustzijn van zijn publiek scherpen zo luidde hun stelling. Tussen regisseurs, dramaturgen en spelers bestaat sindsdien en nog steeds een kritische wis selwerking. Uitgangspunt== Er zal nooit een stuk ge speeld worden waar de spe lers niet achter staan. Het uitgangspunt Is altijd ge weest: „Is het goed voor ons, dan is het ook goed voor het publiek." Die persoonlijke aanpak, maakt dat de voor stellingen zich ontwikkelen tot tijdsdocumenten waarin de maatschappelijke onder stroom eerder filosofisch dan expliciet politiek tot uiting komt. Hoe het gezelschap in alle opzichten in zijn tijd mee- evolueert blijkt wel uit het verschil in aanpak tussen het Antikenproject uit 1974 en de Oresteia. In 1974 werd noe gezocht naar de rituele oor sprong van het theater, waar in de spelers vanuit een zelf onderzoek hun spelmogelijk- heden trachtten te doorgron den. Dit leidde tot een hevig persoonlijke speelstijl waar mee de innerlijke beleving van de acteurs in puur licha melijke vormen geuit werd. Maar de tijden van zelfont dekking en ongeremde emo ties zijn voorbij en hebben plaats gemaakt voor de koele media, die het maatschappe lijk gebeuren regeren. In de Oresteia zal men vergeefs zoeken naar de cultes en riten. In de afstandelijke koele be nadering van dit stuk waar mee een politiek systeem tot zijn recht moet komen zullen de spelers hun tekst behan delen alsof ze een krant voor lezen. Zoektocht Met deze verwijzing naar de speelstijl, lijkt Stein in te ha ken op „Gross und Klein" van Botho Strauss dat hij regisseerde en dat wel naar Nederland komt. In dit stuk Vervolg op volgende pagina De folder van de Nederlandse Operastichting voor het seizoen 1980/1981 is verschenen. U vindt hierin informatie over het bestellen van plaatsen, de data en het repertoire. vjemSV Satyagraha pbeMIö® La cenerentola Lulu la boheme li trovatore Le nozze di Figaro Hans en Grietje Houdini Der Rosenkavalier Don Quichotte Fidelio (Philip Glass) (Rossini) (Berg) (Puccini) (Verdi) (Mozart) (Humperdinck) (Peter Schat) (R. Strauss) (Massenet) (Beethoven) De folder is verkrijgbaar bij de diverse theaters en op aanvraag bij: De Nederlandse Operastichting Korte Leidsedwarsstraat 12, 1017 RC Amsterdam, telefoon 25.54.54. dirigent Kirill Kondrasjin solist Wiktor Liberman, viool Hindemith: Konzertmusik für Streicher und Blechblaser, op. 50 Tsjaikowsky: Vioolconcert Borodin: Tweede symfonie Uitvoering in: Amsterdam op vrijdag 6 juni in het Concertgebouw aanvang 20.15 uur kaartverkoop vanaf 27 mei aan het Bespreekbureau van het Concertgebouw, Van Baerlestraat 98, telefoon 718345, dagelijks van 10.00-15.00, behalve zondags Prijs 25,-; CJP en PAS-65 17,50 dirigent Michel Tabachnik soliste Arleen Augér, sopraan Boulez: Pli selon pii Uitvoering in: Den Haag op zaterdag 21 juni in het Koninklijk Conservatorium aanvang 20.15 uur kaartverkoop voor de aanvang van het concert aan de zaal Prijs 20,-; CJP en PAS-65 12,50 Amsterdam op zondag 22 juni in het Concertgebouw aanvang 14.15 uur kaartverkoop vanaf 27 mei aan het Bespreekbureau van het Concertgebouw, Van Baerlestraat 98, telefoon 718345, dagelijks van 10.00-15.00 uur, behalve zondags Prijs 20,-; CJP en PAS-65 12.50. André Douw Gidon Kremer Jean-Jacques Kantorow Antoni Ros-Marba Jubileumconcerten 25 jaar Nederlands Kamerorkest in het kader van dirigent Antoni Ros-Marba solisten Gidon Kremer viool Jean-Jacques Kantorow viool André Douw Styx jubileum-kompositie-opdracht NKO Franz Schubert Polonaise in b Alfred Schnittke Concerto grosso Fons Jansen Humoresque voor orkest en bestel conference en aria's W.A. Mozart Symfonie no 35 in D KV 385 'Haffner' het Rotterdam di 17 juni 20.15 uur De Doelen grote zaal Den Haag wo 18 juni 20.15 uur Ned. Congresgebouw PWA-zaal Utrecht do 19 juni 20.15 uur Muziekcentrum Vredenburg Amsterdam vr 20 juni 20.15 uur Concertgebouw grote zaal Kaartverkoop via het Holland Festival en aan de zalen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 17