Liefde tussen onwennige bondgenoten in oorlogstijd komt van couwe kermis thuis )nrijpe kluchtigheid Sympathieke jonge initiatieven Van dik hout zaagt men rampen WORD LID,030 941041 CNV—a Een Spa graag. Maar... dan wel geserveerd mèt het flesje. fanks jeve Jongens est pas moi, c'est lui Nederlandse films in top-20 Longo Mai in Karinthië Een uur tot de ondergang Aardige bankrovers Prolongaties en reprises PIJDAG 9 MEI 1980 TROUW/KWARTET P 15 RHS 17 door W. Wielek-Berg Oversexed, overpaid en overhere" dat was, volgens de overlevering, het commentaar van de overrompelde, argwanende en een beetje jaloerse, want hongerige en armoedige Britten, toen ze in 1943 werden „overvallen" door een massa Amerikaanse bondgenoten die getraind moesten worden voor D-Day. Van de perikelen (vooral amoureuze) die uit deze liefdevolle invasie voort vloeiden, maakte de Engelsman John Schlesinger, die allang in Amerika werkt en dus beide kanten kent, de film „Yanks". Hij is geknipt voor de meidagen, onze Canadezen, die hem woensdag te zien kregen, zullen er zeker waardering voor hebben opge bracht. Een oorlogsfilm zonder ge weld dat komt niet vaak voor. „Yanks" is zo'n witte raaf: de drei ging is wel aanwezig, doch drijft al leen de emoties op, soms tot het kookpunt maar er niet overheen, het strijdtoneel is voorlopig nog verre. Schlesinger situeert zijn film in een klein Engels stadje en concentreert de handeling om de allerwege aanwe zige gemengde gevoelens te illustre ren, op drie gemengde paren: een meisje uit de kleine middenstand dat verloofd is met een Engelsman die vecht voor zijn vaderland doch haar hart verliest aan een Amerikaanse legerkok; een deftige, getrouwde dame uit de aristocratie met een dienstdoende man, die een tedere en voorzichtige verhouding onderhoudt met een eveneens getrouwde Ameri kaanse officier; een busconductrice, een ongecompliceerd arbeidersmeis je, dat zonder haken en ogen verliefd, verloofd, getrouwd raakt met een Yank van Italiaanse afkomst. Middelpunt In het middelpunt staan Richard Gere als de kok en Lisa Eichhorn als zijn vriendin, die wordt verscheurd door tegenstrijdige gevoelens van trouw en verliefdheid. Him verhou ding is het meest problematisch: ver troebeld door schuldgevoelens, voor al als de verloofde sneuvelt, bemoei lijkt door een strenge moeder (een schitterende rol van Rachel Roberts), die nog ongeneeslijk ziek is ook. Zo wel de dame met haar officier als de busconductrice met haar Yank zor gen voor de afwisseling, nu eens naar boven, dan weer naar beneden. De film is voortreffelijk getimed en zeer vakkundig gemaakt: het enige wat je er op kunt aanmerken is, dat hij wel wat aan de oppervlakte blijft, te veel in de liefde blijft steken, te weinig ingaat op de veranderingen, die de confrontatie met een ander levensgevoel en een ander gedragspa troon misschien bij de Engelsen te weeg zou kunnen brengen. Een aan loopje daartoe wordt gemaakt als de dame (weer een prachtige rol van Vanessa Redgrave, haar erotische aantrekkingskracht straalt door haar linkse verlegenheid heen) zich door haar minnaar laat overhalen om haar zoontje niet al te zeer te „harden", niet terug te sturen naar het inter naat, waar hem het bloed onder de nagels wordt weggepest. Als je flater), haar man ziet, kun je gemakkelijk raden dat hij het daar in het geheel niet mee eens is. Onbegrijpelijk is, dat Schlesinger niet meer gebruik heeft gemaakt van de liedjes uit die tijd, zowel de Engelse als de Ameri kaanse: „I'll be seeing you" valt welis waar bij alle dramatische hoogtepun ten te beluisteren, maar de rest is min of meer aangepaste rimram. Hoogtepunten uit de film: de hartver warmende „community singing" in de bioscoop en de rassenrel die uit breekt wanneer zwarte soldaten het wagen met blanke meisjes te dansen. In zekere zin ook het eindq, het klas sieke afscheid op het station. Dan trekt Schlesinger alle registers van het sentiment open, maar omdat wij weten welk een gruwelijke slachtpar tij die Jonge mannen na het vredige intermezzo in Normandie te wachten staat, besterft het woord „sentimen taliteit" ons op de lippen. Amsterdam-Tuschinski 2; Rotter- dam-Alhambra 1; Den Haag-Metro- pole 2; Nijmegen-Carolus, 12 jr. V or W. Wielek-Berg t is er dan toch van gekomen: uit drie boeken van Gerard Reve, „De Taal der Liefde", ieve Jongens" en „Het Lieve Leven", handelend over herenliefde en leed, mitsgaders angst jr verval en dood, religieuze vervoering in unieke Reve-trant, wanhoop over het menselijke in het algemeen en dat des schrijvers in het bijzonder, alles gedrenkt in Reve's tdelsmerk, zijn ironie, is een scenario geconstrueerd (door Chiem van Houweninge) waar Jul de Lussanet een film van maakte ik als filmer op Reve viel, zou ik een beter boek van hem weten, veeg de kassa niet weg: een film homo-seksuelen, hard aanleu- id tegen de zachte porno, gedekt Reve's faam, daar zouden best s vogels van diverse pluimage op tuiinen komen. kunt beter de boeken lezen. Welis- ar zullen velen, evenals ik, de nei- ig hebben om veel krolse passages sadistisch-masochistisch gezanik matrozen en negers over te maar er blijft dan nog altijd natuurlijk de ironie en de Stig getimede relativering van de troep (waarbij je daarbij Reve kunt vrijpleiten van enige hui- iachtigheid: hij draait het altijd dat je alle kanten met hem op it dat je zijn gruwelijk racistisch- tionaire uitlatingen niet ernstig ft te nemen als je geen zin hebt uit ging met lezen op te houden). En er een ondergrond van ver- jfeling. Dat die wel eens als pose rdt gebruikt doet aan de echtheid afbreuk. deze wanhoop, van deze tragiek. van deze boven- en ondertonen is in de Lussanets verfilming praktisch niets overgebleven. Met één uitzonde ring zijn alle handelende personen gehaaide „dealers": geld voor seks en vice versa, dat is het parool. Het is niet nodig om in een film over homo seksuelen voortdurend krampachtig je best te doen den volke er van te overtuigen dat deze medeburgers ook mensen zijn, maar het tijdsgewricht lijkt me toch werkelijk niet rijp, om de nog bij veel te velen levende afkeer van homo's te versterken. Relaties En dat doet „Lieve Jongens", helaas. Van liefde is in het geheel geen spra ke, de relaties beperken zich tot het in bed smoezen aan de ene en het geld en dure dingen afpersen aan de ande re kant. Het is een koude film, een gevoelloze film. Dat is niet in de laat ste plaats te wijten aan het feit, dat Hugo Metsers als Wolf (Reve's schuil naam,) geheel ongeloofwaardig is: het valt met de beste wil van de wereld niet te begrijpen waarom deze in goe den doen geraakte slagersknecht de te Richard heeft zich wederom &agd aan het maken van een ko ene film met zich zelf in de hoofd- De titel van de film luidt C'est pas c'est lui, het thema is de beken- Pap van de persoonsverwisseling. Mmauteur Pierre (Richard zelf) geert als vaste auteur van de suc- Jvolle regisseur orges Vallier. In zijn streven zelf bekendheid te krijgen neemt hij 'Wam aan van Vallier en probeert zodanig goede sier te maken in «oordafrikaans land. Het leidt allerlei kluchtige toestanden en J°t draait het erop uit, dat Pierre opstandelingen in de woestijn m Vast8eh°uden; het min of meer O-Komische gevolg van het feit, 'fljl ten onrechte voor een belang- man wordt gehouden. imiterende van films van en met Richard is, dat de intriges wel re geestigheid bevatten. oat de uitwerking van de vond- oeneden peil blijft. Richard w tot het type komieken, dat zijn gein zoekt in het ver doorgevoerde beklemtonen van visuele èn karakte rologische eigenschappen. Is onhan digheid een karakteristiek, dan kan er niets gedaan worden of op een of andere manier lopen de dingen ab surd verkeerd. Daar wordt kolderiek op gereageerd, met een overdrijving, die te opgeschroefd is om nog tot een lach te kunnen prikkelen. Als, bij wijze van spreken, Richard zijn mond brandt, dan schieten er vlammen uit. Hij is een komiek in de orde van „de Funès op slechte momenten." Alleen heeft De Funès op Richard voor, dat hij overdrijft in een vast type, het herkenbare driftkikkertje, terwijl Ri chard nog steeds op zoek is naar zijn eigen type. Tot nu toe heeft hij daarin aan zich zelf meer onrijpe kluchtig heid besteed dan geest. D.O. Uit het verslag van de Nederlandse Bioscoopbond over 1979 blijkt, dat de Nederlandse hoofdfilms het goed doen bij het publiek: de omzet maakte 11,5% uit van de totale bioscoopomzet, dat is 2,7% meer dan in het voorafgaande jaar. Bij de top-20 kwam „Grijpstra en de Gier" op de vierde plaats, „Een Vrouw als Eva" op de zesde. „Kort Amerikaans" op de 12de, „Uit Elkaar" op de 13de en „Juliana in zeventig bewogen jaren" op de 17de. Er worden 307 hoofdfilms geïmporteerd. Het aandeel van de Amerikaanse films in de bruto-recettes bedroeg 44,9%, van de Engelse 16,3%, van de Italiaanse 11,1%, van de Franse 6.8% en van de Duitse Bondsrepubliek 4,8%. De afkeer die (vooral) Jongeren koesteren tegen onze vertech- nocratiseerde, geautomatiseerde consumptie-maatschappij leidt soms tot vlucht: in politieke splinterpartijen, in hysteri sche sekten, in de Isolatie, het terrorisme en de zelfmoord. Het doet deugd, kennis te maken met een groepering, die zijn bezorgdheid en onbehagen in positieve banen leidt: de Euro pese Coöpteratie „Longo Mai". gehele dag in zijn bed blijft liggen. Er wordt gepraat over schrijf remmin gen, alcoholisme, levensangst, maar men kan onmogelijk aannemen dat die kwellingen hem bestoken. Hij heeft het erg druk met zijn mainte- né's, maar schijnt van lijden onder de liefde geen weet te hebben. Doen ze wat hij wil, best, gaan ze weg, ook goed: de wereld is vol lieve jongens. Reve's religieuze bevlogenheden wor den geheel tot een farce gemaakt en door het ten tonele voeren van een mevrouw die op de koningin lijkt wordt de botheid ten top gevoerd: zij is bij Reve toch nog altijd een mystie ke figuur. Er wordt in „Lieve Jongens" aanhou dend gejoeld en de draak gestoken, het belachelijk maken van het ouder worden wordt met grote overtui gingskracht bedreven. Dat vind ik toch zo zot: wie niet oud wil worden moet vroeg dood gaan en dat is ook niet alles. De enige die dieper gaat, die dieper wil gaan, dan het oppervlak is Albert Mol, als de versmade minnaar. Hij weet medeleven en deernis te wek ken, die eigenlijk aan Wolf ten deel zouden moeten vallen, maar Metsers laat allerbelabberdst verstek gaan. Het wordt Mol overigens wel uiterma te moeilijk gemaakt om een tragisch en aannemelijk mens te zijn: regis seur en scenarioschrijver doen hun uiterste best om hem door kinderach tige geintjes uit zijn rol te duwen. Ik zou hem dan ook graag eens in een goede film willen zien. O, er zijn ook wel wat aardige dingen te zeggen over „Lieve Jongens". Hans Dagelet en Bill van Dijk zetten twee uitstekende typetjes neer, de een als valse sloerie, de andere als goeiige bemiddelaar. En de Lussanet neemt met zijn schildersoog fraaie, wazige landschappen waar. Maar die staan, ook wat gevoelswaarde betreft, ge heel los van de handeling. Kou, kou en nog eens kou waarlijk een film uit de ijstijd. Amsterdam-Alhambra 1, Nöggerath en Cinecenter; Rotterdam-Alhambra 2; Den Haag-Metropole 3 en verder in 10 theaters, overal in het land, 16 jr. William Holden en Jacqueline Bisset in „Een uur tot de ondergang" 't Is een afgezaagd gezegde, maar daarom past het in dit verband goed: als je één rampenfilm hebt gezien, heb je ze allemaal gezien. Met een beetje ervaring kun je zelfs voorspel len, wie tijdens het tempeest het loodje zal leggen. In „When Time ran out" („Een uur tot de ondergang") van James Goldstone zijn dat, afge zien van een zooitje ongeregeld blank goed dat er niet toe doet, voorname lijk kleurlingen, misschien onder het motto: „Opgeruimd staat knappies". De donkere kindertjes blijven leven. Dat wel. Dat moet. En nu de beproevingen zult u zeggen. Welaan, 't gaat ditmaal om een vul kaanuitbarsting op een Zuidzee-ei- land. Een overspelige slechterik die het boren naar olie niet kan laten raakt blijkbaar het vurige hart van moeder aarde, en daar heb je het gerommel en gestommel. Een klein gToepje dapperen, onder aanvoering van een held, weet zich (gedeeltelijk) te redden, de laffe rest komt om in een luxe-hotel. Niets bijzonders hoor, voor rampen films. Wat gescharrel langs een smal le rotswand, wat getreuzel op een geheel gammele brug over een zee van gloeiende lava. Een oude koord danser, door kindermin gedreven, be- A man, a woman, a bank wijst goede diensten: op zijn stram me benen weet hij met een Jongetje op de rug en een boomtak in de hand op de leuning te balanceren. Is dat niet wonderbaar? Naar goed gebruik hebben uitgedoof de sterren met interessant doorgroef de koppen hun medewerking ver leend: William Holden, Burgess Mere dith en Ernest Borgnine. Paul New man, ook niet meer de jongste doch uitstekend getrimd, speelt de held, aanbeden door Jacqueline Bisset. Die halen het, daar kun je donder op zeggen! W.W.-B. Amsterdam-Cineac City 3, 12 jr. Damrak 1 en In december kwamen ongeveer 100 jongeren uit tien Europese landen bijeen in Basel. Bijna allen hadden ervaring opgedaan in het jongeren werk of de vakbeweging en daardoor vroegtijdig de tekenen van de nade rende crisis onderkend. Hun bezorgdheid ging vooral uit naar de met ontvolking bedreigde bergda- len. Zij stichtten, vooral ln Frankrijk, nederzettingen die tot doel hadden de bevolking voor te gaan in het gebruik van de natuurlijke hulpbron nen en rijkdommen en daardoor een zekere zelfverzorging te garanderen, die de vlucht naar de steden zou kunnen tegengaan. Misschien een utopie, maar dan wel een zeer sympathieke. Van het een kwam het ander en „Longo Mai" is nu druk bezig met allerlei activiteiten: verkoop van produkten in hun eigen winkels, stimulering van de volks kunst en het volks toerisme. Dat hun bergwerkzaamheden geen vlucht uit de werkelijkheid betekenen en geen aflegging van hun maatschappelijke, sociale en politieke verantwoordelijk heid, blijkt uit de krachtdadige hulp die ze verleenden aan vluchtelingen uit onder andere Chili en Uruguay. Ook hebben zij in Costa Rica een vluchtelingen-coöperatie gesticht in een moeilijk toegankelijk gebied. En toen ze zich in Karinthië vestig den, staken ze zich willens en wetens in een politiek wespennest Daar wordt namelijk de Sloveense minder heid, die door het Hitler-reglme werd vervolgd, nog steeds onderdrukt door de zich Duits voelende Oostenrijkse meerderheid. „Longo Mai" schaarde zich aan de kant van de Slovenen en de gevolgen bleven niet uit; hetze, verdachtmakingen, bedreigingen. Over Longo Mai in Karinthië is een instructieve 16 mm film van een half uur gemaakt, waarin men duistere ceremoniëlen ziet van oude en nieuwe nazi's op hun heilige Ulrichsberg en verhalen hoort van Slovenen. Hij heet veelzeggend „Karnten über al les en de Nederlandse versie wordt uitgebracht door Fugitive Ci nema, van Hallstraat 20, 1051 HH Amsterdam, tel. 020-867663 en 867690. Wie hem in kleinere of grotere groep wil vertonen kan daar terecht. W.W.-B. SAMEN OP DE GOEDE WEG flin-l. li|k N.il«in.i.d V.ikvi'itaXHl In films zijn bankrovers bijna altijd aardige mensen. Dat zal wel te maken hebben met de besmuikte sympathie, die kleine luiden overal ter wereld dit genre boef toedragen, het kraken van een bank is geheel wat anders dan het weggrissen van de karabies met de AOW van een krom oud moedertje. In „A Man, a Woman, a Bank" („Zo zeef als de bank") van regisseur Noel Black is het van hetzelfde laken een pak. Voor de twee mannen die een unieke bankroof voorbereiden (tij dens de bouw wordt de computer van het elektrische beveiligingssysteem afgetapt) en uitvoeren, kun je moei lijk haten, het zijn toffe jongens en hetzelfde geldt voor de malle meid aan wie een van hen gewillig blijft hangen. Veel aandacht (voor zo'n soort film) is besteed aan de onderlinge verhoudin gen en de dialoog, ook wie niet van dat zweterige bankroofgepeuter houdt hoeft zich niet te vervelen, want er is telkens wat anders aan de hand. Goed spel van Donald Suther land als laconieke flierefluiter, Paul Mazursky als computer-deskundige met een huwelijk dat ln de soep ligt en zenuwen die hem op de maag slaan en Brooke Adams als mooie fotografe, die voor geen borrel ver vaard is. Leuk amusement. W.W.-B. Amsterdam-Rembrandtpl.th., aJ. U bestelt Spa. U betaalt voor Spa. Zorg dan ook dat u echte Spa krijgt Dus, Spa uit het flesje, met het Spa etiket Spa is natriumarm, met eejj verfrissende smaak. Providence Meesterlijke film van Alain Resnals over verval, dood en de creatieve capriolen van een oude, zieke schrijver De gehele week in Rivoli, Amsterdam. Die dritte Generation Scherpe, burleske satire van Rainer Wemer Fassblnder, waarin hij zowel de ter roristen ais de maatschappij die hen uitbroedt aan de kaak stelt. De gehele week ln Cinecenter. Am sterdam. Die Blecbtrommel Film van de Westduitse cineast Volker Schlön- dorff naar het boek van Günter Grass, waarin een uniek aandeel wordt geleverd door David Bennent als de kleine trommelaar Oskar. De gehele week ln City 6, Amsterdam; Metropole 5. Den Haag; City 3, Gro ningen; Movies 2. Utrecht; Clnesol, Breda; Harmonie 2, Alkmaar; Al hambra 2. Enschede; Luxor. Haar lem; H5. Heerlen; De Kroon, Zwol le; Bijou. Hilversum. Festival, Maastricht; Roxy, Geleen; City, Venlo. Die Ebe der Maria Braun Rainer Wemer Fassblnder dringt met de middelen van het melodrama door tot de kem van het Westduitse „Wlrtachaftswunder" De gehele week in Studio, Venray. Herfstsonate Klassieke film van meester Ingmar Bergman met Llv Ullmann en In grid Bergman ln de hoofdrollen. De gehele week in E.D.B. 2. Deventer L'Affiche Rouge Prachtige film van Frank CassenU over een ver zetsgroep in de oorlog, waarbij ver leden en heden soms ongemerkt in elkaar overvloeien. 10 mei Krlte rion, Amsterdam; 14 mei Cultureel Centrum, Tilburg. Een Schijn van Twijfel Documen taire op internationaal niveau van Rolf Orthel over de schaduw van de concentratiekampen. 13 mei Krite- rion, Amsterdam. De Mens uit Marmer Magistrale film van de Pool AndrzeJ Wajda over een speurtocht naar een arbei der die ln marmer werd vereeuwigd en ln vergetelheid verzonk. De ge hele week in Filmhuis Jean Vigo. Amsterdam. Stalker Mysterieus meesterwerk van de ln eigen land niet geëerde Rus Andrei Tarkowski. De gehele week in 't Hoogt, Utrecht en Liga '68. Groningen. Regno di Napolt Prachtige film van Werner 8chroeter over de bewoners van een Napolltaanse armoe wijk. vol melodrama en muziek. De gehe le week in Movies 1, Utrecht

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 17