Noodzaak nieuwe wegen nauwelijks ter discussie il rouw Commentaar op schrikkeldag was de vrouw de baas Jg kelijke 'sociale partners' dinet aan zet De vraag is alleen: waar komt die autosnelweg? Cornelissen „op kamers" Kamer dient motie in over subsidie aan de Ombudsman jubilea DAG 29 FEBRUARI 1980 BINNENLAND TROUW/KWARTET - nieuwe gezichtspunten heeft loonoverleg tussen kabinet, eweging en werkgevers giste- niet opgeleverd. Of het zou en zijn dat de werkgevers eie- voor hun geld kozen, en hun rang op veel verder gaande inigingen bij de overheid in- en voor een poging een meer- e door de overheid geleide jolitiek af te houden. De bij de werkgevers voor de leid in de rol van grote centra- gelaar en bedisselaar is, ideo- ch bezien, best te begrijpen, opstelling in het overleg van ;en was daarom eigenlijk heel :h en zakelijk. lijk was, op de keper be- ïwd, ook de opstelling van de eweging, al moest bij FNV- tter Kok die zakelijkheid I worden uitgegraven onder [ware vaalt van radicale krijgs- imet naast de welbekende ook enkele nieuwbedachte af- 3ktermen met betrekking tot abinetsbeleid. Op de perscon- Itie, gistermiddag na afloop (iet loonoverleg, leek het soms jof Kok de toespraak zat uit te die hij ongetwijfeld gis- ergens in het land zou tegenover een zaal jNV'ers, in het kader van de |>olf die de FNV aan het ont- len is tegen de dreiging van edeje looningrepen. **Mechter, gelijk ervaren kremli- •«n gewend zijn te doen, de nam goed tussen de kreten ^te luisteren, stuitte, zoals ge- verband is het jammer dat ;abinet nog steeds niet be over de nieuwe cijfers van lanbureau zoals die komen te na verwerking van het pak- atregelen van het kabinet. :ijfers zullen er toch zeker zijn wanneer volgende dinsdag de Tweede Kamer kket bespreekt. Uit bereke- in die eerder het Nederlands itelijk Werkgeversverbond :eerde valt echter op te ma- dat op korte termijn inder- ïelei voornamelijk negatieve eco- ablAjche effecten te verwachten 5 *n tit het beleid van het kabinet. je langere termijn zou de sane- Enff werking van dit beleid ech- Ale*oeten leiden tot gunstige ef- 5 Left. Maar juist daarover zouden fnd j eens becijferingen van het "mee»ureau willen zien. Zo lang ;ts ciet voorhanden zijn. berust de jende werking van dit kabi- voornamelijk op hoop. cski dat betreft is dit kabinetsbe- ponder nadere cijfers evenveel IT als het alternatieve beleid ■)it op behoud van bestedin- Jzoals de vakbeweging prefe- M In dit alternatief wordt juist J|tt op een positieve impuls de economische groei. Dat op langere termijn moeten i tot ,,inverdien-effecten", iCjior aanvankelijke financiële te- mtW1 voora' bij de overheid, jjin gaan opheffen. Ook deze aatrn bestaan echter, zonder na- iCijfers, voornamelijk in de van degenen die deze be- ijn voorstaan. »rafia i uit) de achtergrond van dit fun- ceerdf cht zegd. op een zakelijke opstelling. Het beleid dat het kabinet vorige week in de brief van minister Albe- da heeft uitgezet, verschilt funda menteel van de voorkeur die de vakbeweging koestert voor de aan pak van de nieuwe economische problemen. Het kabinet stuurt aan op een politiek van algemene be stedingsbeperking. De overheid moet haar uitgaven inbinden, en de koopkracht van de burgers zal wat moeten worden verlaagd. We leven al jarenlang in dit land op te grote voet, en de tering moet nu eindelijk eens naar de nering wor den gezet, zo sprak premier Van Agt deze week in de Tweede Ka mer als een wijze huisvader. Te lang is men gevlucht in uitdijende financieringstekorten en aantas ting van reserves. De vakbeweging vreest echter, en niet ten onrechte, dat deze politiek van globale inperking van beste dingen over de hele linie een nega tieve impuls zal geven in de econo mische bedrijvigheid. Daardoor kunnen nieuwe problemen van meer werkloosheid, tekorten in de overheidsfinanciën (als gevolg van minder belastingopbrengst) en af kalvende bedrijfswinsten worden opgeroepen. Nieuwe aanpassingen in de vorm van economische be perkingen liggen in deze politiek dan voor de hand. Kok sprak in dit verband al over „een dodenspi- raal", en ook de vergelijking met de aanpassingspolitiek die de Ne derlandse regering in de jaren der tig voerde is al gemaakt. damentele verschil in visie heeft FNV-voorzitter Kok het kabinet een suggestie gedaan die kan lei den tot tegemoet komen aan de hoofdeis van de vakbeweging zoveel mogelijk behoud van koop kracht tot „modaal" maar tege lijk geen aantasting zou hoeven betekenen van het wezen van het kabinetsbeleid aanpassing van de nationale tering aan de nering. De looneisen zouden dan van tafel worden genomen in ruil voor een premie- of belastingverlaging voor inkomens tot modaal. Deze lasten verlichting zou dan niet gefinan cierd moeten worden uit opvoering van het financieringstekort, maar uit herverdeling van de totale be stedingen in de particuliere sector. Er wordt dan dus van het kabinet geen nieuw wisselgeld verlangd waarvan het kabinet stelt dat het dit ook niet meer heeft. Het is te vroeg om de FNV-sugges- tie zomaar te verwelkomen. Daar voor zou eerst nagegaan moeten worden welke gevolgen deze her verdeling van lasten en lusten heeft op de inkomens en de economi sche vooruitzichten. Wat het eer ste betreft zou er stellig van het huidige kabinet, gezien zijn opvat tingen over inkomensnivellering, een politiek offer \orden gevergd. Hetzelfde geldt de FNV-wensen voor afroming van de winsten van oliemaatschappijen. Maar juist zo'n politiek offer zou als gebaar van dit kabinet naar de vakbewe ging een heilzame werking kunnen krijgen op de steeds verder ver troebelende sociale verhoudingen in het land. Verkeer en Vervoer tot het eind van de eeuw door Hans Schmit DEN HAAG Tot ver in de vorige eeuw waren goede verharde wegen in Nederland schaars. Nadat de Romeinse heirbanen in verval waren geraakt, duurde het tot in de zeventiende eeuw voor er enkele wegen buiten de steden (zoals tussen Amsterdam en Haarlem, en Den Haag en Scheveningen) werden aangelegd. Ook in de eeuwen daarna gebeurde er weinig, mede omdat de noodzaak voor de aanleg van wegen gering was. Nederland beschikte over goede vaarwegen en het vervoer ging dan ook vooral over het water. Met de opkomst van de auto echter, groeide de behoefte aan wegen en in 1927 zag voor het eerst in Nederland een rijkswegenplan het licht. De we gen die toen op de kaart waren gete kend, vormden rechtstreekse verbin dingen tussen steden. In de loop der jaren werd het wegennet verder ver fijnd. terwijl ook nieuwe soorten we gen hun intrede deden. In de jaren zestig, toen de massamotorisering goed op gang kwam, sloegen alle stoppen echter door: het bij de twee de nota ruimtelijke ordening beho rende structuurschema hoofdwegen net uit 1966 ging uit van de filosofie dat je overal in Nederland zo snel mogelijk met de auto moest kunnen komen. Over Nederland werd als het ware een ruitjespapier met autosnelwegen ge trokken; een fijnmazig wegennet dat als een spinneweb Nederland zou moeten gaan bedekken, in totaal 5300 kilometer lang. Wim ter Keurs van de Werkgroep milieubeheer Leiden: ,,De noodzaak werd nauwelijks beargu menteerd. De overheid reageerde op de massamotorisering met de formu le: hoe meer auto's, hoe meer geld voor wegen. Door de invoering van de wet op het rijkswegenfonds en de wet uitkeringen wegen zette de overheid een planningsmachine op gang. die dreef op automatische financiering. Het openbaar vervoer bleef daar schrikbarend bij achter, hoewel juist het openbaar vervoer uitstekend past in het ruimtelijk beleid. Het open baar vervoer kent geen gegarandeer de financiering, kreeg geen garanties voor investeringen en er bestond geen verplichting voor het maken van openbaar-vervoerplannen, zoals die wel voor wegen geldt. Het enige dat het rijk deed, was het dekken van de exploitatietekorten." Wegenbouwers De wegenbouwers hoefden zich in die jaren niet ongerust te maken: actie voerders waren er niet en toen zij, aan het eind van de jaren zestig, zich voor het eerst gingen roeren, ging het voor al om de vraag wóór die autosnelweg zou moeten komen. Vriendelijk werd gevraagd of die weg niet wat kon worden verlegd, zodat dat aardige bosje gespaard bleef. De vraag of die weg eigenlijk wel noodzakelijk is, kwam pas aarzelend aan de orde in het begin van de jaren zeventig. In die tijd verzette in de regio Den Haag-Leiden de Werkgroep milieube heer Leiden zich (met succes) tegen twee provinciale wegen (de Duinweg en de Leidsebaan), en gesterkt door dat succes werd ook voor de eerste keer de noodzaak van een rijksweg aangevochten: rijksweg 14, ofwel de Verlengde Landscheidingsweg aan de noordzijde van Den Haag. Deze weg werd al in 1938 op de kaart gezet; het tracé van de nieuwe verbinding in de richting van Rotterdam werd in 1956 vastgesteld. In 1975 schrapte de Tweede Kamer met de kleinst moge lijke minderheid het geld voor de verdere aanleg van deze weg, waar mee het parlement voor de eerste keer het rijkswegenplan doorkruiste. De weg staat echter, nu :1s A 16. nog steeds op het hoofdwegennet en dient naar de opvatting van de regering voor 1990 (ten dele) te zijn gereali seerd. In de jaren vijftig en zestig kostte het1 nog weinig moeite het tracé van een1 autosnelweg vast te stellen. Dat re gelde rijkswaterstaat met de provin cies en de gemeenten en geen haan die ernaar kraaide: hooguit toonde een enkeling zich wat verrast door de komst van graafmachines. Van veel wegen die nu omstreden zijn maar waaraan de regering blijft vasthou den. zijn de tracés dan óok nog in de jaren vijftig en zestig vastgesteld. Door het gloeiende verzet en de be hoefte mee te spreken en te denken, ontstond in de jaren zeventig een meer openbare procedure, waarbij de plannen ter isie worden gelegd en hoorzittingen worden gehouden. De regering acht de huidige gang van zaken aanvaardbaar en zegt in het structuurschema verkeer en vervoer zo door te willen gaan. Tot ongenoe gen van de milieugroeperingen. Wil lem-Jan van Grondelle van de Stich ting natuur en milieu: „Het bezwaar is dat de overheid bepaalt wat er in procedure komt en wat niet. Er wor den dan verschillende varianten van een tracé aangedragen, plus nog een zogenaamde nul-variant, dat wil zeg gen: wat gebeurt er als we niets doen? Maar daar schiet je niets mee op. want in de praktijk moet er altijd wel iets gebeuren, zoals bij voorbeeld een omleiding rond een dorp. Blijft dus over dat je alleen kunt kiezen waór die autosnelweg komt." Vervoersprobleem In plaats van de vraag wóór een au tosnelweg komt, zouden de milieu groeperingen liever de vraag stellen: hoe los ik dat of dat vervoerspro bleem op. Een geheel andere pro bleemstelling die ook in de Tweede Kamer weerklank vindt. Drs. Huib Eversdijk (CDA): „Nog teveel loopt de procedure uit op de vraag: waar komt die weg. Andere oplossingen worden vaak als onvoldoende be schouwd en niet ter discussie gesteld, terwijl het toch niet alleen moet gaan om de vraag of het tracé A, B of C wordt, maar ook om de vraag: moet die weg er komen of kan het vervoers probleem ook op andere wijze worden opgelost? Zo wordt de A 73. de weg van Roermond naar Nijmegen, gepre senteerd als de ruggegraat van Lim burg, terwijl de vraag is of Limburg die ruggegraat in deze vorm nu wel nodig heeft." Om zo'n vraag te kunnen beantwoor den, dient een veel samenhangender benadering te worden gevolgd. Wil lem-Jan van Grondelle: „Actiegroe pen dragen uitvoerige, anderssoorti- ge oplossingen aan voor bepaalde knelpunten. Daarbij wordt ook geke ken naar het bestaande provinciale wegennet, naar de mogelijkheden kleinschalige verbeteringen aan te brengen, naar de mogelijkheden het Zes betonnen palen in Leidschendam: in 1956 werd het tracé van de toenmalige rijksweg 14 (Verlengde Landscheidingsweg) vastge steld; bijna twintig jaar later draaide de Tweede Kamer de geld kraan voor deze omstreden weg dicht. Het kabinet wil de Verlengde Landscheidingsweg nog steeds aanleggen. Wanneer het daarin zijn zin krijgt, zijn deze palen toch nog overbodig. Want de weg wordt dan aanzienlijk bescheidener uitgevoerd, als een gelijkvloerse stadsautoweg. Het Tweede-Kamerlid in P.A.M. Cornelissen (CDA) is één avond en één nacht kamerbewoner geweest op een piepklein Haags kamertje. Het kamerlid heeft het idee, dat hij op deze manier een beter inzicht zal krijgen in de problemen van de jongerenhuisvesting. lorbijj rererj openbaar vervoer te verbeteren. Die alternatieven, ook wel verbeter-vari- anten genoemd, gaan uit van een pakket maatregelen, waarbij het ver beteren van het woonmilieu. het ver minderen van de aantasting van na tuur en landschap en een passend evenwicht tussen voorzieningen voor openbaar vervoer, langzaam verkeer en de auto voorop staan Inmiddels heeft ook die wens van de milieugroe peringen de Tweede Kamer bereikt: Leo Jansen (PPR) heeft minister Tuijnman (verkeer en waterstaat) ge vraagd dergelijke „verbeter-varlan- ten" bij de beslissingen te betrekken. In de nota's over de tracés van de nieuwe rijkswegen wordt de nood zaak van een bepaald wegvak veelal aangetoond aan de hand van verkeersprognoses, die worden opge steld met behulp van computermo dellen. Die modellen zijn, zo meent Wim ter Keurs van de Werkgroep milieubeheer Leiden, niet meer dan trucs, waarbij wordt uitgegaan van volkomen irreële en ongewenste ver onderstellingen. Ter Keurs: „In de gehanteerde rekenmodellen worden politieke keuzen gedaan. Enkele voorbeelden: voor de tijd die men moet wachten op het openbaar ver voer, wordt de halve frequentie gere kend. Dat wil zeggen: als het een uurdienst is. is de wachttijd een half uur. Dat is waanzin, want wie de dienstregeling kent, komt niet meer dan enkele minuten tevoren bij de halte. Die maximaal hoog geschatte wachttijd wordt dan ook nog eens drie keer gerekend! Zo wordt ook de tijd die je oopt of fietst naar het openbaar vervoer twee keer gere kend, terwijl de tijd die een automo bilist kwijt is voor het zoeken van een parkeerplek irreëel laag wordt ge schat en slechts eenmaal telt. De ge middelde rijtijd van een auto in het spitsuur in de stad is veel te hoog: geen enkele automobilist zou dat kunnen halen. Die verkeerde veron derstellingen leiden er echter toe dat de vraag naar autovoorzieningen enorm wordt opgeschroefd, terwijl voor het openbaar vervoer niet meer dan een restfunctie is weggelegd." Niet houdbaar Onderbouwd met verkeerde cijfers worden voor de aanleg van een weg vaak argumenten aangedragen, die bij nadere beschouwing niet houd baar blijken. Een aardig voorbeeld levert de al genoemde Verlengde Landscheidingsweg <A 16) bij Den Haag. Wim ter Keurs: „De weg zou drie functies moeten vervullen Van twee daarvan hebben wij aangetoond dat die niet bestaan. Er bleef één argument over. maar dat zou alleen opgaan wanneer de leegloop van Den Haag zich doorzette, de werkgelegen heid ip Den Haag zou aantrekken en al het woon-werkverkeer autoverkeer zou zijn Dat zijn natuurlijk volstrekt onwenselijke uitgangspunten. Maar goed, stel dat die weg de hem toege dachte functie zou gaan vervullen In dat geval, zo hebben wij berekend, zou het hoofdwegennet van Den Haag het verkeer niet meer kunnen verwerken. Langs het Malieveld zou dan een stadsweg van twee keer vijf rijstroken nodig zijn." Dit is het derde artikel van een serie van vier. De twee voorgaande ston den in „Trouw" van 27 en 28 fe bruari. Van onze parlementsredactie DEN HAAG De Tweede Kamer wil straks, na het onderzoek van CRM naar de onafhankelijkheid van de Stichting Ombudsman de handen vrijhouden om Ja of nee te zeggen tegen subsidiëring van de begrotings behandeling van het departement van CRM in de Tweede Kamer. Een motie, die hierom vraagt werd inge diend door het CDA en mede onderte kend door PvdA, D'66 en PPR, Vorig Jaar besloot staatssecretaris Wallis de Vries van CRM om de subsi die aan de Stichting Ombudsman stop te zetten. Eenderde van de gel den die nodig zijn voor het werk van de Ombudsman komt uit de subsidie- pot van CRM. Zijn voorganger Meijer had onder het kabinet-Den Uyl de Ombudsman voor drie jaar subsidie gegarandeerd. Wallis de Vries zag echter geen grond om die subsidie verlening voort te zetten en schreef de Ombudsman dat men nergens meer op hoefde te rekenen. Het resultaat van een debat hierover in de Tweede Kamer was dat de staatssecretaris een onderzoek zou houden naar de mogelijkheid of de Ombudsman onafhankelijker van de VARA zou kunnen werken en meer geld uit eigen middelen zou kunnen putten. In een motie van toen van CDA en WD werd bovendien ge vraagd de Kamer voor 1 juni van dit jaar te informeren over mogelijke vormen van samenwerking met ande re maatschappelijke hulpverlenings instellingen. Staatssecretaris Wallis de Vries heeft geen enkele behoefte aan de motie. HIJ meent dat de Kamer altijd nog de vrijheid heeft om te beslissen, en stelt verder dat er sprake is van een „open en reëel onderzoek". FEBRUARI Of het in deze tijd van vrouwen emancipatie nog iets bijzonders is, laten we in het midden. Maar een feit is dat de 29e februari vanouds de dag is waarop de vrouw het initiatief mag nemen. Vroeger, toen een dame slechts af kon wachten of een heer haar het hof wilde maken, mocht ze op schrikkeldag een heer ten dans vragen. In sommige delen van Europa mocht een vrouw zelfs een huwelijksaanzoek doen. Een man mocht dat niet weigeren, wel kon hij zijn trouwbelofte, la ter in het jaar, met een fors be drag afkopen Waarom juist de vrouw voorrech ten heeft op een dag die eenmaal in de vier jaar voorkomt, staat niet helemaal vast. Maar aanwij zingen zijn er wel De maand fe bruari kent zowel in de oud-chris telijke als in de Germaanse cul tuur vrouwelijke elementen. De heiligenkalender van februari telt in tegenstelling tot alle andere maanden meer vrou wen dan mannen. Februari is ook sprokkelmaand en sprokkelen was (Zie oude afbeeldingen) een typisch vrouwelijke bezigheid Volgens oude Scandinavische verhalen maakten vrouwen in fe bruari het weer Elders in Europa speelde de naderende lente een rol en het voorjaar is een seizoen dat met liefde en vruchtbaarheid worden verbonden als we een Duits handboek over bijgeloof mogen geloven, een dikke pil die hier en daar in wetenschappelij ke bibliotheken nog te vinden is en veel gegevens over schrikkel dag bevat. Dat de vrouw in februari zekere privileges krijgt valt uit het voor gaande enigszins te verklaren, maar waarom nu juist op schrik keldag? De reden is dat de men sen in vroeger eeuwen niet goed raad wisten met afwijkingen van het normale. Kennis van de na tuurwetenschappen was uiterst gering en daarom trachtte men op andere manieren verbanden te leggen. Wanneer iemand op 29 februari was geboren en het zat hem of haar op allerlei terrein tegen in het leven, dan werd dat aan die eigenaardige geboorteda tum toegeschreven Appelbo men, in een schrikkeljaar ge plant. zouden volgens een oude Franse overlevering slechts een maal in de vier jaar vrucht dragen. Zo'n dag als de 29e februari leek onze voorouders een uitstekende datum om zelf ook eens de boel op zijp kop te zetten en bij te dragen tot de toch al veronder stelde afwijking van het normale die met de 29e verbonden scheen. Omdat de maand februari toch al „vrouwelijk" was, mochten de vrouwen daarom op die laatste eenmaal in de vier jaar voorko mende dag de baas spelen. Ook op andere dagen keerde men de rollen wel eens om. Op Onno zele Kinderen (28 december, her denking van de kindermoord van Betlehem) hadden de kinderen allerlei bijzondere voorrechten Dat de 29e februari slechts in schrikkeljaren voorkomt heeft tot gevolg dat er vandaag nog geen 10.000 mensen in Nederland jarig zijn, terwijl op alle andere dagen in het Jaar rond 38.000 jari gen gelukwensen in. ontvangst kunnen nemen. Andere conse quenties heeft schrikkeldag niet of nauwelijks. Ook niet voor de economie Want fabrieken mogen dan in schrikkeljaren een dag meer produceren dan anders, het aantal werkdagen kan om zoveel redenen per jaar verschillen Denk aan de „gunstige" of „on gunstige" ligging van Kerstmis Vallen de kerstdagen op zaterdag en zondag, dan scheelt dat twee dagen met een jaar waarin de 25 en 26e december op dinsdag en woensdag vallen, wanneer veel bedrijven bovendien nog de tus senliggende maandag vrijaf ge ven Bij het wisselende aantal werkdagen kunnen we ook den ken aan 5 mei dat slechts een maal in de vijf jaar een vrije dag oplevert. Helemaal ongemerkt gaat de schrikkeldag natuurlijk niet voorbij in de economie. Wie een maandabonnement van de spoorwegen heeft, mag deze maand een dag langer reizen dan andere februari-maanden, wat voor de reiziger een meevaller is en voor NS een strop. Aan de verkoop van losse kaartjes bele ven de openbaar vervoersbedrij ven echter weer voordeel Ze ver kopen er meer dank zij de schrik keldag. terwijl de maandsalaris sen van het personeel niet veran deren. De gewone consument zal misschien iets merken door een hogere gas- en elektrarekening. Toch is dat moeilijk na te gaan. Februari is een kortere maand dan de andere en de tijd van het Jaar is eveneens bepalend voor het gebruik van gas en elektrici teit Zo weinig ingrijpend de 29e fe bruari is voor ons dagelijks leven, zoveel belangrijker is de schrik keldag voor de tijdrekening Had Julius Caesar, toen hij in 45 voor Christus het jaar op 365 dagen vaststelde de schrikkeldag verge ten. dan zouden we inmiddels al 3 10 17 24 4 11 18 25 5 12 19 26 6 13 20 27 7 14 21 28 8 15 22 9 16 23 500 dagen op de juiste tijd tekort zijn gekomen. De langste dag nu 21 juni zou het hele jaar al een keer rondgegaan zijn en in middels in een tweede jaarron de ergens rond 20 november zitten. Caesar was zo verstandig wel schrikkeljaren in te voeren, maar zijn rekenmeesters waren net niet nauwkeurig genoeg Om in de pas te blijven met het zonne jaar hadden ze moeten besluiten de schrikkeldag over te slaan in eeuwjaren die niet door 400 deel baar zijn. In de zestiende eeuw was het verschil met het zonne jaar al opgelopen tot tien dagen en dus besloot paus Gregorius de Dertiende om 4 oktober 1582 te laten volgen door 15 oktober Het jaar 1600 zou wel een schrikkel dag hebben, 1700, 1800 en 1900 niet en het jaar 2000 weer wel. Veel katholieke landen voerden de Gregoriaanse tijdrekening snel in. Ook het sterk op handel en scheepvaart gerichte Holland volgde al in 1583, maar andere landen deden voorlopig niet mee Engeland ging in 1752 op de „nieuwe tijd" over, wat intussen elf dagen scheelde. Dat gaf in het land een enorme beroering Er waren ruzies tussen landeige naars en pachters over de betaal- datum en de hoogte van het ver schuldigde bedrag en sommige mensen waren bang dat hun le ven met elf dagen bekort was Een van de leuzen voor de toen net op handen zijnde Lagerhuis verkiezingen was „Geef ons onze elf dagen terug" In de viering van christelijke feesten was de toestand aanvan kelijk zeer verwarrend Er waren geestelijken die meenden dat na het overslaan van elf dagen Kerstmis voortaan op 5 januari gevierd moest worden In een al manak van een jaar of twintig geleden stond bij de vermelding van het Anglicaanse kerkelijk jaar ieder feest tweemaal ver meld: eenmaal op de gewone da tum en eenmaal (steeds elf dagen later) met het voorvoegsel „oud" er voor Dus Oud-Pasen etc. Mo gelijk heeft ook de Texelse Sin terklaasviering op 15 december met de overgang van de Juliaan se op de Gregoriaanse kalender te maken. Beweert iemand vandaag vijfen twintig jaar getrouwd te zijn? Geloof het niet. Een zilveren hu welijksfeest vieren kan natuur lijk best. maar zo n huwelijk kan nooit op de 29ste februari geslo- ten zijn. Wie vijfentwintig jaar geleden getrouwd is. zette die stap in 1955 en dat kan nu een maal onmogelijk een schrikkel jaar geweest zijn. Veertig jaar geleden getrouwd zijn kan wel op een dag als vandaag, vlak voor het uitbreken van de oorlog was er ook een schrikkeldag, maar vijftig jaar is weer een onmoge lijkheid. Bednjfsjubilea op deze dag zijn hoogst onwaarschijnlijk. Theoretisch is het wel mogelijk dat iemand veertig jaar geleden op schrikkeldag ergens in dienst trad en daar tot op de dag van vandaag is gebleven, maar wijs maar eens iemand aan die op de laatste dag van de maand aan een nieuwe baan begint, of het zou een weekloner geweest moe ten zijn en dan zou de 29ste veer tig jaar geleden ook nog op een maandag gevallen moeten zijn. maar dat hebben we nog niet nagerekend

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 5