Weinigen kennen Beatrix écht I ZATERDAG 2 FEBRUARI 1980 TROUW/KWARTET 13 Wie is nu de 42-jarige vrouw, die op 30 april haar moeder Juliana zal opvolgen als koningin der Nederlanden? Niet velen kennen haar écht, maar velen weten wel dat Beatrix niet met haar gevoelens te koop loopt, dat zij weet wat „aanpakken" is, dat zij temperament en gevoel voor stijl heeft en dat zij niet hooghartig is. Een portret van haar die nu nog de „vermoedelijke erfgename van de kroon" is. door Fred Lammers „Na afloop van een werkbezoek zit ik wel eens met de vraag of ik het goed heb gedaan, of ik geen mensen heb beledigd door een bepaalde opmerking te maken tijdens een discussie. Soms moet je wel tot de conclusie komen dat een onderdeel is mislukt doordat je zelf op een bepaald moment hebt gefaald." Het is al weer enige jaren geleden dat prinses Beatrix in een informeel gesprek, dat ik met haar had, tot deze uitspraak kwam. Het was een van de weinige keren dat Beatrix iets van haar diepste innerlijk prijs gaf, want de vrouw die thans is geroepen haar moeder op te volgen als draagster van de kroon is voor het Neder landse volk eigenlijk een onbekende. Natuurlijk, ruim veertig jaar de oorlogs jaren uitgezonderd woont en werkt prinses Beatrix temidden van ons. Talrijk zijn de bezoeken die zij in binnen- en buitenland heeft afgelegd. Zij heeft dat met flair gedaan, zodat ze jaren geleden zelfs de bijnaam „prinses Glimlach" kreeg. Maar wie prinses Beatrix eigenlijk is, hoe zij denkt over tal van belangrijke zaken, dat weten maar zeer weinigen. Onze nieuwe koningin is een vrouw die niet met haar gevoelens te koop loopt, er niet mee te koop móg lopen. De leden van de koninklijke familie zijn nooit erg royaal geweest met het geven van interviews. Prins Bemhard vormt daarop een uitzondering, al laat hij zich bij voorkeur door buitenlandse nieuwsme dia vragen stellen, prinses Beatrix heeft er duidelijk een afkeer van. Toen haar op 2 augustus als zevenjarig meisje bij haar terugkeer uit Canada op het vliegveld Teuge een microfoon onder de neus werd geduwd gaf zij daar al blijk van. „Ik houd niet van die dingen," flapte ze eruit. In de oorlogsjaren, tijdens uitzendingen voor Radio Oranje, was er ook veel overre dingskracht voor nodig om Beatrix te bewegen haar mond open te doen. In de loop der jaren is dat er niet beter op geworden. Een van de zeldzame keren dat daarop een uitzondering werd gemaakt was in 1965. Kort voor de 27e verjaardag van prinses Beatrix mocht een verslag geefster van het ANP met een bandrecor der naar Drakensteyn om de prinses vra gen te stellen. De band moest na gebruik worden ingeleverd bij de Rijksvoorlich- tingdienst en is nu opgeslagen in het ko ninklijk huisarchief. Of daarop veel inte ressante dingen staan die niet aan de publiciteit zijn prijsgegeven is een vraag die waarschijnlijk pas in een verre toe komst zal kunnen worden beantwoord. Zeker is dat niet alles wat toen ter sprake is gekomen openbaar is gemaakt. Het uitgewerkte interview is door de prinses en de regering uitgebreid bekeken. Als oudste dochter van de koningin moet je voorzichtig zijn met wat Je zegt. Uit de pagina's lange verhalen, die de kranten geïllustreerd met speciaal voor deze gele genheid gemaakte foto's samenstelden aan de hand van de ANPekst kwam Bea trix naar voren als een Jonge vrouw die zichzelf „vrij conservatief" noemde op het gebied van de kunst, het „vrij onzinnig" vond de laatste mode precies te volgen, haar werk om de Europese samenwerking tussen jongeren te bevorderen als „gewel dig boeiend" omschreef, moest lachen om wilde reportages over huwelijkskandida ten die men haar regelmatig toedacht en „zoveel mogelijk te weten wilde zien te komen." Brede oriëntatie Letterlijk zei de prinses daarover: „Ik wil nu die dingen doen, waar ik later niet meer aan toe kom. Dat lijkt misschien een nogal negatieve benadering van de voor bereiding op het koningschap, maar zelf zie ik er toch wel degelijk een lijn in. Ik zou me niet zo breed oriënteren als ik niet wist wat er later moet komen." Hoe de prinses denkt over het koningschap, de toekomst van de monarchie, religië en an dere zaken die velen bezig houden blijft in nevelen, om niet te zeggen in mist gehuld. De Rijksvoorlichtingsdienst waakt er, voorzover Beatrix daarvan zelf niet is doordrongen, met argusogen voor dat zij niets in het openbaar zegt waarmee zij discussie kan uitlokken. Uitspraken van de „vermoedelijke erfgename van de kroon" (de officiële aanduiding van de vrouw die bovenaan de lijst van erfopvol ging staat) worden op een goudschaaltje gewogen. Dit moest er wel toe leiden dat naar bui ten wel eens de indruk is gewekt dat Beatrix een beetje kleurloos is. Het tegen deel is het geval. Beatrix weet wat zij wil. Zij voert dat zelfs wel eens te stringent door. In huiselijke kring en tegenover mensen die haar goed kennen heeft zij wel degelijk een eigen mening, die er vaak niet om liegt. Over de monarchie bijvoorbeeld sprak zij zich uit tegen de dichter Adriaan Roland Holst, die tot op het laatst van zijn leven een graag geziene gast in Lage Vuursche was. „Ik kan eigenlijk best begrijpen dat er mensen tegen de monarchie zijn, maar zo lang men het van ons vraagt zullen we doen wat we kunnen om het volk te die nen." merkte de prinses op. Tijdens haar lagere schooltijd hield het koningin-worden Beatrix al bezig. Al werd dat onderwerp bij voorkeur ln de aanwe zigheid van de prinses niet aangesneden, piekerde Beatrix er toch veel over. Dat merkte haar onderwijzeres Helen Bielke. „Beatrix wist dat zij menselijkerwijs ge sproken eens koningin zou worden en dat vond zij als kind niet zo aantrekkelijk. Als er op een dag door een groepje klasgeno ten van de prinses wordt gespeeld: „Wat wil je later worden?, reageert Beatrix als zij aan de beurt is uit te doeken te doen wat haar toekomstplannen zijn met de uitspraak: „Willen niet maar moeten wel." Zij wist dat het koningschap onafwend baar was. „Het moet nu eenmaal," kon zij er een beetje laconiek over zeggen. Aan de andere kant kon zij dit probleem ook gemakkelijk van zich afzetten. Als vrouw van 26 zei ze eens er niet op te rekenen de eerste twintig, dertig Jaar, haar moeder te moeten opvolgen. Dat was heel optimistisch gedacht Het is de vraag of de prinses dat zelf geloofde. Het ko ningschap was in die tijd in elk geval geen functie die zij ambieerde. Beatrix had er wel diep over nagedacht, er met haar moeder en grootmoeder over gesproken en haar ogen en oren goed de kost gege ven. Daaruit had zij geconcludeerd: „Het is een functie die je dag en nacht met je meedraagt. Je kunt het nooit eens even van je afzetten." Schakel Beatrix weet zich een schakel in de rij Oranjevorsten, die Nederland heeft ge had. „Het is met een zekere bewogenheid dat ik naar de portretten van mijn voorva deren kijk. Bewondering en mededogen komen in mij op als ik, in hun gezichten, de geschiedenis aan mij voorbij zie trek ken," heeft Beatrix er zelf eens over ge zegd. Vooral nadat haar moeder koningin was geworden, werd zij er dagelijks mee geconfronteerd wat dat inhoudt. Als der tienjarig meisje verzuchtte Beatrix tegen een vriendin: „Koningin zijn betekent moeder zijn voor het land. iedereen ziet op naar de koningin, die altijd het goede voorbeeld moet geven, zoals een kind op ziet naar zijn moeder. Dat is een ver schrikkelijke verantwoordelijkheid." Het waren ernstige woorden voor zo'n jong meisje. Mevrouw dr Sophie Ramondt, die als con- rectrix van het Baarns Lyceum leiding gaf aan het Incrementum, de school waar prinses Beatrix en later haar zusters mid delbaar onderwijs kregen, vertelde mij er enige tijd geleden over, dat Beatrix naar mate ze ouder werd steeds meer ging beseffen dat ze kroonprinses was." Hoe uitbunding Beatrix van nature ook was, wanneer het erop aankwam kon zij als schoolmeisje al een zekere waardigheid, iets koninklijks hebben. Dat is haar aan geboren. Toen zij een Jaar of zestien was, begon het op te vallen hoe goed Beatrix zich in gezelschap bewoog en precies het Juiste deed en zei. Ze begreep dat ze bepaalde dingen niet moest zeggen of juist wel naar voren moest brengen." Flink aanpakken Na er eerst een beetje met de pet naar te hebben gegooid ging Beatrix toen ze een poosje op het Incrementum zat flink aan pakken. En dat was wel nodig, want tij dens de later schooljaren op „De Werk plaats" van Kees Boeke in Btlthoven wa ren er verschillende zaken verwaarloosd. Beatrix had er geleerd met andere kinde ren om te gaan, en wat vooral belangrijk was met kinderen uit totaal verschillende milieus. Handvaardigheid was haar ook bijge bracht. maar dat was allemaal ten koste van andere eveneens noodzakelijke din gen gegaan. Zo kwamen haar leraren op het Incrementum al gauw tot de conclusie dat Beatrix de tafels van vermenigvuldi ging niet kende en evenmin zinnen kon ontleden. Het kostte veel moeite dat bij te schaven. Mevrouw Ramondt maakte zich er wel eens zorgen over. Toen zij zich eens in een gesprek met Beatrix liet ontvallen dat de prinses leek op een paard, dat niet goed was gedresseerd en dat getemd moest worden, reageerde Beatrix met een: „Ja. maar dan komt het toch echt te laat. Dat kan bij een paard ook niet meer na zoveel Jaren!" Het kwam toch voor elkaar. Prinses Beatrix weet van aanpakken als zij maar eenmaal is doordrongen van het nut dat iets heeft. Mevrouw Cazius-Huide- koper, die kort na de oorlog verzorgster van prinses Beatrix werd. had dat ook al opgemerkt „Beatrix wilde altijd weten waarom iets moest gebeuren. Wanneer dat haar duidelijk was, voerde zij een bepaalde zaak zonder morren uit, ook als het minder plezierig was. Beatrix is ge makkelijk in de grote dingen en soms moeilijk als het een kleinigheid betreft." vindt zij. Nylonkousen Voor iets wat haar niet boeit kan zij nau welijks interesse opbrengen. Dat is dan duidelijk te merken. Aan mooi-weer-spe- len heeft onze nieuwe koningin net zo het land als aan mensen die bij haar in het gevlei proberen te komen en niet eerlijk tegenover haar zijn. Prinses Beatrix is niet gemakkelijk. Ze heeft temperament Het Russische bloed, dat zij in de aderen heeft (haar bet-overgrootmoeder was de Russische tsarendochter Anna Paulowna) verloochent zich niet. Als schoolmeisje kon zij vreselijk driftig worden als iets haar niet zinde, zo driftig dat ze van woede wel eens een paar nylonkousen aan flar den heeft getrokken om ze vervolgens in een hoek van de kamer te smijten. De laatste tijd heeft zij zichzelf beter in de hand. Stemmingen weet ze nu aardig te verbergen. Prins Claus heeft een goede invloed op haar. Maar wanneer ze ergens een mening over heeft, laat Beatrix zich ook door Claus niet tot andere gedachten brengen als zij ervan overtuigd is dat die mening Juist is. Zo vormt Beatrix zich bij een eerste ontmoeting met iemand al een vastomlijnde mening over zo'n persoon. Als dat oordeel minder gunstig is moet er heel wat gebeuren wil daarin verandering komen. Voor een koningin is zo'n eigen schap lastig! Daarvan is Beatrix zelf ook doordrongen. Er staan echter positieve eigenschappen tegenover. Zo is Beatrix iemand die initia tieven weet te nemen. Op school was zij het die haar medeleerlingen regelmatig enthousiast wist te maken voor allerlei goede acties. Het lag zodoende voor de hand dat toen er een leerlingenbond werd opgericht Beatrix daarvan de eerste presi dente werd. ZIJ won de verkiezingsstrijd met een paar stemmen meerderheid op haar rivale en vriendin Renée Röell, die tegenwoordig in Canada woont en met wie Beatrix nog steeds contact onderhoudt. Droeve gebeurtenis— Al was Beatrix naar buiten op school de vrolijk lachende prinses, degenen die da- W gelijks met haar hadden te maken, merk ten dat er achter die lach een meisje schuilging dat alles scherp waarnam en echt niet altijd even vrolijk was. Droeve gebeurtenissen konden Beatrix danig van haar stuk brengen. Tijdens een partijtje, dat Beatrix op de avond van haar vijftien de verjaardag op Soestdijk voor vriendin nen gaf, hoorde zij dat zuidwest-Neder land door een watersnood was getroffen. Beatrix was. toen de ernst van de situatie duidelijk werd, erg onder de indruk. Het feest werd afgebroken. De prinses riep uit: „Ik heet Beatrix, dat wil zeggen geluk- brengster. Maar ik breng helemaal geen geluk. Toen ik hier feest vierde kwamen elders in Nederland mensen om. Het is verschrikkelijk. Hoe kan dat nu?" Het viel haar niet mee deze ervaring te verwerken, vooral niet nadat Beatrix in het rampgebied oog in oog had gestaan met mensen die grote persoonlijke verlie zen hadden geleden. Ten slotte kreeg de karaktereigenschap van de prinses de handen uit te mouwen te steken de over hand. Zij organiseerde op school een grote bazaar. Beatrix haalde haar moeder over ook te komen. Zuinig als de meeste Oran jes gaf zij „Mammie" het advies vooral niet meer te betalen dan andere bezoekers en het handbedrukte kleed, dat twintig gulden moest opbrengen, maar niet te kopen. „Dat smeer ik wel een rijke me vrouw aan," aldus Beatrix. Kort erna kreeg zij een brief van een Frans meisje, dat gelijk met Beatrix Jarig was. Zij schreef zo te zijn geschrokken van de watersnoodramp, dat zij inplaats van een cadeautje voor haar verjaardag geld had gevraagd en daarom honderd gulden insloot voor hulp aan de slachtoffers Bea trix was er zo verguld mee dat zij iedereen die het maar wilde horen vertelde over de „reuzesom die ze had ontvangen". „Ik had het nooit gedaan als ik het had gekregen, maar ik heb het ook nooit gekregen", vertrouwde ze mevrouw Ramondt heel eerlijk toe. Verwend is Beatrix nooit. Als kind werd haar bijgebracht met weinig tevreden te zijn. Kleren werden vaak uitgelegd, op verjaardagen kreeg ze geen kostbare ge schenken. althans niet van vader en moe der. en veel zakgeld was er evenmin bij, zodat het regelmatig voorkwam, dat ze als er onverwacht een uitgave moest worden gedaan een lening sloot bij een van haar leraren of leraressen. Het ging hoogstens om een paar guldens, maar voor een jong meisje was dat in de Jaren vijftig een heel bedrag, dat keurig op tijd met een kwartje per week werd afgelost. Andere wereld Al werd alles zo gewoon mogelijk gehou den, toch week de jeugd van Beatrix in vele opzichten af van die van leeftijdgeno ten. Het was een beschermde omgeving waarin onze nieuwe koningin opgroeide, al verschilde haar jeugd huizenhoog met die van haar moeder en grootmoeder. Vrienden van de koninklijke familie heb ben me wel eens verteld dat het. als Je na een weekje op Soestdijk te hebben gelo geerd. thuiskomt net is alsof je een poos in een andere wereld bent geweest Op Soestdijk, en dat geldt ook voor Draken steyn. kent iedereen ledereen. Je kijkt er altijd tegen dezelfde gezichten aan. Zelf heeft Beatrix dat nooit zo ervaren. Zij wist niet beter. Dat nam niet weg dat ze wel eens jaloers was op vriendinnetjes, die het in haar ogen thuis gezelliger hadden dan zij. De ouders van Beatrix waren vaak afwezig, omdat de agenda van een rege rend vorstin en haar man meer dan vol is. Als er problemen waren, was Beatrix vaak op haar verzorgsters aangewezen. Met sommigen van hen Is een hechte band ontstaan, die voortduurt tot op de dag van vandaag. Het leven in een paleis, aan een hof. hoe eenvoudig het daar in vergelijking met vroeger ook toegaat, is onrustig. Er ge beurt altijd wel wat dat de aandacht vraagt. Dat was de reden dat Beatrix tijdens haar gymnasiumjaren lange tijd dagelijks haar huiswerk ging maken bij haar conrectrix, mevrouw Ramondt, aan de Hilversumse Bergweg. Daar werd zij na schooltijd opgevangen met een kopje thee en was er een vrouw die vol begrip luister de naar haar verhalen, de belevenissen van alledag. Mevrouw Ramondt is de vertrouwelinge van Beatrix gebleven Als er moeilijkhe den zijn, kan ze altijd bij haar terecht. Die problemen waren er vooral op het eind van haar middelbare schooltijd, toen haar ouders in de Hofmans-affaire waren ge wikkeld. Prinses Beatrix trok zich de hui selijke moeilijkheden, die daaruit voort vloeiden erg aan Het wierp een schaduw over de eerste tijd van haar studie in Leiden. Er werd volgens degenen die haar toen moesten begeleiden destijds ernstig rekening mee gehouden dat Beatrix spoe dig op de troon zou komen. De vrij onbe zorgde Jeugd van Beatrix was, toen ze in Leiden arriveerde, duidelijk ten einde. Al les veranderde. De prinses was niet langer „Trix van Oranje" maar „koninklijke hoogheid". Slechte ervaringen met men sen die er misbruik van maakten met haar op goede voet te staan deden Beatrix dit besluit nemen. Het werd door sommigen uitgelegd als hooghartigheid. Daarvan was echter geen sprake. Onze nieuwe koningin is beslist niet hooghartig, wel stijlvol. Dit doet som migen wel eens een vergelijking trekken tussen Beatrix en haar grootmoeder, ko ningin Wilhelmlna. Al zijn er karakter overeenkomsten, er zijn toch ook grote verschillen tussen deze twee vrouwen. Be atrix wordt zeker geen tweede Wilhel mlna. Zij is een kind van deze tijd met een open oog voor nieuwe verhoudingen. Dat blijkt wel uit de manier waarop zij zich heeft voorbereid op de taak die zij nu op zich gaat nemen. Want dat speelde altijd mee „Het is onvermijdelijk dat je daarmee bij alles wat Je doet rekening houdt. Ik zal bij voorbeeld niet iets aanpakken wat er lijn recht tegenin gaat." heeft prinses Beatrix er eens over gezegd. Op de dag dat zij zich officieel verlooft met Claus von Amsberg zegt Beatrix: „Als er een scheiding is tussen mijn plicht en mijn wensen, dan gaat voor mij persoonlijk de plicht altijd voor." Naast haar officiële bezoeken heeft prinses Beatrix zich officieus terdege voorbereid op het koningschap. Soms drong daar iets van door naar de buiten wereld, zoals die keer toen zij met luite nant-kolonel Boshardt van het Leger des Hells vermomd door donker Amsterdam trok om van nabij mee te maken onder welke omstandigheden op de walletjes moet worden gewerkt door de heilssolda ten. Nog heel recent kwam er iets van naar buiten ln de documentaire die prinses Beatrix maakte in het kader van het Jaar van het kind. Daarvoor trok zij er dagen lang op uit, ook naar plaatsen waar Je nu niet ln de eerste plaats verwacht een prin ses tegen te zullen komen. Het was niet voor de eerste keer dat de prinses zo de wijk Introk. Maatschappelijk werk— Weinigen weten dat Beatrix gedurende de twee jaar voorafgaande aan haar huwelijk met prins Claus maatschappelijk werk heeft gedaan. Daarover vertelde de prin ses mij een poosje geleden: „In alle delen van Nederland ben ik geweest, zowel ln grote steden als in kleine dorpjes. Vele nachten ben ik erop uitgetrokken. Ik ben in gevangenissen op bezoek geweest en met tal van mensen die in moeilijkheden waren gekomen heb ik kunnen spreken. In vele gevallen herkenden ze me wel, maar ze waren gauw over de schrik heen. Geluk kig is dit alles nooit bekend geworden. Niemand zou daarmee gediend zijn ge weest, de betrokkenen niet maar ik even min. Achteraf ben ik ontzettend dankbaar dat dit mogelijk is geweest. Het heeft mijn inzichten verdiept. Ik heb in die tijd ont zettend veel geleerd. Ik heb echt ln die jaren door dat werk achter de schermen een andere kijk gekregen op veel dingen." Prinses Beatrix ziet zelf heel goed in dat het beeld dat haar wordt gegeven vaak gekleurd is, dat men het liefst heeft dat ze een roze bril opzet. Als Je ergens niet als prinses komt. en vooral onverwacht, zie Je de situatie uit een heel andere gezichts hoek. Het contact met gewone burgers is voor leden van de koninklijke familie ech ter veel gemakkelijker te verwezenlijken dan vroeger. „Ik begrijp heel goed dat de mensen die met ons discussiëren vaak zorgvuldig zijn uitgezocht en soms ook getraind ln de manier waarop ze een on derwerp moeten aansnijden. Maar over het algemeen zijn de mensen tegenwoor dig minder bevangen. Het kan natuurlijk ook zijn dat ik een beetje beter met ze kan omgaan. Vroeger had ik wel momenten dat ik het ook niet meer wist wat ik moest zeggen in een bepaald geval. Je wordt daar handiger ln naarmate je ouder wordt," vertelde prinses Beatrix me. Geen erebaantjes De vrouw die nu de hoogste post die ons land kent op zich gaat nemen, laat zich niets opdringen of aanpraten. Zij is hard voor zichzelf. Je weet bij haar altijd waar Je aan toe bent. Tijdens haar studiejaren ln Leiden zou ze bij voorbeeld nooit on aangekondigd een college verzuimen. Pro fessor J. V. Rijpperda Wierdsma in Oegst- geest, die Beatrix goed leerde kennen toen hij hoogleraar ln het staatsrecht was aan de Leidse universiteit, vindt dat de prin ses in Leiden niets cadeau is gedaan. „Beatrix houdt niet van erebaantjes. Als zij iets doet wil zij het goed doen Daarom is haar lidmaatschap van de Raad van State voor haar beslist geen wassen neus. ZIJ komt zoveel mogelijk wekelijks naar Den Haag als ln de Raad van State wets ontwerpen worden behandeld." aldus de heer Rijpperda Wierdsma, die prinses Be atrix tot vorig Jaar meemaakte in zijn hoedanigheid van staatsraad. Leiden is voor Beatrix, die het als opgroei end meisje heel erg vond geen neefjes en nichtjes te hebben, van uitzonderlijk groot belang geweest omdat ze daar, ei genlijk voor het eerst, vrijuit kon praten met leeftijdgenoten. Tijdens het feestje dat zij ter afsluiting van haar studenten tijd voor haar Leidse vrienden en vrien dinnen organiseerde kon Beatrix dan ook uitroepen: „Jullie hebben een echt mens van me gemaakt!" Het is deze vrouw, die 30 april koningin der Nederlanden wordt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 13