IER&PLANT
iamese veellingen: mosdiertjes
Weekendpnzzel
3
mi
*i tTt E ool! w doen
P
~~-d
Üo
Uitslag
quiz
m
B 1
m
Q
ra m
B
0
JB.
Telefoon uit
Nieuwpoort
iTERDAG 26 JANUARI 1960
TROUW/KWARTET 29
«VARIA!
door henk van halm
DL
01 „In een glas water of een
iquarium houden deze die-
de ten het gewoonlijk niet
lang uit", schreef Kees
Hana in zijn beroemde
«regwijzer in Nederlands
natuur „Van dier en plant,
--gater en land" over de
iy mosdiertjes. Die waterwe-
iens kwamen in december
terloops ter sprake in deze
rubriek, toen ik een over-
ticht gaf van wat na de
vinter het hele Jaar 1979
Hoor in mijn tuinvijver te
lien was.
ene
kie
I-
fan
ïns-
n terloops, want er is over mosdiert-
es meer te vertellen dan in dat
)verzicht mogelijk was. Ik kende
ie eigenlijk nauwelijks, alleen de
öerlijke restanten van een paar
toorten die in zee leven. Zoetwa-
lermosdiertjes waren me alleen
lit de boeken bekend. Dat lijkt
nerkwaardig. omdat ze helemaal
liet zeldzaam zijn. Maar zodra je
ten mosdiertjeskolonie boven wa-
jer haalt, is het niet meer dan een
jnooglijk slijmbolletje, net zoiets
lis een kluit slakke-eitjes. Je ziet
let beslist over het hoofd, als je
net een schepnet bezig bent een
iloot te Inventariseren op de soor-
jien waterdieren die erin voorko-
taen. Met het gevolg dat ze onher-
tend met de plantenmassa in het
laats vfater worden teruggekieperd.
LAG)
De ontdekking moest dan ook in
hijn eigen vijver gebeuren, toen
jk zoals wel vaker 's avonds met
fen lamp in het water scheen. Op
^gestorven worteltjes van de wa-
leraardbei zaten pluizige groene
ilgendotjes, die plotseling ver-
ïwenen toen ik ze aanraakte. Ik
en brak de worteltjes af en deed ze in
|e accubak, die gevuld met vijver
water in de vensterbank voor het
leukenraam staat. Soms gooi ik
wat waterplanten uit de vijver
inet alles erop en eraan in die bak
uur »n doe daardoor van tijd tot tijd
tlelne ontdekkingen over het vij-
PP^/erleven, die anders aan mijn aan-
11 ,aaacht zouden zijn ontsnapt. Ik
kan elke vijverbezitter aanraden
Een aantal kruipende plulmcelpoliepen uit de
vijver van heel dichtbij
Het sierlijke chitineskelet van de harige vliescelpo-
liep, een kolonie van zeebewonende mosdiertjes
Met een lamp boven de accubak
en een loep in de hand heb ik
nieuwsgierig zitten gluren naar de
slijmkluitjes op de plantewortels.
En wat ik toen zag, was van een
schoonheid die ik nooit vermoed
had. Het vormeloos lijkende slijm-
klompje bleek zich als een plomp
gewei te vertakken, met aan elk
einde een tere krans van uitge
spreide tentakels. Ze bewogen
niet, staken alleen als wijde waai
ers uit. Maar toen ik ze met een
breinaald aanraakte, trokken ze
zich bliksemsnel terug in het bre
de deel van de vertakkingen. Weg
was het wonder, maar het ver
scheen weer toen er een minuut
was verstreken.
Ingewanden
Door het vergrootglas bekeken
doen deze mosdiertjes sterk den
ken aan zeeanemonen en ook wel
aan de fraai gekleurde spiraal-
waaierwormen, die je kunt zien in
het Artis-aquarium. De gelijkenis
met anemonen en poliepen is zo
sterk dat sommige mosdiertjes, al
naar de soort, pluimcel-, kuifcel-
en vliescelpoliepen worden ge
noemd en het dunne gedeelte van
het mosdlertjeslichaam polypide
heet.
Polypide betekent „op een poliep
lijkend". Maar er zijn grote ver
schillen aan te wijzen tussen zeea
nemonen en pollepen enerzijds en
mosdiertjes anderzijds. Bij de
laatste staan de tentakels niet in
een gesloten krans, maar op een
hoefijzervormige drager. Ze zijn
bezet met heel fijne trilhaartjes,
die een voortdurende water
stroom opwekken, waarmee de
eencellige diertjes worden aange
voerd, die de mosdiertjes tot voed
sel dienen.
Bij zeeanemonen, poliepen en
kwallen, die tot de neteldieren be
horen, dragen de tentakels netel-
cellen. Wie wel eens in aanraking
is geweest met een levende brand-
kwal, weet precies wat dat bete
kent. Die netelcellen dienen om de
prooi te doden, die dan door de
tentakels naar de mondopening
wordt gebracht. Ook die verschilt
van die van de mosdiertjes. Bij de
neteldieren is die tegelijk anus,
dezelfde opening dus binnen de
tentakelkrans. De mond van de
mosdiertjes ligt tussen de tenta
kels, en het voedsel komt via een
korte slokdarm in een diepe zak-
vormlge maag terecht en vandaar
in een darm die uitmondt in een
anus die buiten de tentakels ligt.
Dat hele ingewandstelsel, geel
bruin van kleur, is prachtig te zien
in de glasachtige diertjes: Het is
nog te herkennen als deze zich bij
onraad hebben ingetrokken. De
hele polypide trekt zich dan door
middel van een sterke spier in het
dikkere deel van de afzonderlijke
vertakkingen terug. Dat dikke
deel heet cystide, „op een kapsel
lijkend". Bij zeemosdiertjes is dit
beschermende omhulsel versterkt
met een buis van chitine, dezelfde
harde stof waaruit het pantser van
insekten bestaat. Als de kolonie is
afgestorven, vind je het samenstel
van buisjes als een prachtig net
werk op wieren, stukken drijfhout
en schelpen.
Verbreiding»
Mosdiertjes planten zich op ver
schillende manieren voort. Elk
diertje is zowel mannetje als
vrouwtje en de eitjes worden be
vrucht in de lichaamsholte, waar
schijnlijk door zaad van hetzelfde
diertje. Elk eitje nestelt zich in een
uitstulping van de cystidewand,
die door afsnoering van het omrin
gende water is afgesloten. Daarin
ontwikkelt zich de larve, die ten
slotte de cystidewand doorbreekt
en door middel van trilharen een
tijdje rondzwemt.
De mantel, die het hele diertje
omhult, bevat zintuigcellen, waar
mee vaste voorwerpen worden
„gekeurd" op him geschiktheid
als plaats van vestiging. Heeft de
larve zo een goede plek gevonden,
dan keert ze zich helemaal binnen
stebuiten, waarbij de mantel te
rugslaat en vervolgens dient als
zitkussen voor de toekomstige ko
lonie. Op dat moment blijkt de
larve niet één mosdiertje te zijn,
maar twee, elk met eigen ingewan
den, maar met een gezamenlijke
lichaamsholte. Een Siamese
tweeling dus, die een veelllng
wordt door ongeslachtelijk knop
pen te vormen die tot nieuwe mos
diertjes uitgroeien.
Een derde vermeerderingsmanier
is een middel om te overleven on
der barre omstandigheden, als het
water bevriest of uitdroogt. Zoet-
watermosdiertjes vormen inwen
dige knoppen, die met een harde
chltlnelaag omgeven zijn. Als de
kolonie sterft, komen die „stato-
blasten" vrij. Ze worden wegge
blazen door de wind, door water
stromen verspreid of met watervo
gels meegesmokkeld, want ze heb
ben meestal geweerhaakte uit
steeksels die zich gemakkelijk aan
veren hechten.
Ondertussen zijn de oude kolonies
in de accubak doodgegaan, maar
ik heb Inmiddels nieuwe ontdekt.
Tweelingen nog, jonge dus. Een
uitzondering op Hana's regel!
Horizontaal. 1. onderwerp, 4. een ze
kere. 6. eekhoorn (gew.), 9. en omstre
ken (afk.), 10. oorlogsgod, 12. ik ont
ken (lat), 14. en andere (afk 16.
kleverige stof. 18. verdieping, 20. ge
bouw, 22. doren, 24. kalmte, 26. boom.
27. ontsteltenis, 30. oude lengtemaat,
31. plaats in de N.O.P., 32. league of
Nations (afk.), 33. voordeel, 35. kern,
36. jaargetijde, 38. bedrag, 40. spinne-
web. 41. plomp, 42. grond die bij een
hoeve behoort, 43. veerkracht, 44. bui
tendijks land. 46. hemelbrood, 48.
koor, 50. vlug, 52. knopje op een prik
tol, 53. kippenloop, 55. maanstand.
57. schikking, 60. radio omroep (afk.),
61. toespijs bij de rijst, 63. smergel, 65.
uitroep bij de Bacchus feesten, 66.
half edelgesteente, 69. vaarwel. 70.
pers. voornaamw., 71. rivier in Duits
land. 73. gewicht, 75. voegwoord, 76.
vadsig, 77. bezlttvoornaamw., 78.
eenmaal.
Verticaal 1. proef. 2. in 't oog vallend,
3. voertuig. 4. Europeaan, 5. nauw, 6.
landbouwwerktuig. 7. overvloedig, 8.
interest, 9. graveren, 11. verharde
huid. 13. droogoven, 15. meisjesnaam,
17. water in Friesland, 19. bijbels fi
guur, 21. reeds, 23. priem, 25. metaal
soort, 28. sierlijk, 29. voelspriet, 31.
top in de Berner Alpen, 34. hoog
bouwwerk, 35. herdersgod, 36. duike
reend, 37. tijdperk, 39. deel van het
jaar, 45. plaatsje onder Boxmeer, 47.
ketting zonder einde, 48. handelsbe
trekking. 49. bitter medlcijnkruid, 51.
Pan American Airways (afk.), 53. ver
tragingstoestel. 54. maalinrichting,
56. perceel, 58. sierplant, 59. hoffeest,
60. sierheester, 62. schelk.element, 64.
rondhout. 67. voor. 68. soort bijl, 72.
titel (afk.), 74. voorzetsel.
Oplossing per briefkaart t/m woens
dag a.s. zenden aan: Trouw/Kwartet,
Postbus 859, Amsterdam. Linksbo
ven vermelden: weekendpuzzel.
Oplossing vorige puzzel
Hor. 1. irraisonnabel, 11. Maas, 12.
rede, 13. kil, 14. Marta, 17. neg. 18 el.
19. variant. 21. ne, 22. Let, 23. set. 25.
ver. 26. Ems, 28. rek, 30. parket, 31.
terras. 32. lee, 33. spa, 35. Ier. 37. nek.
39. ink, 41. R.L., 43. reprise. 46. Po. 47
eis, 49. gekko, 50. nar, 51. neep, 53.
Bart, 54. administratie.
Vert. 1. imker, 2. rail, 3. ral, 4. as, 5.
spar, 6. nota, 7. ar, 8. ben, 9. eden, 10.
leges, 14. mat, 15. riem, 16. Ans, 19.
verkeer, 20. terrine, 22. leren, 24. Te-
rek, 25. val, 26. ets. 27. sta, 29. kar, 34.
park. 36. arena. 38. keg, 39. iso, 40.
porie. 42. lied, 44. Pari. 45. Ikat. 46.
pari, 48. Sem, 50. nat, 52. pi, 53. ba.
Prijswinnaars vorige puzzel
De boekenbonnen gaan naar: de heer
H. H. Askes, dr. Bauerstraat 13, Go-
rinchem; de heer G. J. de Vrije, S.
Mansveitweg 15, Wolfheze; mevrouw
A. G. van de Steenhoven-Versteeg,
Rozentuin 106 Voorburg.
CD
•jn
eenscl
eigen
evan;
volgei
Wel erg laat is verschenen de PTT-
uitgaaf „Nederlandse Postzegels
1978". Het is een met veel illustra
ties van voor-ontwerpen en niet-
gekozen ontwerpen verlucht over
zicht en met een lange inleiding
over het ontwerpen en de kunste
naars, die daaraan werken, bela
den boekje van 104 pagina's. Het
gedeelte, dat op de in 1978 uitge
geven zegels betrekking heeft, is
voor de verzamelaars uiteraard
het meest interessant. Franco per
post voor 12.70 te koop bij de
Staatsdrukkerij te den Haag.
Voorts kwam van de pers de zoge
noemde kleine Catalogus 1980 van
de postzegels van Nederland en
Overzeese Rijksdelen (prijs ƒ?.-).
Bij vergelijking met de Speciale
Catalogus 1980 valt op dat de prij
zen niet gewijzigd zijn. De speci-
aal-verzamelaars maak ik nog at
tent op een publicatie; en wel de
speciaal-catalogus 1980 van plaat-
fouten op Nederlandse postzegels.
Het boekje van 48 pagina's is rijk
geïllustreerd en bij uw handelaar
te koop 9.75.
Tijdens het in oktober 1979 in Bra
zilië gehouden congres van de We
reldpostvereniging is met grote
meerderheid van stemmen beslo
ten de postzegels van de postad
ministratie van Turks-Cyprus ille
gaal en derhalve ongeldig voor
frankering te verklaren. Welke ge
volgen dit zal hebben voor het
internationaal postverkeer, is
moeilijk te voorspellen.
En nu de normale nieuwtjes. In
Frankrijk verschenen deze maand
•twee bijzondere zegels. Een van fr
1.80 is gewijd aan de Eurovisie,
een instituut van de Europese Ra
dio-Unie, dat in 1953 van start
ging met de uitzending van de
kroning van koningin Elisabeth II
van Engeland. De tweede zegel is
een grootformaatzegel van fr 3
met een werk van de beeldhouwer
Ossip Zadkine, „Vrouw met waai
er". Aan de Olympische Winter
spelen, welke volgende maand te
Lake Placid worden gehouden,
wijdt de Duitse Democratische
Republiek vier zegels en een blok
je (bobsleeën, kunstrijden op de
schaats, start voor hardrijden,
langlauf en schansspringen). Van
Canada ook een Olympische ze
gel; daarop is naar een foto een
ski-afdaling weergegeven. In Is
raël kwamen 15 januari drie emis
sies in omloop. De „organisatie
voor hulp en training in tijden van
nood" (ORT), werd 100 jaar gele
den te St Petersburg gesticht. Het
is een organisatie die in moeilijke
tijden (pogroms, emigratie, oor
log, revolutie, strafkampen e.d.) in
en buiten Israël hulp heeft gebo
den en nog biedt. Dan een zegel in
de reeks landschappen met een
afbeelding van de druipsteenfor
maties in de in 1968 ontdekte
„grot van Sorek" in Judea. De
derde serie omvat drie zegels met
afbeeldingen van distels, die in
het land inheems zijn. Naar aan
leiding van het feit dat in Groot-
Brittannië reeds in 1880 een wet
ter bescherming van in het wild
levende vogels bestond, versche
nen 16 januari in Engeland vier
zegels met fraaie afbeeldingen van
een ijsvogel, een spreeuw, een wa
terhoen en een kwikstaart, in hun
omgeving gesitueerd. En als laat
ste IJsland met twee zegels waar
op we een poolhond en poolvos
zien. De hond zou er 1100 jaar
geleden met de eerste kolonisten
zijn gekomen; de vos was toen al
als enig zoogdier op IJsland aan
wezig.
ng
k
in hel
in dit I
jirektii
02 1!
de sek^"H
W.C.Vi^H
S KA.Q)
Drie weken geleden publiceerde ik
op deze plaats de nieuwjaarsquiz.
Omdat ik de vorige keer, zo alles
bij elkaar, ongeveer twee honderd
inzendingen binnen kreeg, heb ik
het dit keer wat moeilijker ge
maakt selectie moet er zijn,
zoals Darwin ons al een eeuw gele
den heeft voorgehouden. Niette
min stuurden nog altijd 42 brief-
zenders hun oplossingen in. Soms
dikbeschreven folianten in een
moeizaam te ontcijferen hand
schrift, maar ik ben een dankbare
ontvanger en heb alles zo goed als
het ging doorgeworsteld. Streng,
maar rechtvaardig moest ik meni
ge variant afkeuren en uiteinde
lijk bleven er van de 42 inzenders
nog vier over die mochten meedin
gen om de hoofdprijs, Timmans
Groot Analyseboek.
Laten wij de opgaven nog eens
nagaan. Bij diagram I was al di
rect een groot aantal afvallers te
constateren.
Diagram I
Heeft wit kansen op behoud? Wel-
zeker: 1. g6-g7+ Kf8-e7 2. h6-h7
Lg8-f7 3. g7-g8 ja, wat? Een inzen
der gaf een variant: 3. g8D Lb2+ 4.
Dg7 Lg7x 5. Kg7x a3 6. h8D en wit
wint, misschien nog moeilijkhe
den met de vijftig-zetten-regel. Ja,
maar zwart is daar gek! Inplaats
van 4. Lg7x+ speelt hij 4.
a3 en nu verliest wit zelfs: 5. Db2x
b2x 6. Kg7 blD 7. h8D Dg6 mat.
Wit moet dus 3. g7-g85T spelen,
met als gevolg 3. ...Lcl-b2+ 3.
Tg8-g7 en nu is het na 4. A4
pat. De enige mogelijkheid die
zwart nog heeft is de patdreiging
op te heffen met 4. Ke7-f6,
maar dan volgt een eeuwige ach
tervolging van de toren: 5. Tg7-g2
Lb2-e5 6. Tg2-e5. Nog opgemerkt
kan worden dat na 5. Tg2 a3 6.
Tb2x b2x alweer pat is. Remise
derhalve.
Over opgave twee kan ik kort zijn.
Vrijwel alle inzenders zagen de
sleutelzet 1. Tc4 waarmee Du-
champs werd overrompeld. Zeer
Diagram I
diagram U
diagram Hl
gemeen daarentegen was weer het
derde probleem.
diagram H
Een studie van Kamlner met als
oplossing: 1. h6-h7 Ldl-h5 2. Pg6-
f4 (Nu faalde 2. h8D op 2.
Lg6x+ 3. Kal Le7 met mat of
dameverlies.) 2. g5xf4 3. h7-
h8D Lh5-g6+ 4. Kbl-al La3-e7 5.
Pgl-f3 Le7-f6+ (Anders speelt wit
6. Dd4; 6. Pf3-e5+ Kf7-e7 en waar
moet nu de witte dame heen. ter
wijl er tevens 7.Le5x dreigt? 7.
Dh8-h4! (Een curieuze penning,
die onmiddellijk wint.) 7.
Lf6xh4 8. Pe5xg6+ Ke7-f7 9.
Pg6xh4 en de overgebleven stand
is voor wit gemakkelijk ge
wonnen.
Dan opgave 3. In de positie, wit
Kei, De2, Tdl. Thl. Lf4. Lfl. Pd6,
a2, c2, f2, h3; zwart Kf8. Db2, Le7,
Pf6. Pb8. Ta8. Th8, a7. b7. c6. f7.
g7, h6, speelde Tal L Dèxe7 Tals
trainer Koblenz, die tevens hier
zijn tegenstander was heeft later
laten zien dat deze zet slechts tot
remise zou leiden. Hij geeft de
volgende variant: 1Ke7x 2.
Pf5+ Ke8, (Na 2. Ke6 3. Pg7x
Ke7 4. Ld6+ Kd8 5. La3 gaat het
mis voor zwart.) 3. Pg7x+ Kf8 4.
Ld6+ Kg7x 5. Tgl Pg4 (Niet
goed: 5. Kh6 6. Lf4+ Kh5 7.
Le2+ Kh4 8. Lg3* Kh3x 9 Lfl
Kg4 10. Le5- Kf5 11. Lb2x) 6.
Tg4x+ Kf6 7. Tf4+ Kg7 met eeu
wig schaak.
diagram IH
Nog twaalf inzenders waren nog in
de race. maar nu kwam dat prach
tige laatste probleem van Mitrofa-
nov. Het gaat als volgt: 1. b5-b6
Ka7-a8 2. Te4-el (Vooral niet 2. g7?
hlD 3. g8D+ Lb8 en wit is machte
loos.) 2Pf3xel 3. g6-g7 h2-hlD
4. g7-g8D+ Ld6-b8 5. a6-a7 5
Pe5-c8+ 6. d5xc6 Dhlxh5+ 7. Dg8-
g5 (Op 7. Ka6 zou volgens 7.
De2+ en vandaar dat de zwarte
dame eerst moet worden abge-
lenkt.) 7. Dh5xg5* 8. Ka5-a6
Lb8xa7 9. c6-c7 en wint. want niet
genoeg is: 9. Da5+ 10. Ka5x
Kb7 11. a7x Ka7x 12. c8D. Fantas
tisch! Toch nog vier inzenders
vonden deze variant.
En nu moet ik iets opbiechten.
Toen ik deze studie aan de quiz
toevoegde wist ik niet dat in 1970
een onbekende Rus had gevonden
dat deze compositie een gaatje
bevatte. In het blad '64'. vond ik
na enig snuffelen, had Kuinshy de
variant gepubliceerd: 1. b6+ Ka8
2. Tel Pc4 3 Kb5 Pb6x 4 Kb6x
Pelx 5. g7 hld 6 g8D+ Lb8 7 Dg7
Dgl 8. Dglx La7 en er is slechts
deceptie voor wit.
Ik zal het de inzenders niet aanre
kenen, dat zij deze weerlegging,
waarvan ikzelf niet eens het be
staan wist. niet hebben gevonden.
De loting ging tussen Roel Grif
fioen. Hans Sinke, A. W. G. Jaakke
en Jan den Ouden, Schlegelstraat
177, Den Haag. Naar Jan gaat de
prijs, hartelijk gefeliciteerd.
moge»
sniW
Ik kreeg een telefoontje van de
heer J.* M. Walraven uit Nieuw
poort, naar aanleiding van het
fragment dat u hieronder nog
maals aantreft, uit de partij
Graas-Geurts.
i m M
i m
«li
SJS
3 e 3
S 3
Biding
ummerl
Nederlands kampioene Lenie
Geurts verzuimde hier de winst
met 1. 13-18! waarna de drei
ging 22-27, 23x32. 24-30 en 4-9 niet
te pareren is met 45-40, terwijl de
combinatie ook na 39-34 mogelijk
is. De heer Walraven meende ech
ter, dat het eindspel na 2. 39-34 22-
27. 3 32x12 23x32 4. 12x14 24-30 5.
38x27 30x37 6. 26-21 niet zomaar
gewonnen is. Maar 6. 37-42 ziet
er zo kansrijk uit, dat ik denk dat
het te winnen moet zijn.
De tweede opmerking van de heer
Walraven snijdt veel meer hout: 2.
39-34 wint 225-30! (erg goed
gevonden!) 3. 34x25 24-29 4. 33x13
22x33 5. 38x29 23x34 6. 13x22
17x39 veel gemakkelijker.
Tenslotte oppert deze oplettende
lezer het offer 2. 26-21 17x26 3.
28x17 11x22 4. 32-27 22x31 5. 36x27
en inderdaad is het voor zwart erg
lastig te winnen als hij zich niet
actief genoeg opstelt. Men zie 5.
6-11 6. 42-37 3-9 7. 45^0 9-13 8.
40-34 4-9 9 38-32 9-14 10. 34-30
25x34 11. 39x30, waarna zwart te
allen tijde met lastige
overmachtseindspelen te maken
krijgt.
Maar wanneer zwart actief op
treedt. zal wit toch weinig kans
maken nog een puntje uit het vuur
te slepen. Men zie b.v. 53-8 6.
42-37 (op 38-32 volgt 29-29-34!) 8-12
(met de bedoeling 12-17-22 dus;) 7.
38-32 23-29 en weer naar 34 rullen.
Beter is daarom 6. 39-34 6-11 (Op 8-
12 was 27-22 en 33-29 gevolgd na
tuurlijk. Zwart wil nu met schijf 11
naar 22 toe. 7. 38-32 8-13! 8. 43-39
iom 24-30 te verhinderen) 11-17 9.
33-28 26-31! 10. 27x36 18-22 11. 39-
33 17-21 12. 28x26 24-30 13. 35x24
19x48! en zwart wint.
Natuurlijk zou wit iets anders
kunnen proberen, maar ik ben wel
van mening, dat ieder pogen
vruchteloos moet zijn, omdat
zwart gewoon te veel opbouwmo-
gelijkheden tot zijn beschikking
heeft. Al met al was het de moeite
waard om er nog even op terug te
komen en mijn dank gaat daar
voor uit naar de heer Walraven uit
Nieuwpoort.
Overigens krijg ik wel vaker op
merkingen of analyses naar aan
leiding van een of ander, maar
jammer genoeg komt lang niet
alles in aanmerking. In zo'n geval
behoud ik mij het recht voor, niet
verder op die materie in te gaan en
ik hoop dat niemand mij dat dan
kwalijk zal nemen.
Tot slot vandaag een paar partijt
jes uit het jongste kampioenschap
van de USSR. Een paar jaar gele
den moest ik nog weieens klagen
over het gebrek aan creativiteit en
vechtdam in de Russische titel-
toernooien en onlangs verzuchtte
ik nog dat het te hopen was, dat de
Russische meesters en grootmees
ters een andere mentaliteit in hun
partijen zouden stoppen nu Ana
toli Gantwarg het zo ver heeft
geschopt. Maar nu kan ik zeggen,
dat zij op de goede weg zijn, want
echte grootmeester-remises heb ik
nog niet gezien, al hebben sommi
gen het wel willen proberen. Dat
zij dan nog een vreselijk pak slaag
hebben gekregen, werkt ook in het
voordeel van de damsport en het
wordt, dacht ik, zo weer hoog tijd
voor de interland tussen de Sow-
jet-Unie en Nederland. Zoals u
misschien weet. staat er voor 1980
zo'n gebeuren op het programma
en ik kijk vol verlangen uit naar
de maand waarin dit zal plaats
vinden.
A. Tsjoelkow-N. Mitsjanski. 1. 32-
28 17-22 2. 28x17 11x22 3. 37-32 6-11
4. 41-37 12-17 5. 46-41 8-12 6. 33-28
op punten deling gerichte ruil.
22x33 7. 39x28 2-8 8. 38-33 19-23 9.
28x19 14x23 10. 44-39 10-14 11. 50-
44 5-10 12. 48-18 14-19 11. 47-42 10-
14 wit lijkt aardig in zijn opzet te
slagen. 14. 14-29 21x34 15. 19x30
16-21. Dat Mitsjanski het niet met
de gang van zaken eens is, wordt
hier duidelijk gemaakt. Natuur
lijk kan wit het best met 31-26 op
de aangeboden complicaties in
gaan. maar Tsjoelkow graaft zijn
eigen graf.
16. 33-28 21-26 17. 20-24. Het lijkt,
of wit een paar Jaar 8iberiê heeft
gehad en zich daar heeft be
kwaamd in het houthakken, maar
hij heeft het dan wel met een botte
bijl geleerd.
17. 20x29 18. 28-22 17x28 19.
32x34 19-23 20. 18-31 12-17. Gaat
een beetje dreigen met de door
stoot 23-28x28, waarna wits lange
vleugel in het nauw komt.
21. 34-29 21x14 22. 40x29 12-19 23.
43-18 8-11 24.11-27. Van op remise
spelen is geen sprake meer, je
kunt het nu wel vechten voor lijfs
behoud noemen, maar de groot
meester uit Donetzk geeft hem
geen kans meer.
24. 14-20 25. 49-43 19-24 (brengt
de dreiging 24-30 en 13-19 in de
stand 26. 27-21 7-12 27. 37-32?? hoe
bestaat het! 24.30 en wit gaf zich
gewonnen.
Ten slotte alleen de notatie van
Gantwargs overwinning (wit) op
Fedoroek. 1. 32-28 16-21 2. 31-26 18-
22 3. 38-12 11-16 4. 37-31 21-27 5.
32x21 16x27 6. 43-38 13-18 7. 49-43
9-13 8. 42-37 19-23 9. 28x19 14x23
10. 47-42 6-11 11.11-29 11-16 12. 37-
32 20-25 13. 32x21 16x27 14. 39-33 7-
11 15. 42-37 4-9 (onnauwkeurig!) 16.
34-30 25x34 17. 43-39 34x32 18.
37x19 13x24 19. 29x20 15x24 20. 33-
28 22x31 21. 31x15. Tot de volgen
de week.