f?
we
Hardon: 'Zo draaien
allemaal dol
Haagse wethouder van stadsvernieuwing proeft enorm wantrouwen
'Ik ben zelf ook
te bang om
fouten te maken,
Mfen z
■fct het
iartuig<
hepen
t bond
inaar I
he sch
it ogen
Igen z
gar mc
temati
irkersi
d naan
n onv<
gezar
nsmei
ills ze
REGIO DEN HAAG
DONDERDAG 10 JANUARI 1980
Den Haag moest de afgelopen
maanden een paar keer stevig
slikken toen het gemeentebestuur
onmachtig bleek of doodgewoon
weigerde in te grijpen bij forse
sloop- en bouwplannen die sterk
bepalend waren voor het silhouet
van de stad.
Het neerhalen van enkele
karakteristieke panden aan de
Koninginnegracht (voor de bouw
van een kantorencomplex) bracht
zelfs in de meest stoffige Haagse
kringen de term „schande" op de
lippen. Al eerder vorig jaar was er, in
mindere mate, wrevel over de forse
formaten van het
Sijthoff-Cityproject, dat
krantenmagnaat Sijthoff en het
Shell-pensioenfonds, na een goed
geslaagde lobby in de
gemeenteraad, mogen neerzetten
aan de Grote Marktstraat.
Drs. J. W. M. Hardon, wethouder van
ruimtelijke ordening en
stadsvernieuwing verloor een kort
geding rond de Koninginnegracht
affaire. Stootte bovendien zijn hoofd
bij zijn eigen partij, de PvdA, die
vond dat hij samen met enkele
andere leden van b. en w. een
onhandig onderhandelingsspel had
gespeeld bij de Shell-top, die
plannen heeft ingediend voor een in
vele ogen onwenselijk
kantoorgebouw aan de Raamweg.
Niet alleen door dit soort forse
bouwprojecten is de vrees in Den
Haag voor een totale
stedebouwkundige verloedering het
afgelopen jaar sterk toegenomen. De
stad ziet veel van z'n mooie
gevelwanden verbrokkelen en roept:
„Er gaat te veel verloren".
Er lijkt in de sector van wethouder
Hardon zo veel verloren te gaan en
zo weinig bij te komen. Er wordt flink
gebouwd in Nieuw Waldeck en
Houtwijk, maar de bewoners van de
verpauperde binnenstadsbuurten
hebben daar tot nu toe weinig baat
bij ondervonden. De
onderhandelingen met minister
Beelaerts van Blokland over een
laag huurprijsniveau voor nieuwe
woningen in de oude wijken konden
uitermate succesvol worden
afgerond, maar van een bruisende
nieuwbouwactiviteit in de
stadsvernieuwingsbuurten is nog
weinig te zien. Uit cijfers blijkt dat er
in de stadsvernieuwingsgebieden in
1979 minder nieuwbouw is
begonnen dan de gemeente zich had
voorgenomen. In 1979 heeft de
gemeente het geld (een budget van
dertig miljoen) niet opgemaakt dat
beschikbaar was voor het opkopen
van woningen in de
binnenstadsbuurten. Hardon: „Ik ga
voorstellen aan de raad om nog
actiever aan te kopen, maar vergeet
niet dat de gemeente nog altijd veel
meer woningen aankoopt dan een
jaar of vijf geleden". Hardon noemt
verder zijn verdienste dat de
structuurschets Schilderswijk, een
blauwdruk voor de toekomst van
deze buurt, van de grond is
gekomen en gelooft dat hij
voldoende heeft meegewerkt aan
een paar nog lopende
woningbouwprojecten in de
stadsvernieuwingsbuurten. Het
verwijt dat hij in de Schilderswijk
alleen nog maar voortborduurt op de
bouwwoede van voorganger Nuy
noemt hij pure flauwekul. Nast de
„gigantische klus" in de verkrotte
binnenstadsbuurten ziet Hardon
zich gesteld voor de opgave een
„dynamisch centrumgebied" voor
Den Haag te ontwikkelen. Bij de
ontwikkeling van dit Forumgebied,
naast het Prins Bernardviaduct valt
er voor het gemeentebestuur
wellicht eer te behalen. In ieder ge
zijn drie grote Nederlandse
stedebouwkundigen voor het karw
gevraagd: Weber, Herzberg en
rijksbouwmeester Quist. Bij het
Prins Bernardviaduct is de stad op
een aantal punten „goed verpest",
geeft de wethouder toe. „Maar met
een goede architectuur kun je nog
een hoop verbeteren".
door Chris Bruijnius en Teun Lagas
Enkele dagen na het tweede gesprek belt Hardon zelf op. Of
we niet nog eens zouden moeten praten. Er was te veel langs
elkaar heen gepraat, de hoofdpunten wat omzeild. Mis
schien lag het aan onze vragen, wellicht was hijzelf te
terughoudend geweest. We zijn het eens, er komt een derde
gesprek.
Michiel Hardon spreekt niet be
kakt. wel erg netjes Wat hem nogal
eens opbreekt bij zijn contacten
met de oude Haagse volksbuurten,
waar men niet zo veel opheeft met
docterandussen met een fraai gear
ticuleerd stemgeluid. Zijn antwoor
den zijn uitvoerig en breedsprakig,
waardoor hijzelf en zijn gespreks
partners soms de essentie uit het
oog dreigen te verliezen. Hij ge
bruikt vaak de term „verrekt" als
hij iets krachtig wil benadrukken
(„verrekte goed").
In ambtelijke kringen wordt Har
don in zijn contacten met de hogere
overheden (rijk. provincie) niet als
een geslepen onderhandelaar ge
zien, hoewel hij zeker resultaten
heeft geboekt Waar het gaat om
het doordrukken van nieuwbouw-
plannen en het lospeuteren van
hoge rijksbijdragen zou de Haagse
wethouder zich bijvoorbeeld verge
leken met zijn Rotterdamse collega
Van der Ploeg te formeel opstellen.
Niet joviaal aan tafel met minister
Beelaerts. wel detaillistisch wan
neer het gaat om afspraken en toe
zeggingen. Hij acht zichzelf niet
zon slechte onderhandelaar en
wijst graag op de relatief lage huren
die hij voor de nieuwbouwwijken
Nieuw Waldeck en Houtwijk uit het
vuur heeft gesleept. Bij het verne
men waarvan men in Rotterdam
groen van Jaloezie zou hebben ge
zien De wethouder vertelt van het
aantal keren dat hij bij de minister
persoonlijk op bezoek is geweest
om hem te herinneren aan een toe
zegging om parkeergarages te sub
sidiëren bij goedkopere woning
bouwcomplexen.
Over zijn vastbijten: „Ik ben in
principe helemaal niet zo formeel,
maar als er afspraken zijn gemaakt,
ga ik ervan uit dat ze waargemaakt
worden. Parkeren was ons toege
zegd in een gesprek op het ministe
rie, het was echter alleen in een
verslag vastgelegd. Toen ben ik er
achterheen gegaan dat we die notu
len in ieder geval kregen, want ze
waren kennelijk zo geschrokken
van de toezegging dat ze het verslag
niet wilden geven Dat heb ik boven
water gehaald en toen van Beel
aerts een officiële brief losgekregen.
De toezegging ligt er nu heel duide
lijk."
Het geld ligt er overigens nog niet.
een woningbouwvereniging moest
een bouwplan in Nieuw Waldeck
uitstellen wegens onvoldoende ga
ranties. Bij het eerstvolgende ge
sprek met de minister zal Hardon
weer het punt van het peperdure
overdekt parkeren aan de orde moe
ten stellen Bij belangrijke zaken
wil de wethouder nog wel eens bur
gemeester Schols en enkele mede
wethouders meetronen naar het mi
nisterie („dan hoop Je dat dat in
druk maakt")
Koninginnegracht
Een golf van kritiek barstte onlangs
boven het hoofd van Hardon los
toen bleek dat het de gemeente,
ondanks de wil van de gemeente
raad. onmogelijk was de sloop van
een aantal karakteristieke panden
op de hoek Koninginnegracht
Houtweg tegen te houden Een kort
geding, door projectontwikkelaar
Castens aangespannen toen sloop-
en bouwvergunning uitbleef, werd
door de gemeente kansloos verlo
ren Volgens velen omdat Hardon
reeds in een vroeg stadium toezeg
gingen aan Castens had gedaan Op
het stadhuis sprak men van „enor
me blunders" van de wethouder en
ook enkele collega's in b en w.
zouden Hardon felle verwijten heb
ben gemaakt over Juridisch-techni-
sche fouten in zijn onderhandelin
gen met de projectontwikkelaar
Hardon voelt zich helemaal niet
schuldig Heeft ook geen twijfels
over zijn optreden. „Ik heb Castens
alleen maar toegezegd dat ik zijn
bouwplan zou bespreken in het col
lege Ik heb dit volstrekt open naar
de raad en de stad gespeeld De
protestsignalen heb ik opgepakt en
doorgegeven aan het ministerie van
CRM Achteraf kun Je natuurlijk
gemakkelijk bekijken wat Je mis
schien anders had kunnen doen.
maar ik vind dat vrij zinloos."
Hij wil over deze zaak verder nie'
uitwijden. Er wacht nog een gerech
telijke procedure rond de miljoe-
nenschadeclaim. die Castens bij de
gemeente heeft ingediend voor de
opgelopen vertraging van de bouw
Een ambtenaar op hel stadhuis.
„Hadron is nu eenmaal niet zo'n
sterke onderhandelaar. Hij houdt
niet in de gaten wat voor einddoel
hij wil bereiken en laat zich te veel
door zijn partij, de PvdA, opdrin
gen Zijn voorganger Nuy was an
ders Bouwers konden daar binnen
lopen voor een praatje. Dan deed
hij geen toezeggingen, maar onder
handelde wel beter met zo'n man."
Een raadslid. „Hij moet ook eens
durven vrijblijvend met projectont
wikkelaren rond de tafel te gaan
zitten en te praten over een visie
voor de stad."
Michiel Hardon is er de man niet.
naar om bij Jan en Alleman te keu
velen of te lobbyen: „Ik ben niet het
oude type bestuurder, dat op een
achternamiddag een gezellig praat
je houdt om een probleem uit de
wereld te helpen."
Kloof
Bij aanvang van het derde gesprek
komt Hardon, nu kennelijk goed
voorbereid, onverwacht met een
ontboezeming die een schril licht
werpt op niet alleen het functione
ren van zijn dienst Stadsontwikke
ling, maar van het gehele ambtelij
ke apparaat, inclusief college en ge
meenteraad. Een koude-oorlogssi-
tuatie tussen bijna alle genoemde
partijen vertroebelt alle samenwer
king, horen we.
Hardon: „Ik ben er de laatste tijd
erg mee bezig. Ik constateer een
grote, toenemende kloof tussen ge
meente en bevolking. Hetzelfde
merk ik tussen gemeenteraad en
college van b. en w. en tussen de
raadsleden en de ambtenaren op
het stadhuis".
De nachtmerrie van Hardon wordt
voornamelijk beheerst door de toe
nemende ingewikkeldheid van de
maatschappij: „Er komen steeds
meer schakels, steeds meer mensen
die voorstellen moeten bestu
deren".
Dan is er de inspraak, die volgens
bewonersorganisaties vaak een fa
beltje blijkt te zijn. Hardon gaat
daarin mee: „Inspraak is op zich
een heel belangrijk goed, maar we
beheersen het niet. Weten er eigen
lijk geen weg mee. Juist door de
inspraak komen er weer schakels op
het stadhuis bij, ook zwakke scha
kels. Het wordt steeds moeilijker
het proces te overzien en de verant
woordelijkheid te aanvaarden. Hoe
meer afdelingen erbij betrokken
zijn. des te eenvoudiger is het de
zaak naar een ander door te spelen.
Voor bestuurders wordt het moeilij
ker om er greep op te hebben; voor
het college, maar ook voor de raad.
Daarom wijkt de raad uit naar de
tails, want die zijn nog te overzien.
Als b. en w. krijg je dan ook steeds
meer met details te maken en op
een gegeven ogenblik overwoeker je
alles zodanig dat je aan het grote
werk niet meer toekomt".
Informatiestroom
De grote boosdoener is volgens Har
don de informatiestroom waarmee
zowel b. en w., gemeenteraad als
bevolking worden platgegooid.
„Wat Je voor een b. en w.-vergade-
ring moet doorwerken, is gekken
werk. Er wordt steeds meer geschre
ven wat door steeds minder mensen
wordt gelezen. Dat is de vloek van
het kopieerapparaat. Van alles
wordt een kopietje gedraaid, ik doe
het zelf ook. maar het betekent dat
er weer gelezen moet worden. Ter
wijl je misschien het hele verhaal in
drie punten kunt samenvatten".
Raadsleden weten niet eens meer
wat ze hebben ontvangen. „Ik kan
gemakkelijk zeggen: jullie hebben
dit stuk gehad. Niemand durft het
te ontkennen, ook al zouden ze het
niet gehad hebben. Ze weten het
gewoon niet. Die combinatie van
factoren betekent dat we ontzet
tend op moeten passen waar we als
bestuur mee bezig zijn. Als we zo
doorgaan, draaien we allemaal dol."
De wethouder vindt dat hij zowel
door bevolking als raad vaak met
pietluttige dingen wordt lastig ge
vallen, onbenulligheden die de ech
te discussie over dingen steeds ver
der opschuift. Hij zou liever in grote
lijnen denken en herinnert aan zijn
betogen tijdens begrotingsbehan
delingen. waarbij hij onder meer de
plaats van het Haagse stadscen
trum ter discussie stelde „Een fun
damenteel punt voor de komende
vijftig a honderd jaar Moet het
centrum verschuiven richting Ba
byion, wat de tendens is? Of naar de
Loosduinsekade en Centrum-West?
straat en de Carel van Bylandtlaafc van
niet zo ontzettend geweldig." H.
grijpt de mogelijkheid aan de nieii het k
we architectuur te loven. „Het Itles ir
ook iets grappigs dat daar zoirder di
enorm wantrouwen tegen bestaaplomal
Je zou kunnen zeggen dat de Raanfussiscli
weg karakteristiek is, maar het *anse
pas een zeventig jaar geleden gflrm vt
bouwd. Er kan iets heel goed i
derns voor in de plaats komen.
op andere plaatsen kunnen ding^
neergezet worden die verrekte let
zijn, een aanwinst voor de
Maar bij alles wat er geslooj
wordt, en daar doen jullie i
aan mee, komt er weer een moi
foto in de krant met een droef <j
derschriftje."
Op een hoop plaatsen waar sld
heeft plaatsgevonden stonden vrt
ger heus niet van die mooie pandt b laj
vindt de wethouder. Als voorbe^erges
den van goede moderne architE aar
tuur noemt hij de ZHB-hoven, on
bylon, het nieuwe Rijksarchief ncj
de aanbouw van het Vredespaleis
„Wat ik niet geslaagd vind? DiL
hoge toeter bij Madurodam, daa»n(jer{j
erger ik me iedere dag aan als ik yg
langs rij. En sommige invullingemdjm
op de Koninginnegracht vind ik ee Scliil(
aanfluiting. Ik ben echter niet deg< .unie.
ne die de welstand moet beooi
delen." eopzk
aanse
de V
de S
Dynamisch er n
ppen
ling i
Hij valt niet gemakkelijk over téten m
halen losjes te filosoferen over d
(stedebouwkundige) vorm waarii
het Forumgebied gegoten moe
worden, het toekomstig „dyn»|V6I
misch centrumgebied" voor r
Haag. „Mijn ideeën staan in
ontwerpbestemmingsplan." Mei
dat het geen onmogelijke zaaklj
daar naast het Prins Bernardvf
duet een staaltje prachtige arcrij
tectuur te laten bedrijven en 1
het woningbouwaspect voldoend^
in het oog te houden. „Er moet«
een muziekcentrum, een bibliol
theek en toch ook wat winkels ko-'
men." Hij geeft toe al gesprekkei
gevoerd te hebben met drie stede]
bouwkundigen die voor het Fori
gebied zijn gevraagd: „Weber, Here
berg en Quist."
Liverpool.
Eind vorig jaar was Hardon een vi
de sprekers op een international
congres over stadsontwikkeling
Liverpool. Problemen als leeglooj
forensenverkeer, milieuvervuilini
verkrotting bleken overal te
staan. Hardon: „Alle steden hebbel
dezelfde moeilijkheden. Ik heb oi
der meer op dat congres voorg(
steld in EEG-verband de grote sta
ook als probleemgebied aan te wi
zen. De binnensteden zijn te verg
lijken met achtergebleven gebiedi
in Italië en Ierland. Op het platl
land kan ook best armoe zijn, mai
het is vaak minder schrijnend en
is meer ruimte. Plus dat er ee)
aantal specifieke problemen zijl
van de grote stad, zoals gastarbei
ders en het drugsprobleem. Nou di(
Italianen waren laaiend toen ik dal
voorstelde, ze hebben alles geboy 1
cot, wat ik in die richting naar vorei >or H<
bracht. Het is frapperend hoe de -
terugloop van Den Haag en Liver
pool overeenkomst. In Liverpool n^lCM
dat minder geld voor de stadsver Imon
nieuwing beschikbaar had dan wij jef a£
zie je de complexen van tien, vijf
tien jaar oud al verkrotten. Eenató^e
groot deel van de stad is volstrekt de
verpauperd en ook verlaten. Oorza-|l de 1
ken: slechte huisvesting, vervuiling,
geluidsoverlast en, heel belangrijkpQiadd
een slechte regeling van het trans- paier
port. Een les voor Den Haag." Iblsche
Iwapen
Wat moet er in Den Haag de ko- gegevf
mende tien jaar gebeuren? laddal
m niet
Er moet ontzettend veel gebouwd wijzig
worden. Ik vind erg belangrijk datrtcgen
de stad zo snel mogelijk in bestem- he hoo
mingsplannen wordt vastgelegd, üting
daar zijn we nog wel vijf a tien Jaar n vorl
mee bezig. Voorts is erg belangrijk, dernoi
het antwoord op de vraag: hoe niets
maak ik een eind aan de leegloop een n
van Den Haag. Nou, zeg je dan:|diCale
bouwen. Maar hoe maken we Den welda<
Haag weer echt aantrekkelijk, n Israt
waarbij de verkeersproblematiek orbijg:
essentieel is. Wat doen we aan het organ
centrum? Wat zijn de kernpro- n, de
blemen? dermi
af at e
Mooi zo, maar wat is haalbaar? je, Al F
Haalbaar is vaak wat je er zelf ook
inlegt Ik bedoel, ik geloof niet zo-f
zeer dat je kan zeggen dèt is haf"
baar. Het onmogelijke is niet haal-i
baar. Als men werkelijk wil, het£
gemeentebestuur in goed cóntac
met bewoners en winkeliers, nou
dan is er ontzettend veel haalbaar.'
Maar dan mijmert wethouder Hf
don weer weg in sombere beschc
wingen die veel met bureaucratie,!
schakels en informatievloed te ma-|
ken hebben
TROUW/KWARTET
Foto: Rob Hendriksen
Aan die vraag komen we nauwelijks
toe. Of laatst, toen ik bij de begro
ting over de leegloop van de stad
begon, mede in verband met mijn
reis naar Liverpool, een vergelijkba
re stad waar (planologisch gezien)
verschrikkelijke dingen gebeuren,
kreeg ik te horen: Ja, maar de wet
houder moet nog veertien vragen
van raadsleden beantwoorden. Dan
denk je, waar gaat het in wezen
om?"
Wantrouwen
Geconfronteerd met een groeiend
wantrouwen van zowel wijkbewo
ners als gemeenteraadsleden heeft
de ambtenaar op het stadhuis
steeds meer de neiging dingen toch
maar even bij de wethouder te gaan
vragen. Een slechte ontwikkeling,
vindt Hardon. „Het ambtelijk appa
raat is gewoon uitvoerend voor het
bestuur, ook voor de gemeenteraad.
Het is helemaal niet een soort te
genpool. Het ambtelijk apparaat
moet zich echt gaan bezinnen, want
ais het zo gaat werken is het funest.
De ambtenaren zelf krijgen ook
steeds meer weerzin tegen allerlei
dingen, waar ze steeds weer mee
bezig moeten zijn. Koerswijzigin
gen in het beleid van de gemeente
maken het er ook niet gemakkelij
ker op."
,,Er is geen duidelijkheid. Ik verwijt
ook het bestuur zelf te bang te zijn.
Ook mezelf Dat ik te bang ben om
te zeggen, nee. ga maar het bos in.
probeer het maar zo. Te bang om
fouten te maken. Ik herinner me dat
ik. toen ik pas begon, in een inter
view zei dat ik niet bang was uit te
glijden. Daar ben ik toch wel vrij
bang voor. merk ik. Dat is fout. je
mag niet verwachten dat je alles
goed doet. Omdat je bang bent
word Je voorzichtig, ga je de dingen
nog eens bekijken. Je wordt gek van
wat we allemaal in onderzoek ne
men Als je het in onderzoek neemt
heb je toch het idee .daar zijn we
mee bezig'. Neem de Scheveningse
haven, daar worden al vijf, zes jaar
alleen maar onderzoeken naar ge
pleegd. We zijn toch zo bezig met
die haven, maar er is nog niets uit
gekomen. We hebben het idee dat
we heel wat gedaan hebben, omdat
de beslissing is genomen te gaan
onderzoeken. Verder vergaderen we
ons rot. Overal wordt een werk
groepje voor gevormd. Terwijl de
daadkracht evenredig afneemt."
Het gemeentebestuur is dus met
veel dingen bezig, maar er komt
niets uit?
Hardon: „Nou, er gebeurt ook wel
veel, we zijn echter bang de grote
lijn aan te geven. Als je binnen de
grote lijn opereert volgt het een op
het ander en kan het beter worden."
Hij schetst de volgens hem geslaag
de gang van zaken bij de tot stand
koming van een structuurschets
voor de Schilderswijk. Alleen het
actieplan, dat de geprogrammeerde
punten in werkelijkheid moet om
zetten. laat op zich wachten.
Wekt het gemeentebestuur niet te
veel verwachtingen met zijn belof
tes over stadsvernieuwing?
Hardon: „Ik heb van het begin ge
probeerd voorzichtig te zijn, wat
termijnen betreft enzo. Het duurt
toch vaak langer dan je eigenlijk
hoopt. Aan de andere kant is de
drang erg groot, er is veel ellende.
Maar Ja, alles wat je op één plaats
sneller doet betekent dat Je ergens
anders mensen onttrekt. Dat moet
je ook eerlijk zeggen."
Volgens Michiel Hardon moet de
gemeente zelf de problemen meer
erkennen. Er zijn op het stadhuis
nog heel wat mensen die alles als
„niet zo erg" ervaren.
Wordt het wantrouwen van de be
volking niet gevoed door dingen,
die ze zien gebeuren? Waar ze geen
houvast op hebben, zoals de sloop
van panden aan de Koninginne
gracht en het verrijzen van toren
flats in het centrum.
Hardon: „Tien jaar geleden verrees
een flatgebouw ook zonder dat men
er iets van wist. maar misschien
suggereren we nu dat men er duide
lijk invloed op heeft. Terwijl die
invloed maar zeer beperkt is. Dat
geeft frustatie. Verder is het ge
meenteapparaat zo groot geworden,
dat de ene helft op geen stukken na
weet wat de andere helft doet."
Waarom is er nog niet voor elke wijk
een in overleg met de bewoners ge
maakt bestemmingsplan? De wet
voorziet er meer dan tien jaar in die
mogelijkheid.
Hardon: „De wet kwam in een tijd
dat Den Haag er niet aan dacht de
dienst Stadsontwikkeling uit te
bouwen, eerder dacht men aan af
bouwing. Een aantal uitbreidings
plannen was gerealiseerd. De bouw-
stroom van de 50'er-jaren was klaar,
men raakte vol. Het apparaat was
dus niet op de wet berekend. Dan
kost het overleg met de bevolking
extra veel tijd
Pretentie
Die bestemmingsplannen is dus
een pretentie, die niet waar te ma
ken is?
Hardon: „Ja. maar niet alleen in
Den Haag. In iedere stad is het
hetzelfde. We kijken hoe we kunnen
versnellen, maar er worden eisen
gesteld aan inventarisatie, onder
zoek en uitwerking. Als je die niet
volgt, onthoudt de provincie goed
keuring. Dan is er nog de AROB-
procedure (waarbij de burger in be
roep kan gaan tegen beslissingen
van de overheid red.); een goeie
ontwikkeling, maar het maakte je
wel extra voorzichtig."
Het gesprek komt op de bouwplan
nen van de Shell aan de Raamweg;
door de oliegigant ingediend juist
voor de gemeente via een voorberei-
dingsbesluit beschermende maatre
gelen voor het Benoordenhout van
kracht liet worden. Later bleek dat
een delegatie van b. en w. een week
daarvoor het de Shell gepraat had
over werkgelegenheid en uitbrei
ding van kantoorpanden. Niet over
dit bouwplan, beweerde Hardon in
de gemeenteraad, maar iedereen
had zijn twijfels.
Volgens de wethouder maakt één en
ander allemaal niets uit. Ook vol
gens het in de maak zijnde bestem
mingsplan zouden de panden ge
sloopt kunnen worden.
Veel mensen zeggen: daar gaat
weer een rij oude huizen. De ge
meente heeft er geen enkele greep
op.
Hardon„Je zou de sloop alleen
tegen kunnen houden als je de rij
tot monument verklaart. Maar je
kan niet van de hele stad een monu
ment maken. Laten we bovendien
wel wezen, die panden zijn helemaal
niet zo monumentaal dat je zegt:
nou, die moeten kost wat het kost
overeind blijven
Na enige discussie wil de wethouder
wel toegeven dat de rij op de Raam
weg karakteristiek voor het profiel
van de gehele laan is. maar vindt hij
„die zijkanten in de Groenhoen-