Bullekopjes in december e*o Weebendpuzze! s n aj DIER PLANT ta f2 CO CD CD N 3,00 ffW Lent: het kan niet mis gaan i I S i S i - «s 'J G JT¥ B m B s 1 Hübner speelt vlijmscherp I A A A A n.& A 23 l<è ZATERDAG 1 DECEMBER 1979 TROUW/KWARTET 21 ■VARIA» door henk van halm „Die eerste april besloot ik 'uit wetenschappelijke nieuwsgierig heid' voorlopig geen dieren in de vijver los te laten, maar af te wachten wat zich vanzelf zou mel den aan dieren die in de vijver de winter hadden overleeft of die op eigen kracht van elders zouden komen. Veel waterinsekten kun nen uitstekend vliegen!" schreef ik op 21 april in deze krant, nadat binnen een maand de stinkende poel in mijn tuin weer een glashel der waterplasje was geworden. In dat artikel beloofde ik later verslag uit te brengen hoe de die- renbevolking zich helemaal uit zichzelf zou herstellen. Doordat er zoveel andere zaken waren die ook aandacht vroegen en de moeite waard waren om erover te schrij ven, is daar in de zomer niets van gekomen. Ik haast me nu dit ver zuim goed te maken. Wellicht herinnert u zich nog wel ke dieren na de langdurige winter tot de 21ste april in de vijver gesig naleerd werden, maar voor het ge val u dat vergeten bent, is hier nog even het lijstje: kreeftachtigen: waterpissebed; insekten. geelgerande waterroof- kever, spinnende watertor, pias duiker. vijverloper; slakken diepslak, posthoorn, kapslakje; amfibieën: bruine kikker, kleine watersalamander Weinig "i j ti rl - n m Het is aannemelijk dat de in april gearriveerde bruine kikkers de winter op het land, in een muize- gat of iets dergelijks, doorbrach ten, een manier van overwinteren die voor de kleine watersalaman der normaal is. Toch schijnen ook onder de dieren, die hun winter slaap op het land hielden, slacht offers gevallen te zijn, want e^ waren aanmerkelijk minder sala manders dan in vorige jaren. Tot de 21ste april werden alleen drie mannetjes gezien, meestal vlak bij elkaar. Het eerste vrouwtje kwam eind april, een tweede in de vierde week van mei, Daar stond tegen over dat er ook minder natuurlijke belagers van de larven waren, want de roofzuchtige bootsman netjes, zwemwantsen, staafwant- sen, stekelbaarsjes en breedgeel- gerande waterroofkevers zijn na de winter niet teruggekeerd. De gewone geelgerande waterroofke vers kregen veel minder nakroost dan gewoonlijk: we zagen maar een paar maal dat zo'n felle „wa tertijger". een geelrandlarve met een gekromd achterlijf, de uiterste punt aan de waterspiegel om te kunnen ademen, met wijdopen kaken lag te loeren op voorbij- zwemmende prooi. Veel vaker zweefden in de nazo mer salamanderlarven van een paar centimeter lengte, nog met de „Indianentooi" van rode uit wendige kieuwen aan weerszijden van de kop, in het doorzichtige water onder de grote waterlelie- bladeren. Eind september waren het geen larven meer, maar kleine salamandertjes, broodmager en een centimeter of vier lang; ik vond er een paar onder stenen in de tuin. Late r*i Op 10 mei kwam het eerste blad van de waterlelie boven de water spiegel, tien dagen later dan vorig jaar, een vertraging die doorzette tot de bloei, die op 14 juni begon, eveneens tien dagen later. De elf de mei bloeide het waterdrieblad voor het eerst en mooier dan ooit, maar de waterviolier, die dan ook in bloei hoort te komen, liet ver stek gaan: die prachtige water plant met zijn levendig groene ge veerde blad én lichtroze primula- bloemen in een trosje boven wa ter, was bij het uitbaggeren van de vijver na de dooi onopzettelijk verwijderd. Begin mei was het ook dat ik de eerste bloedzuigers zag: de gewone nephelis (Herpobdella atomaria), een slanke bruine worm die geen bloed zuigt, maar allerlei kleine dieren verslindt, het meest nog wormen en muggelar- ven die tussen algen en op water planten leven. In diezelfde week noteerde ik twee „nieuwe" waters lakken, de moeraspoelslak en de oorslak, die ook een poelslak is, maar met een opvallend klein huis waarvan de monding oorvormig verwijd is. Beide soorten moeten in de vijver overwinterd hebben, want de gevonden dieren waren al groot. Een schijfhoornslakje. Spi- ralina vortex, met een cirkelrond gewonden strogeel en bijna door zichtig huisje, maar een van de vier soorten die vroeger in de vij ver leefden, bleek de winter door gekomen te zijn. Half mei ver scheen een kleine zwerm water vlooien en ook later zag ik ze nog wel, maar veel minder, samen met de groenachtige eenoogkreeftjes. Onder de waterleliebladeren kri oelde het in de zomer van de zwar te platwormen (Dugesia lugubris), waartussen een enkele melkwitte platworm (Dendrocoelum lac- teum), die groter is dan de zwarte en waarvan het boomvormig ver takte ingewandstelsel opvallend door het lichaam heen schemert. Waterinsektenaom^^n Vanaf eind mei slopen groenige waterjufferlarven rond op de wa terplanten, loerend op kleine wa terdiertjes, en een paar weken la ter vlogen de blauwe juffertjes rond langs de zoom van waterbies, gele lis en egelskop. In juni waren er een paar warme avonden en toen hoorde je het sjirpen van de „waterkoker, zoals ik de duiker wants noem die hoofdzakelijk van algen leeft en vliegend de vijver bereikt moet hebben. Je ziet de snelle duikerwantsen, die veel op bootsmannetjes lijken, veel in pasgegraven slootjes. Over het insektenleven valt ver der te melden dat twee waterbe- wonende rupsen de vijver trouw bleven: in juni zaten herhaaldelijk waterlelievlindertjes tussen de dichte oeverbegroeiing en de hele zomer door zwermden elke avond kleine witte kroosvlindertjes over de waterspiegel. En nooit zag ik zoveel vijverlopers. Deze twee cen timeter lange wantsen doen den ken aan schaatsenrijdertjes, maar ze zijn veel langgerekter van vorm en lopen hoog op de poten over de waterspiegel. Ze voeden zich door in het water gevallen insekten leeg 1 De kop en het borststuk van de „watertijger", de larven van de geelgerande waterroofkever. De kromme kaken zijn holle injectie naalden waardoor verterende sappen worden gespoten in de prooi. Later zuigt de larve de vloeibare inhoud van de prooi door de kaken op. 92 Bruine zoetwaterpoliep op een takje van de waterpest, met haar dunne tentakels, waarop netelcel- len die een watervlo kunnen doden. 3 Vier vijverlopertjes bijeen, de le venssappen zuigend uit een in het water gevallen zweefvlieg. 3; te zuigen en soms verzamelden zich wel twintig vijverlopers op een dode wesp. Net een bizarre bloem van grijze blaadjes rondom een geel met zwart hart. Verscheidene kleine en moeilijk te determineren soorten waterke vertjes en rode watermijten ont-, dekte ik pas in een klein aquari um. dat ik met water uit de vijver had gevuld en waarin ik een paar takjes hoornblad, ook uit de vij ver, had gedaan. Met het hoorn blad waren bruine zoetwaterpo- liepjes, net zeeanemoontjes van een centimeter lang met haardun ne tentakeltjes, uit de vijver naar het bakjes verhuisd, anders had ik nooit geweten dat die ook de win ter hadden overleefd. Zo klein zijn ze dat je die in de vijver zelf nooit ontdekt, in tegenstelling tot de kolonies van mosdiertjes, die ik een week geleden vond op een vertakt dood planteworteltje en die me opvielen omdat ze op plui zige algendotjes leken Kikkervisjesa En hoe is het de kikker vergaan? Uit drie kluiten kikkerdril moeten bijna alle larven het tot kikkertjes gebracht hebben, op een paar na die nu nog als bullekopje met al leen maar achterpootjes in de vij ver rondzwemmen. Bullekopjes in december! Hoe brengen die de winter door? Waarschijnlijk ver stijfd in de modder. Maar nu nog even terug naar 19 mei, toen er honderden kikkervisjes van een halve centimeter lengte in de draadalgen hingen. Ik heb toen gezien dat een watersalamander er een greep en verslond. Ook zul len de geelrandlarven er af en toe wel een gepakt hebben, maar de monsterlijk lelijke larven van de spinnende watertor keken er niet naar om. Die scharrelden tussen de wriemelende kikkerlarven door zonder ze ook maar een keer naar het leven te staan. Niet verwon derlijk, want die zijn gespeciali seerd op waterslakken Horizontaal I. bergweide, 3. klei ne huidopening. 7 Europeaan, 10. muzieknoot, 11. boom, 12. wig 14. meisjesnaam, 15. wijze, 18. vrucht, 20. bouwiand, 21. deel van de hals. 23. vermoeid, 24. droogoven (Z.N.), 25. patroon, 27. priem, 29. nobel. 31 Ierland betreffende, 33. lid woord, 34. voorvoegsel, 35. bevel. 36. afnemend getij, 37. ketting raadje in een uurwerk, 39. berg geit, 41. knaagdier, 43. gebladerte. 45. bloeiwijze. 47. stuk stof. 49 veerkracht, 50. herdersgod, 51. boordsel. 53. titel, 55. meisjes naam, 56. keurig, 58. kippenloop, 59. muzieknoot. 60 bevel, 61 een pummer trekken. 62. schrijfge reedschap Verticaal. 1. zangstem, 2. huisgo den, 3. hoofddeksel, 4. voorzetsel, 5. pers voornaamw. 6. water in Utrecht, 8. stengel, 9. doortocht- geld, 11. opening van een fuik. 13. kleef middel, 16. hoekpijler, 17. plechtige gelofte, 19. lichte be dwelming. 21. zandheuvel. 22. steen 24. gifslangetje. 25. zangvo gel. 26. krijgsmacht, 28. karig, 30. boom. 32. teken in de dierenriem. 37. dierenverblijf, 38. schrobnet, 39. dwaas, 40. rivier in Duitsland. 42. plant met geneeskrachtige wortel. 44. huid, 46. positieve elec trode, 48, nachtgewaad, 50. keu kengerei, 51. brandstof. 52. troef kaart, 53. mand, 54. knopje op een priktol, 57. meisjesnaam. 58. mu zieknoot. Oplossing tot en met woensdag a.s. per briefkaart renden aan: Trouw/Kwartet, Postbus 859, Amsterdam. Linksboven vermel den: Weekendpuzzel. Oplossing vorige puzzel. Hor. 1. gage, 4. alm, 6. emoe. 9. ar. 10. egel, 12. oase, 14. la. 16. rein, 18. regel, 20 Ella, 22. limiet. 24 oester, 26. en, 27. assistent, 30. no, 31. mat, 32. neo, 33. kei, 35. nel, 36. atlas. 38 rel, 40 tor. 41. ale, 42. sap. 43. dal, 44. pel, 46. krats. 48. pek, 50. lev, 52. Ike, 53. aar, 55. Og. 57. verma ning, 60. Ir. 61 8elene, 63. kaarde. 65. ever, 66. netto, 69. drom, 70. te, 71. eest, 73. enge, 75. O.a., 76. lans, 77. sol. 78. atol. Vert. 1 grein, 2 geniaal, 3. eg. 4. ale, 5. moe, 6. es, 7. meester. 8. ellen, 9. Arles, 11. erts, 13. aloë, 15. Aaron, 17. i.M 19. gezel. 21. Lt. 23. Est, 25. enk, 28 interim, 29. toas ten. 31 merel, 34. ieder, 35. nop, 36. alk. 37. sas, 39, lak, 45. leveren, 47. akant, 48. pagadet, 49. roset, 51. ven 53 ana, 54. trema, 56. gevel, 58 rens, 59. ikon, 60. idool. 62. Ie, 64 Rr, 67. ets, 68. tel. 72. es, 74. ga. Prijswinnaars zijn: Mw. B. J. Hampel, Hoogstraat 86a, Wage- ningen; L. d. Bruyn-v. Vliet, Pr. Margrietstr. 1, Waarder; N. Schuijt-Bart, Geraeenlandslaan 31, Huizen. Inmiddels zijn ook al de Kinder postzegels van Suriname voor dit jaar in omloop gekomen; de af beelding voor de vijf zegels en het velletje met toeslag voor kinder- zorg is een symbolische. We zien een vogel in vrije vlucht terwijl op de achtergrond opvoedkundige en medische begeleiding in het ge heel meespelen. De prijs van ze gels en velletje bedraagt 3.85, Sur.crt. De maandelijkse uitgiften voor BWest-Duitsland omvatten vijf ze- gels voor de Bondspost en drie voor West-Berlijn. Voor beide ge bieden verschenen de kerstzegels voor dit jaar, waarop fraaie ge boorte-scènes uit oude hand schriften, afkomstig uit de abdij Altenberg bij Keulen, zijn gere produceerd. Voorts voor beide een aanvulling van 60 pf in de serie „kastelen en burchten". Afge beeld is het slot Rheydt uit de 16e eeuw. dat thans als museum voor de stad Rheydt bij München Gladbach dient. Ter herdenking van de 100e geboortedag van de schilder Paul Klee (1879-1940) ver scheen een zegel waarop diens werk „vogeltuin". Van deze kun stenaar. die in Zwitserland is ge boren, werden in 1937 in Duitsland 102 werken als „ontaarde" kunst in beslag genomen. Dan een houtsnede uit de 17e eeuw, gewijd aan de Faust-legende, waaruit de befaamde opera voortkwam. De legende zou ontstaan zijn rond een in de 16e eeuw geleefd hebben de George Faust, die wegens zijn „zwarte" kunst grote faam ver wierf. Nog een zegel van het Wes ten, die oproept om „energie te sparen". Op de zegel een gloei lamp, waarvan slechts de ene helft licht geeft. En als laatste van de hele reeks een herdenkingszegel van Berlijn in verband met het feit dat 125 jaar geleden de eerste re clamezuil in het stadsbeeld ver scheen. In 1870 waren er in Berlijn al 200 te zien, terwijl er thans in heel West-Duitsland 75.000 de straten „sieren". Het idee „recla mezuil" zou al in 1825 door de Engelsman G S. Harris gelan ceerd en in Londen uitgevoerd zijn. Op de zegel zo'n zuil in het straatbeeld van de vorige eeuw. Drie Zweedse zegels, aan rollen gedrukt, eren zoals elk jaar de Nobèlprijswinnaars. die 60 jaar ge leden die prijs toegekend kregen Dat waren destijds: de Franse bacterioloog Jules Bordet <1870- 1961), de Duitse natuurkundige Johannes Stark (1874-1957) en de Zwitserse literator Carl Spitteler (1845-1924). Van de najaarsuitgifte van Monaco, die in totaal 19 zegels omvat, meld ik u alleen de zes zegels welke werden uitgegeven naar aanleiding van het feit dat 100 jaar geleden het theater ge reed kwam dat de Franse archi- tekt van de Opera in Parijs, in Monaco bouwde. De zegels tonen balletvoorstellingen op muziek van beroemde componisten. Van Frankrijk kwamen zes bijzondere zegels uit. Een zegel van fr. 1.30 is gewijd aan de radicale filosofe Si- mone Weil (1909-1943); in de serie Franse landstreken is thans Lot haringen aan de beurt met de af beelding van een distel op de zegel van fr 2.30; dan een van fr 1.80 ter gelegenheid van het 150-jarig be staan van de Centrale School voor kunstnijverheid en handenarbeid, te Parijs gesticht tijdens de „res tauratie" in de wijk „Marais". Een zeer kleurig origineeel werk van Salvador Dali „Marianne" vult een grootformaat-kunstzegel van fr 3.-. En een portretzegel van An- dré Malraux (1901-1976). literator, politicus en minister in een kabi net va? generaal de Gaulle. En als laatste een herdenkingszegel van fr 1.60 ter gelegenheid van de we reldkampioenschappen judo. die dit jaar in Frankrijk worden ge houden. Frankrijk is er trots op dat het land thans ongeveer 350.000 judoka's telt. Op de zegel een klassieke judo-greep „Harai- Goshi" Nu Lent voor het eerst in haar. carrière landskampioen is gewor den, is het ideaal van de motor achter dit tiental, Piet Levels ein delijk bereikt. Het kon dit jaar eigenlijk ook niet mis gaan. Nadat Lent zich vier Jaar geleden al had versterkt met Harm Wiersma, volgden het jaar daarop uw redac teur en dit jaar nog eens Koeper- man, Jansen en de sterke jeugd speler Rob Schippers. Aangevuld met de steeds sterker spelende Alofs en nog vier andere sterke hoofdklassers, kon het niet anders of het kampioenschap moest wel behaald worden en afgezien van het onfortuinlijke verlies tegen Huizum, dat succes had met zijn tactische opstelling, is de titel zeer overtuigend in ons bezit gekomen In de voorlaatste ronde speelden wij tegen het al gedegradeerde Houdt Stand uit Hoogezand-Sap- pemeer. Aan het derde bord trof uw redacteur de beste speler van de Groningers te weten Jos Stok- kel, die komende maand in Sneek een gooi zal doen naar de jeugdwe- reldtitel. Na een onregelmatige opening, waarin beiden niet al te veel risico's hadden genomen in verband met het clubbelang wordt nu de knuppel in het hoen derhok gegooid met 21. 34-30 m m'M m w 8' i S G B I fcf o 3 e r; o -3 a o o 0 o a B 25x34 22. 39x30 waarbij wit vooral wil profiteren van de onbeweeg lijkheid van de zwarte stand en de iets te zware lange vleugel. 22. 20-24! 23. 44-39 15-20 24. 30-25 (hoogstwaarschijnlijk is hier 37-32 stukken sterker) 10-15 25. 37-32 17- 21 26. 26x17 12x21 27. 36-31. Nog steeds volgens plan, want zelfs flink aangeschoten is wel te zien dat 27. 41-37 21-26 28. 49-44 23-29 zo goed als verliezend is. 2721-26 28. 42-37 7-11 29. 41-36 8-12 30. 33-28? Achteraf geeft 40-34 meer verdediging, maar daar is niets meer aan te doen. 30. 12-17 Nu was ik 31. 28-22 17x28 32. 38-33 18-22 33. 27x29 16- 21 34. 33x22 24x44 35. 22-18 13x22 36. 43-39 44x33 37 32-27 21x41 38 36x47 26x37 39 47-42 37x48 40. 40- 34 48x30 41. 35x4 van plan, maar dacht toen plotseling, en dat na tuurlijk door het feit dat de dam ook met 32-28 en 43-38 kan worden gehaald, dat er nog een schijf op 21 bleef staan. Omdat de tijd al aardig ingekort is en de resterende zetten in een minuut of zes moe ten worden gedaan, reken ik niet nog eens door en besluit tot 31. 40- 34 Overigens is 31. 28-22 17x28 32. 38-33 11-17! 33. 33x11 6x17 34. 49-44 17-21! direct uit, doordat op 39-33 o.a. 24-30 goed mogelijk is. In voorgaande berekeningen had ik steeds naar 17-22 gekeken en hele maal geen rekening gehouden met 34 17-21 Partijverloop: 3124-29 32. 39- 33 (hier zou 28-22 en 38-33 weer het proberen waard zijn geweest) 29x40 33. 45x34 17-22 34. 28x17 11x22 35. 34-29? (de fouten stape len zich op) 23x34 36. 32-28 Zwart kan nu winnen door 34-39, 43x34 en 19-24-30, maar wij zagen allebei alleen dat 20-24-30 niet zou winnen 36. 20-24 37. 28x17 18-23. Weer een verrassing, want nu dreigt 34- 40, 24-30 en 23-29 en ik had alleen maar gerekend op 24-29 en na 34- 40 de dam door 25-20. 24-19 en 27- 21 willen nemen. 38. 25-20 14x25 39. 17-12 6-11 40. 38- 32 24-29 41. 33x24 19x30 42. 35x24 34-40 43. 49-44 40x38 44. 32x43 23- 28. Ondanks dit krankzinnige ver loop kan alleen maar gezegd wor den dat we allebei steeds de beste zet pakken en dat ook nog in ra zende tijdnood 45. 37-32 28x37 46. 31x42 9-14 47. 42-38 11-17 48. 12x21 26x17 49. 38- 32 14-19 50. 36-31 19x30 51. 31-26 en hier viel een vlag en bleken we de zetten te hebben gehaald Na 51. 30-34 52. 43-38 16-21 53. 27x16 34-39 kon ik weinig anders doen dan mijn tegenstander felici teren. Een goede overwinning van 8tokkel, die tot dan toe in de clubcompetitie nog geen enkele overwinning had geboekt en door drie nederlagen zelfs dik onder zijn gemiddelde speelde. Afkomstig uit nummer 29 van het clubblad van Lent, waarin artike len van Koeperman, Schip^êrs en m m m. w. WW - m B w m m w ondergetekende zijn opgenomen Deze eerste diagramstand komt echter uit de rubriek fragmenten van Leo Aliar. Wit forceert de winst door 1. 37-31 17-22 2. 42-37 9- 14 (er dreigde 34-29 en 38-32) 3. 34- 29 23x25 4. 38-32 27x38 5. 43x23 19x28 6. 39-33 28x39 7. 49-43 39x48 8. 31-26 48x31 9. 36x20 15x24 10. 26x8 7-12 11. 8x17 25-30 12. 17-12 24-29 13. 12-8 29-33 14. 8-3 33-38 15. 3-25 30-35 16. 40-34 38-42 17 25-20 42-47 18. 20-33 enz. Op dezelfde avond, dat dit num mer van Orkaan werd uitge bracht, speelde ik tegen teamge noot Marijn Alofs een aantal „vluggertjes" en in een daarvan ontstond de volgende stand: Wit 12 schijven op 23. 26, 27. 29..30. 31, 35 tot en met 40. Zwart 12 schijven op 1, 3. 6, 9. 11 tot en met 16, 18 en 22. De overeenkomst zal u duidelijk zijn en ik won dan ook door 1 12-17 2. 23x21 14-20 3. 27x18 16x27 4. 31x22 9-14! (en geen 20-24, want dat blijft gelijk natuurlijk). 5.18x9 20-25 6. 9x20 15x31 7. 36x27 25x43! Niet zo moeilijk maar een altijd weer verrassende combinatie, die u niet meer mag vergeten. had hij geen tijd meer: 22. T?dl Lc7 23. Ta3 en wit staat beter.) 22. Le2xh5+ (Op 22 Tdl was',22 Tf5! gevolgd.) 22Ke8-d8 23. Tfl-dl Kd8-c8 24. h2-h3 Da4xa2 25. c4-c5 (Op niets uit loopt 25 IS1 cd CU 73 In het blad Schach-Echo lees ik dat Robert Hübner evenals Jan Timman ter voorbereiding op het interzonale toernooi in Rio de Ja neiro „een geheime match" heeft gespeeld Friederic Friedel, een wetenschapsjournalist. organi seerde een tweekampje met Vlas- timil Hort. Volgens de Schach- Echo had Friedel binnen tien mi nuten de volledige sponsoring van de match geregeld. Hij belde de directeur van een Hamburgs wa renhuis en kon de spelers even later meedelen dat er een zaaltje beschikbaar was, benevens een analyseruimte voor het publiek en dat er voor de winnaar vijf dui zend en voor de verliezer drie dui zend mark klaar lag. Dat is wel iers om jaloers op te zijn Overigens is Hübner nadat hij zich in Rio had geplaatst voor de kandidatenmatches in de Bonds republiek bijna als een held bin nen gehaald. Het weekblad „Der Spiegel" wijdde een zeer uitvoerig artikel aan hem. waaruit Hübner naar voren komt als een intelli gente, enigszins nurkse man met een droog soort gevoel voor hu mor. Hoewel het niet rechtstreeks uit Hübners mond wordt opgete kend. poneert Der Spiegel met grote zekerheid de stelling dat Iv- kov met opzet in Rio de laatste partij van Petrosjan heeft verlo ren. waardoor Tirmnan buiten de prijzen viel In zeg het er maar even bij. maar zoiets liebbpn zelfs de „chauvinistische" Nederlandse chaakjournalisten tot dusver .looit durven beweren. In Rio de Janeiro speelde Hübner vooral tegen zijn concurrenten bij zonder scherp. Hij liet niet na om risico's te nemen. Deze tactiek moet hij al tijdens de match met Hort hebben uitgewerkt. In Ham burg speelden Hübner en Hort zes zeer opwindende partijen, die het publiek telkens in opwinding bracht Hübner ging zonder man keren in op de gevaarlijkste vari anten van het Slciliaans. De eerste partij won hij, maar de derde ging verloren toen hij na het afbreken een ernstige blunder maakte. In de vijfde partij viel de beslissing, nadat Hübner in de „poisened- pawn-variation" een bekend stuk offer bracht en vervolgens profi teerde van een beoordelingsfout van zijn tegenstander Wit: Hübner. Zwart: Hort L e2-e4 c7-c5 2. Pgl-f3 d7-d6 3. d2- d4 c5xd4 4. Pf3xd4 Pg8-f6 5. Pbl- c3 a7-a6 6. Lcl-g5 e7-e6 7. f2-f4 Dd8-b6 8. Ddl-d2 (De scherpste reactie, wit offert een pion, maar krijgt een sterke aanval) 8. Db6xb2 9. Tal-bl Db2-a3 10. f4-f5 Pb8-c6 11. f5xe6 f7xe6 12. Pd4xc6 b7xc6 13. e4-e5 d6xe5 14. Lg5xf6 g7xf6 15. Pc3-e4 Lf8-e7 16. Lfl-e2 h7-h5 (Nog alles theorie.) 17. 0-0 f6-f5 18. Tbl-b3 Da3-a4 19. c2-c4! (De sleutelzet in dit soort stellingen. Wit geeft nog een stuk, maar bereikt dat de zwarte dame volledig buiten spel blijft.) 19f5xe4 20. Kgl-hl Lc8-b7 21. Dd2-c3?! (Vermoedelijk was 21 Dc2 teneinde e4 op te halen ster ker.» 21Th8-f8! (Een zeer goe de reactie. Zwart moet zijn stuk ken activeren Voor- 21 Ld6 V m w diagram I Td7x Kd7x 26. Tb7+ Kc8 27. Te7x Df2!) 25a6-a5 (3wart moet 26. Db4 verhinderen, de zet die na achteloos 25. Tf2 was geko men.) 26. Tdl-bl Le7-d8? Fout. De winnende voortzetting voor zwart was: 26Tf2! 27 Dc4 Kd8 er dreigde 28. Tb8t 28 De4xTfl+! 29. Tflx Db3x 30. De5x Kc8 31. Tf7 Ld8 32 Td7x Kd7x 33 Dd6t Kc8 34. DcOxt Kb8 en wit is uitgépraat 27. Dc3-c4! (Plotseling is er niets méér tegen de dreiging Tb8t) 27.... Ld8-c7 28. Tb3-b8* Ta8xb8 29. Dc4xa2 e4-e3 30. Lh5- e2 Tf8-f4 (Beter was eerst de to rens langs de b-lijn te rullen.) 31. Le2-a6+ Kc8-d8 32. Tblxb8+ Lc7xb8 33. Da2xa5+ Lb8-e7 34. Da5-c3 Tf4-a4 35. La6-«2 e5-e4 36. g2-g4 Kd8-c8 (Nu dreigt hij met 37 Lf4 tegen te spartelen.) 37. g4-g5 Lc7-f4 38. g5-g6 Kc8-c7 (Ook 38 e5 hielp niet wegens 39 g7 Le6 40 Lg4> 39. g6-g7 Ta4-a7 diagram II 40. Dc3-b2! en zwart gaf op. Het schaakje op b6 is dodelijk. Bij voorbeeld 40 Tg8 41 Db6+ Kc8 42. La6 mat

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1979 | | pagina 21