Joris Ivens en Willem Aantjes De 50-jarige Arjos en het CDA Belonen of bestraffen? ien stellingen Enkele aantekeningen bij een jubileum OAG 23 NOVEMBER 1979 TROUW/KWARTET P 15 RHS 17 lor Guus van Hemert nis Ivens is een kunstenaar. Een ederlands cineast van itemationale vermaardheid. Het Dg van zijn camera begaf zich niet >de brede straat waar de gegoede irger loopt te kijken. Het zocht de szichtshoek van mensen die in een iderliggende situatie een euwe wereld zochten. Toen ens zijn tachtigste jaar bereikte, jrd aan deze grote zoon van ederland de Dick cherpenzeelprijs voor voorlichting rerde derde wereld egekend. Bij zo'n gebeurtenis itstaat enige publiciteit en zo las In De Nieuwe Linie (20 december 78) een citaat waarin hij zijn menwerking met het regime van alin relativeerde. Hij zei: „Stalin, processen: je weet het niet. je ]t het niet weten, je rationaliseert angsten, je idealiseert nog de jsheid. de zuiverheid van de iders. we zaten toen fout, ik kan t nu zien". Zijn actieve edewerking met de tirannie bleek en bezwaar om hem de prijs te ven. ond diezelfde tijd werd bekend 96 t de politicus Aantjes in de 3 4 atste oorlogswinter een middel 38 rzonnen had om aan de 411 werkstelling in Duitsland te - itkomen: hij gaf zich op bij een ütse organisatie. Daarbij schijnt j een kunststuk volbracht te 955 bben dat. als het in een 311 i eels pel was voorgekomen, alle 45: 58; i5i 360 390 tragische spanning aan het drama ontnomen had. Toen hij namelijk A en vervolgens B gezegd had. heeft hij toch geen C gezegd: op het moment dat hij een uniform moest aantrekken, heeft hij geweigerd en daarmee zichzelf in een gevaarlijker positie gebracht dan heel wat verzetsmensen in feite meegemaakt hebben. In de tijd van de zuivering (interessant woord is dat toch) heeft hij twee letters verzwegen. Je kunt van mening verschillen of dat verstandig en goed was. Ik denk dat het niet anders kon. omdat die twee letters een ver boven de persoon en zijn daden uitgaand magisch effect op iedere hoorder hadden. Daarover straks meer. In ieder geval heeft hij niet meegewerkt met enige vijandelijke daad. In een ineenstortend Duitsland wat verwachtte iemand daar nog van in de zomer van 1944 heeft een jonge man een manier gezocht om in het vaderland te komen. U kent het oordeel van een aantal mensen daarover. Alles wat hij als bewuste man heeft gedaan lijkt zijn waarde te verliezen en voorlopig denkt men er niet aan hem een prijs toe te kennen. Ik ben dit stukje niet begonnen om over deze twee mannen te spreken. Ik respecteer beiden als naar voren toe levende mensen, ieder op een ander gebied. Wat mij bezig houdt zijn niet zij maar degenen die zo ongelijk over de één en ander oordelen. Wat bezielt hen? Goed, de 189 >or Chr. van Paassen „Allen die zich op het grondge- d van het Rijk bevinden hebben i ijke aanspraak op bescherming 48; i persoon en goederen" (artikel 4 1 de Grondwet). Zorgdragen voor cn bescherming en derhalve voor de rleving van de Nederlandse be- 67 Idng behoort tot de eerste taak 91( i regering en parlement. 46 [Jeelneming aan een internatio- 98 lal militair samenwerkingsver- 33 id is voor Nederland alleen aan- 28' irdbaar, als het voortbestaan CQ-, i de Nederlandse bevolking een itsnoer blijft voor het militair eid en wel een richtsnoer met een 67' olute gelding. Een opoifering 8651 nagenoeg de gehele Nederland- 273 bevolking ten behoeve van der- 0091 moet worden uitgesloten. 534 Cemwapens, met inbegrip van 208 z g- tactische, op Nederlands co( ndgebied getuigen van een uit- -delijke bereidheid tot volkeren- •V' ord en van een aanvaarding van 749 risico van de eigen vernietiging. 398 it hiertoe leidt het gebruik van 772nwapens binnen Nederland. Ge- 361 ik van kernwapens binnen Ne- no land bewerkstelligt geen veilig- i. Integendeel, zij vernietigen l t datgene wat zij veronderstel- 394 te beveiligen. Iet installeren en moderniseren >19, kernwapens met het oog op 770;hrikking veronderstelt de be- 342 lheid tot hun gebruik en daar- 14fe de bewuste aanvaarding van i77|gevolgen, i.e. de vernietiging van )47 eigen bevolking en van andere L olkingen. Wie wenst „verde rs- i" te worden door de vernieti- g van tientallen miljoenen men- alS toevoeging aan de bij voor- t vaststaande vernietiging van eigen bevolking? Hoe geloof- irdig is dreiging met zelfmoord? Tromp in Wending Juli/Augus- OO 1979). Iet afschrikkingseffect is alleen sctief, wanneer de tegenstander i' t nagenoeg totale vernietiging 0 dt bedreigd. De kernwapens van r,,. Verenigde Staten en die van de rjet-Unie zijn in dit opzicht ef- Lief en deze effectiviteit is, wat reft de Verenigde Staten, niet ankelij k van de installatie van nwapens in West-Europa, ïij het achterwege blijven van ..volmaakt" afschrikkingseffect (den geïnstalleerde kernwapens uitnodiging die te vernietigen ^*>r kernwapens. Het is onverant- ord. juist in militair opzicht, nwapens onbeschermd op te lien in een dichtbevolkt gebied, niet onder de garantie valt van volledig en effectief kernwapen- entieel, i.e. de z.g. „atoompara- Kissinger heeft duidelijk ge- ikt, dat deze garantie niet er?) geldt, omdat de wereld niet leofferd kan worden aan West opa. Een „beperkte" kernbewa- g binnen West-Europa biedt endien geen afdoend afschrik- gseffect: een tegenstander die ij» kelijk op oorlog uit is laat zich 'Erdoor niet weerhouden. Zoge- 1 pmd „militair" gebruik van tacti- kemwapens is een dichtbe- ct gebied veronderstelt een enoeg totale vernietiging van de r wonende bevolking: „militair" is hier een legende kans. dat afwezigheid van iwapens eerder leidt tot een „ge- oorlog, die nog vreselijker zal dan de tweede wereldoorlog, ft even moeilijk afweegbaar als mogelijkheid van een oorlog met nwapens bij de aanwezigheid beperkt effectieve kernbewape- g. Het verschil is dan wel. dat in laatste geval sprake zal zijn van enoeg totale vernietiging van de olking in de dichtsbevolkte ge lden. in het eerste geval kan nog kleine hoop gekoesterd worden een zekere overlevingskans voor bevolking. Terugdringing van verschrikkelijke wapens als napalm- en fragmentatie-bom- is dan overigens wel geboden, •ezigheid van kernwapens leiden tot politieke overheer- door een vreemde mogendheid, 'ezigheid tot collectieve vernie- De keuze is duidelijk West- -«.a is militair onverdedigbaar kernwapens. Weerbaarheid te een vreemde overheerser zal middelen moeten hanteren Een territoriaal denkpatroon, ge worteld in de verabsolutering van de staat, is bij de huidige gewelds middelen zelf-vemietigend. Het bui ten de grenzen houden van een in dringer met alle beschikbare gewel dsmiddelen kan niet meer. 9. Nederland mag niet wachten tot dat de grotere buren ook eindelijk de waanzin gaan inzien van een West-Europese kernbewapening. Wij zijn verantwoordelijk voor onze eigen kinderen. Noorwegen en De nemarken dulden reeds geen kern wapens op hun grondgebied. Het zijn de kleine landen, die hiermee moeten beginnen, niet omdat zij beter zijn, maar omdat het proces van afschaffing van de kernwapens alleen kan geschieden van onderop en in klein verband en niet van bovenaf, waar het militair complex en het militair denkpatroon het moeilijkst te doorbreken zijn. De grote kernmachten zijn door weder kerige angst gefixeerd. West-Euro pa zal het initiatief moeten nemen. En Nederland moet de verantwoor delijkheid durven aanvaarden voor een volledige afwijzing van kernwa pens om ook zodoende een einde te maken aan de waanzin één van 's werelds dichts bewoonde en verste delijkte gebieden West-Europa te gebruiken als kernwapen-schuur. 10. In het voorgaande is een realis tische redenering gevolgd met het oog op het voortbestaan van de Nederlandse bevolking en die van West-Europa. Ik voeg hier persoon lijk aan toe, dat ik niet verdedigd wens te worden door de vernietiging van tientallen miljoenen anderen en dat ik een beschaving die na Auschwitz en Vietnam zijn grond slag blijft bouwen op de bereidheid tot verdere massa-vernietiging heil loos acht. Alle wapens, die tot mas sa-vernietiging leiden en tot on voorstelbaar menselijk lijden, zijn voor mij ethisch onaanvaardbaar. Dit is mijn laatste maar voor mij belangrijkste stelling. Dr Chr. van Paassen is hoogleraar in de sociale geografie aan de uni versiteit van Amsterdam. eerste is een eerbiedwaardige figuur van het verleden die geen gevaar meer kan opleveren, terwijl de ander de leeftijd heeft van een geduchte toekomstige medespeler. Maar als men iemand wil wegwerken, moeten zulke bedoelingen te doorzien zijn. Zij vormen, geloof ik, niet de kern van het verhaal. Daarvoor is de verontwaardiging te oprecht. Betreffende mensen zijn werkelijk gechoqueerd. Waar ligt dan dat verschil van beoordeling in? Misschien hierin dat bij de één van socialisme en bij de ander van nationaal socialisme sprake was? Maar. denk ik dan. wij weten nu toch hoe nationaal ook het Russisch socialisme was, om het eens met een woordspeling te zeggen. Of maak ik hier een beoordelingsfout en onderken ik het verschil tussen stalinisme en nazisme te weinig? Misschien werkt in mij nog na die gekke situatie in het tweede oorlogsjaar. Op de middelbare school waar ik in de tweede klas zat, moesten wij ineens alle thema-boeken inleveren. Reeds na een week de nazi's waren niet lui kregen wij ze terug met zwarte, werkelijk onzichtbaar makende strepen door een aantal zinnetjes. Natuurlijk had iemand nog wel een oud exemplaar dat aan de inspectie was ontsnapt en zo konden wij zien wat ze weg wilden hebben. In die dagen hadden Hitier en Stalin hun niet-aanvalspact gesloten en iedere uitdrukking die ook maar iets ten nadele van nazisme of communisme zei, was verdwenen. Ze stonden als broeders naast elkaar, Hitier en Stalin. Dat hield op. Nog datzelfde jaar begon in het Oosten het bloed van miljoenen jonge mannen te vloeien en te bevriezen in die winters die zelfs aan de rand van de gematigde Noordzee ijzig waren en lang. Dat bloed heeft die inktstrepen uitgewist. Maar toen later de historie beter bekend werd, bleek toch hoe de regimes van Hitier en Stalin hadden gewedijverd om records aan onvoorstelbare massamoorden. Nee, ik geloof niet dat er een reden kan zijn om het verschil in beoordeling tussen cineast en politicus te zoeken in de tirannie waarmee ze besmet werden. Die reden is er niet. En toch ligt daar de oorzaak van het verschil. Want in feite wordt er in ons land over het communisme veel genuanceerder gedacht en gesproken dan over het nationaal-socialisme. Zelfs de krankzinnige schoolmeestersexperimenten van het bewind van Pol Pot in Cambodja hebben in serieuze weekbladen begrijpende oordelen gevonden. Weliswaar bestaat er ook verdachtmaking en vooroordeel rond het woord „communist", maar er blijft over het algemeen één op feiten gebaseerd en met tussentonen werkend oordeel mogelijk. Als een communistisch leraar niet geschikt wordt geacht voor een christelijke school, worden argumenten en tendenzen ontleed. Ook wanneer dit verkeerd zou gebeuren, er wordt gedacht. Maar bij het woord „nazisme", en zelfs „fascisme" en alles wat daarmee samenhangt, is iets anders aan de hand. Daar hebben de termen boven hun precieze betekenis een andere, absolute sfeer gekregen. Ze beantwoorden aan een onbewuste behoefte iets volkomens te herkennen, in dit geval het absolute kwaad. Nu moet een beweging wel zeer slecht zijn om al was het alleen maar aanleiding tot zo'n satanisering te zijn, en dat was het nazisme. Maar waar wij het nu over willen hebben, is dat blijkbaar in mensen de behoefte bestaat om in iets het absoluut boze te zien. Het is een religieuze neiging maar niet als zodanig onderkend. Zij is een onderdeel van het projecteren van een heilige tijd. toen het zuivere goede strijd voerde met het kwade. Dat zijn de vijf oorlogsjaren. Toen is de mythische strijd geleverd en het monster gedood. En het was toen ook een duidelijke tijd. Ik herinner nog het niet-onder-de-mensen-rekenen waarmee je een NSB'er bekeek. In de strijdtoestand was dat ook functioneel. Maar die absoluutheid is ook later blijven hangen en zelfs sterker geworden, mythischer. „religieuzer". Symbolen die erbij hoorden kregen de kracht van satanstekens: hakenkruis. SS. In zekere zin doet het je goed om zulke tekens tegenover je te vinden. Het ongetwijfeld slechte is daar, even ben Je ontslagen van de vermoeiende plicht om te oordelen of iets kwaad of goed of daartussenin is; even hoef je niet naar de mens en zijn bedoelingen te zien: hier is satan puur. Zelfs een materieel contact ermee ontneemt iemand zijn zuiverheid. En wel voor altijd. Bekering is niet interessant; de smet is er. het heksenteken werd geconstateerd. Bij een dergelijke projectie-functie die het woord SS ook tijdens de zuivering had, moet men zeggen dat het altijd iets van die absolute sfeer zou meenemen en daarmee een volkomen andere betekenis zou geven aan het menselijke feit dat had plaatsgehad. Ook nu werkt het zo. wegens een onbewuste religieuze instelling van een aantal landgenoten. Nu mag men ieder zijn religie gunnen, maarzij wordt ongezond als zij voorkomt bij mensen die zich boven ieder geloof verheven wanen. Ongezond omdat men zich er niet van bewust is, en er dus ook niets aan kan veranderen. Ongezond omdat zoals dat in ongeordende religiositeit gebeurt de grote globale gevoelens van zuiverheid en besmetting de blik op de humane werkelijkheid ontnemen. Zo'n onbewuste religie heeft primitieve en gevaarlijke trekken. Of iemands bedoelingen nu goed of slecht waren, heeft geen belang meer. De rituele besmetting blijft. Het lijkt mij een kwestie van geestelijke gezondheid om de absoluutheidsgevoelens te herkennen bij zichzelf. Door die gevoelens kan meer afgehouden worden van het zien van werkelijk fascistische tendenzen. Fanatiek is een woord dat met religie te maken heeft. Niet buiten het „heilige" (pro fanum) maar overgegeven aan het „heilige". Fanatiek. Uit het bovenstaande zal duidelijk zijn dat ik het meer eens ben met de prijs die in Rotterdam aan Ivens dan met die welke in Den Haag aan Aantjes is gegeven. m door Klaas de Vries Morgen houdt de ARJOS in Utrecht een politieke mani festatie in het kader van haar vijftig-jarig jubileum. Een manifestatie waar het thema „Geloof en revolutie" centraal zal staan, maar waar ook diverse AR- en CDA-politici waaronder Aantjes, De Boer en Lubbers het woord zullen voeren. Is het wel verantwoord dit jubileum zo uitbundig te vieren, nu we aan de vooravond van de totstandkoming van het CD(J)A staan? Ik denk het wel. Daarvoor zijn verschillende re denen aan te voeren. En dan denk ik niet aan een zelfgenoegzaam omzien naar wat in die vijftig jaar bereikt is. Want, hoewel het interessant kan zijn om na te gaan in welke mate en op welke wijze Arjos-ideeën en (ex-) Arjossers de vaderlandse politiek hebben beïnvloed, het ligt niet op onze weg öm daarover te oordelen. Dat laten we graag aan anderen over. Vast staat wel, dat de Arjos het politiek tehuis is geweest van veel jongeren, die later hun weg in diver se politieke partijen hebben gevon den: het merendeel uiteraard in de ARP. maar ook in andere progres sieve partijen zoals de PvdA en de PPR. door H. J. Neuman In de kranten zeker ook in deze is uitgebreid aandacht besteed aan de studiedag die het CDA-be- stuur afgelopen zaterdag in Den Bosch heeft gewijd aan de moder nisering van kernwapens voor de middellange afstand. Zo'n studie dag is niet alleen nuttig voor het leren kennen van zoveel mogelijk aspecten van het vraagstuk, hij toont ook aan hoe het denken over, deze problematiek zich voltrekt langs uiteenlopende lijnen. Ik noem een paar van de verschillen. Over de functie van het geweten en over hetgeen het geweten voor schrijft werd niet eenstemmig ge dacht. Aan de mate waarin de spreeksters en sprekers emotiona liteit aan de dag legden of beheers ten kenden de aanwezigen, zonder dit steeds met zo veel woorden te zeggen, een bepaalde signaalwer king toe. Voorzitter Steenkamp tenslotte achtte het tegen het eind dienstig te waarschuwen tegen de neiging elkaar met Bijbelteksten om de oren te slaan. Daags voordat het CDA-bestuur zijn studiedag had, belegde de Stichting Volk en Verdediging een symposium over „Kernbewape ning als gewetensprobleem". De benedictijner pater drs. R. Ph. Bar verdedigde daar o.m. deze stelling: „Het is de plicht van ieder individu om zijn persoonlijk geweten te vor men en wel zo volledig mogelijk, opdat elke gewetensbeslissing met zorgvuldigheid kan worden geno men. Om eenzijdigheden te voorko men en emoties te weren moeten daarbij noch de realiteit noch ook de rechtmatigheid van het afwij kende standpunt vergeten wor den". Bij voorkeur dus: geen ver menging van gewetensbeslissing en emotionaliteit. Maar wel een volledig besef van de realiteit. Pater Bar haalde in dit verband een uitspraak aan die in 1977 te Wenen is gedaan door mgr. Casaro- li, toen uiteraard nog geen kardi naal-staatssecretaris. Deze uit spraak kwam eigenlijk hierop neer: de Heilige Stoel doet krach tens haar wezen alles wat in haar vermogen ligt om de vrede te be vorderen, maar zij moet daarbij helaas constateren dat de realiteit is dat er kernwapens bestaan. Zij probeert te beantwoorden aan de noden van de tijd, doch rekent zich niet tot de pacifistische krachten. Aldus ongeveer de uitspraak van mgr. Casaroli. Nu heeft de overheid niet alleen het recht te zorgen voor veiligheid en vrede, het is zelfs haar ethische plicht dit te doen. Dc overheid is geroepen de omstandigheden te scheppen of te bewaren waaronder de burgers hun in vrijheid gekozen staats- of regeringsvorm kunnen beleven. In het CDA-verkiezings- program „Niet bij brood alleen" staat (uitgangspunt 4) dat de parle mentaire democratie van wezenlij ke betekenis is voor het goed func tioneren van de rechtsstaat, en om gekeerd. We horen steeds meer en ook afgelopen zaterdag was dit het ge val van mensen die zeggen dat zij de verantwoordelijkheid voor het hebben van kernwapens niet langer willen dragen. Zij zijn des noods bereid en onder hen bevin den zich full-time politici de parlementaire democratie prijs te geven, zich te vergenoegen met een openbaar leven zoals dat thans bij voorbeeld gestalte heeft gekregen in de DDR, ja zelfs een volledige bezetting te aanvaarden. Alles is naar hun oordeel beter dan te leven onder de dreiging (of „de dicta tuur") van het kernwapen. De theo rie van de afschrikking vinden zij verkeerd omdat zodoende Gods schepping in de waagschaal wordt gesteld en omdat het niet aangaat dapperheid te eisen van een heel volk. (In hoeverre ook het prediken van eenzijdige ontwapening en weerloosheid heroïsche eisen stelt aan de medemens, laat ik nu buiten beschouwing). Het is, dunkt mij, reëel te erkennen dat ook ln de Tweede Kamerfractie van het CDA verschillende opvat tingen leven met betrekking tot de rangschikking van waarden als le ven en vrijheid, vrede en veilig heid. Het geweten van de een schrijft heel iets anders voor dan het geweten van de ander. Men probeert zich niet uitnemender voor te doen dan de ander, maar dat valt geenszins mee. En al deze dilemma's worden daar nog eens aangescherpt en doorkruist door de bijzondere overwegingen die ei gen zijn aan het politieke bedrijf. Het is onder deze omstandigheden een klein mirakel dat fractieleider Lubbers 30 oktober jl. kans heeft gezien al zijn 48 collega's te vereni gen op de vermaarde negen „ver trekpunten". Dat is in ieder geval een stuk verwonderlijker dan het feit dat nu al meer dan één CDA- Kamerlid heeft doen weten uit de boot te vallen. Lubbers zei afgelopen zaterdag dat de eigenlijke vraag misschien wel is: hoe kunnen wij het beste met de Russen onderhandelen? Nu is er sinds de totstandkoming van de „vertrekpunten" zo het een en an der gepasseerd. Na de bijeenkomst van de „Nuclear Planning Group" in Den Haag lijkt de kans groot dat de Bondsrepubliek Duitsland ge zelschap krijgt van drie andere Eu ropese landen die nieuwe kernwa pens op hun grondgebied willen aanvaarden: Groot-Brittannië, Ita lië en België. Dit zou betekenen dat „vertrekpunt 4", volgens hetwelk de besluitvorming in de NAVO wél beperkte produktie mag omvatten doch geen plaatsing, in feite is ach terhaald. Het wapenbeheersingSgesprek met de Sowjet Unie zou dan in tegen stelling tot wat de CDA-fractie wilde geschoeid worden op de leest van produktie én plaatsing. De fractie meende dat aldus het gesprek met Moskou te zwaar zou worden belast. Het is intussen maar de vraag of dit zo is. Als je met een moeilijke partner onder handelt en de Sowjet Unie is niet een van de gemakkelijkste is het voor de atmosfeer beter als je hem kunt belonen voor zijn inschikke lijkheid dan dat je hem moet be straffen voor zijn weerspannig heid. Als de NAVO nu tot produktie en plaatsing besluit, kan ze later, als de Sowjet Unie zich bij de onder handelingen coöperatief betoont, dit besluit in heroverweging ne men en bij voorbeeld het thans voorgenomen aantal van 572 raket ten meer of minder drastisch om laag brengen. Volgt daarentegen „enig besluit tot daadwerkelijke plaatsing" eerst nadat de Sowjet Unie heeft getoond onwillig te zijn, dan krijgt dit automatisch het ka rakter van een bestraffing. Niet alleen zouden de NAVO-regerin- gen doorlopend en formeel com mentaar moeten leveren op het verloop van de besprekingen, maar ook zouden ze daaraan indien hun commentaar negatief uitvalt sancties moeten verbinden in die zin dat ze nieuwe (of meer) kernwa pens opstellen. Indien straks zou blijken dat de „vertrekpunten" het definitieve standpunt van de fractie weerspie gelen, dan kan de reserve die ligt opgesloten in punt 6 (als de onder handelingen binnen twee jaar geen succes opleveren, zal er enig be sluit tot daadwerkelijke plaatsing moeten vallen) vermoedelijk al leen van toepassing zijn voor Ne derland. Oud-minister Van der Stoel heeft zopas nog terecht opge merkt dat er veel van afhangt, hoe nauwkeurig of hoe vaag zo'n even tuele reserve uiteindelijk zal wor den geformuleerd. In ieder geval komt Nederland dan in een won derlijke positie. Terwijl de andere NAVO-landcn premies kunnen stellen op Sowjet inschikkelijk heid (zonder Moskou ooit te hoeven straffen), blijft voor Nederland ten hoogste een actieve rol over en geen benijdenswaardige indien het overleg geen resultaat afwerpt. Ofwel we nemen de gewoonte aan, de voortgang van het overleg met Moskou in beginsel steeds optimis tischer te beoordelen dan onze bondgenoten, of we moeten van onze kant raketten opstellen indien zij van hun kant onvoldoeqde aan leiding zien hun aantallen te ver minderen. Geen omzien naar het verleden dus. maar wel een moment van bezin ning op de politieke Idealen van de Arjos in een tijd waarin politiek pragmatisme en politieke vervlak king overheersen. Geloof en revolutie Het jubileumthema „Geloof en re volutie" is geen toevallige keuze. Het heeft een dubbele betekenis. Enerzijds is het een teruggrijpen op het gedachtengoed van Groen van Prinsterer. de grondlegger van het Antirevolutionaire denken. Anderzijds is het een bezinning op de houding van christenen, die in de derde wereld de kant van de armen kiezen in hun revolutionaire strijd tegen uitbuiting en onderdrukking. Groen van Prinsterer heeft met zijn „Ongeloof en revolutie" nooit de bedoeling gehad om maatschappe lijke veranderingen als onchriste lijk of onbijbels van de hand te wijzen. Hij ontleende aan de bijbel geen conservatieve, reactionaire, absolutistische levens- en wereldbe schouwing. Van socialisten en communisten er kende hij het recht „een maat schappij te verlangen, waardoor aan het ergerlijk en hartverscheu rend contrast van overvloed en ge brek. brooddronkenheid en brode loosheid. genot en Jammer een ein de wordt gemaakt" (in „Grondwets herziening en Eengezindheid De ontwrichting van het sociale le ven schreef hij toe aan de onbeperk te concurrentie en de „bijkans on weerstaanbare invloed der groote kapitalisten" en aan de weerloos heid tegenover de „fabrijkheeren". (in „Ongeloof en revolutie") Groen van Prinsterer was geen handhaver van de bestaande orde. Waar hij zich tegen verzette was tegen de geestesstroming in zijn da gen, die voortkwam uit opstand te gen God en Zijn geboden en belof ten. Tegen „ni Dieu, ni Maitre". Tegen de menselijke zelfverheffing van het verlichtingsdenken. Onze huidige samenleving draagt daar met zijn vooruitgangs- en groeigeloof zeker nog de sporen van. In onze cultuur overheerst het denken in termen van geld. tech niek en macht. Men heeft zijn hoop gevestigd op en zekerheid gezocht bij de economie, de welvaart, de techniek, de wetenschap en de wa pens. Het vooruitgangsgeloof is be ter aangeslagen dan het geloof in Jezus Christus, die mensen en sa menlevingen wil bevrijden uit machten, die het menszijn naar Zijn bedoeling in de weg staan. De zogenaamde zekerheden, waar bij de westerse mens zijn veiligheid zocht blijken schijnzekerheden te zijn. Met het stimuleren van de groei-economie wordt de werkloos heid niet opgelost; met nog meer (kern(wapens voelen we ons niet veiliger maar juist nog meer be dreigd. Politiek vanuit het Evange lie gaat in tegen het denken in ter men van dit soort schijnzeker heden. Het geloof in Jezus Christus en de verwachting van het Koninkrijk Oods inspireert tot een vernieuwing van de samenleving, opdat niet de macht van de rijken maar het recht der armen, niet onze veiligheid maar mondiale gerechtigheid en verzoening van de volkeren, niet. economische en technologische vooruitgang maar het verantwoord rentmeesterschap over de schep ping richtinggevend zijn. Voorwaarde voor zo'n politiek is dat de Evangelische boodschap (aanH gehoord en verstaan moet worden. De Arjos heeft zich altijd beijverd voor het onverkort vasthouden aan het Evangelie als uitgangspunt voor het politiek handelen in het CDA. Over de gekozen oplossing in de „grondslagkwestie" door de aan spreekbaarheid op de politieke overtuiging centraal te stellen blij ven de nodige twijfels bestaan. Die twijfels worden bepaald niet weggenomen door de wijze waarop de recente discussies over de kern bewapening in het CDA worden ge voerd. Zo er ergens reden is om in het licht van het Evangelie de juiste weg te zoeken dan is het wel bij dit vraagstuk. Wanneer een CDA-rap- port daarin tekortschiet, dan is het niet alleen gewenst maar zelfs nood zakelijk orn dat elkaar voor te hou den. Wie dat afdoet met de opmer king dat „we elkaar niet met de bijbel om de oren moeten slaan omdat er in de geschiedenis van het christendom al zoveel onrecht is gebeurd in naam van de bijbel gaat voorbij aan de ernst van de situatie. Trouwens, moet Je maar minder naar de bijbel teruggrijpen omdat christenen die in het verleden op een verkeerde manier gebruikt heb ben? Dat is Juist een reden te meer om beter naar de bijbelse bood schap te luisteren. Als we dat niet meer mogen of willen doen dan ligt de bijl aan de wortel van de christen democratische politiek. Klaas de Vries is voorzitter van de (jubilerende) Arjos.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1979 | | pagina 17