i.mateurs maken boeken iinder krampachtig ingaan met historie Het moeilijke vak van koning VAN DE WETERING: DE MAN VAN MOORD EN MEDITATIE. PREDIKER. KOHELETH DIE STAAT IN HET BESTE VAN DEZE MAAND. WetBeste >ir «jrenigd in Stichting drukwerk in de marge ecclesiastes Der Prcöigcr l-ecclésiaste tfgoed van Nederland': mooi geschiedenisboek HET BESTE. HET ENIGE FAMILIEBLAD DATJE NIET WEGGOOIT. AG 23 NOVEMBER 1979 BOEKEN TROUW/KWARTET 11 «k een onzer verslaggevers mi TERDAM De jaar- ejy produktie van nieuwe ls Indrukwekkend, 'an getuigen kranten idschrilten met de regel- van de klok. Minder nd, maar ook wel een e indrukwekkend, is itê Irukwerk dat in de pri- *i ter (vaak als hobby) djt geproduceerd. Want irschijnen in Nederland mi wat boekjes met ge- tejmerde oplagen van en- tientallen exemplaren i wat meer, soms ook er), die gemaakt wor- loor hobbyisten en idea- i die over eigen appara- beschikken. Deze druk- hebben zich vijf Jaar e len verenigd in de hting drukwerk in de Deze stichting gaat eerste lustrumjaar in. air gezegd een „club" van pri- kkers, mensen die van het >ersvak houden. Zij hebben j)ude, door de druktechnische bi jcelingen achterhaalde appa- in bedrijf, en liefhebberen e op het grensgebied van rafie en kunst. Onder die "Tlnale drukkers" zijn inder- kunstenaars, maar ook veel in die gewoon mooi drukwerk 0f maken, zonder daaraan pre- te willen verbinden. e laatsten behoort Huib van en, bestuurslid van de stich- van huis uit boekverzorger, Jn zijn vrije tijd drukker vol- ^1 e oude, beproefde methoden. buanten van de „Stichting 'Sf erk in de marg", zo vertelt hij. asjen concurrenten van de grafi- idustrie. Daar heeft die indus- tuwens zelf voor gezorgd. Van, nBr is dé grafische wereld een 'eI emetseld wereldje geweest, eigen belangen nauwkeurig oog hield en er angstvallig vaakte dat afgedankte druk- in handen kwamen van men ie daarmee (oneerlijke) con- tie konden bedrijven. Zo ken- n in deze grafische wereld het ïachinebesluit", dat naar zijn king voorkwam dat bruikba- ikpersen op de tweedehands terechtkwamen. Er beston- ijsten van onverhandelbare nes, die nauwkeurig werden ouden. Drukkers mochten tachines alleen echt afschaf- >or ze te verschroten, waarbij toeslag konden krijgen uit En overigens, mijn zoon, wees gewaarschuwd; er is geen einde aan het maken van veel boe ken en veel doorvorsen is afmatting voor het lichaam. (12:12) imn •w TWI nam tmn ïtiibïs nain anbi pp w iftnp 51^3 raMP And further, by these, my son, UnOQbtrOcm alien, mctn Du reste, mon fils, tire instruction be admonishedof making many books there is no end; and much study is a weariness of the flesh. (izuz) Sohn, laee Oich roarncn,- öcnn bee pielen Bflchtr- machene iet htln Cnbe, unb otrl Stubieren macht ben Lelb mflbt. [is:is| de ces choses; on ne finiriit pas, si Ton voulait, faire un grand nombre de livres, et beaucoup d'étude est une fatigue pour le corps. [12:14) Albcrtus. Baskerville, Bcmbo, Bod on i, Rosart, Sistina, WallauHebreeuws van Carole. Blauwe Maandag Pers, 200 exemplaren, iQgmra I77t. Een fnuii stok privé-drukwerk van Huib van Krimpen, dat voor zichielf spreekt. het z.g. „machinefonds". Op deze manier was het in de oude, met lood werkende grafische Industrie vrij wel onmogelijk het kartel te door breken en onder de afgesproken marktprijzen drukwerk te fabrice ren. De drukkers hadden hun eigen wereld deugdelijk beveiligd, maar behalve dat dat wellicht in strijd was met het verdrag van Rome, was er nog een andere schaduwzijde aan die regelingen. Want door het con sequent verschroten van oude zet- en drukmachines, ruimde men ook de prachtigste erfstukken van de grafische industrie op. Alle antikwi- teiten verdwenen de uitzonderin gen daargelaten onder de slopers hamer. Pas in het begin van de jaren zeventig, toen de revolutie in de druktechniek explosief voort ging, en toen de oude boekdrukmet hoden werden vervangen door nieu we offset-technieken, werd de ma chine-politiek wat minder principi eel gehanteerd. Er kwam toen ook een fusie tot stand tussen de grafi sche organisaties en de Offsetbond. Langs kruip- en sluipwegen konden de liefhebbers toen drukpersen op de kop tikken (portemonnee klaar- houden natuurlijk), maar het spreekt vanzelf dat het aanbod van machines toen reeds schaars was, en dat de prijs van die „overgelever de apparatuur" in de toekomst, als het aantal liefhebbers groeit, wel eens hoog kan oplopen. De aloude angst voor de „ama teurs", die de „eerlijke drukkers" het brood uit de mond zouden sto ten. ls trouwens ook nu nog niet verdwenen. Maar de contribuanten van de Stichting drukwerk tn de marge geven geen aanleiding tot die angst, want zij werken strikt zonder winstoogmerk. Uit hun kringen komt prachtig grafisch werk voort, soms bijzonder aantrekkelijke boekjes, maar in miniem kleine op lagen. Eén van die privé-drukkers is bijvoorbeeld Oer Kleis, Neerlandi cus. verbonden aan het Barlaeus- gymnaslum te Amsterdam. HIJ ver vaardigt Juweeltjes van boekjes. Op de plaats waar men de naam van de uitgever verwacht, staat „Sub signo libelll" (Onder het teken van het boek). Voor dergelijke hulsvlljt- werkjes moet de liefhebber, alleen al om de werkelijke kosten te dek ken, een' fiks prijsje neertellen, maar dan heeft men een per defini tie zeldzaam drukwerkje ln huls, dat vervaardigd werd met de pijnlij ke nauwgezetheid van een man die van het vak houdt. De 8tichting, zo vertelt Huib vah Krimpen, is destijds van de grond gekomen op initiatief van dr. E. Braches, destijds conservator van het Museum Meermanno-Westree- nianum, Museum van het Boek in Den Haag, en thans bibliothecaris van de universiteitsbibliotheek van Amsterdam. Braches bleef zelf ove rigens op eigen verzoek bulten het bestuur. Sedert de oprichting van de Stichting is het voorzitter schap in handen van Emile Puett- mann. De Stichting is in de eerste vijf Jaren redelijk hard gegroeid: van een kleine vijftig contribuan ten, tot driehonderd thans. Van die driehonderd contribuanten zijn naar schatting zo'n tachtig privé- drukkers actief. Zij vervaardigen ook een eigen bibliografie, want of ficieel bestaan de boekwerkjes na tuurlijk niet. De Stichting bundelt niet alleen enthousiaste (amateur)drukkers, maar beheert ln feite ook een ma chinepark, dat op deze manier aan de schroothoop ontkomt. Er zijn dan ook verbindingen tussen de Stichting en het Grafisch museum in oprichting, dat net zoals bij ande re musea vaak gebeurde, moeite heeft met het vinden van passende opslag- en expositieruimte. Maar het begin (van het museum) ls er. De Stichting drukwerk in de marge heeft onder haar contribuanten veel mensen die zichzelf het drukkers vak hebben geleerd, en die dus niet uit het vak afkomstig zijn. Zo is er een notaris, die in zijn vrije tijd drukker ls. verder een hoogleraar ln ruste, een socioloog die als ambte naar bij buitenlandse zaken werkt en een schilder en graficus. Een enkeling drukt uitsluitend eigen teksten. Niet omdat de eigen penne- vruchten zo onvervangbaar worden geacht, maar omdat deze mensen er behoefte aan hebben een soort „to taal kunstwerk" te maken, en dus alle onderdelen, ook het schrijven van de teksten, in eigen hand hou den. Maar de meeste drukkers wer ken met teksten van derden. Onder die mensen die alles ln eigen hand houden, is bijvoorbeeld Jana Bera- novi, de van origine Tsjechoslo- waakse dichteres en vertaalster, die onder meer poézle-kaarten maakte voor „Poetry International". De Stichting treedt van tijd tot tijd naar bulten, of is vertegenwoordigd op manifestaties. Dat laatste ge beurde b.v. op het „8mall press fes tival" in Utrecht, dat gehouden werd op initiatief van Wouter Kot- te, conservator van het Centrum voor modeme kunst in Utrecht. En de Stichting presenteerde zichzelf bijvoorbeeld onlangs in Arti et Ami ct tiae ln Den Haag, waar een expo sitie van privé-drukwerk was inge richt, en waar ook een markt was waarop veel drukwerk (globaal te gen kostprijs) ls verkocht. In totaal waren ln Arti vijftig persen of bij de 8tlchtlng aangesloten „marginale" uitgeverijen vertegenwoordigd. Die kleine uitgeverijen vormen in de Stichting een anders geaarde groep dan de drukkers. Die uitgeverijtjes worden door de drukkers wel eens gekscherend de „stenclllers" ge noemd. maar dat ls vriendelijk ge meenzaam bedoeld. Bij die „margi nale" uitgeverijtjes gaat het dus niet in de eerste plaats om het grafi sche produkt, maar om de Inhoud van literair werk dat bij de grote uitgevers geen kans maakt. Deze uitgeverijen, waarvan Horus in Den Haag er een is, zijn wel degelijk uit op een brede erkenning. Zij streven naar een doorbraak naar de „grote markt", en leveren binnen de Stich ting dan ook de hoogste oplagen, soms tot duizend of meer exempla ren toe. De eerstkomende gelegenheid waarop de Stichting aan de weg timmert, zal zijn op een manifesta tie van de educatieve dienst van het Gemeente Museum ln Den Haag. Dat zal zijn op zondag 25 november a s. in de middaguren (13.00 - 16.30 u) Dan zal er een demonstratie- en verkoopmiddag zijn. Vermoedelijk zullen de demonstraties betrekking hebben op boekdruk, zeefdruk, handboekblnden en papiermar meren. W. F. Stafleu kan waarlijk niet staan- iuden dat er zo weinig ilen zijn om zich in de edenis te verdiepen, e boek volgt het ande- het een nog royaler itreerd dan het andere. stad die er maar even Wans toe ziet, viert een feest en verbindt er er mankeren een histo- optocht en tentoon- ing aan. De televisie geeft en herhaalt een serie zonder-ophouden over het verhaal van 58 miljoen Ne derlanders. Over de oorlog en haar nasleep zijn wij nog in geen jaren uitgepraat. Toch klagen historici dat de ver- bondenheid van heden en verleden in andere landen groter is dan ln het onze. Waarom - vroeg prol. dr. A. F. Manning dezer dagen bij de pre sentatie van Erfgoed van Neder land kijkt onze generatie neer op de verzuilde samenleving als op een allesbehalve verlichte situatie waarover we ons behoren te scha- i»l vu ui I MUX S ut' III I l'l Mill \M> uMltlcn pl.i.il- in do I.I.I» tic tlv,pri,»»k' tan ivriiairol'.mk lu'i |>intl llicriiiiii«l Ion tan f mhli'i Iumiicd» i.U-.K.II.V.IlMtkllMll Klv-li'Uii v.n IVcin-»- jnluii li ipcnlikhiimi- Suli.i Ik ii.II,I,, brief Imlcrcn. tin- in o'n pl.iiiticnhui ••pi!», vk'ii H ipcnliiclii- Hl|M«'mi«rvh In ixjs jiilapivt/k'liU* uil. nrnlukiccn |i"i" en enorm «u .mi l vnMwhdtnfi. •f liitl/aamhcitl H i I H IlotiT men? Waarom lijkt zingen over Piet Rein bedenkelijk en zijn de Oostin- jevaarders géén lieden met wie Je voor de dag kan komen? En Man ning vervolgde: „Prees een vorige generatie Van Heutsz en zijn man schappen omdat die orde schiepen in Atjeh, thans loopt iemand die alleen maar historisch begrip voor de situatie en toenmalige omstan digheden vraagt, het risico te wor den uitgemaakt voor een fascist. Beletten onze actuele opvattingen, maatstaven en vooroordelen ons een historisch verstaan? Waarom verdringen we in plaats van te be grijpen? Waarom zijn bijvoorbeeld uit een aantal kerken zelfs de ge denkplaten verwijderd van de mili tairen die in 1947 en 1948 in Indiè zijn gesneuveld?" Krampachtig Hoe dat zij, Manning is de enige niet die klaagt over onze nationale krampachtigheid in het omgaan met het verleden. Dat leidt bij aller lei gelegenheid tot de haast ver plichte opmerking dat we vooral niet chauvinistisch moeten zijn, en nationale zelfoverschatting moeten vermijden. En dat is ook zo, natuur lijk. Wie zich rekenschap geeft van het verleden, komt immers mooie en minder mooie dingen tegen. In Erfgoed van Nederland heeft men echt wel zijn best gedaan, bei de kanten van onze geschiedenis goed en kwaad tot hun recht te laten komen. Toch, in de overvloe dige (en schitterend uitgevoerde) il lustratie overweegt de vriendelijk heid, de gematigdheid, het fraaie van museum en monument. Van ons erfgoed is, zeker van vrpeger eeuwen, uiteraard vooral het scho ne overgebleven, en dat tóónt. En naarmate het boek vordert, worden de beelden wel realistischer, doch zelden rauw. Erfgoed van Neder land is dan ook vooral een móói boek. Pas als je de tekst gaat lezen, de tientallen korte schetsen (elk nauwelijks twee bladzijden groot), merk je dat hier toch een respecta bel aantal vakmensen nuchter en relativerend aan het werk geweest ls, opnieuw het bewijs leverend dat veel historici echte vertellers zijn, en met behoud van hun weten schappelijke integriteit weten te populariseren. Want dit ls een boek voor gewone mensen; ieder die een beetje belangstelling heeft, kan het lezen. En Ik moet zeggen dat de opzet van het boek een hechte eenheid van tekst, Illustratie en op maak, levendig en toch niet onrus tig die leesbaarheid vergroot. Dagelijks leven Op deze manier wordt voldaan aan de taak die men zich had gesteld: de grote gebeurtenissen te plaatsen te gen de achtergrond van het dage lijks leven, waarbij de illustraties de weg wijzen naar de plaatsen waar het verleden nog met de handen is aan te raken. Dat doet trouwens ook een apart onderdeel van het boek. dat per gemeente informatie geeft over plaatselijke geschiedenis en historische bezienswaardighe den. En voor verdere oriëntatie is er een uitvoerige literatuuropgave. Er zijn meer dan 35 auteurs, in het redactieteam zaten behalve prof. Manning, prof. dr. P. W. Klein. drs. A. H. Paape, dr. R. L. Schuursma en drs. P. R. A. van Iddekinge, maar wie precies wat schreef, blijft in het duister. Het boek begint als ons land niet meer is dan een schaars bewoonde landtong aan de westkust van Euro pa's continent, en is „bij" tot de affaires met Aantjes en Luns, en de vermelding van de 650 actiegroe pen die zich aan het eind van de jaren zeventig om het milieu be kommeren. En in die tijdspanne van vele eeuwen „onze" grote daden en kleine mensen, roem en ramp, kasteel en krot. Inderdaad, chauvi nisme hoeft niet, en we zijn maar een klein landje. Maar een beetje meer aandacht voor, kennis van en verbondenheid met het verleden, zou ons volk niet misstaan. Dit boek is daartoe een goed middel. Erfgoed van Nederland. Uitgave Reader's Digest. Amsterdam, 428 pagina's. 700 foto's, prijs 85. RÉHi *#*•*- f Mfémfi Om meer dan één reden is de blo grafie van prof. dr. Jacques Wiile- quet over koning Albert I (1875- 1934) lezenswaard. Het boek bevat originele beschouwingen over de betekenis van de monarchie; het toont gedetailleerd en gedocumen teerd aan, hoe deze koning der Bel gen zijn functie waarmaakte; het geeft ook een waardevolle bijdrage tot de kennis van de tijd in en om de eerste wereldoorlog. En soms leest het als een roman. Wlllequet (die hoogleraar ls ln Brus sel) beschrijft de koning niet slechts ln zijn werk binnen de grenzen van grondwet en democratie, maar vooral als de man die zijn plaats zag boven, en dus buiten, het volk. Zelf zei Albert: „Ik ben geen echte Belg. Ik behoor tot een buitenlands vor stenhuis dat de eed heeft afgelegd om het volk dat dit huls heeft geroe pen, te verdedigen en te bescher men." Albert dus als lid van een Europese aristocratie, die vrij bleef van de nationalistische zienswijze, door de auteur genoemd „die collec tieve geestesziekte die ln de negen tiende eeuw een uitvinding van de bourgeoisie was voordat ze (blinde lings) werd overgenomen door het proletariaat en ontaardde." Dat is dus heel wat meer dan de monar chie als „symbool van nationale eenheid." De verantwoordelijkheid voor be scherming en verdediging kon Al- Elia William Stephens heeft een boek geschreven over de profeet Elia en zich zo nauwkeurig mogelijk gehou den aan de teksten van de bijbel. Dat lijkt een voordeel, maar heeft ook het nadeel dat de cultuurkioof tussen toen en nu nog eens extra wordt aangezet. Bovendien heeft de auteur de heidense godsdiensten te primitief te louche en te dom afge schilderd. Daardoor krijgt de mo derne lezer geen kans tot identifica tie en komt hij niet op het idee dat afgodendienst destijds even aan trekkelijk en verleidelijk was als nu. Op die manier gaat de actualiteit van de bijbeltekst geheel verloren. William H. Stephens: De mantel van Elia. Ultg. Novapres, Laren. Omvang 265 paf. Prijs 19,90. bert tegen wil en dank. want hij haatte de oorlog ten volle tonen als opperbevelhebber van het Belgi sche leger toen de Duitsers Belgiës vurig beleden neutraliteit schon den. Maar ook na de oorlog leidde dat aan de eed gebonden plichtsbe sef tot een kritisch en actief volgen van ontwikkelingen ln sociale, eco nomische en culturele aangelegen heden: noem de taalstrijd, noem het opkomend socialisme. Albert was geen groot liefhebber van de demo cratie, maar die vormde voor hem wel een spelregel. En als aristocraat ging de verbetering van het lot van de gewone mensen hem ter harte. Even aristocratisch is zijn kritiek op de burgerlijke regeringen, die hij ervan verdenkt, de oorlog ln stand te willen houden. Zo stonden vol gens Willequet de Belgische vorsten „boven en bulten de partijen, als behoedzame dienaren van de ge meenschap en niet als leiders van een gekozen meerderheid" en „heb ben zij altijd veel zorg gedragen voor de bescherming van de min derheid tegen de overmoed van vaak kortstondige overwinnaars". Genoeg om het belang van dit met verve en emotie (en kennelijke sym pathie voor deze koning) geschre ven boek te accentueren. De emo tionaliteit speelt Wlllequet wel eens parten, bijv. als hij op blz. 85 de strijd om de reformatie ln de zes tiende eeuw smalend afdoet als een strijd om de vraag of men 'ln de kerk wijn moest drinken of brood moest eten'. Het vak van koning is moeilijk, ze ker in een tijd var» grote sociale, geestelijke en politieke verschuivin gen. Dat heeft Albert ondervonden; in Nederland ligt het niet anders. Wanneer zal er eens een echte bio grafie over koningin Wilhelmlna verschijnen? W.FJ». Albert I, koning der Belgen, door prof. dr. Jacques Willequet. Uitga ve Elsevier, 212 bis., 39,50. Het Beste van december is nu overal verkrijgbaar. Ruim 200 pagina's verrassend vol variatie, voor slechts f 3,85. Met onder andere een Amerikaan over "onze" Janwillem van de Wetering en zijn Grijpstra en De Gier. En verder: Bescherming te huur, de opkomst van de nep- agent En: Speelgoed kiezen is een kunst En: Waar zal de volgende aardbeving toeslaan? En: Oxfordstreet, het Londense winkelparadijs. En: De Blauwe Engelen van de Mont Blanc. En: Hoe eerlijk bent u? En: Blijf fit terwijl u zit Plus vaste rubrieken als Lachen is gezond, Verrijk uw woordenschat Stof tot nadenken en natuurlijk ook weer een boek in een notedop: de avonturen van een Australiër in Laos. Dat en nog veel meer maakt Het Beste van deze maand weer volop het bewaren waard. A X .«Reader'sDigest JL JL Reader's Digest

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1979 | | pagina 11