'wijfel aan nut van verkeerscontroles
eelzijdige kijk
p de renaissance
VOLGENS DE ilOIOGIEBOEKJESZIJN DE
1 OERWOUDEN ROND DE AMAZONE DE LONGEN VAN DE MENSHEID.
DE KRANT WEET HOE LANG NOG.
Politie zoekt naar nieuwe
vorm van toezicht
:ob de Gheyn II als
jresentant van zijn tijd
I
ERDAG 22 NOVEMBER 1979
TROUW/KWARTET
jkt erop dat de cijfers niet meer vermo-
te verontrusten. Haast onverschillig
eren we ze elk jaar weer: zo'n 2500
erdoden, 60 000 geregistreerde gewon-
ian wie er 20.000 in ziekenhuizen terecht
pi. Geweldige aantallen, die nog meer
Ut krijgen als men de rekensom over tien
jaar opmaakt: globaal 25.000 doden en 200.000
in ziekenhuizen opgenomen gewonden.
Als men uitgaat van een relatiekring (gezin,
familie) van één op vier, ontstaat het trieste
beeld, dat 100.000 mensen treurden en nog
treuren over een verkeersdode en dat 800.000
mensen in hun kring worden herinnerd aan of
geconfronteerd met een gewonde, die slacht
offer werd van het verkeer.
Moeten we daarin maar berusten of valt er wat
te doen? De politie hoopt het laatste en be
reidt een nieuwe vorm van verkeerscontrole
voor.
ck Ringlever
fcle jaren vormt het verkeersprobleem onderwerp van
es, studies, acties. Nieuwe wetsregels rolden haast van
nde band. De politie voerde thema-acties in en trad
ird op.
resultaten? Uit de cijfers
I ze niet. De Nederlandse weg
|even onveilig gebleven te zijn
bruiker, in de wetenschap
i dat hij „gepakt" wordt
i half procent is. lijkt nog
tchillig tegenover politie-
jen. En de politie zélf is er
b moedeloos door geworden,
[aar leverde massaal optreden
wat effect, doch dat was
maar tijdelijk.
politie was dat reden zich af
f men wel op de goede weg
f men mede met het oog op
g steeds bestaande tekort aan
niet doelmatiger toezicht
verkeer zou kunnen houden.
geleden kwam de centrale
verkeerscommissie met een
waarin het begrip „gericht
s toezicht" werd geïntrodu-
Vorige week werd daarover op
Ingres van de commissie in
uitgebreid gediscussieërd.
lleen door verkeersdeskundi-
de politie, ook door vertegen-
gers van het openbaar minis-
i bestuurlijke organen. Want,
de commissie al eerder vastge-
tonder een hechte samenwer-
issen die drie sectoren zal het
mogelijk zijn doeltreffend
ilen te nemen.
cht
dat. „gericht verkeerstoe-
Volgens de commissie: „toe-
pgestemd naar tijd, plaats en
gedragingen op het
ongevallenbeeld, daarbij
rekening houdend met domi-
I ongevallenoorzaken en op
ingen, die de doorstroming
leren."
voeren gedachte. Als blijkt dat bij
een bepaalde voorrangskruising re
gelmatig het stopgebod wordt gene
geerd en daardoor op die plaats op
merkelijk veel aanrijdingen voorko
men. wél, zet er een paar politieman
nen neer, laat ze ferme bonnen uitde
len en in de toekomst zél er gestopt
worden. Maar zo eenvoudig ligt de
zaak niet. zo bleek op het politiecon-
gres.
Onderzoeken
Ter illustratie haalde drs. C. van der
Vijver van de afdeling ondeizoek en
ontwikkeling van de directie politie
op het ministerie van binnenlandse
zaken een paar buitenlandse onder
zoeken aan. Onder meer dat van een
paar jaar terug in Kansas City. In
deze stad werd in een aantal wijken
de preventieve surveillance tot vier
maal de gebruikelijke sterkte opge
voerd, terwijl in een aantal andere
wijken de surveillance geheel achter
wege werd gelaten.
Resultaat na een jaar werken: het
was niet mogelijk om ook maar enig
effect aan te tonen. Conclusie: meer
controle hoeft niet per definitie te
leiden tot beïnvloeding van het aan
tal verkeersongevallen.
Ook een werkgroep van de Europese
Organisatie voor Economische Sa
menwerking en Ontwikkeling boog
zich over het probleem, en produceer
de 238 studies van acties, die gericht
waren op stereotiepe overtredingen.
De conclusies waren vrijwel gelijklui
dend. Wél leidden de acties tot een
tijdelijke vermindering van het aan
tal overtredingen, maar later vervie
len de meeste weggebruikers toch
weer in dezelfde fouten.
aid komt dat erop neer, dat
e meer controles wil op plaat-
r zich veel bepaalde ongeluk-
brdoen en waar door fout weg-
I stagnaties optreden.
Zelfs een constante 24-uurs-controle
met radar op een vast punt heeft
volgens Van der Vijver maar een be
perkt effect. Ter plaatse zal het aan
tal overtredingen afnemen, maar
eerste gezicht een voor de beïnvloeding van het algemene ver-
;ende en vrij eenvoudig uit te keersgedrag bereik je er nauwelijks
Verkeerscontroles: hebben ze nog zin?
mee. De maatschappelijke werkelijk
heid is ingewikkelder. De mens richt
zich in zijn verkeersgedrag minder
naar voorschriften dan naar wat hij
of zij voor gerechtvaardigd houdt.
Systematisch
Dan die gerichte controle maar bij
voorbaat over boord gooien? Nee,
vindt Van der Vijver. Hoewel hij van
een eerstvolgende energiecrisis meer
heil verwacht voor de verkeersveilig
heid, is hij er voorstander van, dat in
ieder geval met experimenten moet
worden doorgegaan. Maar dan zal
zeer systematisch te werk moeten
worden gegaan.
Volgens Van der Vijver zal de politie
daarbij in de praktijk nog op een
groot aantal problemen stuiten. Een
belangrijke moeilijkheid noemt hij
het bepalen van de werkelijke oor
zaak van een ongeluk.
Nü wordt veelal alleen uitgegaan van
de juridische kant. Maar die hoeft
lang niet altijd samen te vallen met
de feitelijke ooizaak. Onoplettend
heid, onjuiste schatting van de situa
tie of onbekendheid daarmee, het
even afgeleid zijn. het kwijt moeten
van agressie, het kunnen allemaal
mede-veroorzakers van ongevallen
zijn. Dat soort elementen zal dus
eveneens in de proefprojecten moe
ten worden betrokken. Evenals trou
wens bij voorbeeld de kwaliteit van
de weg. Van der Vijver gaat er van uit,
dat als je de snelheidsgrens op hon
derd kilometer stelt, je ook geen we
gen moet bouwen waarop je gemak
kelijk sneller kan rijden.
Registratie
Bij de registratie van ongelukken is
XE Prins Willem van Oranje de Zwijger moet een Engelse afgezant eens hebben
sterd door zich te vertonen in een wambuis met open kraag in plaats van met deftig
:1, stijf lijf en geplooide wiite kraag, het kenmerk der edelen. De prins en zijn broers
ikten het geld liever om troepen te onderhouden dan om een grote staat te voeren.
ij kwam dat de Nederlanders de Spaanse mode niet uitbundig volgden, omdat ze er
j- ik bezwaren tegen hadden, er te nuchter voor waren of er het geld niet voor hadden, en
misschien wel om alle drie redenen tegelijk.
kleurig, met soms rond de voet van de
vaas vogels, reptielen en insecten,
waren in die tijd erg in trek. uiteraard
vooral bij de welgestelden. De vor
sten legden uitgebreide kunstkamers
aan en zo kocht keizer Rudolf II voor
zijn veel bewonderde Praagse verza
meling een boekje aan, waarin Jacob
de Gheyn vele bloempjes en beestjes
zeer knap en precieus had weergege
ven. Ook aan deze kant van zijn werk
zaamheden wordt in het Provincie
huis in Zwolle aandacht geschonken
lanse mode was overigens be-
ingetogener dan de Italiaan-
veelderig èn wuft was. Manne-
haamsdelen mochten wel wor-
II accentueerd als manifestatie
11 acht. fierheid en mannelijk-
liaar de vrouwen werden, hoe-
inkerig, aangekleed als kegels,
behalve 't gelaat, een mini-
Jukje van de hals en de handen
tot taboe was, zelfs het tonen
voet gold als onzedelijk,
n sommigen zich al op die
uitdossen, het „gewone" volk
geval niet. Het volk in het
jen droeg ongecompliceerde,
e kleding, waarin het zijn werk
jen en waarmee het uit de voe-
de renaissance in Nederland. Kunste
naars dienen de mensen niet alleen
met hun schoonheid (als we dat
woord nog eens mogen gebruiken!
maar ze leveren ook een tijdsbeeld
(de een meer, de ander minder). Jacob
de Gheyn behoort tot de categorie,
die dat in sterke mate heeft gedaan
De man was schilder, tekenaar en
graveur; op de tentoonstelling is
vooral grafiek aanwezig
le is een van de aspecten van
j-Jteressante periode in de ge-
1 nis van Nederland waaraan in
i vinciehuis van Overijssel aan-
P Wordt gegeven. Een periode.
>vergang vormt tussen de Mid
den en de Nieuwe Tijd. De
V ®n'ce, zoals deze cultuurfase
l wordt genoemd. Een belang-
1 iresentant van de renaissance
•I kunstenaar Jacob de Gheyn
:enoemd omdat zijn vad^r en
v| on, die ook Jacob heetten,
'■"ns beeldende kunstenaars wa-
icob II werd 't meest bekend.
da Jacob de Gheyn dat men in
een weliswaar beperkt maar
overzichtelijk beeld geeft van
Maurits
Jacob de Gheyn was een leerling van
Hendrick Goltzius. Hij werd in Ant
werpen geboren, welke stad hij ver
liet nadat het Spaanse bewind er was
hersteld. Na Haarlem en Amsterdam
vestigde hij zich in Den Haag. Jacob
de Gheyn was daar als tuinarchitect
in dienst van prins Maurits. Hij ont
wierp voor prins Maurits ook „Wa-
penhandelinghe van Roers, Musquet-
ten ende Spiesen". Een plaatwerk dat
gebruikt werd bij het trainen van het
leger en dat de krijgstechniek van
prins Maurits wereldberoemd
maakte.
In 1606 bezocht Maria de Medici, de
vrouw van koning Hendrik IV van
Frankrijk, Nederland. De Staten-Ge-
neraal schonken haar toen een door
Jacob de Gheyn geschilderd bloem-
stilleven. waarvoor hij liefst zeshon
derd gulden ontving. Ook in dat gen
re genoot hij vermaardheid. Dergelij
ke boeketten, waarbij de bloemen
stijfjes maar overigens prachtig ge
componeerd werden, barok en uiterst
Evenals anderen in die tijd werkte
ook hij nogal eens met symbolen en
allegorieën. Een aantal representatie
ve figuren uit de periode tussen re
naissance en Nieuwe Tijd. waarvan
Jacob de Gheyn niet alleen tijdge
noot was maar waarvan hij sommi
gen ook persoonlijk kende, passeren
de revue. De veelzijdige Dirck Vol-
kertsz Coomhert, strijder voor de ver
draagzaamheid, die de kerkelijke lei
ders voorhield dat het woord ketterij
in de Heilige Schrift niet voorkomt.
Marnix van Sint Aldegonde, staats
man en letterkundige, edelman en
calvinist, de waarschijnlijke dichter
van het Wilhelmus. Carel van Man-
der, de schilder-dichter van doopsge
zinden huize, die streefde naar een
synthese tussen twee volgens velen
tegengestelde zaken als op de toe
komst gerichte verinnerlijking en
meer aan de aarde gebonden schoon
heid
Processen
Verder zien we lijnen naar allerlei
Uit de collecties van het Rijksmu
seum Amsterdam komt dit postuum
portret van Philips van Marnix van
St. Aldegonde uit 1599.
ontwikkelingen, naar allerlei proces
sen, zowel op sociaal-economisch en
wetenschappelijk gebied als op dat
van staatkunde en religie Wat de
religie betreft, is niet alleen gedacht
aan de strijd tussen rooms-katholicis-
me en protestantisme, maar ook aan
de komst van de Joden in Nederland.
Ooit geweten dat er einde 16de eeuw
een jiddische versie (de Joden, bij
voorbeeld in Duitsland, steunden
Oranje financieel in zijn vrijheids
strijd) tot stand kwam van het Wil
helmus? Het bekende zesde couplet,
bij voorbeeld, luidt dan als volgt
Mein schilt un meln vartrauen
bistu, o God mein her,
uf dich so wil ich bauen,
verlos mich nümer mer;
das ich doch from mag bleiben.
dir dinen zu aler stunt.
di tiraney vartrelben,
die haben mein herz varwunt.
Ondernemingsgeest
Sociaal-economisch ziet men dat de
mens uit de renaissance het verlan
gen heeft tot prestaties te komen,
iemand te zijn. De particuliere onder
nemingsgeest ontwaakt. Het gildewe-
zen dient zich aan. Men komt met
vernieuwingen (innovatie zou men nu
zeggen) Simon Stevin introduceert
het dubbelboekhouden, de grote Ca-
rolus Cluslus, hoogleraar te Lelden,
de man van de Hortus Botanicus,
voert de aardappel en de tulp ln en
zeevaarders brengen de koffieboon
mee uit Arabische landen, die in Am
sterdam ln kassen tot een kwalitelts-
produkt wordt ontwikkeld waarna
deze overgeplant wordt naar de Ne-
derlandsindische eilanden.
Ten slotte, waarom deze tentoonstel
ling in Zwolle? Niet allereerst omdat
Jacob de Gheyn H 350 jaar geleden
stierf, maar omdat men het gevoel
had een verzuim te moeten goedma
ken. Het is een wat verlate herden
king van de Unie van Utrecht. Daar
heeft men vorig Jaar nauwelijks wat
aan kunnen doen omdat men toen
het feit heeft gevierd (met een exposi
tie en een boek) dat 400 Jaar geleden
de Staten van Overijssel voor het
eerst officieel bijeenkwamen De re
naissancist Jacob de Gheyn II is een
voortreffelijk Intermediair om een
Eveneens uitgeleend door bet Rijks
museum in Amsterdam is deze voor
stelling van een „musquettier". Het
is een voorbeeld van een wapenhan
deling uit het boek Wapenhandelin-
ghe van Roers Musquetten ende
Spietsen: Achtervolghende de ordre
van syn Exellentie MauriU Prince
van Oranghe (1608).
veelzijdige kijk op die tijd te geven.
Behalve die functie ls zijn oeuvre ook
op zichzelf van voldoende gewicht om
een dergelijke tentoonstelling te
rechtvaardigen.
Tot en met 20 december, maandag
tot en met vrijdag van 9 tot 17.30 uur.
lac. Lelsz
aan deze aspecten nauwelijks aan
dacht besteed. Daarom zullen de
proeven al bij voorbaat met een han
dicap beginnen. Gedetailleerde infor
matie is er niet. Bovendien is het
aantal geregistreerde ongevallen be
perkt. Bij de dienst Verkeers Onge
vallen Registratie in Heerlen, waar
alle politiekorpsen hun documentatie
inleveren, is men maar op de hoogte
van dertig procent van het totaal
aantal ongevallen, om de eenvoudige
reden dat bij die andere gevallen de
politie niet aanwezig is.
Vandaar ook de wens van de politie,
dat ook de Nederlandse Vereniging
van Automobiel-assuradeuren wordt
ingeschakeld, die over veel meer in
formatie moet beschikken. Tot nu toe
voelt men er in die kringen echter
weinig voor de boeken te openen. Dat
zou te duur worden en bovendien zegt
men de privé-sfeer van verzekerden
te willen beschermen.
Dat laatste is voor de politie geen
probleem: namen en kentekens heeft
zij niet nodig, alleen de gevallen en de
oorzaken
Foute conclusie
Hoe moeilijk het is juiste conclusies
uit onderzoek of acties te trekken,
bleek uit de reactie op een rapportage
van hoofdcommissaris W. Bakker
van de Arnhemse politie. Als voor
beeld van gericht toezicht met gun
stig resultaat noemde hij de acties in
de tweede helft van vorig Jaar op de
rijksweg Delden-Goor. Aanleiding
daartoe was de plotselinge stijging
(53 procent) van net aantal ongeval
len in de vijf maanden ervoor Na die
zes maanden controle was niet alleen
de stijging verdwenen, maar was zelfs
een duidelijke daling merkbaar
Maar prof. dr J. A. Michon, hoogle
raar in de psychologische functieleer
en sociale verkeerskunde in Gronin
gen, tikte hem direct op de vingers:
„Dat dit effect geheel te danken zou
zijn aan de controles, ls niet staande
te houden. Het ls een statistische wet,
dat elke stijging gevolgd wordt door
een daling. Dat kan ook hier het geval
zijn. Zonder polltie-acties zou die da
ling ook gekomen zijn."
Nadelen
Bij de politie ls men het er wel over
eens, dat er aan de huidige controle
methoden nadelen kleven. In ieder
geval geven ze nauwelijks inzicht in
de werkelijke ongevalsoorzaken. Men
kan zich bij voorbeeld afvragen of
kernthema-acties wel werkzaam en
goed gericht zijn," aldus een politie
man op het congres. Een vraag die
des te klemmender wordt als de gege
vens uit die acties worden bestu
deerd.
Voorbeeld: bij een actie inzake „ge
dragsregels" werden elfduizend pro
cessen-verbaal opgemaakt; zevendui
zend daarvan voor snelheidsovertre
dingen, maar slechts 54 voor onvol
doende afstand houden. Hoe konden
die grote verschillen ontstaan, waar
werden de snelheidsovertredingen
geconstateerd, welk verband bestond
er tussen ongevallen en overschrij-
.dlng van de limiet (of bestond er
helemaal geen verband?) en werden
de overtredingen geconstateerd op de
„stekkies" van de verbalisanten, die
meer als wet-is-wet-werker optreden
dan doelgericht proberen het aantal
ongevallen omlaag te brengen?
Onzekerheden nog genoeg dus. ook
over de vraag of vervolging nu wel het
beste middel is om het verkeer veili
ger te maken In verband hiermee
werd op het congres gewezen op een
proef in Israël, waar men het effect
van een proces-verbaal en dat van
een vriendelijke waarschuwingsbrief
vergeleek. Het verschil bleek nihil.
Anderen verwachten meer heil van
bestuurlijke voorzieningen, zoals de
Groningse wethouder voor verkeer en
onderwijs drs. J. Wallage. Hij noemt
de inrichting van de openbare ruimte,
de gedwongen geleiding van het ver
keer, een parkeerbeleid met een prijs
mechanisme daarin, of het helemaal
afsluiten van bepaalde gebieden voor
parkeerders (het heeft geen zin par
keerverboden te plaatsen, als je weet
dat de mensen zich er niets van aan
trekken en de politie niet effectief
kan controleren: beter is parkeren
onmogelijk te maken door bijvoor
beeld het plaatsen van paaltjes).
HIJ vindt dan ook dat verkeersmaat
regelen niet alleen meer het domein
van deskundigen mogen zijn. Het re
gelen van het verkeer is een zaak van
politieke besluitvorming. Maar dan
moeten het openbaar ministerie en
(vooral) de politie meer bij dat beleid
worden betrokken en niet alleen die
nen als toetssteen voor door het be
stuur gemaakte plannen.
De politie moet meedoen en meeden
ken. Van hoog tot laag. Want ook die
straatagent moet gemotiveerd kun
nen optreden. Het is fout en een be
wijs van een scheiding tussen politie-
en bestuursapparaat, vindt Wallage
(en hij doelt daarmee op het verkeers
circulatieplan in Groningen), „als er
in een proces-verbaal komt te staan
„verdwaald in Wallages pretpark" of
wanneer de verbalisant de aangehou
dene troost met een „ach meneer, ik
ben het er ook niet mee eens, maar
die lui op het stadhuis