uivèlcoöperatie moet naar de bron
Snelle groei, snelle fusies
Meer aandacht nodig
voor kleine onderneming
Voortdurende groei
in omzet speelgoed
Bonden vrezen veel
ontslagen in Tiel
ICL
Compleet in computers
behouders en werknemers ontevreden over medezeggenschap
Ondanks dalend kindertal
j de beveiligingssector dreigt chaos'
Drie werven met sluiting bedreigd
Rabobank: nog werkgelegenheid genoeg
"plDAG 10 NOVEMBER 1979
FINANCIEN EN ECONOMIE
TROUW/KWARTET
33
Henk Thomas
[jd, dat in ieder dorp van
belang een fabrieks-
orsteen van de stoomzui-
briek prijkte op enige af-
van de kerktoren is al-
voorbij. De honderden
Ibedrijven zijn samenge-
rd tot vier grote indu-
n en een gering aantal
lere ondernemingen.
inlsche vooruitgang leidde tot
irgroting, de stijging van de
;osten tot mechanisering en
itisering van hèt produktie-
Dit proces heeft consequën-
jjiad voor de werkgelegenheid
'zuivelindustrie, voor de bedrij-
in delen van het platteland,
consument en voor de melk-
Jers. die aan de basis staan
voor het overgrote deel
ratieve leest geschoeide zui-
itrie.
concentratieproces in de zuivel
oid? Ja, zegt mr A. H. Bosscha,
taris van dè directie van DOMO
lilen. Hij verwacht niet, dat de
uivelblokken nu zullen samen-
in één grote industrie. „Nog
len yan de vraag ot zoiets n)?t
og op de Wet Economische Me-
ging haalbaar is, zie ik geen
re fusies in het verschiet, omdat
ivelbedrijven ook nog eens een-,
dienen te blijven van een wérk-
omvang."
s de vraag of de groeigrehzen
;en niet zijn overschreden, ge-
let toenemende onbehagèn van.
jongere melkveehouders over
unctioneren van „hvw" zuivel-,
ratie. Waarschijnlijk is. dat de
landse zuiveimarkt in de nabije
mst beheerst blijft door de vier
i. naar dat de groten groter zul-
irden door het „opslokken" van
■inere coöperaties. Gewezen kan
>n op de. vooralsnog gestaakte,
gen tot nauwere samenwerking
n DOMO, de zuivelverkooporga-
Frlco en de Coöperatieve Con-
abrieken Friesland (CCF).
lijver
^r in de zuivelindustrie is ont-
lijkt op wat in economieboe-
|J en „oligopolie" wordt genoemd:
paar grote ondernemingen, die
II (1 identieke produkten op de
I t brengen Een kenmerk van
marktstructuur is een harde
ver via het prijsbeleid om de
mentengulden. Zie in dit ver-
f ^de enige tijd geleden gevoerde
•.oorlog". De concurrentieslag
Jpiden tot het ontstaan vah. één
toot onderneming of het maken van
Aken over prijzen en marktveh
de consument is de wedijver,
g het duurt, een zegen. Hij be-
gelet ook op het zuivelpolitieke
van „Brussel" en Den Haag
mumverkoopprijs) niet te veel
,0,^lzijn melk, boter en kaas
Idirecteur S. W. Meihuizen van
[O ontkent, dat er een oligopolis-
e marktstructuur is ontstaan.
swMat we n Nederland niet op een
zitten en de zuivelindustrie
M a^iog eens rekening dient te hou-
met vooral Belgische en West-
concurrentie. Er is, volgens
een situatie ontstaan, waarin dc
zuivelcoöperaties weten wat ze
ilkaar hebben, weten hoe de een
iageren op stappen van de, ander,
uizen: „maar zijn er mogelijkhe-
>m een ander met succes een deel
rijn markt te ontnemen, dan zul-
e die kans benutten. Echter, dat
ook voor de anderen ten opzich-
ons. Het is ook zo, dat als wij
concurrentiestrijd zouden willen
len, ons binnen afzienbare tijd
Ie scherven om de oren vliegen."
jk of niet
>r de onwikkeling van de tech-
ontstond de economische nood-
tot schaalvergroting Dat is een
omische wetmatigheid, of je dat
leuk vindt of niet", zegt Bosscha,
rakbonden hebben het niet leuk
inden, want de schaalvergroting
concentratie hebben arbeids-
gekost. Arbeidsplaatsen
ns, die hoe dan ook verloren
zouden zijn gegaan. Je niet laten
mèe'zuigen in het proces van schaal
vergroting betekent verlies aan con
currentiekracht en ten slotte werkge-
lcgériheid.
Bij de voedingsbonden houdt men
rekening-met een verder verlies: van
ongeveer 2000 arbeidsplaatsen het
komende jaar en meer nog als in
„Brussel" maatregelen zouden wor
den genomen ter beperking van de
melkstroom met meer dan tien pro
cent. Hoewel de werkgelegenheid, in
de bedrijfstak bevredigend is (som
mige zuivelfabrieken hebben nog
steeds een personeelstekort), beplei
ten de voedingsbonden meer samen
werking tussen de coöperaties ter
vermindering van de concurrentie
slag, die uiteindelijk ten koste van de
werknemers wordt gevoerd.
Geen verschil
De grote coöperaties in dit land on
derscheiden zich in niets van de grote
vennootschappen. Het lid van de coö
peratie. de veehouder, heeft net zo
weinig in té brengen in het beleid van
„zijn" bedrijf als de aandeelhouder in
.Zijn" vennootschap. Het zijn de ma-
magers. de technocraten, in coöpera
tie of NV die de dienst uitmaken,
zeggen veel melkveehouders, zeggen
de vqëcühgöböndèn. Niets is minder
waar; zeggen de managers der coöpe-1
"mies.v"" 'iAi i
Erkend wordt, dat het fabriceren en
verkopen van zuivel zo ingewikkeld ls
geworden, dat het voor de leden-vee
houders vrijwel ondoenlijk is zich een
oordeel te vormen over alle aspecten
van de besluitvorming. Maar is dit
niet een probleem ook van de parle
mentaire democratie in een ingewik
kelde samenleving?
Structuur
Bosscha schetst de democratische
structuur bij DOMO. De Drentse On-
dermelk Organisatie heeft, afgerond.
4.3Ó0 melktoe\eyerende leden, die
hun belangenbehartiging hebben op
gedragen aan de organisatie DOMO.
Het gebied waarin DOMO opereert is
verdeeld in vijf regio's, teneinde het
vanuit bestuurlijk oogpunt wat ge
makkelijker te kunnen oveizien. In
de vijf regio's bestaan 38 ledenvereni
gingen; de basis ter plekke. Alle ver
enigingen hebben een eigen bestuur,
waaruit mensen worden gerecruteerd
voor het regio-bestuur.
Ieder regionaal bestuur vaardigt twee
mensen af naar het algemeen be
stuur. zodat dit college tien man. vee
houders, omvat. De algemene verga
dering. bestaande uit de besturen van
de ledenverenigingen, komt twee
maal per jaar bijeen. Dit orgaan kiest
uit zijn midden een voorzitter van het
algemeen bestuur, zodat dit orgaan
ten slotte ulL elf man bestaat. Bos
scha: „in deze structuur heeft tien
procent van de 4.300 leden eei> be
stuurlijke functie."
be produktie- en marketlngsaspec-
ten van de zuiVelcoöperatïe zijn al
lengs zo gecompliceerd geworden,
dat men op een gegeven moment niet
meer kon draaien op praktijkmensen.
De experts, technocraten, deden hun
intrede om het algemene bestuur bij
te staan. De experts vormen de direc
tie, die twee maal per maand tekst en
verantwoording aflegt aan het alge
meen bestuur. Boven of naast dit
bouwwerk figureert nog een uit vee
houders bestaande raad van commis
sarissen. die tot taak heeft toezicht te
houden op het bestuur
Voorstellen worden geformuleerd
door de directie, het management, en
via het algemeen bestuur voorgelegd
aan algemene vergadering, de regio
besturen en de verenigingen. Dan
gaat het voorstel, al of niet met Ingrij
pende wijzigingen, terug naar het ma
nagement, waar het besluit wordt ge
nomen. Dit soort besluitvorming is
niet log, zegt Bosscha. „Statutair zijn
we in staat om binnen één tot twee
weken de volledige procedure af te
wikkelen". „In dit opzicht doen we
niet onder voor een naamloze ven
nootschap."
Onontkoombaar
„Het is natuurlijk onontkoombaar,
dat bij het groter worden van de
coöperatie (in aantal leden en in pro-
duktie-omvang) de functie van het
lid-veehouder afneemt. Dat betekent
niet. dat je het daarbij moet laten
zitten, niet probeert de boeren bij
hun coöperatie te blijven betrekken",
zegt Bosscha. Hij vervolgt: „onze le
den, die in de loop der jaren meer
ondernemer dan boer zijn geworden
en die vooi' 75 procent van hun inko
men afhankelijk zijn van de coöpera
tie, zijn ook meer betrokken geraakt
bij het reilen eri zeilen van de Coöpe
ratie. Zij willen mee-praten over in
vesteringen, over het sociaalbeleid,
over marketing-problemen en over
Documentatie van de Federatie van Nederlandse Zuivelondernemingen (FNZ) leert, dat de
oprichting van de coöperatieve zuivelfabriek in Warga in 1886 meestal wordt gezien als het
begin van de coöperatieve melkverwerking in Nederland. Na die eerste gaat de groei in een
rap tempo: in 1895 waren er 245 coöperatieve fabrieken en in 1897 al 450. In 1919 noteerde de
FNZ hét grootste aantal leden: 502 zuivelcoöperaties.
Daarna loopt het aantal, door sa
menklontering, terug. In 1964 zijn er
nog 315 zuivelcoöperaties en op 1
januari van dit jaar nog maar 46.
Van die 46 coöperaties domineren er
viert Coberco jn Oost-Nederland,
DMV-Campina in Zuid-Nederland,
CMC/Melkunie in West-Nederland en
DOMO in Noord-Nederland. Van de
totale^ verwachte melkaanvoer dit
jaar (11,5 miljard kilo) zullen ge
noemde vier 55 procent verwerken.
De overige coöperatieve zuivelfa
brieken nemen bijna 35 procent voor
hun rekening. De resterende tien
procent is voor de particuliere zui
velsector met negentien fabrieken.
De hele Nederlandse coöperatieve
zuivelindustrie, die de meik in 132
fabrieken verwerkt, produceert 92
procent van de nationale kaas, 93
procent van alle boter, 86 procent
van de melkpoeder, 77 procent van
de gecondenseerde melk en 71 pro
cent van alle consumptiemelk.
Indrukwekkender
Het fusieproces heeft niet alleen toe
geslagen in de produktie-, maar ook
in de verkoopsector. Van de vroege
re acht coöperatieve zuivelverkoop-
verenigingen zijn er nog drie over:
Frico in Friesland, de Nationale
Coöperatieve Zuivel verkoopcentra
le (NCZ, boven de grote rivieren,
uitgezonderd Friesland) en de Zuid-
Nederlandse Melkindustrie, die ge
ïntegreerd is in de DMV-Campina-
organisatie. De samenwerking in de
coöperatieve zuivelsector gaat zo
ver, dat regelmatig Wordt overlegd
over produktie-omvang en assorti
ment.
De concentratie in de zuivel is nog
indrukwekkender als wordt beseft,
dat de 625 zuivelproducenten (coöpe
ratief en particulier samen) van na
de wereldoorlog samen 4,7 miljard
kilo melk verwerkten, terwijl op dit
moment de 151 overgebleven zuivel
fabrieken 11,5 miljard kilo voor hun
rekening nemen.
De melkverwerkende industrie be
taalt dit jaar voor de geleverde 11,5
miljard kilo melk ongeveer 6,7 mil
jard gulden. Na verwerking, waarbij
26.000 werknemers betrokken zijn,
zal de opbrengst ongeveer 9,5 mil
jard gulden zijn. Ongeveer 55 pro
cent van dit bedrag zal worden be
taald door het buitenland.
sociaal-ethische vragen, zoals bij
voorbeeld het ontwikkelingsvraag
stuk en de rol die de zuivelcoöperatie
daarin kan spelen". Volgens DOMO's
directiesecretaris wordt nu. meer dan
vroeger, tijd en mankracht ingezet
voor informatie aan de leden.
Dat niettemin enige onvrede bestaat
bij de leden van coöperaties, bewees
een bijeenkomst van het Nederlands
Agrarisch Jongerencontact eind ok
tober in de Flevohof. Hoewel de jon
geren het belang van de coöperaties
onderstreepten, was er kritiek op de
grote afstand tussen het gewone coö
peratielid en de leiding. Ook vroegen
de jongeren zich af of de invloed van
het algemeen bestuur van veehou
ders op het management van de coö
peratie nog wel groot genoeg is Zij
vinden, dat de tijd gekomen is om
naar vormen van coöperatief bestuur
te zoeken, die beter aansluiten op de
participatie van de leden.
Platteland
Maakt het voor een werknemer iets
uit of hij werkt bij een naamloze
vennootschap of een coöperatie, een
in wezen democratische onderne
mingsvorm? „Jazeker", meent Bos
scha. „Je moet dan verder kijken dan
het wettelijke recht op medezeggen
schap (Wet op de ondernemingsra
den)." „De zuivelcoöperaties is meer
buiten de steden gelokaliseerd. Op
het platteland met zijn meerdere mo
gelijkheden tot contact en een groter
saamhorigheidsgevoel De toeleve
ranciers, de leden van de coöperatie
dus, en de werknemers, zitten sociaal-
economisch gezien (bedoeld wordt:
naar inkomen) op vrijwel dezelfde
lijn. Daarom kent men beter eikaars
posities en problemen", licht Bosscha
toe.
Volgens de directie-secretaris ge
beurt. gezien de geschetste relaties
op het platteland, regelmatig, dat
problemen of verlangens van een be
paalde werknemer via een contact
met een lid-melkveehouder buiten de
normale overlegorganen (onderne
mingsraad) om in de coöperatie
wordt gebracht.
Dit lijkt mooi, hoewel niet zeker is
dat dit prakrijk is en als het dat is. is
het de vraag of op deze wijze een
sociaal ondernemingsbeleid hoort te
worden gevoerd. Verondersteld
wordt, dat een melkveehouder vol
doende invloed heeft binnen de coö
peratie om de kwaliteit van de ar
beidsplaats van een bepaalde werk
nemer aan de orde te stellen. Heeft
hij die invloed wel. dan is het gevaar
groot, dat een sociaal beleid van de
onderneming niet iets is waar de
werknemer recht op heeft, maar
komt te liggen in de sfeer van patriar
chale welwillendheid.
Pet in de hand
Voorzitter Den Hollander van de Voe
dingsbond CNV meent, dat noch het
een, noch het ander waar is. De melk
veehouder heeft niets te zeggen en de
partriarchale verhoudingen zijn ver
leden tijd. Zegt: „werd je vroeger als
werknemer bij de zuivelfabriek In het
dorp aangenomen, dan werd Je ge
acht met de pet in de hand de boeren,
die deel uitmaakten van het bestuur,
langs te gaan en te bedanken. Dat is
gelukkig voorbij. Nu word je aange
nomen door een directie, die echt
geen toestemming bij de boeren gaat
vragen. Nu liggen je arbeidsvoor
waarden vast in een CAO. Die zullen
echt niet beter worden, ook al zou een
boer dat willen."
Is de coöperatieve zuivelindustrie, ge
zien de in opzet democratischer
structuren, voor de voedingsbonden
geen betere onderhandelingspartner
dan het particuliere bedrijfsleven?
Voorzitter Den Hollanders antwoord
paart kortheid aan krachtigheid:
„ach jongens, het maakt geen donder
uit."
Wil Winter, secretaris varf de vak
groep zuivel van de Voedingsbonden
FNV. meent dat werknemersverlan
gens ten aanzien van medezeggen
schap (over het sociale beleid, het
personeelsbeleid, de investeringen)
bij een coöperatieve ondernemings
vorm betere aansluiting vinden. Mits,
zegt hij, die coöperaties bereid zijn
terug te keren naar hun democrati
sche uitgangspunten. Denkt u, dat
die bereidheid er bij de zuivelcoöpe
raties is? Wil Winter: „nee, niet bij het
management, wel bij de veehouders."
Van een onzer verslaggevers
AMSTERDAM Het aantal kinderen tussen 0 en 14 Jaar zal
in de periode 1975-1990 met ongeveer een miljoen dalen Toch
zal er nog voortdurend meer speelgoed verkocht worden, zo
voorspelt De Algemene Bank Nederland in een rapport „De
tailhandel in speelgoed".
Volgens de bank zal er door de toene
mende vrije tijd meer ruimte zijn
voor recreatieve activiteiten wat bin
nen de speelgoedwereld vooral te
merken zal zijn aan een grotere afzet
van hobby-artikelen, spellen en puz
zels. Daar komt nog bij dat de ge
woonte om per kind meer speelgoed
te geven voorlopig nog wel zal aan
houden. Dat is een gevolg van het
kleiner worden van de gezinnen De
ervaring leert namelijk dat hoe groter
het gezin is. des te minder er aan
speelgoed per kind wordt uitgegeven.
Een stimulerende invloed op de con
sumenten-uitgaven kan ook uitgaan
yan een groeiende belangstelling
voor het betere speelgoed, zo meent
de bank.
Verdubbeld
In de Jaren 1970-1977 is de omzet aan
speelgoed meer dan verdubbeld: van
240 miljoen tot 510 miljoen. Daar
zit wel een stuk prijsstijging in ver
disconteerd maar in hoeveelheden
gerekend was er toch een toename
van 38 procent. In het soort speelgoed
was er een verschuiving van auto's en
poppen naar spellen, puzzles, treinen
en modelbouw. Daar heeft ook al
weer het dalende kindertal mee te
maken maar daarnaast de kortere
periode dat het kind werkelijk kind
is. Verder speelt tegenwoordig ook de
volwassene met speelgoed, met name
met puzzles en spellen.
Terwijl het aantal winkels in de mees
te bedrijfstakken afneemt, stijgt het
al jaren In de speelgoedbranche. Wa
ren er in 1960 nog slechts 276 winkels
In Nederland die uitsluitend of hoofd
zakelijk speelgoed verkochten, in
1970 was het bestand al gestegen"1 tot
378 en In 1978 tot 537. Dit jaar ging de
stijging verder tot 579.
Deze gestadige groei ls te danken ftan
het feit dat in de loop der jaren nogal
wat zaken ln huishoudelijke artike
len. die aanvankelijk speelgoed erbij
deden zich later geheel op dit assort!
ment specialiseerden. Dat droeg er
toe bij dat het marktaandeel van de
speciaalzaken is vooruitgegaan rypar
37 procent De speelgoedwinkels ver
drongen daarmee de warenhuizen als
grootste leveranciers.
Vooruitzichten
De al gesignaleerde verdere groei in
de speelgoedafzet zal. zo meent de
ABN, gepaard gaan met meer belang
stelling voor het goede speelgoed.
Dat brengt met zich mee, zo gaat dc
bank verder, dat de deskundigheid
van de detaillist een belangrijk wa
pen kan gaan vormen in de concur
rentiestrijd.
De winkelier zal er wel voor moeten
zorgen dat de verkoop gelijkmatiger
over het jaar verdeeld wordt. Voorna
melijk door Sinterklaas lag vorig jaar
nog 33 procent van de omzet in dc
maanden november en december
Die grote nadruk op de laatste twee
maanden begint trouwens al iets af te
nemen: in 1976 lag nog 36 procent van
de omzet in die periode Wat niet
wegneemt dat Sinterklaas hèt kin
derfeest bij uitstek is; 97 op de 100
kinderen krijgt dan speelgoed.
TIEL (ANP) De vakbonden vrezen, dat binnen enkele jaren
enige honderden arbeidsplaatsen verloren gaan bij de vlak-
glasfabriek De Maas in Tiel. waar nu circa 700 mensen werken.
Dit hebben de districtsbestuurders van de industriebonden
FNV en CNV meegedeeld.
Dat verlies aan arbeidsplaatsen zou
het gevolg zijn van een op handen
zijnd? overname van het bedrijf door
het Engelse glasconcern Pilkington.
Dë Tielse fabriek is thans nog eigen
dom van het Franse bedrijf Cervals-
Danone, dat zijn glasfabrieken in Eu
ropa wil afstoten en zich in de toe
komst louter op de levensmiddelen
sector wil toeleggen.
Pilkington ls de uitvinder van het
zogenoemde gegoten glas. Dat procé
dé gaat sneller dan de verouderde
produktlemethode van het trekken
van het glas. dat ln Tiel plaats vindt.
Voor de Engelse methode zijn aan
zienlijk minder mensen nodig De
bonden zullen de Pilkington-directie.
die over twee weken in Tiel een kijkje
komt nemen, garanties vragen voor
het behoud van de werkgelegenheid.
Ook bij de conservenfabriek De Betu
we (Flipje) in Tiel staan volgens de
bonden arbeidsplaatsen op de tocht.
Hier zouden ruim honderd van de
ongeveer vierhonderdtwintig ar
beidsplaatsen verloren gaan als ge
volg van het streven van Unilever
(eigenaar van De Betuwe) om de pro-
duktiekosten van de fabriek in Tiel
omlaag te brengen. Een adviesbureau
heeft hierover aap de directie gerap
porteerd. De directie van De Betuwe
zal nu een nader plan uitwerken, al
dus de bonden.
DEN HAAO - De Tweede Kamer is
bang, dat de vakcentrales FNV en
CNV een ondergeschikte rol gaan
spelen bij de aanpak van bedrijfstak
ken. Dit bleek gisteren in de Tweede
Kamer tijdens een interpellatie van
de socialist Van der Hek over de
moeilijkheden bij de Nehem (Neder
landse Herstructureringsmaat
schappij).
ADVERTENTIE
ADVERTENTIE
ITERDAM (ANP) Door het
»e toelatingssysteem op grond
de herziene wet op de weerkorp-
dreigt de chaos in de bevelli-
ssector nu op legitieme wijze
nog werkelijkheid te worden. Dit
itateert de voorzitter van dè Ver
ing van particuliere bevelllgings-
nisaties, B. Boer, in het novem-
ummer van het Tijdschrift vóór
lolitie.
wel er ln de beschikking partleu-
beveiligingSorganisaties wordt
(geven, dat er geen nevenberoep
iedrijf mag worden uitgeoefend
Schadelijk kan zijn voor de bevei-
gswerkzaamheden, was hem ge
bleken dat thans voornamelijk aan
vragen voor toelating binnenkomen
van grote bedrijven, uitzendbureaus
en schoonmaakbedrijven, die de be
veiliging alS bij-artikel gaan voeren.
De vereniging acht deze ontwikkeling
volstrekt ontoelaatbaar. Boer
schrijft, dat de voor de hand liggende
oncontroleerbare vermenging van ac
tiviteiten door de „100-procent"-be-
drijven gezien wordt als het begin
van een heilloze concurrentieslag, die
de doorzichtigheid van de bedrijfstak
geheel opheft. „Het zal het toezicht
door de politie sterk bemoeilijken en
juist veroorzaken wat vermedert had
moeten worden: chaos", aldus Boer.
en thuis In uw branche
Europa^ grootste computerfabrikant
ICL Nederland li.V,. Zwaansvlict 20,1081 Al' Amsterdam, (cl.: 020-42 45 45
Van een onzer verslaggevers
AMSTERDAM „De overheid zou haar gedachten over de gezondmaking van onze economie
wat scherper moeten toespitsen op de kleine onderneming Daar zijn de zaken overzienbaar,
worden vondsten vindingrijk omgezet in actie en kan snel worden beslist.
ADVERTENTIE.
Van een onzer verslaggevers
SCHEVENINGEN Na de failliet
verklaring deze week van de al jaren
sukkelende Sleephelling Maatschap
pij Scheveningen. dreigen tevens drie
dochterwerven van dit bedrijf in Lei
den. Hardinxveld en Druten de poor
ten te moeten sluiten. In totaal wer
ken er 150 man op de vier kleine
scheepswerven. Jansen in Druten is
gespecialiseerd in binnenvaartsche
pen. de andere drie werven hebben
zich in het verleden vooral toegelegd
op visserijschepen. De definitieve
sluiting van de werven kan wellicht
nog enkele weken uitgesteld worden
omdat de directie in appel is gegaan
tegen het faillisement. Directeur
Pronk van het concern heeft voorts
een kort geding tegen de staat aange
spannen. omdat hij van mening is dat
de regeling bij de steunverlening aan
scheepswerven zich te veel richt op
grote werven en de kleine bedrijven
in de kou laat staan. Een woordvoer
der van het CNV zei gisteren dat de
vakbonden zullen proberen ten min
ste de werkgelegenheid in Schevenin
gen en bij werf „de Hoop" ln Hardinx
veld te behouden.
Dit zei mr H. J. A E. M. Klarenbeek.
lid van de hoofddirectie van de Cen
trale Rabobank, in een rede ter gele
genheid van het 75-jarig bestaan van
de Rabobank Nijmegen. „Wij vinden
de ter beurze genoteerde industriële
ondernemingen ook belangrijk,
maar aldus de heer Klarenbeek.
„onze horizon houdt daar niet op".
De werkgelegenheid in het midden-
en kleinbedrijf is van grotere beteke
nis. De totale werkgelegenheid groeit
daar sinds drie jaar gewoon absoluut,
in aantallen arbeidsplaatsen."
HIJ wees erop, dat de Rabobank zich
nu de grootste bank mag noemen
voor het midden- en kleinbedrijf. Het
marktaandeel in deze sector heeft
zich namelijk zodanig ontwikkeld
met name ln de sfeer van de groep
van bedrijven tot 50 werknemers (dat
zijn er ruim 400 000 in Nederland)
dat de Rabobank thans eerste ban
kier is voor ruim 30 procent van deze
ondernemingen.
Terughoudend
De heer Klarenbeek ging ook In op
recente uitlatingen van minister Van
Aardenne van economische zaken als
zou het bankwezen zich nogal terug
houdend opstellen bij dc langere
termijn-financiering aan het bedrijfs
leven. De Rabobank, aldus de heer
Klarenbeek. heeft zich hierover ver
baasd. met name over de onderbou
wing van de verwijten, die toch voor-,
al moeten berusten op de ontwikke
ling van de verhouding tussen eigen
en vreemd vermogen in het midden-
en kleinbedrijf Daarover is vreeipd
genoeg geen enkel cijfer beschikbaar
Wel ls bekend dat de overheid zelf
geen garantie biedt aan midden-
standsbedrijven met een eigen ver
mogen beneden 5 procent van hpn
balanstotaal".
ROTTERDAM De zeven drlnkwa-
terboten die in Rotterdam de binnen
vaart aan water helpen, blijven in dc
vaart. Het is niet mogelijk de boten te
vervangen door vaste „tappunten"
op de wal.
Dat staat ln een rapport dat het
Drinkwaterleidlngbedrijf in Rotter
dam volgende maand publiceert.