llevrouw Ridderbos-De Rooij
leemt afscheid van de „Unie"
Herinnering bij
een tapijtje
Uit brieven van lezers
Wet gestencilde brieven heb ik nooit gewerkt'
WDAG 29 OKTOBER 1979
VARIA
TROUW/KWARTET
7
bstr Fred Lemmers
^STERDAM Mevrouw
s M. Ridderbos-De Rooij
g®t, nadat ze me heeft be-
•"Jet, een roodkleurig boek
.slorschijn, waarop in sler-
rgouden letters het woord
:eptie staat. „Wilt u ons
tenboek even tekenen?",
jigt ze terwijl ze het album
•p op tafel legt naast een
"jmstuk met afgetakelde
Sa's: een overblijfsel van
veertigjarige bruiloft van
echtpaar Ridderbos. Als
pijn naam schrijf onder die.
Hannie van Leeuwen, ver-
mevrouw Ridderbos:
dit boek zijn we begon-
toen we in 1950 naar Am-
^Idam kwamen. Dat is leuk
f later als we uitgepraat
eitn, zeiden mijn man en ik
>n elkaar."
j*4et ziet er niet naar uit dat het
sover zal komen. Van Breestraat
Amsterdam-Zuid heeft nog
veel weg van een bijenkorf,
de laatste vijftien jaar, toen
tuw Ridderbos de stuwende
fit achter de jaarlijkse Uniecol-
a<! was, zijn er wereldwijde contac-
elgelegd. Binnenkort worden de
:s%is verzet. Op 17 november
at „tante Wil", zoals mevrouw
lerbos in de wandeling heet, in
°%ht afscheid als secretaresse van
aflaad van beheer van de Unie
"fel en Evangelie. Dat betekent
N-feij voortaan niet meer met de
lishisatie van de Unie-collecte is
rMt. Voorlopig blijft zij echter ach-
-4e schermen doorwerken als se-
Iresse van de afdeling buiten-
Het huis, waarin eens de bij
enten gevreesde VU-dogmaticus
ïssor Valentijn Hepp woonde,
i zodoende voorlopig een intema-
lal centrum. Dat huis is een ver-
op zichzelf, dat mevr. Ridderbos
even kwijt wil. „Deze kamer was
het heiligdom van Hepp. Nie-
liet hij er toe. Op de deuren
zware lipssloten. Alles was heel
ir geschilderd, zelfs het plafondi
onker geworden van het vele
van de professor. In het kamer-
nam hij tentamens af.
man is daar ook nog bij hem
't%r het mes geweest. Toen wij hier
ken hebben we als reactie alles
(cht laten schilderen." Wil Rld-
was zelf vertrouwd met de
d van de professoren. Als jong-
siian elf kinderen ging zij in Leiden
Icijnen studeren.
Mevrouw Ridderbos-de Rooij
meer dan een gift uit een spaarpot
(foto: Dirk Kettlnf)
dicijnen
belangstelling ging eigenlijk
Baar de theologie, maar de kans
daar als vrouw van gerefor-
*^de huize later in de praktijk iets
zou kunnen doen was destijds zo
dat ik maar voor de medicijnen
Ik hoopte daarmee in een of
r kinderziekenhuis te kunnen
werken. Die jaren in Leiden
n niet gemakkelijk. Dat meisjes
cijnen studeerden was destijds
een grote bijzonderheid. Een van
hoogleraren, professor Piet van
loeven, deed zelfs alsof ze niet
inden. „Als meisjes studeren,
n ze als jongens zijn", betoogde
daarom sprak hij ons aan met:
heren."
laar hield zij het uit in Leiden.'
nam Nico Ridderbos haar als
kantsvrouw mee naar zijn eerste
ente, het Drentse Tweede Ex-
nond, een reuze overgang voor
tadsmeisje. „Het was een lang-
ct dorp, van zo'n zeven kilome-
)mmetjes maken kon je er niet.
noest of de ene kant uit of de
re en altijd langs dezelfde weg
Je leefde er in een glazen huis
iets kon je onopgemerkt doen.
il ik nooit vergeten hoe ik op een
ochtend terecht kwam tussen een
groep loslopende koeien. Ik vond dat
niet zo leuk. Ik ben van mijn fiets
gestapt en voorzichtig onder langs de
weg naar een rustiger plekje gelopen.
Maar 's avonds wist het hele dorp dat
mevrouw van de dominee bang was
voor koeien. Toch was het daar een
heel prettige tijd. Het waren erg har
telijke mensen. Van vielen hielden ze
niet. .Dominee moet maar denken als
hij niks hoort, dan is het goed', was
een van de eerste adviezen die mijn
man kreeg." Na de pastories in Voor
burg, en Amersfoort kwam Amster
dam, waar Nice Ridderbos hoogle
raar werd. „In het begin voelde ik me
hier erg ongelukkig. Als dominees
vrouw had ik me erg op mijn plaats
gevoeld. Bij dat werk kon ik mijn
man terzijde staan. Dat moet ook als
het goed is. Je bouwt samen aan een
gemeente. In Amsterdam miste ik het
directe contact met de mensen."
Maar dat veranderde al gauw, toen
mevrouw Ridderbos presidente voor
Noord-Holland en in 1958 landelijk
presidente werd van de Bond van
Gereformeerde Vrouwenverenigin
gen iü Nederland. In de tien jaar dat
zij leiding gaf wist zij veel veranderin
gen door te voeren.
Dienstgroepen
„Toen ik kwam waren die
vrouwenverenigingen verlengstuk
ken van de meisjesverenigingen. Het
was heel sterk een bond om de bond.
Wij hebben er dienstgroepen voor de
kerk van gemaakt, op die manier
gewerkt aan een stuk bewustwording
bij de gereformeerde vrouwen. Dat
kun je emancipatie noemen, maar
dan op een rustige manier. Ik houd er
niet van te schreeuwen. Het is heel
goed dat vrouwen voor hun rechten
opkomen. Mensen met dezelfde capa
citeiten moeten dezelfde mogelijkhe
den hebben, of ze nu man of vrouw
zijn, maar het is onzin te zeggen dat
er geen verschil is tussen mannen en
vrouwen." Mevrouw Ridderbos slaag
de er in de gereformeerde vrouwen
een breder gezichtsveld te geven. Dat
kwam sterk naar voren in de acties
die de bond hield ten behoeve van
projecten ver van huis. Een inzame
ling voor het christelijk onderwijs in
Canada, die heel spontaan ontstond,
werd gevolgd door een actie voor
christelijke scholen in België en
Frankrijk. Het was in die tijd dat
mevrouw Ridderbos met de Uniecol
lectie in aanraking kwam, het begrip
dat ook na de gelijkschakeling van
het christelijk en neutraal onderwijs
in 1920 in Nederland was blijven be
staan. De baten werden gebruikt voor
het plaatselijk werk. Er werden
meestal luxe dingen van betaald va
riërend van het schilderen van het
huis van het schoolhoofd tot een
schoolreisje en de aanschaf van een
nieuwe bandrecorder. De vraag
kwam bij me op en ook bij mannen
als professor Verkuyl en zendingspre
dikant ds Richters: kan dat zo door
gaan in deze veranderende tijd nu er
over de grenzen bij het christelijk
onderwijs zo veel nood is. Ik zal nooit
vergeten hoe ze me aankeken toen ik
op de jaarvergadering van de Unie in
1964 in K en W in Utrecht mijn twij
fels naar voren bracht. Dat ik daar
was als vrouw was al een unicum. Op
die vergaderingen kwamen nooit
vrouwen. Wat ik zei was in hun ogen
niets anders dan revolutie."
De nieuwe inzichten waren echter
niet langer tegen te houden. De Unie
collecte zou voortaan vooral de derde
wereld ten goede komen! Mevrouw
Ridderbos, die in haar leven wel meer
heilige huisje had ingetrapt liet, na
bij de Unie de zaken overhoop te
hebben gehaald, de mensen niet met
de brokken zitten. „Ik heb aangebo
den mijn schouders onder dat klusje
te willen zetten. Zo ben ik in dit werk
terecht gekomen. Voordien wist ik
van dat christelijk onderwijs eigen
lijk niets af. Dat was natuurlijk heel
slecht van mij, maar ja, de zaak lag
niet anders. Toen professor Waterink
eens bij ons was zei hij: „Die jonge
dominees weten niets van CNS, GSV
en CVO. Nou daar had hij gelijk in!
Mijn man en ik hebben beiden maar
gezwegen om onze onkunde niet te
tonen." Mevrouw Ridderbos heeft
haar handen laten wapperen voor de
Uniecollecte. „Vroeger bij ons thuis
kwamen als de Uniecollecte werd ge
houden de spaarpotten op tafel en
moesten wij kinderen allemaal een
financieel offertje brengen. Die Unie
collecte leefde sterk bij mijn ouders.
Niet zo maar waren vader en moeder,
die in 1894 naar Amerika emigreer
den, zes later weer naar Nederland
teruggekeerd omdat ze hun kinderen
in Iowa geen christelijk onderwijs
konden laten geven. Zakelijk was het
vader voor de wind gegaan. Hij had
.een grote farm opgebouwd. Toch ver
brandde hij zijn schepen achter zich
voor zijn idealen. Hij werd bakker in
Alphen aan de Rijn. Later heb ik wel
eens tegen mijn zusters gezegd: Jullie
kwamen er met een gift uit Jullie
spaarpotten vanaf. Het heeft mij wel
wat meer gekost dan een gift uit een
spaarpot! Ik had het idee dat ik bij
die vrouwenverenigingen hard had
gewerkt, maar dat is niet te vergelij
ken met dit werk. Wat daar allemaal
aan vast zit daar hebben de meeste
mensen geen idee van. Misschien heb
ik dit werk wel te ernstig genomen.
Zo heb ik altijd gehecht aan persoon
lijke contacten. Met gestencilde brie-,
ven heb ik nooit gewerkt. Ik heb nu
eenmaal een verschrikkelijke afkeer
van computers. Die zullen wel nodig
zijn, maar niet in mijn tijd."
Niet geloofwaardig
De opbrengst van de Uniecollecte Is
de laatste tijd flink gestegen." Vorig
jaar hebben we viereneenhalf miljoen
gulden opgehaald. Dat is veel geld,
maar ik denk wel eens, wat is dat nu
in verhouding tot hetgeen wij aan
onze scholen uitgeven. Een school
voor voortgezet onderwijs komt hier
al gauw op tien miljoen gulden. Als
mensen uit de ontwikkelingslanden
hier komen kijken zijn wij als christe
nen niet geloofwaardig meer. Als je
weet dat in Indonesië onderwijzers op
christelijke scholen een salaris ont
vangen dat het derde is van wat hun
collega's op overheidsscholen in han
den krijgen en als je dan ziet met
welk een grote toewijding zij voor dit
hongerloontje hun werk doen! Zij
moeten er nog voor vechten. Eigen
lijk ben ik jaloers op die mensen
omdat zij veel meer dan wij hun ver
trouwen op God stellen. Wij vinden
alles vanzelfsprekend, menen dat we
overal recht op hebben. De Voorzie
nigheid hebben we aan de kant
gezet."
Het is daarom dat mevrouw Rid
derbos er al lang voor pleit in Neder
land het nieuwe schooljaar met bid
stonden te laten beginnen. In het
feestprogramma rondom haar af
scheid is op haar uitdrukkelijke wens
als afzonderlijk onderdeel een voor
bede voor het christelijk onderwijs
opgenomen.
Door haar optreden heeft mevrouw
Ridderbos de naam gekregen niet ge
makkelijk, zelfs lastig te zijn. „Ja. dat
weet ik en ik heb dat niet prettig
gevonden. Door mijn bezig zijn in een
mannenmaatschappij heb ik me
vaak agressiever moeten opstellen
dan ik eigenlijk wilde."
door Mink van Rijsdijk
Het zal niemand verbazen dat ik geen enkel bezwaar heb
tegen een vrouw als Farao. Dat Hatsjepsoet na wat
trammelant met twee halfbroers de heerschappij over
Egypte kreeg, heeft dan ook mijn opperste instemming.
Tijdens haar regeringsperiode leefde men vreedzaam en
gelukkig rondom de Nijl en dat is zelfs drieduizend jaar
na dato nog een fijne gedachte.
Ik mag die Hatsjepsoet dan ook wel, maar om nou 's
morgens om vijf uur voor haar op te staan nee, dat
ging me te ver. Bovendien had ik al zoveel zuilen en
pilaren gezien, dat die twee obelisken die zij ter herinne
ring aan haar vader, de zonnegod Amon, uit rose graniet
had laten hakken, me maar matig interesseerden. Daar
om zei ik tegen haar: „Gegroet o goede en edele
Hatsjepsoet, het is me bekend dat de relaties met uw
broers en uw echtgenoot niet zo riant waren en helaas
voldoe ik ook niet bar goed aan uw verwachtingen, want
ik kom niet naar uw zuilen kijken, ik houd het voor
gezien, het Egypte van nu trekt mij van u af." (Dat ik
bovendien erg sceptisch stond tegenover de zonnecultus
uit haar dagen, zei ik maar niet. De Nederlandse
weerberichten waren toch al zo belabberd en je weet het
tenslotte maar nooit Glimlachtend gaf ze me te
kennen dat ze me begreep.
Het spijbelen overtrof de meest avontuurlijke jeugdher
innering. Maar wat wil je, in gezelschap van een
gelijkstemde vriendin kan zo'n actie natuurlijk niet
mislukken. We stootten direct door naar het hart van het
stadje Luksor. In de smalle straatjes met aan weerskan
ten winkeltjes sommige zijn niet veel groter dan een
flinke bedstee snoven we de geur op die „Midden-
Oosten" heet. Het is een penetrante melange van fruit,
frituur, urine, specerijen, armoede, ezels, parfum en
brood, die hangt in het geluidsdecor van schetterende
Arabische muziek. We probeerden alle gastvrije vrien
delijkheid van neringdoenden en straatventers op een
afstand te houden en we waren dan ook erg verbaasd
tenslotte toch ergens binnen te belanden. Een allerliefst
meisje van een jaar of dertien installeerde ons op een
bank, die bedekt was met een kleed van kameelhaar. Ze
dribbelde en danste voor ons heen en weer en spreidde
het ene tapijt na het andere voor ons op de vloer uit.
Maar we waren helemaal niet van plan een kleed te
kopen, we wilden dat absoluut niet. „Nee, natuurlijk
niet," beaamde ze slim, „maar alleen kijken is toch ook
leuk. Nog beter is om eerst een kop thee te drinken." Ze
schreeuwde ergens een opdracht heen. verdween en
kwam weer vlug terug met verrukkelijke mintthee.
Terwijl wij genietend dronken, bleef zij de bceldigste
tapijten voor ons uitstallen.
Natuurlijk lukte het met haar handel, we waren als was
in haar handjes. Ze was heel pienter, ontwapenend en
erg lief. Aan de muur van het winkeltje, tussen de
volgeladen planken, hing een grote plaat van moeder
Maria en het kind Jezus. Beiden waren lelieblank met
rose fondant konen. Ze keken met onwezenlijk blauwe
ogen op ons neer. Goudglanzend blond haar hing
golvend langs beide gezichten. Moeder Maria was mollig
en duidelijk van goede huize en haar weldoorvoede kind
zat zoet in rijkeluis kleren te pronken. Ze leerden me in
ieder geval dat we bij een Koptische familie te gast
waren. Bij de tweede ronde thee praatten we met het
meisje over christenen en moslims, over geloof en de
kerk. Ondanks wat taaistoringen over en weer, hadden
we het erg goed met elkaar.
Later bracht ze ons weg en hielp ze onze inkopen
dragen. Klein en schamel, maar dapper en trots liep ze
naast ons. Haar donkere ogen keken voldaan, ze had
goede zaken gedaan. In de zon leek haar zwarte haar
bijna blauw.
De enige schaduw op deze volmaakte ochtend was de
plaat van Maria met haar onnatuurlijke engelen-baby.
Wie zou toch ooit op de gedachte zijn gekomen om van
een joods kind een Europeaan te maken?
Kernwapens
Deze rubriek is uitsluitend bestemd voor korte reacties op in deze krant gelezen
berichten, artikelen en commentaren, en niet voor open brieven, gedichten,
oproepen of reacties op advertenties (deze laatste dienen tot de directie gencht te
worden). De redactie behoudt zich het recht van bekorting voor Hierover of over
het niet plaatsen (meestal door ruimtegebrek) kunnen wij helaas niet corresponde
ren. Brieven adresseren aan Secretaris hoofdredactie Trouw. Postbus 859,1000
AW Amsterdam. Bij publikatie worden naam en woonplaats van de schrijver
vermeld.
Olieboycot
Blijkens het redactioneel commen
taar van 23 oktober is Trouw er voor
beducht, dat Nederland alleen zou
komen te staan bij een olieboycot
tegen Zuid-Afrika. Dit behoeft ons
land er echter niet van te weerhouden
een pioniersrol te vervullen, aldus
Trouw. Hierbij zouden we het volgen
den willen opmerken.
1) Er bestaat al een internationaal
olie-embargo, al jaren geleden bepleit
door de Algemene Vergadering van
de Verenigde Naties. De meeste olie
producerende landen passen dit em
bargo toe. Het wegvallen van Iran als
de voornaamste olleleverancier van
Zuid-Afrika plaatste dit land voor
moeilijkheden. Wanneer Nederland
haar bescheiden uitvoer van oliepro-
dukten naar Zuid-Afrika zou verbie
den. zou daardoor de internationale
boycot worden versterkt.
2) De Noorse regering heeft aan de
maatschappij die olie wint in het
Noorse deel van het Noordzee plat
verboden olie te leveren aan Zuid-
Afrika. Dit komt neer op een onoffici
eel embargo door een westers land.
Zo alleen zou Nederland dus niet ko
men te staan.
3. Trouw wijst erop dat de westerse
landen grote economische belangen
in Zuid-Afrika hebben en dat zij daar
om zullen kiezen voor voortzetting
van olieleveranties. Maar het westen
zal ons inziens toch rekening moeten
gaan houden met de wensen van vele
olieproducerende landen. Nigeria
heeft onlangs de belangen van het
olieconcern B.P. genaast omdat dit
concern in ruil voor het Noordzee olie.
olie uit andere landen aan Zuid-Afri
ka wilde leveren.
4) Bij een effectief olie-embargo zal
Zuid-Afrika haar voorraad moeten
aanspreken, thans opgeslagen in
oude mijnen. Een effectief embargo
zal derhalve blank Zuid-Afrika niet
onmiddellijk op de knieën dwingen,
maar men zal genoodzaakt worden
tot reëel overleg met de onderdrukte
zwarte meerderheid in Zuid-Afrika.
In het C.D.A. hebben zich de volgen
de organen verklaard voor aanslui
ting van Nederland bij het bestaande
olie-embargo:
a) het buitenland orgaan van het
C.D.A.
b) het dagelijks bestuur van de
K.V.P.
c) het bestuur van de A.R.P.
d) de C.D.A.-Jongeren
Wij vertrouwen er daarom op dat de
C.'D.A.-fractie zich in belangrijke
mate zal uitspreken voor een olie
embargo tegen Zuid-Afrika. Ten slot
te willen we onze warme waardering
uitspreken voor Hans de Boer, die op
het oliecongres van het Komitee Zuid
Afrika het C.D.A. op een voortreffelij
ke en indrukwekkende wijze heeft
vertegenwoordigd.
Cor Groenendijk
Voorzitter van de werkgroep Kairos.
Sportboycot (7)
Om Zuid-Afrika te treffen worden
volgend jaar gehandicapten uit dat
land niet toegelaten tot de spelen
voor hen in Nederland. Maar daarme
de worden niet de machthebbers uit
dat land getroffen, maar ongelukki-
gen. Dat daaraan ook mensen uit het
CDA medewerken is voor mij onbe
grijpelijk! Vooral van hen mag mede
lijden en medeleven worden ver
wacht met misdeelden. Waar is hun
christelijke bewogenheid?
Utrecht a. Witsel
Tijdens zijn toespraak in Amersfoort
gaf minister Scholten blijk de woor
den van Jezus: „Oorlogen en geruch
ten van oorlogen" te kennen. Reke
ning houden met de mogelijkheid
van een volgende oorlog betekent
voor hem waarschijnlijk: Zorgen dat
Je mee kunt doen, met gebruikma
king van het allernieuwste dat de
vemietiglngstechniek heeft voortge
bracht. Dat het CDA van lieverlede
aan een kabinetscrisis de voorkeur
geeft boven de invoering van nieuwe
kernwapens, betreurt minister Schol
ten. Zijn collega Wiegel achtte gelijk
tijdig de aftrekbaarheid van de hypo
theekrente wel een kabinetscrisis
waard. Zou het kabinet nu werkelijk
het voordelig bewonen van een dure
woning belangrijker achten dan de
voorbereiding van een wereldcata-_
strofe? Natuurlijk werd tijdens de
toespraak in Amersfoort het begrip
„wapenbeheersing" gebruikt. Dat de
wapens ons allang beheersen, een le
vensgevaarlijke óverheersing, werd
verzwegen. Onze overheid heeft enke
le jaren geleden de veiligheid van de
burgers trachten te vergroten door
veillgheidsgordels in auto's verplicht
te stellen. Een zinvolle maatregel,
ook al is de kans op een ernstige
botsing tijdens een autorit kleiner
dan één op honderdduizend. Hoe
groot is de kans dat de wapenrace
eindigt in een catastrofale botsing?
Eén op tien, één op vijf of misschien
zelfs één op één?
Rotterdam A. P. dc Winter
Antisemitisme
In de Kleine Krant van 23 oktober
schrijft u in het artikel Antisemitis-
me: de kinderen van rabbijn Soeten-
dorp krijgen op schooi grapjes te ho- I
ren die niet leuk meer zijn.
GRAPJES?? Op de speelplaats stond
op schommel en wip geschreven: voor
Joden verboden. Op de vraag van het
(10-jarlg) meisje: „Weet Je wel wat een
Jood is?" was het antwoord: „Joden
horen thuis in het gashuis." Zei u
GRAPJES?? Deze zomer las ik op
een deur gekalkt: doodt de Joden!! en
ik waande me weer in de oorlogs-.
Jaren
God zij de wereld genadig waarin de
kinderen niet wordt geleerd dat om
gaan met anderen geen grap is. maar
een kwestie van leven of dood.
Den Haag
S. van der Hert-Bronkhorst
Onder redactie van
mevrouw J. Wentink-Frumau
en mr J. J. Wentink
Vragen uitsluitend In envelop sturen naar postbus 507, 2270 AM
Voorburg. Per vraag een gulden In postzegels, het liefst In waarden
van 55 en 45 cent bijvoegen. Beslist niet aan de buitenkant opplakken.
Geheimhouding verzekerd. Briefkaarten worden terzijde gelegd.
deling over toezending van de
)nen voor de omslag van het
boek: Binnen 2'/: week waren we
de eerste oplage van ongeveer
Jcemplaren heen. Er ligt nog een
stelletje bestellingen te wachten
trdere behandeling, maar we ver-
len dat die niet lang achterwege
ijven. Dat hangt af van de moge
eden, die een zeer hulpvaardige,
iendelljke man op een kerkelijk
au, tussen zijn eigen werk door,
vinden. In elk geval worden de
ssen van te voren geschreven en
gelegd. Ik hoop, dat allen, die
hertrouwen ons vroegen, één of
patronen te zenden, hiermee
alng willen houden. Gelukkig
er slechts één geval van een
f, die verontwaardigd was omdat
ar „bestelling niet van de ene op
ndere dag werd uitgevoerd. Een
trking. die gemaakt werd: „Die
zijn twee aan twee gelijk",
en we even weerleggen. De ont-
«ter van het patroon, heeft heel
ilijk voor het grote patroon voor
geven stof te gebruiken van tien
en per centimeter. Voor het klei-
patroon bedraagt dat twaalf dra
per centimeter. Het klinkt niet zo
g, maar eerst tellen en dan blijkt
verbodigheid var. rellen. Denk
lieve mensen, dat we spijt heb-
van een misschien wat ondoor-
t aanbod, want de meeste brie-
beginnen met een persoonlijke
ff en eindigen met een vriende
lijk woord aan krant of rubriek, plus
goede wensen.
VRAAG de vragenstelster heeft haar
adres niet vermeld): Wij hebben mos-
terdplanten in de tuin. De bladeren
ervan gebruiken we regelmatig, maai
we zouden van het zaad ook mosterd
willen maken.
ANTWOORD (geput uit herinne
ring): Het zaad „stoten". Dit gebeur
de bij ons met een oelekan, een grof
stenen vijzel met dito rolsteen. Ver
mengen met een gelijke hoeveelheid
goede kerriepoeder en met goede
kruidenazijn (die is heel eenvoudig
samen te stellen met behulp van tuin
kruiden). Vervolgens even roerende
aan de kook brengen, tot het mengsel
zalfachtig is. Berenkali terlaloe pedis
nja' (misschien is het wel erg heet,
mevrouw) zou onze goede Ima gezegd
hebben, en dat kwam dan meestal
wel uit.
REACTIES van lezers: Heel wat bel
lers en schrijvers hebben zich gewen
teld in het „bad van Marie". Er was
een verwijzing naar een oud Frans
kookboek, dat genoemd was naar de
keukenprinses: la bonne Marie. Het is
natuurlijk zeer wel mogelijk dat die
Marie gebruik maakte van de bedoel
de methode. Iets verder van onze
keuken is de verklaring die, met klei
ne verschillen door onze lezers gevon
den werden in etymologische en an
dere handboeken: Marie kan een ver
wijzing zijn naar Mirjam, de zuster
van Mozes. aan wie geheime alchimis-
tische krachten werden toegeschre
ven. In de vierde eeuw leefde te
Alexandrië Mariae Hebraeae, een van
de vier bekende vrouwen-alchimisten
uit die tijd. Zij zou de uitvindster zijn
van de „Kaulnos Marias", ook wel
„balneum Mariae" genaamd een in
strument dat omstreeks de 14de eeuw
in de huidige betekenis in de Franse
taal werd vastgelegd als „bain Ma
rie". Die Hebreeuwse Maria geldt ook
als de uitvindster van de „karotakis",
een hermetisch vat, waarin metaal
aan de invloed van bepaalde dampen
kon worden blootgesteld. Wat het
laatste betreft: Vraagt u mij niet hoe
dat precies in z'n werk gaat: Wat ik op
dat gebied meemaakte, resulteerde
altijd in grote knallen, gegil en scher
ven. Zo'n sausje met twee pannetjes
kan er mee door, maar alsjeblieft niet
te veel scheikunde in mijn keuken;
VRAAG Vanmorgen zag ik bij de
drogist zogenaamde alternatieve si
garetten, waarbij onder andere h**
woord ginseng gebruikt won I.ant
u mij zeggen of daar op -nigerlei
wijze nog schadelijke best ddelen
in zitten. Voor :<*llig' siga
retje vond ik reo
ANTWOORD: Aan (i betekf v ,m
de naam Ginseng hebben we een pi ar
maanden geleden een antwoord ge
wijd en komen daar nu niet op terug.
Het ging toen over het gebruik van
Ginseng als modepanacee, zoals dat
in de Consumentengids werd gesig
naleerd.
ANTWOORD: op Kandeelrecept:
Enige tijd geleden vroeg een aan
staande grootmoeder ons om een
kandeelrecept. Als reactie op ons ant
woord ontvingen we een aankondi
ging van de geboorte van Susanne de
Hartog en de mededeling dat het een
goed recept was. Gefeliciteerd, ou
ders en grootouders van Susanne.
Reactie op „Ketelsteen": Maak het
niet te Ingewikkeld met al dat azijn
en zoutgedoe." Wij gebruiken een ou
derwets ketelsteensponsje dat we
zo'n tien Jaar geleden kochten, een
soort staalwolknoedeltje. Het zou
weer een probleem kunnen worden
waar dat te koop was, als het nog
ergens te koop zou zijn, maar een
andere huisvrouw is gelukkig met
haar gewone glazen stuiter in haar
waterketel (Opmerking van mijn
kant: Dat zal dan toch wel een ketel
oeten zijn. waarbij de stuiter niet
teg^. met het kokende water in de
theepot terecht komt, want dat lijkt
me niet igevaarlijk).
VRAAf >ez "T.-.u i-^n wij, toen
we in t .tserland met een groepje
mensen :n een bergtreintje zaten, een
prachtig edelhert, compleet met een
dito gewei, met twee van z'n vrouwen
een paar kilometer heel vrolijk over
een vrij kaal terrein met het treintje
meerennen. Als ouderwetse gerefor
meerde broeders en zusters zaten we
direct midden in een dispuut, waarbij
het onderwerp was: Dat hijgende
hert, dat schreeuwt en die moede
hinde, die smacht naar water hoe
zit dat nou? We vonden de opmer
king: dat hert ligt ons beter, vooral
als je zo'n beest ln het wild ziet ren
nen, niet zakelijk.
ANTWOORD: Dit was nu een vraag,
die we konden deponeren' op het bu
reau van onze meest gewaardeerde
medewerker. U haalt daar wel een
hele boel mee onderste boven aan.
dikke boeken. Wat de bewerking be
treft: De toevoeging „der jacht ontko
men" is ontstaan in een tijd, dat het
logisch was, dat op elk levend en
opeetbaar dier al of niet clandestien
gejaagd werd en komt niet in hand
schriften voor. De Statenvertaling
spreekt van een mannelijk dier. In
het Hebreeuwse handschrift is dat
een ram, een steenbok of iets derge
lijks. In de rabbinische geschriften
(rondom de geboorte van Christus)
leest men het woord schreeuwen.
Maar in dezelfde Hebreeuwse bijbel
uitgave van Kittel wordt ook wel ge
wezen op de mogelijkheid van een
vrouwelijk hert. In de Septuaginta
werd zonder aantekeningen of varia
ties gebruik gemaakt van het vrouwe
lijke lidwoord. Aangezien het Griekse
woord elaphos zowel de naam is van
het vrouwelijke als van het mannelij
ke dier, maakt zo'n lidwoordje het
dan wel gemakkelijk. De vertaling
van de Septuaginta werd ongeveer
170 voor Christus, volgens de legende
door zeventig geleerden uit het He
breeuws in het Grieks uitgevoerd. De
Griekse tekst van de evangeliën
grijpt vaak maar niet altijd terug
naar de Septuaginta. De Statenverta
ling grijpt terug naar de Hebreeuwse
tekst, zoals Kittel dat ook doet met
toevoeging van bovengenoemde
noot. BIJ Buber vinden we een „lech-
zende" hinde. Onze medewerker
noemt zich, hiermee het voorbeeld
volgend van de theoloog uit een vori
ge generatie A. Steketee, een tiro, een
ongeoefend soldaat in de blijde we
tenschap. Eigenlijk Jammer dat dat
kleine lldwoordje er staat, want ln
diezelfde psalm zou plaats kunnen
zijn voor beide mogelijkheden.
VRAAG: Er bestaat een lang geleden
verschenen boekje: Moeder worden
zonder vrees. Wie schreef het?
ANTWOORD: Er bestaan twee boek
jes. ongeveer met dezelfde tekst: Een'
Zwitsers, geschreven door dr Thomas
Rust: Die natürllche Geburt in het
Nederlands Moederschap zonder
vrees (uitgave P. Vink, Antwerpen) en
dat van dr M. Read, vertaald door het
echtpaar Schmidt Ledeboer: Moeder
worden zonder vrees uitgave Schel-
tema en Holkema. Waarschijnlijk
zijn deze boekjes, als ze uitverkocht
ijn, nog wel ergens ln een bibliotheek
te vinden. Als het nog nodig zou zijn,
zou het lezen een aanvulling kunnen
zijn op de voorlichtingslessen, die een
aanstaande moeder op het bureau
van haar kruisvereniging volgt en de
daarbij behorende zwangerschaps-
gymnastieklessen meemaakt. Het
voordeel van deze voorlichtingsles-
•sen en uren is het persoonlijk con
tact, dat voor leder weer anders zal
uitvallen.
VRAAG: Bestaat er ook een zwem
school in Nederland, waar Je de angst
voor het water afleert, die een belem
mering kan zijn om te leren
zwemmen?
ANTWOORD: Het is Jammer, dat wij
niet weten of dit een vraag is ten
behoeve van een oudere, die de dupe
was van een misselijk grapje, terwijl
hij of zij vroeger zwemles kreeg ln
klasseverband (ik weet daar nog wel
van mee te praten). Betreft het een
kind, dan kunnen we wel vertrouwen
hebben. Het systeem. Jongere kinde
ren angst voor het water kwijt te
laten raken (of te voorkomen dat ze
die angst krijgen) is. ze vrij lang. al
spelend te laten wennen aan dat wa
ter. Voor moeders, die graag direct
resultaten willen zien. kan dat wel
eens veel tijd vergen, maar de kinde-
ren die spelend leren vinden het toch -
wel een heel prettige les. Het zwem
men voor kleine baby's is weer een
onderwerp apart. Wij verwijzen naar
de bespreking van het Karl Dlem-
rapport in de rubriek van Loes Smit
van 4 september 1979 onder de kop:
,3aby zwemt naar beter leven".