'De ontwikkeling gaat
verder dan plan-Pais'
Spaar-Direct-Rekening:]
5VP/o rente en toch
direct opvraagbaar.
Rabobank Q
'Marie word wijzer'
liever middenschoo
'Macht van schoolbesturen is te groot
'•ftkilcpW
pm-retwy"*
ffs
f
baAÏ-totfe'
Kamerleden positief over Engelse middenschool
Rollenspel voor zesde-klassers
't Is makkelijk genoeg. Voor de Spaar-Direct-
Rekening hoeft u maar één keer naar de Rabobank.
En die is nog dichtbij ook. Sparen op die rekening
doet u daarna gewoon door middel van een
bank- of postgiro.
Het maakt dus niet uit waar het geld vandaan komt
Het door u overgeboekte bedrag op uw eigen
Spaar-Direct-Rekening bij de Rabobank is meteen
goed voor maar liefst 5'/i% rente.
Het opnemen gebeurt op dezelfde manier.
Na overboeking van de Spaar-Direct-Rekening
naar uw privé- of girorekening, kunt u vrij over
het gewenste bedrag beschikken. Zonder op
zegtermijn tot 'n bedrag van f 5.000 per maand.
De Rabobank Spaar-Direct-Rekening kunt
u al openen met een eerste inleg van slechts
f 100,- (méér kan natuurlijk ook).
i
geld en goede raad
"Ik doe't meteen.
Ikopen vandaag nog zo'n
Spaar-Direct-Rekening"
VRIJDAG 12 OKTOBER 1979
TROUWKWARTET
»(VF
Van onze onderw^srcdactle
DEN HAAO De ontwikkeling van het voortgezet onderwijs zal op den duur verder gaan dan
minister Pais en staatssecretaris De Jong ln hun deze week gepubliceerde plan voorstellen.
Mevrouw Olnjaar-Maas (WD) neemt aan dat de verschillende vormen van voortgezet
onderwijs ten slotte onder één dak zullen komen.
Mevrouw Olnjaar trekt deze condu
ite !n een gesprek over haar ervarin
gen In Engeland, waar zij samen met
elf andere Kamerleden een week
heeft rondgereisd om het Engelse
schoolsysteem te bekijken. Net als
Van Ooijen (PvdA) en Van Leijen-
horst fCDA) heeft ze een zeer positie
ve Indruk gekregen van de compre
hensive schgooi. een vorm van onder
wijs die min of meer vergelijkbaar Is
met wat we ln Nederland onder een
middenschool verstaan.
De onderwljsspeclallsten uit de
Tweede Kamer hebben nu drie lan
den bezocht: Zweden, West-Dults-
land en Engeland. Daarbij ging het er
om te vernemen wat de ervaringen
xijn met de samenvoeging van voor
dien afzonderlijke schooltypen. In
Zweden ln de Grundskola, In West-
Dultsland ln de Gesamtschule en in
Engeland ln de comprehensive
.Mevrouw Olnjaar: .Als lk voor dezelf-
-de keus had gestaan als de Engelsen
Tiad lk ook gestemd voor de compre
hensive school. De lagere school ein
digt ln Engeland met elf Jaar. Selectie
op dat moment is onrechtvaardig en
maatschappelijk ongewenst Hetzelf
de geldt voor West-Dultsland, waar
de scheidslijn al bij tien Jaar lag, en ln
Zweden, waar op het moment van de
Invoering van de grundskola een zeer
gebrekkig voortgezet onderwijs be
stond."
Dat betekent niet dat mevrouw Oln
jaar de oplossingen die ln deze drie
landen gevonden zijn gelijkelijk
waardeert. ..Zweden Is mij veel te
centralistisch. Daar heeft de regering
de grundskola van de ene op de ande
re dag Ingevoerd. Als Je ziet hoe wei
nig gemotiveerd de leerlingen zijn,
dan is dat een duidelijk voorbeeld
van hoe het niet moet. De experimen
ten ln West-Dultsland zijn heel gron
dig opgezet, en daarom erg Interes
sant. maar mijn voorkeur gaat toch
uit naar de Engelse aanpak."
- Vrijheid
De plaatselijke overheden hebben
een grote mate van vrijheid en de
Invoering van de comprehensive
school verloopt heel geleidelijk. Er ls
veel aandacht voor huishoudelijke
vakken, sport en creativiteit. „Ik heb
wel kritiek op het ontbreken van een
goede beroepsvoorbereiding. De
praktische vorming schiet echt te
kort en dat ls een fout die wij moeten
vermijden. Maar alles bij elkaar vind
lk de keus voor de comprehensive
school juist", zegt mevrouw Olnjaar.
Van Leljenhorst komt tot soortgelij
ke conclusies. „Vergeet niet dat de
grammar school (ons gymnasium, re
dactie) erg elitair was. Tegen die ach
tergrond is de comprehensive school
een duidelijke verbetering. De men
sen zijn over het algemeen ook tame
lijk tevreden met de comprehensive
school."
Wat van Leljenhorst vooral aan
spreekt ls het groeimodel dat ln En
geland ls gehanteerd. Hij herkent die
strategie ook ln de nota van De Jong
en pais. Je moet aansluiten bij de
ontwikkelingen die er zijn en zorgen
dat Je de medewerking van de leer
krachten niet verspeelt, zegt hij.
Afromen
Van Ooijen deelt met zijn collega's de
waardering voor het Engelse sys
teem. maar hij maakt wat meer kriti
sche kanttekeningen. Juist het En
gelse voorbeeld toont aan, zegt hij,
dat Je de grammar school niet kunt
laten voortbestaan naast de compre
hensive school. Satlstleken bewijzen
dat de grammar school dan toch de
Intellectueel meest begaafde kinde
ren „afroomt". Een andere les ls. dat
het groeimodel best bruikbaar ls,
maar dan moet Je wel een duidelijk
perspectief hebben. Als Je dat op Ne
derland toepast, kun Je de ontwikke
ling niet nog eens tien Jaar op z'n
beloop laten.
Zowel de Westdultse als Engelse er
varingen sterken Van Ooijen ln de
overtuiging dat de middenschool niet
te groot moet zijn. In West-Dultsland
wordt gestreefd naar Gesamtschule
die een complete bovenbouw hebben.
Dan kom Je uit bij scholen van dui
zend tot tweeduizend leerlingen, die
gaan dan een tweejarige brugperiode
voor heel het voortgezet onderwijs.
Maar we zitten nu eenmaal met een
systeem waarin Je negen verschillen
de vormen van voortgezet onderwijs
hebt, elk met eigen tradities en eigen
schoolgebouwen. Dat heb Je niet een,
twee, drie op één noemer gebracht.
„Maar lk denk wel dat we ln de lagere
leerjaren van het voortgezet onder
wijs daar naar toe gaan."
Van Ooijen ten slotte: „Ik zie niet in
hoe je werkelijk een gezamenlijke
brugperiode kunt realiseren binnen
afzonderlijk voort bestaande school
typen. De brugklas van een lyceum
zal er heel anders uitzien van die van
D. van Ooijen
.niet te groot
een huishoudschool, ook al gaan de
lessentabellen meer op elkaar lijken.
Jc houdt toch een uitsplitsing op
twaalfjarige leeftijd, die voor een be
langrijk deel op basis van sociale
herkomst verloopt."
En dat hij het hem allemaal veel te
langzaam vindt gaan, blijkt uit zijn
verzuchting: „Pais en De Jong zijn
aangeland op het punt waar oud-
minister Cals twintig Jaar geleden al
was: die stelde toen al echte scholen
gemeenschappen met een tweejarige
brugperiode voor".
Mevrouw Ginjaar-Maas...
.onder één dank
dan bij voorkeur ln mammoetgebou
wen worden ondergebracht. Van Lelj
enhorst wil liever een school voor
twaalf tot zestien Jaar met niet meer
dan zes a zevenhonderd leerlingen.
De bovenschool kan best los daarvan
staan, net zoals in Engeland vaak
gebeurt.
i
Naar aanleiding van de recente reis
naar Engeland komt ook het door
Trouw gepubliceerde plan van minis
ter Pais en De Jong ter sprake om te
streven naar een tweejarige brugperi
ode. die voor alle schooltypen (van lts
tot gymnasium) in principe gelijk is.
Mevrouw Ginjaar en de heer Van
Leljenhorst vinden dat het plan een
stap ln de goede richting. „Misschien
is het geboden perspectief voor 1990
nog Iets te vaag", zegt Van Leljen
horst, maar scholen worden tenmin
ste gestimuleerd ln de richting van
nauwere samenwerking."
Negen vormen
Mevrouw Olnjaar sluit niet uit dat de
ontwikkeling uiteindelijk verder zal
„Marie word wijzer" heeft gisteren een rollenspel uitgebracht voor leerlin
gen van de zesde-klassen van lagere scholen. Het ganzebordachtige spel is
bedoeld om inzicht te krijgen in de belemmeringen die meisjes in het
onderwijs ondervinden en ook om aan te geven hoe die situatie veranderd
kan worden.
Eén van de bijbehorende tekstjes: „Wou Je naar LTS om schilderen te leren,
hebben ze daar geen melsjes-wc. Lopen ze daar even achter. Ga jij nog even
terug naar 21, dan hebben se mooi de tijd om een meisjes-wc te maken."
Het rollenspel is overigens ln een oplage van 275.000 stuks verspreid over
zo'n achtduizend lagere scholen.
1
Van onze Haagse redactie
DEN HAAO Ongedeeld, breed opgezet voortgeze
onderwijs voor twaalf- tot zestienjarigen ofte wel d
middenschool biedt meisjes de beste garantie voq
gelijke kansen. Ze krijgen dan over een langere period(
hetzelfde onderwijs als Jongens. En ze kunnen op eei
latere, dus rijpere leeftijd met dezelfde kansen kiezei
voor beroep of vervolgstudie.
Tot die conclusie komt de stich
ting „Marie word wijzer", die gis
teren haar reactie publiceerde op
de „schets van een beleid voor
emancipatie in onderwijs en we
tenschappelijk onderzoek". Voor
die schets zijn minister Pais (on
derwijs) en staatssecretaris Kraa-
ijeveld-Wouters (CRM) verant
woordelijk.
In de stichting „Marie word wij
zer". die zich inzet voor grotere
deelname van meisjes aan het on
derwijs. werken twaalf organisa
ties samen, waaronder de Roole"
Vrouwen, de Nederlandse Chris
ten Vrouwenbond en de Vrouwen
ln de WD.
Het uitbrengen van de schets over
emancipatie beoordeelt de stich
ting positief, maar over de Inhoud
heeft zij grote twijfels. Voor een
groot deel bestaat het stuk uit een
opsomming van losse maatrege
len. de nota ls bovendien vaag en
vrijblijvend waar het de financiële
Invulling betreft, aldus de stich
ting.
'Los zand'
ZIJ vraagt zich af of een dergelijk
pakket van maatregelen en voor
nemens. die „als los zand aan el
kaar hangen." wel tot verbetering
leidt voor de kansen van meisjes
in het onderwijs. Het zou bete
zijn, aldus de sUchtlng, om
zaken fundamentaal aan te ptfc
ken en de onderwijsstructuur
grondig te onderzoeken op barrU A
res voor meisjes. Dat aspect word
volgens „Marie word wijzer" ln dt
nota vrijwel bulten beschouwlnj H
gelaten. Het verbaast de stlchtlni
ook dat de minister van sociale m
zaken niet bij de schets ls betrok va
ken met het oog op de samenhan
tussen onderwijs en arbeid»
markt, waar voor vrouwen every
eens tal van knelpunten liggen.
In het verlengen van de brugkla»
periode tot twee Jaar. zoals mini»
ter Pais en staatssecretaris Dr
Jong dat willen, ziet „Marie wort
wijzer" weinig hèil. BIJ zo'n plas
blijft het verschil tussen de brug
klas van het lager beroepsondei
wijs en die van het algemen
voortgezet onderwijs ln tact, aldus
de stichting. Dus dat lost voor
meisjes, die doorgaans toch a!
naar traditioneel gerichte, „ty
pisch vrouwelijke" opleiding»
worden geloodst, weinig op,
wordt gezegd.
De stichting vraagt zich overigen
af welke waarde er aan de schets
moet worden gehecht Het ls o&
duidelijk of ook het parlemeci -
zich er nog over zal bulgen.
Van onze onderwijsredactle
UTRECHT „De pretentie 'De
school aan de ouders' mag best ge
toetst worden aan de praktijken bin
nen het bijzonder onderwijs. Iedereen
die de structuur van onderwijs ln dit
land gewaarborgd wil zien zou struc
turen moeten bestrijden die welis
waar niet ln strijd met de wet, maar
wel ln de strijd met de bedoelingen
van de onderwijspacificatie zijn ont
staan. Niet democratische bestuurs
vormen, zoals gesloten stichting,
spotten met de Idealen van de vrij
heid van onderwijs."
Dit zei gistermiddag de Groningse
wethouder van onderwijs, drs J. Wal
lage, ln zijn Inleiding voor de leden
van de Vereniging van Christen Do
centen bij het Voorbereidend Weten
schappelijk en Algemeen Vormend
Onderwijs. Voor de jaarvergadering
van de CVHO, die ln Utrecht werd
gehouden was als thema voor discus
sie het onderwerp „Bestuurders en
democratie" gekozen. Dit naar aan
leiding van de aanval, die ex-premier
Den Uyl had gericht op het gesloten
karakter van veel christelijke bestu- TcfTCÏlDOfcn
ren en de ondemocratische uitwer- 6
king ervan.
dat met de ontzuiling sinds 1960 de
pluriformiteit binnen de organisaties
was toegenomen. De starheid van de
zuilen was volgens hem doorbroken
en had plaats gemaakt voor de her
kenning van de eigen Identiteit bin
nen een groter familieverband.
beeld ln het onderwijs in de
staan.
Dr D. Th. Kuiper, lector ln de sociolo
gie aan de Vrije Universiteit, die over
hetzelfde onderwerp een inleiding
hield, verweet Den Uyl een valse
voorstelling van zaken. Hij wenste
alle christelijke organisaties niet op
een hoop geveegd te zien. Hij vond
het juist een boelende ontwikkeling
Ook was hij het oneens met de stel
ling van Den Uyl dat de staat en de
maatschappij tegenpolen zijn, waar-
In de staat moet opkomen voor de
kansloze en de maatschappij de ge
vestigde machten ln zich verenigt, ln
dit geval de christelijke bonden en
organisaties. Wel vroeg hij zich af of
de familiaire structuren de oplossing
voor bepaalde problemen bijvoor-
Wallage vond van wel. De macht
de invloed van de schoolbesturen
de overkoepelende organisaties:
aldus Wallage, te groot. De beslui A
zouden zodanig worden voorgeko
dat het parlement te weinig moge!
heden heeft voor de normale de
cratlsche controle. HIJ pleitte
een scherpere schelding tussen rt
ring, parlement en de organlsath
Wallage: „Dit zal het bijzonder
wijs niet schaden maar recht d
aan de verantwoordelijkheid var
gering en parlement en de onden
vrijheid plaatsen ln het kader i
zij thuishoort: de parlementaire
moe ra tie."