'Legt u toe op de gastvrijheid' Olieboycot kan Z.-Afrika over de drempel dwingen >ro Rege kijkt terug op afgelopen vijfentwintig jaar: TROUWKWARTET P 13 - RH 17 - S 15 i de protestantse militaire tehuizen gaat het jaar geleden. Maar ook in een veranderende huizen uitgaan, vasthouden aan evangelische Er zijn genoeg mogelijkheden om een eigen el wat anders toe dan zo'n vijf en twintig wereld wil „Pro Rege", waarvan de militaire opdracht: zich toe te leggen op de gastvrijheid, identiteit uit te dragen, meent de bond. or Huib Goudriaan U, ECHT Een „goe- kop koffie" voor een 'artje, soms een pils maar dan wel met de ge bedenkingen deze verstrekking an de minderjarige sol- aat wel principieel ge kloofd?) en de wat na- rukkelijk gebrachte agsluiting. Deze ingre- tënten bepaalden in de iren vijftig in belang- jke mate de sfeer van en Protestants Militair ihuis. u, vijfentwintig jaar later, an in de meeste tehuizen anuit de eethoek een com- lete maaltijd worden be eld, en bij een echte buffet- ediende bier, sherry en wijn. e dagsluiting is afgeschaft, laar wel wordt omgeroepen 595 at „eventueel gebruik kan orden gemaakt" van een bij- g45 elstudiekring in de tv-zaal. 995 t .r )e veranderingen in de sa- •TqH lenleving zijn niet aan de loninklijke Nederlandse Mi- 995 taire Bond Pro Rege, de or- anisatie die de Protestantse [ilitaire Tehuizen (afgekort. PMT's") beheert, voorbij ge- aan. In 1954 beschreef het jrgaan van Pro Rege een fees- 4.5 Ujke, „echt-gezellige maal- )d". als volgt: „Het menu as erg goed verzorgd met tn heerlijk bord soep vooraf, rsg ader luxebroodjes en ge- Voon brood, diverse soorten eleg, eieren, fruit en te- ens chocolademelk." ieruit spreekt duidelijk dat e hongerwinter in 1954 nog l |iet ver in de herinnering lag k ,n het uitdagende voedsel- akket van de welvaarts maatschappij toekomstmu- lek was. 'etbezinning- Iet blad van Pro Rege heette oen „De Nederlandse Krijgs- lan", een theatraal aandoen- e benaming, die nu in kleine fetters tot onderkop is terug bracht, terwijl „PMT- feuws" de hoofdkop is ge-' orden. In plaats van „echt- pzellige maaltijden" bes chrijft het blad nu bij voor- eeld, hoe dank zij de video- ienst van Pro Rege. de Ne- erlandse militairen in Liba- on en in West-Duitsland Ne Toen en nu: van een „echt-gezellige-maaltijd" (in 1954) tot „jezelf zijn". derlandse tv-programma's kunnen volgen. Vijfentwintig jaar geleden bouwde Pro Rege ook zeven militaire tehuizen (die van Er- melo. Steenwijkerwold, Nun- speet, 't Harde, Stroe, Oir- schot en Ossendrecht). Dit ju bileum bracht Pro Rege on langs tot een bezinning op haar taak, die onder meer tot uitdrukking kwam in een arti kel in PMT-Nieuws. Hierin werd opgeroepen vast te hou den aan de „Pro-Rege-ge- dachte": „Dat is in een veran derende wereld waar alle ver anderingen en vernieuwingen elkaar razendsnel opvolgen, vast te houden aan de op dracht, die vanuit het evange lie tot ons komt: legt u toe op de gastvrijheid." (Rom. 1213). Gastvrijheid? In de statuten staat dat de bond zich „op grond van de overtuiging dat de christen ook als militair Jezus Christus, de Koning der konjpgen, behoort te dienen, ten doel stelt de verspreiding der christelijke beginselen in* de krijgsmacht". In een ge sprek met mr. J. den Boer, directeur van Pro Rege, op zijn kantoor in Utrecht, zegt deze: „De doelstelling is niet veranderd, maar de uitwer king wel. We voelen ons niet meer geroepen de „christelij ke beginselen te verspreiden" dat is te dogmatisch, te statisch maar wel iets van het evangelie te laten door klinken. Kijk. wij willen een christelijk tehuis zijn voor de jongens, maar geen tehuis voor de christelijke jongetjes. Wij willen graag iedereen in onze tehuizen zien. maar dan wel in een omgeving waarvan die jongeman die uit een christelijk milieu komt, zegt dat die hem bekend voor komt. en waarvan de niet- christelijke jongeman zegt: waar komt deze sfeer van daan, waar halen ze de moti vatie vandaan." Zichzelf zijn „Overigens moeten de jon gens in de eerste plaats zich zelf kunnen zijn. Wij bieden gastvrijheid aan de militairen, die van huis zijn en gastvrij heid is: het beste wat je hebt willen delen met je gast. Het beste wat een christen heeft is zijn geloof, dus wordt in de tehuizen bij voorbeeld wèl ge wezen op de mogelijkheid van het bijwonen van een discus sie over het geloof of van een bijbelstudiekring. Maar het is niet meer zoals vroeger, dat een dagsluiting bijna dwin gend wordt opgelegd, dat de knop van de t.v. uitging en iedereen moest luisteren. Vroeger werd het christelijk karakter in belangrijke mate gedemonstreerd door de dags luiting; in die vorm bestaat dat niet meer." Als mr. De Boer spreekt over een bepaalde sfeer, herken baar voor mensen uit een christelijke milieu en „iets" biedend aan mensen, die niet uit zo'n milieu komen, waarop doelt hij dan? De Boer: „Dat moet blijken uit de discussies, uit de ge sprekken die de tehuisleider voert met de mensen en uit sommige dingen die samen met andere organisaties wor den opgezet bij voorbeeld met Youth For Christ. Er zijn voldoende mogelijkheden om de identiteit uit te dragen. Er zijn ook legerpredikanten, die 's avonds naar een PMT ko Mr. J. den Boer: je gasten het beste geven wat je hebt, maar niet probleemsjouwerig worden men. Er zitten ook „diakona- le" aspecten aan ons werk: de tehuisleider en zijn vrouw moeten een begrijpend oor hebben voor jongens met pro blemen en ze kunnen doorver wijzen naar dominee of aal moezenier. Maar het moet na tuurlijk niet allemaal te pro bleemsjouwerig worden." Samenwerking In een tijd van samenwerking van protestanten en rooms- katholieken op bepaalde ter reinen, zou men zich de vraag kunnen voorstellen, of het niet zinvol zou zijn die samen werking ook uit te breiden tot gezamenlijke exploitatie van militaire tehuizen. Mr. De Boer gaat met zijn reactie hierop eerst in op het interker kelijke karakter van Pro Rege binnen de protestants-christe lijke wereld. „Wanneer de mensen van artikel 31 in het tehuis in Seedorf (West-Duits land) liever geen gebruik ma ken van de protestantse kerk dienst en op zondag een band opname willen beluisteren met een eigen preek, dan loopt de tehuisleider hard om ze een zaal ter beschikking te stellen. En buiten de protes tantse wereld: de opperrab bijn in Nijmegen en in Utrecht, kregen een vertrek ter be schikking om met een Joodse militair te spreken." „Met de rooms-katholieken hebben we in de loop der jaren steeds samengewerkt; dat blijkt bijvoorbeeld hieruit dat als ergens twee armetierige te huizen een protestant en een rooms-katholiek ston den en dan in gezamenlijk overleg of het protestantse of het roomse werd gesloten. Dat blijkt ook uit de totstandko ming van het militaire tehuis in Tel Aviv, het Holland Huis, voor de soldaten uit Libanon, dat gezamenlijk is opgezet door Pro Rege en de Centrale van Katholieke Militaire Te huizen. Maar als u mij vraagt, waarom die twee clubs niet één kunnen worden, antwoord ik: a) dat zou ik liever niet zien; b) dat lijkt me praktisch onuitvoerbaar, omdat de Cen trale een hulporganisatie is van het militair vicariaat, dat onder leiding staat van de kardinaal. De Centrale is dus een typisch rooms-katholieke kerkelijke organisatie, terwijl Pro Rege een particuliere ver eniging is met leden. Twee or ganisaties die niet te fuseren zijn, nog ervan algezien of dat om andere redenen al dan niet wenselijk zou zijn." „Het is natuurlijk wel zo dat onze deuren wijd open staan als een aalmoezenier in Duitsland is dat het geval een godsdienstoefening wil houden. Er is samenwerking waar dat mogelijk is. Als u mij vraagt naar contacten met de humanisten, dan moet ik zeg gen dat je principieel gezien bij rooms-katholieken, ook al behoef je de verschillen niet te verdoezelen, op dezelfde bo dem uitkomt, maar bij huma nisten op een bepaald punt moet zeggen: hier scheiden onze wegen. De humanistisch raadsman is dus als gast wel kom. maar vindt bij ons geen gehoor als het erom gaat din gen gezamenlijk op te zetten." Schaalvergroting- Pro Rege beheerde in 1954 zesenveertig tehuizen, het zijn er nu vijfenveertig: in Neder land negenendertig, in West- Duitsland vijf en een in Tel Aviv. In 1954 bestond het per soneel slechts uit de zesen veertig tehuisleiders, het zijn er nu 260, inclusief twintig ad ministratieve krachten (naast de tehuisleiders zijn er koks en buffetbedienden). Werd er in 1954 aan directe kosten 576.000 gulden uitge geven, in 1978 was dat 6,6 mil joen gulden. Was het eindbe drag op de balans in 1954 an derhalf miljoen gulden, in 1978 was dat 10,1 miljoen gul den. Ook bij Pro Rege heeft de schaalvergroting de afgelo pen vijfentwintig Jaar dus toe geslagen. Alleen het ledenbestand heeft zich niet tot dezelfde schaal uitgebreid. Waren er in 1954 41.904 leden, thans zijn er 65.000 leden en 55.000 begun stigers. Mr. Den Boer: „In 1954 hadden we geen begunstigers maar nu geeft men liever vijf entwintig gulden in één keer. als begunstiger, dan dat men zich met vijf gulden per jaar bindt als lid. De maatschap pelijke ontwikkeling is van dien aard dat het lidmaat schap kennelijk op grotere be lemmeringen stuit dan vroeger." Misverstand „Bij sommige mensen leeft het grote misverstand, dat ie mand die tegen de kernbewa pening is, de IKV-gedachte aanhangt, zich ook moet laten schrappen voor ons werk, als of het lot van die jongen, die als gevolg van onze democra tische besluitvorming is opge roepen in militaire dienst, hem dan niet meer behoeft te interesseren. Vergeten wordt weieens dat wij geen aan hangsel zijn van de krijgs macht; wij staan wel bij de kazerne, maar niet erin." - 3p 12 september 1977 vond de ationale leider van de Zwarte lewustzijnsbeweging. Steve liko, de dood door toedoen van ie politie. Kort daarop zette de iuidafrikaanse regering haar po- tiek van „onthoofding" voort iet een verbod van alle onderde- ïn van de zwarte bewustzijnsbe weging. Haar nu, twee jaar na de dood van Biko, ondigt premier Botha van Zuid-Afrika an, dat hij amendementen op de wetten egen „immoraliteit" en tegen gemengde luwelijken zal verwelkomen. Deze wet en, die geslachtsverkeer tussen personen an verschillend ras verbieden, vormen de lasis van het apartheidsstelsel. Kan pre ttier Botha het apartheidsstelsel afschaf- fn en dat politiek overleven? Er is in luid-Afrika iets aan de hand. Laten we ens een aantal gebeurtenissen van de ilgelopen maand op een rij zetten. )p 12 september weigerden negenduizend warte arbeiders in Ladysmith (Natal) de iogere tarieven voor busvervoer te beta- Hun blanke werkgevers steunden en: „Deze knapen hebben een gerecht- ardigde klacht en we doen alles wat we unnen om ze te helpen. Hun actie voeren op een verantwoorde en vreedzame nanier. en daarom krijgen ze veel steun." >e steun van de werkgevers kreeg twee irmen: de zwarte arbeiders mochten op lun terrein slapen (wat in Zuid-Afrika in itrijd met de wet is) en de werktijden verden zodanig verkort dat de arbeiders Raar hun woongebieden heen en weer kon- n lopen. Kaffers I Terzelfder tijd riep een boze Zuidafrikaan- se vakbondsleider: „Zwarten zijn apen." Ret was Arrie Paulus, secretaris-generaal van de exclusief blanke Mijnwerkervak- d bond, die een loopgravenoorlog voert te- gen de ontwikkeling dat zwarte arbeiders ialfgescnooid werk gaan doen; werk dat v>t nu toe voorbehouden is aan blanken, 'e moet de zwarte kennen. Hij wil dat iemand zijn baas is. Ze kunnen niet vlug lenken. Je kan een aap nemen en hem eren een wijsje op de piano te spelen, naar hij kan niet zelf iets anders beden kenzo legde de secretaris-generaal uit. >e voorzitter van de op 23 september De schrijver van deze beschouwing, Ngubeni ka Nkophe, is een van de oprichters van het Pan Africanist Congress, dat zich in 1959 afsplitste van het ANC (wegens te grote invloed van blanke communisten). Hij heeft tweemaal een straf van drie jaar uitgezeten op het Robbeneiland. Hij woont nu buiten Zuid-Afrika. gestichte inwonersorganisatie van Soweto SCA, dr. Nthato Motlana, diende een klacht tegen hem in op grond van de wet tegen het aanstoken van haat tussen de rassen. Het dagblad „Die Vaderland" vroeg de vakbondsleider om commentaar op de klacht van Motlana. De reactie van Paulus: „Die Vaderland en Motlana en alle kaffers kunnen oprotten en barsten". Op 25 september werd bekend gemaakt dat het reeds eerder aan zwarten in stede lijke gebieden gegeven recht om vakbon den te vormen nu ook toegekend wordt aan zwarte trekarbeiders uit de „thuislan den" dus aan alle zwarte Zuidafrika ners. En op 26 september maakte premier Botha bekend dat hij bereid was amende menten op de Immoraliteitswet en op de wet tegen gemengde huwelijken te over wegen. Op 28 september sprak een rechtbank in Johannesburg een zwarte schoonheidsko ningin en een Britse immigrant in feite vrij. nadat zij hadden bekend de Immora liteitswet te hebben overtreden. Er is nog geen duidelijke reactie van het publiek. Vooruitgang! Dit zijn belangrijke ontwikkelingen. De miljoenen zwarte arbeiders kunnen nu wettig vertegenwoordigd worden door hun eigen organisaties bij de onderhand- leingen met de industrieën, zodat zij hun rechten kunnen beschermen en uitbrei den. Ze krijgen ook ervaring in het onder handelen en de mogelijkheid tegen hun werkgevers op te komen. Ze kunnen be ginnen met de strijd tegen een heel skala van vooroordelen in het bedrijfsleven en tegen ingebouwde uitsluitingen van zwarten. De vooruitgang zal langzaam gaan, maar het is tenminste vooruitgang. Rechten hebben is één ding, ze kunnen uitoefenen een tweede. Een nadeel is wel dat het gemakkelijker is voor de politie openbare arbeidersbewegingen te infiltreren dan il legale. Maar de blanke industrie zal posi tief staan tegenover uitbreiding van vak bondsrechten tot zwarten, omdat er dan onderhandelingspartners komen. De industrie is bezorgd over de gevaren van wilde stakingen, na het verdwijnen van veel blanke arbeidskrachten naar het leger, politie, beveiligingsdiensten en de veiligheidsdienst (BOSS). Deze moeten de zogenaamde terroristische bedreiging te gengaan, die aan de noordgrenzen van de Atlantische tot de Indische Oceaan gezien wordt. De vertrekkende arbeidskrachten moeten vervangen worden door zwarten met een behoorlijk opleidingsniveau. In strijd met de „werkreserveringswet" ge beurt dat in een aantal gevallen. Aan de andere kant staan de blanke vakbonden die altijd de scherpste tegenstanders van de zwarten zijn geweest en het meest conservatief binnen de blanke sociale structuur. Juist hun leden worden door de rassenwetten beschermd. Het politieke uitgangspunt van het Afri can National Congress (ANC) is dat klas sentegenstellingen de fundamentele te genstelling in Zuid-Afrika zijn. Gezien de feiten is dit onjuist. Er is geen sprake van een bondgenootschap tussen zwarte en blanke arbeiders. Er is een tijdelijke be langengemeenschap van zwarte arbeiders met blanke werkgevers, tégen blanke ar beiders. Aan de wensen van deze belan gengemeenschap wordt nu gevolg gege ven door de regering. Dat is een interes sant feit. aangezien de regering toch mede steunt op de blanke arbeiders. Immoraliteit! Voor Nederlanders is het misschien moei lijk te zien, maar van nog groter belang is de uitspraak van de rechtbank in Johan nesburg, die overtreding van de Immorali teitswet haar strafbaarheid ontneemt. De wet wordt daarmee buiten werking ge steld. Deze wet die schijnbaar alleen op persoonlijke verhoudingen betrekking heeft en dus in zijn immoraliteit maat schappelijk niet belangrijk lijkt, is dat in Zuid-Afrikaanse verhoudingen wel dege lijk. Wanneer een blanke en een zwarte trou wen moeten ze als gezin ergens wonen. Dan komt een zwarte in blank gebied te wonen, of een blanke in zwart gebied. Op het ogenblik is dit verboden bij de Oroepsgebiedenwet. maar dat verbod is niet vol te houden als gemengde huwelij ken toegestaan zijn. De kinderen die uit gemengde huwelijken voortkomen, behoeven onderwijs. Een kind uit zwarte en blanke ouders in een nu nog blank gebied moet naar school. Dat moet wel de dichtstbijzijnde blanke school zijn. Hetzelfde kind zou in een zwart gebied op een school voor zwarte kinderen een veel slechtere scholing ont vangen. Ook hier zal druk ontstaan om de uitgaven voor onderwijs van kinderen in dezelfde leeftijdsgroep gelijk te trekken. De Bantu onderwijswet verliest dan ook zijn kracht. De bevolkingsregistratiewet. die nu garandeert dat van iedereen vast ligt in welke rasgroep hij is ingedeeld, verliest zijn nut als de Groepsgebieden- wet zijn kracht verliest. De basis voor de „thuislanden"-politiek. voor de „grote apartheid" wordt daarmee ook aangetast. De paswetten zijn ook niet meer nodig omdat een vóóronderstelling voor hun ge bruik (om zwarten uit blanke gebieden en banen te houden) vervalt wanneer zwar ten legaal in voormalige exclusief blanke gebieden of banen mogen wonen of werken. Verdwerging! Al deze racistische wetten moesten Zuid- Afrika veilig voor blanken maken. Er wer den politieke, culturele en godsdienstige gedachtenstelsels naar voren gebracht om deze maatschappelijke relaties in de ling in rassen te verklaren en te recht vaardigen. Het resultaat was een algeme ne maatschappelijke verdwerging van de zwarten op economisch, politiek, cultu reel. wetenschappelijk en religieus gebied. Andere maatschappelijke tegenstellingen werden er door onderdrukt Dit stelsel wetten en het denken erachter is nu dui delijk op de helling gezet. De veiligheid van de blanken kan niet meer op deze manier gegarandeerd worden. De veranderingen komen voort uit een combinatie van verschillende soorten druk. zware druk uit het binnenland en belangrijke druk uit het buitenland Sinds de voor B08S verrassende opstand van de jongeren in Soweto van 1976 is Zuid- Afrika veranderd. Allerlei organisaties werden verboden, maar de situatie blijft explosief. De druk van buiten houdt ook aan, de wereldwijde kritiek op het bewind in Pretoria gaat door, buitenlandse inves teerders blijven onzeker. De veranderingen worden ook veroor zaakt door de behoeften van de economie. Ze komen niet voort uit mentaliteitsver anderingen van de blanken, maar uit de behoefte van de Zuidafrikaanse industrie aan kwalitatief betere arbeiders. De racia le arrogantie van de blanke arbeider te genover de zwarte arbeiders en hun onge schoolde arbeid kan dat kennelijk niet meer tegenhouden. Verandering! Bisschop Desmond Tutu. secretaris-gene raal van de Zuidafrikaanse raad van ker ken. heeft bij zijn recente bezoek aan Nederland gezegd dat hij vier wijzigingen nodig achtte om te kunnen zeggen dat de blanke regering werkelijke verandering wil: afschaffing van de Bantoe Onderwijs wet. afschaffing van de paswetten, geen gedwongen vertrek naar de „thuislanden" meer en het bijeenroepen van een natio nale conventie. Hij zei verder dat de rege ring serieus genomen zou mogen worden als aan twee van de vier voorwaarden voldaan zou worden. De gebeurtenissen van de afgelopen maand wijzen er op dat de regering inder daad zaken wil doen. De genoemde veran deringen zullen toegejuicht worden door miljoenen zwarten, zij zullen er zelfver trouwen aan ontlenen, en het gevoel mee te tellen. Wel zijn er grote weerstanden, van de blanke arbeiders en waarschijnlijk van andere blanken die zich bedreigd ach ten. Het proces zal moeizaam gaan Het is daarom nodig dat de druk van buitenaf aanhoudt. Het slagen van de lopende campagne voor een olieboycot van Zuid-Afrika is daarom van belang opdat meer concessies verkregen worden De belangrijkste daarvan is het sluitstuk van de afschaffing van de racistische wet ten: het uitbreiden van de democratische rechten tot de zwarten

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1979 | | pagina 17