I 'weeduizend jaar hakken in schenen schoppen AG 22 SEPTEMBER 1979 TROUW/KWARTET 21 ■BINNENLAND" bet buffet maar koud en bel de slijter. Honderd jaar (K)HFC. (gentig jaar KNVB. Vijfentwintig jaar profvoetbal in Nederland. Er (t iets te vieren. I1879, toen bij eindelijk een paradijs aan een touwtje, zo'n echte ptbal, wist te bemachtigen, introduceerde Pim Muiier de voetbalsport Nederland. Hij richtte er meteen een club bij op: de Haarlemsche itball Club. Want het was een ondernemende knaap, die Willem l Herman Muiier (1865-1954). Binnen de kortste keren had hij zelfs officiële toestemming van Haarlems burgemeester Jordans om op de Koekamp te spelen. Maar dan zijn de problemen voor de historie al gekomen. HFC spéélde in de eerste jaren helemaal geen voetbal. De eerste vier jaren vermaakte het groepje rond de jongeheer Muiier zich simpelweg met rugby. De geschiedenis laat het heden op het juiste moment falen. 96 Jaar voetbal dus. Vlag weer naar binnen en rustig wachten tot 1983. frRuud Verdonck Is altijd moeilijk geweest om vare oorsprong van het in jipe zeer simpele voetbalspel, hterhalen. Verhalen genoeg, de waarheid? De geschied- jvers spreken elkaar vol ge en ieder moment tegen. ncipe zouden we 1863 gewoon aan n houden. In oktober van dat jaar In de Freemasons' Tavern In Great Street in Londen de Football Asso- l opgericht. Hoewel, oorsprong? Het eer een afscheiding die zich voltrok etablissement van de vrijmetsela- e belangrijkste clubs uit Londen en uit de buurt spraken nieuwe regels r het spel met de bal. en vaker dat soort pogingen onder- l Met name op de public schools iet ruige trappen tegen de lederen favoriete en door ouders en leraren geziene bezigheid was. Maar de po- i Great Queen Street bleek uitein- ;unJwèl succesvol. De voetballers verlie- rugby'ers. Op 1 december 1863 ijk aan, anderen spreken over 8 t werden de nieuwe regels gemaakt. De club Blackheath >7) schrok zich, hoewel op de op- Igsvergadering vertegenwoordigd, I een hoedje en koos de zijde van de (ers. Het bleek immers dat het hak- '■ortaan verboden was; evenals het in van de tegenstander door hem schenen te schoppen. werd in Engeland soccer ge- Men zegt dat Charles Wreford- in zijn tijd een gevreesde midden- de term uitvond toen hij zich te l in de kleedkamer bevond en een [lopende speler vroeg of hij ,rug- sien verwijzing naar rugby, ging spe- antwoordde Charles met veel [voor de situatie, ik ga .soccer' spe- D verwijzing naar het woord Associ- it was dus al na 1863. Daarvoor voetbal en rugby nog hand in Ifoor een partij sprak men gewoon nOl ens welke regels zou worden ge- Wel of geen hands. Wel of geen en tegen de schenen. Het enige dat tporten leek te binden, behalve de i, was de buitenspelregel die toen al i Terwijl we nu dus weten dat juist ^el de meest betwistte is gebleven jaren heen. komt dus eigenlijk van rugby. rugby komt van voetbal. In 1823 gewoon met de voet tegen de bal en de bal mocht met de hand w gestopt, geen poespas verder. Tot noif1 Webb Ellis, leerling op Rugby tijdens een partij voetbal de bal in de handen nam en er snel mee in ting van het vijandelijke doel ver- Zijn kornuiten vonden dat een Ifelijke variant. Hands bleef dus in L El. Naast het elkaar onderuit trek- et z'n allen boven op de bal duiken ije haken. -w D ^As al en voetbal bestaat. Sterker ':em 50 voor Christus. Ene Li Ju 't hoe door teams uit China en een spel werd beoefend dat zo zegt b in München bewaarde tekst, veel NQtbal leek. Nog veel sterker: er zijn 24. lingen dat in 1004 voor Christus al gevoetbald werd. De oude Grie- ielden ook al een spel waarbij met 1 tegen een rond voorwerp werd, Ze noemden het eplsciro. De Ro- namen het over en noemden het- lum. Bgt dat Ceasar het nog eens ge- heeft. Verder wordt verteld dat s en Virgilius dat harpastum maar nden, terwijl Ovidius het spel on- t vond voor vrouwen. Die speelden l(jei l namelijk ook al. Hoewel dat meer >rt huwelijksmarkt was. Zoals de lanlijke voetballers een ruime keu- de aanbidsters konden maken, zo «n technisch begaafde vrouwen ie pretje omgekeerd. ns, maar dat geldt voor alle gege- halverwege de negentiende eeuw, den zijn het er niet over eens of laai wel voetbal was. Sommige ihrijvers ontkennen het vol- Niet ieder ruw spel waarin een bal 'brulkt is voetbal, zoals een ooie- •k geen vliegtuig is. hoewel het tl kan vliegen. De oude Romeinen worden ervan ver dacht het spel verspreid te hebben naar Engeland. Samen met him legers ging ook de bal over de bol. Maar in Engeland bleef het echt hangen. Lui op een eiland die waren geboren met een grote voorliefde voor spelletjes. Ze voetbalden er eeuwen-, lang danig op los. Gehucht tegen gehucht, dorp tegen dorp en graafschap tegen graafschap. Zo spreekt de officiële ge schiedenis. Maar anderzijds wordt gezegd dat het eigenlijk de Noormannen waren die het voetbal in Engeland introduceer den. Een smakelijk verhaal natuurlijk. Britten zagen hoe Noormannen (Denen dus) op het strand een spel speelden, door steeds tegen een rond lijkend voorwerp te schoppen. Bij nader Inzien zou het, zo menen sommigen, zijn gegaan om het hoofd van een autochtoon die daadwerke lijk een kopje kleiner was gemaakt. Nou ja, voor de geschiedenis van de voetbal sport moet men wat over hebben. Trouwens, voetbal wès altijd al een ruige sport. Zo ruig zelfs dat Koning Edward n in 1314 dat geschop tegen „grote ballen" in de stad verbood. Op overtreding stond een verblijf in het cachot. Richard H ver bood het sjotten in 1398 absoluut. Niet omdat hij het eigenlijk te gemeen vond maar meer omdat hij het geen nobel tijd verdrijf achtte. Edelen doen aan fatsoen lijke sporten. Zij wedijverden in het schie ten met pijl en boog, wat ook nog ten zeerste van pas kwam in oorlogen. Alle verbodsbepalingen ten spijt bleef het trappen tegen een bal een tijdverdrijf dat bij het gemene volk zeer hoog stond aan geschreven. In 1514 zette Alexander Bar clay de genoegens op rijm. Ja, in de zomer was er niks aan de hand. Dan had nie mand het koud. Maar in de herfst en de winter, dan moest Je maar zien hoe je het warm kreeg. Oktober was ook toen de slachtmaand. En kijk, hoe vader daar opgewekt het varken staat uit te benen en zoonlief zich meester maakt van de blaas. Hij vult het ding met bonen en erwten en begint er van puur elan tegen te trappen. Voor hij het weet zijn er uit alle hoeken en gaten vTienden bij gekomen die graag mee willen schoppen. En zie dan, hoe dit sim pele genot, een winter lang de koude ver drijft bij de opgewonden jeugd. En hoe tenslotte ook de vaders in hun schaarse onbewaakte ogenblikken meerammen. Zo is het voetbalspel een groot goed. Let niet op de pijn als iemand eens mistrapt en de schenen vol raakt. Denk er slechts aan dat Je er lekker warm van wordt. Ja. Alexan der Barclay, zag de sportieve, sociale en economische waarde van het voetbalspel al zeer vroeg. Geheel in tegenstelling natuurlijk tot Thomas Elyot die in 1531 sprak van een „beestachtige furie". Het buitengewone geweld dat te pas kwam bij dit spel kon slechts leiden tot wraakgevoelens bij de arme slachtoffers van het spel, zij die met blauwe plekken, diepe wonden of nog er ger, achterbleven terwijl de rest van het- dorp er tien meter verder al weer lustig op los trapte. „Daarom moet er verder slechts eeuwig gezwegen over worden," aldus Thomas Elyot. Langzaam naderen we de negentiende eeuw. Er verandert zowaar iets in de we reld. En nota bene ook in Engeland. Sport wordt een aangenaam tijdverdrijf. Voor de edelen met een aanzienlijke hoeveel heid vrije tijd zeker. Ze worden wat vrijer, ze durven een ietsje meer, ze zien voetbal door de vingers. Zolang het voor de lol gaat natuurlijk. En voor de lol eikaars krachten meten, dat roept namen op als Cambridge, Eton, Oxford, rugby. Daar waar de jeugd klaar wordt gestoomd voor een carrière in het leger en waar enig doorzettingsvermogen en „good sports" na een stevige ram tegen de enkels, zeer wel van pas komen. Daar, op de voorname kostscholen, begint het voetbalspel z'n opmars. Keurig inge bed in een programma om er een beetje nobeler van te worden. En daama dus het leger. Het Engelse leger waarboven de zon nooit onder gaat. Terwijl thuis gebakke leid wordt over regels, of Je nu wel of niet iemand tegen de schenen mag schoppen, of Je de bal nu wel onder Je arm mag nemen of niet, of er een touwtje tussen twee palen dient te zijn gespannen of een houten lat; terwijl thuis daarover strijd is. verspreidt het Engelse leger de voetbal sport over de wereld. Zoals ze het zelf, naar men dus zegt, van de Romeinse helr- scharen hebben geleerd. Zo kan het dus gebeuren dat Nederland kennis maakt met voetbal. Via het gewo ne volk dat in de Twentse textielindustrie hand- en spandiensten komt verrichten, via Engelse leraren op keurige Nederland se kostscholen, via Engelse soldaten in den vreemde. Op het strand van Ostende bijvoorbeeld. Daar is het dat Pimmetje Muller in 1875 kennis maakt met het voet balspel. Een echte variant. Rugby dus. Hij neemt het als tienjarig Jongetje goed in zich op en zoekt Jarenlang naar een bal waarmee hij de werkelijke essentie van het spel kan uitleggen. Een échte bal dus, want zo achterlijk zijn we hier ook weer niet dat we nooit van een bal hebben gehoord. Kaatsen bijvoorbeeld, bestaat dan al lang. 1879. Pim Muiier laat ons rugby spelen en in 1979 vieren we honderd jnar voetbal. Sinds 1954 mag er in Nederland door voet ballers geld worden verdiend; in 1885 werd het professionalisme in Engeland toege staan. Zijn wij gek, of zij? Professionalisme in de sport is een merk waardige zaak. Sport om geld is eeuwen lang .not done' geweest. Wedden is prima; Je broodwinning ervan maken is iets voor het plebs. De grootste strijders voor ama teursport zijn ook altijd te vinden geweest In de betere kringen. Daar kon men zich in de ruime vrije tijd bekwamen in een disci pline. Ver onder de welstand levende han darbeiders konden zich alleen in sport bekwamen als ze er ook voor werden be taald. ze moesten toch ergens van leven. Door de specifieke Engelse situatie, waar sport zo'n belangrijke plaats innam onder het volk, was de stap naar het professiona lisme niet zo groot. In 1885, vier jaar voor in Nederland een voetbalbond werd opge richt, werd in Engeland al betaald voetbal toegestaan. In 1888 werd de Football Lea gue opgericht waardoor de profs een eer ste vorm van zekerheid kregen. Terwijl het daardoor ook niet meer nodig was tegen amateurs te spelen. In Nederland speelden tot 1954 louter amateurs. Daar was Pim Muiier een groot voorstander van. Hoe kan het ook anders. Muiier was de zoon van welgestelde ou ders. Zijn vader was mr TJepke Muiier van de Aylva State in Witmarsum. Friesland. Hij was er een van de laatste grietmannen. Stond aan het hoofd van een van de dertig grietenijen, sprak er recht, was tevens openbaar aanklager en hief er de belastin gen. Een baan die men zich moest kopen. In 1867 verhuisde de familie Muiier naar de Haarlemse Nieuwe Gracht. Als vijfjari ge jongen ziet hij, uitbesteed op de kost school van Schröder in Noordwijk, voor het eerst Engelsen voetballen. Vijf Jaar later hernieuwt hij de kennismaking tij dens een vakantie in Ostende. Op school verhaalt hij van dat spel, hoe wel hij steeds tegen ongeloof opbotst: hij kan het bewijs niet leveren. „Men schudde het hoofd schreef Muller veertig jaar later. „Eindelijk zag ik bij De Gruijter in de Leidschestraat zoo'n mij welbekende bal, spik-, nee maar spiksplinternieuw- hel-geel met 'n oranje geel lintje. Een paradijs aan een touwtje. Ik wou hem dadelijk mee hebben, maar had geen 'cre- diet. Den volgenden dag had ik het bedrag mee in m'n zak en ik kocht m'n bal. dolgelukkig." Er wordt onmiddellijk mee gespeeld. Zo maar op weilanden rond Haarlem, met altijd de angst de boer met zijnen riek achter zich aan te krijgen, of veldwachter Kolderie die niets van dat geravot achter een bal moest hebben. In de Koekamp vonden ze uiteindelijk een vaste stek. Mu iier, vijftien jaar inmiddels, heeft dan aan burgemeester Jordans van Haarlem offici eel toestemming gevraagd en gekregen, want een Muiier, dat betekende toen nog wat in Haarlem. En trouwens, hij stelde zich voor als presi dent van de Haarlemsche Football Club, de eerste Nederlandse voetbalcub. Want Utile Duce, UD, in Deventer, was wel eerder opgericht dan HFC maar men leg de zich daar de eerste jaren louter toe op het spelen van cricket. Muiier. Muller was een rasorganisator. Hij deed de ideeën elders op en plantte ze over naar Nederland. Hij studeerde in Ramsga- te in Engeland en in Lübeck in Duitsland, zat twee jaar in Skandinavië in de hout handel en reisde twee jaar in dienst van de General Bulb Company door Rusland. Verbleef Jaren in Nederlands Indië en maakte een studiereis door Burma en Siam. Hij richtte in 1889 de Nederlandse Atle tiek en Voetbal Bond op. Bleef met enige tegenzin vier Jaar voorzitter en werd bij zijn afscheid prompt het eerste erelid. Toen de voetbalbond zelfstandig verder ging. hielp hij met de oprichting van de Atletiek Unie. Muiier was ook de man achter de Elfstedentocht In 1909 werd dat een echte wedstrijd, maar Muiier had de tocht toen al driemaal volbracht. De eer ste keer in 1890. Hij richtte met de Konin klijke Nederlandse Schaatsenrijders Bond ook de Internationale Schaatsenrij ders Unie op. Introduceerde hockey, ban dy en ijshockey. Was aktief in de cricket bond. Organiseerde de eerste vierdaagse Wandeltochten. Zonder Muiiers directe bemoeienis was het voetbal in Nederland inmiddels bezig aan een verdere opmars. In 1905 werd zelfs op 30 april de eerste officiële interland gespeeld: België-Nederland in Antwerpen. Na een eindstand van 1-1 won Nederland in de verlenging met 4-1. Nederland speel de in de opstelling: doel: Beeuwkes; ach ter: Stok en Stom; midden: Gleenewinkel, Kamperdljk, De Korver en G. Kessler (de aanvoerder); voor: Boomsma, D. Lotsy, De Neve (hij maakte alle doelpunten voor Nederland), Lutjens en De Vos. Even de reuzestappen maken. De bond groeide gestaag. In 1920 had de KNVB 18.158 leden, in de erkende bonden speel den nog eens 30.000 mannen. In 1937 was het ledental van de KNVB opgelopen tot 76.059. in de erkende bonden speelden 123.664 mannen. En dan was er nog de Rooms Katholieke Federatie van Voet balbonden die dat Jaar 47.049 leden telde. En er was onder meer nog een Arbeiders Sport Bond met enkele duizenden leden. In feite onder dwang der bezetters werden alle voetballers in 1940 ondergebracht in één bond de KNVB. Die Tweede Wereld oorlog vormt een heel apart hoofdstuk in de Nederlandse voetbalgeschiedenis. Van een zeer heldhaftige opstelling kan men niet spreken. De houding was voorname lijk gericht op het behoud van het voetr balspel en het doorgaan van de competi tie. In een voortreffelijke bijlage van Vrij Nederland hebben Frits Barend en Henk van Dorp enkele maanden geleden die houding uitgeplozen en beschreven. Waar op de KNVB prompt in zijn eigen orgaan met haar privé-geschiedenis kwam. Waar uit we vooral konden leren dat er nooit iets aan de hand is als men maar voldoen de begrip bij de hand heeft. Er veranderde in Nederland pas werkelijk iets in 1954. In dat jaar ging de KNVB overstag en werd het spelen van beroeps voetbal toegestaan. Onder druk der om standigheden natuurlijk. Er speelden vele zaken een rol. Langzamerhand gingen steeds meer goede Nederlandse spelers een broodwinning zoeken bij buitenland se clubs. Niet zelden werd zo'n contract voor één seizoen afgesloten. Waarna de speler werd afgedankt en in arren moede terugkeerde naar Nederland. Alwaar de KNVB een afkoelingsperiode van een paar Jaar vorderde, voor het slachtoffer weer bij de ware amateurs mocht meedoen. Daar kwam dan nog bij dat die ware amateurs een officieel Nederlands elftal voortbrachten dat buiten Nederland op geen enkel aanzien kon rekenen. Eind 1952 bedacht de Spaanse voetbalbond dat het voor de doorstroming goed was als er een Spaans B-elftal werd opgericht dat zich ieder jaar enkele malen diende te meten met de laagste garnituur elftallen uit Europa. De Spaanse voetbalbond noemde die derde garnituur ook: Luxem burg, Saarland en Nederland. De zaken raakten helemaal in een stroom versnelling na de watersnoodramp van februari 1953. Op 12 maart 1953 vond de "watersnood wedstrijd" tussen het Franse nationale elftal en Nederlandse profs in het Pare des Princes in Parijs plaats. En Nederland won nota bene met 2-1; door doelpunten van Bertus de Harder en Bram Appel. Vijf dagen eerder voetbalde het officiële Nederlands elftal in Rotterdam tegen De nemarken dat ook had aangeboden een benefiet te willen spelen. Nederland ver loor met 1-2. En Abe Lenstra maakt het enige doelpunt. De wedstrijd in Parijs bracht een kli maatsverbetering tot stand. Of beter ge zegd, het grote publiek kreeg nog minder weerstand tegen profvoetbal. Wat volgde was,van Limburg uit, met name door het werk van de zakenman Joosten, de aanzet tot profvoetbal. Limburg kreeg uit West- Dultsland en België steeds meer Impulsen die neigden tot betalen. De KNVB wilde van niets weten. Dat liep dus snel uit op een scheuring, want het geld om met profvoetbal te starten was er wel Op 20 december 1953 werd de NB VB opge richt, de Nederlandse Beroeps Voetbal Bond. De deelnemende ploegen waren: Alkmaar. Amsterdam. Fortuna '54, De Graafschap, Den Haag. Rapid '54. Rotter dam, Twentse Profs, Utrecht en Venlo. De NB VB zorgde voor aanzienlijke pa niek. Weliswaar was het niet makkelijk om aan een veld voor beroepsvoetbal te komen, maar daar stond tegenover dat snel veel spelers geloofden in een toe komst voor broodvoetbal. De KNVB dreigde met hel en verdoemenis, omdat er niets ergers voor handen was. Maar zag de leegloop medio 1954 alleen maar toene men. Toen was het tijd voor de pragmati sche lichting. Tot woede van de oude garde met Karei Lotsy aan het hoofd, werd op 3 Juli in een Utrechtse hotelkamer besloten dat het voortaan toegestaan was om spelers vergoedingen uit te betalen. Kort daarvoor was overigens een andere felle tegenstander van betaald voetbal overleden: Pim Muiier. Over beroepsspel schreef hij nog: „Bij dit laatste woordje haal ik de schouders op. Het is niet te rijmen met de sport voetbaL" Op 13 november van dat Jaar werd de definitieve vrede getekend tussen de KNVB en de NB VB. Halverwege die maand begon de eerste echte betaald voetbal competitie. Vooral voor Brabanders werd dat een his torisch Jaar met als eindstand van de kampioenscompetitie: Willem II NAC PSV Eindhoven 6 3 2 1 8 14-11 6 2 2 2 6 14-12 6 14 16 10-10 6 1 2 3 4 9-14 Maar dat is dan al volop moderne geschie denis.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1979 | | pagina 21