Caro van Eyck de grootste tragedienne van haar tijd Een operette in taal Filmmarathon in Amsterdam Educatieve filmweek i met overvol prog ram m; Jaap van Zweden solist in concert Mendelssohn Buchbinder overtuigend in Griegs pianoconce Een uitgesproken toneelpersoonlijkheid Theater speelt Wilde's Het belang van Ernst Festikon '79 in Hilversum MAANDAG 17 SEPTEMBER 1979 KUNST/RADIO/TELEVISIE door André Rutten Caro van Eyck was zestig Jaar, toen zij tn de winter van 1975/1976 op de televisie verscheen als OttUle Dercksz. een broze, uitgeteerde vrouw van ln de negentig, die uiter lijk gelaten, maar met verborgen on geduld. als een nasmeuiend vuur, op haar einde wachtte. Dat was ln de zevendelige televisiese rie, die Walter van der Kamp ge maakt had naar Louis Couperus' ro man „Van oude mensen, de dingen die voorbijgaan". Caro van Eyck 27 november 1915 ln Batavia geboren speelde toen al bijna veertig Jaar sinds september 1936 toneel ln een rijk geschakeerde loopbaan, waarvan verschillende grote rollen ln het ge heugen bewaard zijn gebleven. Want zij heeft van Jongs af aan een zeer sterke expressiviteit gehad, ge markeerd zowel door haar mimiek en haar gebaren als door haar stemge bruik. Maar eigenlijk nooit ben Je haar zo nabij geweest als toen zij Ottllle Derkcksz was, omdat de tele visiecamera's haar van zo nabij lieten zien. Vooral ln de Intimiteit van haar samenzijn met de oude Takma, ge speeld door Paul Steenbergen en soms ook met de oude dokter Roe- lofsz van Joan Remmelts. De drie oude mensen, die samen wachten tot de dingen van vroeger, die ln hun kinderen en kindskinderen nauwe lijks naspeurbaar doorwerken, einde lijk echt voorbij sullen zijn gegaan. Echt één Als Je gewend bent naar toneel te kijken, bleef Je Je toch altijd enigszins bewust, dat Je naar de actrice Caro van Eljck zat te kijken, die Ottllle Dercksz speelde, maar Ik denk dat het Je dan des te sterker raakt, wan neer Je ervaart dat die twee persoon lijkheden echt één worden. Dat ge beurde hier, en daarom keek Je er met B T6U k Ingehouden adem naar. baren, mimiek en stemgeluid ver groot worden. Dat kun Je op een bewust theatrale manier doen. met sterke vergrotingen, waar Albert van Dalsum van hield. Je kunt het ook doen op een ogenschijnlijk Ingetogen manier, waarin de lichamelijke uiter lijkheden klein lijken, natuurlijk, en de spanning wordt opgeroepen door een Intensiteit van spelen. Dat werd wel ..underacting" genoemd, een spe cialiteit van de verschillende Haagse toneelgezelschappen waarbij Caro van Eyck haar carrière begonnen ls (1936-1950). en waar zU dus ln die Haags genoemde stijl ls Ingegroeid. Maar ln de Van Dalsumstljl was zij evenzeer sterk. Twee Jaar heeft zU bij zijn Amsterdams Toneel Gezelschap gewerkt, tot dat ln 1953 ophield te bestaan. Dat zoiets op het toneel ook kan heeft ook Caro van Eljck meermalen doen ervaren. Maar daar gebeurt het met andere middelen. Omdat het publiek op een grotere afstand zit dan ln de hulskamer bij de televisie moeten ge- Voor Van Dalsum was dat ln zekere zin een breuk ln zijn carrière, voor Caro van Eljck eigenlijk ook. HIJ werd officieel „gast" van alle Neder landse gezelschappen, speelde het eerste seizoen bij Theater, kwam daarna vast bij de Haagse Comedie „waarin Ik mij moest voegen ln een andere stijl van spelen dan lk gewend was". Caro van Eljck speelde ook eerst één seizoen bij Theater, daarna vier sei zoenen bij het Rotterdamse Toneel van o.a. Jan Teullngs, Bob de Lange en Ton Lutz, ging ln 1958 weer naar Theater, en verhuiJde ln 1962 met de artistieke leiding daarvan Rob de Vries, Ellse Hoomans en Richard Flink mee naar Rotterdam, waar zij het Nieuw Rotterdams Toneel be gonnen. Haar laatste vaste gezel schap werd ln 1964 Karl Guttmanns Ensemble, dat ln 1968 door de komst van Ton Lutz naar Eindhoven ver vangen door Globe. Onderscheiding Je zou kunnen zeggen, dat zij voort durend gezocht heeft naar een eigen huls, maar als zij het gevonden had werd het ln zekere zin afgebroken. Zij was daardoor ook tot een krachtige, maar enigszins op zichzelf staande toneelpersoonlijkheid uitgegroeid. Wat benadrukt werd door de toeken ning ln 1959 van de Theo Mann Bouw meester Ring, toen de enige grote onderscheiding, die een actrice kon worden toegekend, daarvóór gedra gen door Else Mauhs en oorspronke lijk door Theo Mann-Bouwmeester. HIJ stempelde een actrice tot de grootste tragedienne van haar tijd. In haar Jonge tijd had zij de lucht geest Arél in Shakespeare's De storm" gespeeld. In Den Haag o.a. Lavinla In O'Neills „Rouw past Elec- tra", ln haar eerste Rotterdamse periode de titelrol In Euripides „Me- deia". ln Arnhem Klytalmnestra in Euripides' „Iphigeneia in Aulis", Sa rah, de vrouw van Job ln MacLeish' met Ellse Hoomans samen de twee oudere vrouwen in Lilian Hell- manns „De kleine Vossen", bij En semble de grote vrouwenrollen In Pi randello's „Het leven dat lk je gaf" en ln Hauptmanns „Voerman Hen schel". en bij het Nieuw Rotterdams Toneel de voedster in Euripides „Hyppolytus". Haar veertigjarig Jubileum heeft zij ln 1976 gevierd met solotoneel, ge speelde herinneringen uit haar carriè re, een keuze uit haar memoires ,,'t Is maar geleend Je mag het even gespeeld tante Ruyvenaer ln vasthouden". Vorig seizoen speelde rus „Kleine Zielen en een Jn zij met Guus Hermes „Een gelukkige vorstelijke dame in „De p hand". Voor de televisie heeft zij ook Kracht". door André Rutten ARNHEM De toneelgroep Theater speelde zaterdag avond voor het eerst haar voorstelling van het beste blijspel van de Engels-Ierse schrijver Oscar Wilde (1856- 1900) „The importance of being Earnest" (1895), door Ger Thijs geregisseerd ln de nieuwe vertaling van Oerrit KomriJ: „Het belang van Ernst". Oscar Wilde schreef dat zijn laatste stuk kort voordat hij wegens een homoseksuele verhouding tot twee Jaar gevangenisstraf veroordeeld werd. En dat verblijf ln de gevangenis betekende in feite zijn dood. Dat wü niet zeggen, dat zijn stuk over dat soort verhoudingen gaat, want daar ls geen sprake van. noch dat het een bittere aanklacht ls tegen een samen leving. waarin pas Uen Jaar vóór hij er het slachtoffer van werd de wet werd gemaakt, die het mogelijk maakte mensen als hij zo te straffen. Maar het ls wel een persoonlijke reac tie op en een aangespltste tekening van die samenleving. Niet die van de boeren, de arbeiders, de kleine bur gers. maar die van de welgestelde burgerij (the upper mlddleclass). die probeerde zich toegang te verschaf fen tot de high society van de geboren adel. Wat deels lukt, omdat die arm was. en dus rijke burgerdochters ac cepteerde. maar geen burgerzonen. Want de man hield het gezag en de macht Wat niet wegnam, dat de bur gerdochters door hun geld geëmanci peerd genoeg waren om niettemin de touwtjes ln handen te houden. Maar Juist daarom wel burgerzonen weerden. In „Het belang van Ernst" zie en hoor je dan ook Lady Bracknell, zelf van burgerlijke afkomst (Ellse Hoomans), het huwelijk van haar dochter Gwen dolen (Pauline van Rhenen) met de op haar verliefde Ernst, maar feitelijk Jack geheten. (Ernst van der Donk) autoritair tegenhouden, omdat hij een vondeling ls. en dat van haar neef Algernon (Jéróme Reehuls) met het Speciaal vandaag Documentaire over assertiviteit, een begrip uit de psychologie dat kan worden omschreven met niet bang tijn voor anderen, seggen wat Je denkt, voelt en wilt Ned. 1/16.59 Roots 2, de volgende generatie- Simon Haley wordt soldaat maar krijgt te horen dat de mannen van tijn „gekleurde divisie" niet mogen gaan en staan waar se willen. Ned. 1/20.00 James Herriot belevenissen van een veearts wordt Inmiddels al door 2,5 tot 3 miljoen mensen bekeken. Ned. 2/21.15 Vierde en laatste aflevering van de documentaire serie rondom Thor Heyerdahls schip Tigris Ned. 1/21.55 Het Utrechts ByiantIJns Koor singt liturgische liederen ln de oud- Slavische taal Ned. 2/22.45 Deel twee van de film In vier delen The godfather naar de gelijk namige roman van Mario Puio Dtal. 2/22.20 De ceder (The cedar tree) Is een nieuwe Engelse televisieserie die be gint als in 1938 Chamberlain een vredespolitiek voert terwijl Duits land tich bewapent Brt. 1 20.50 LI te ra ma-maandag van NCRV-ra- dlo gaat In tijn geheel over de schrij ver Frederik van Eed en. HUv. 2/21.30 AMSTERDAM Toen Ri chard Wagner 21 Jaar was, componeerde hij de opera „Die Feen". Hij slaagde er niet in, het werk opgevoerd te krijgen, maar de ouverture wordt een heel enkele keer nog wel eens gespeeld. Zater dagavond was dit het geval tijdens een concert dat Edo de Waart met het Concertge bouworkest gaf in de Grote Zaal van het Concertgebouw. Behalve het feit, dat de Jonge Wagner al van wanten wist op die leeftijd, kun Je nog waarnemen, dat hij des tijds bij gebrek aan een eigen stijl zijn toevlucht heeft gezocht bij Beet hoven en vooral Weber, maar veel meer ls aan dit stuk niet te beleven. door Jac. Kort De negentienjarige violist, Jaap van Zweden ls terug van een studieperio de ln New York. Dat hij daar niet heeft stilgezeten was te horen ln het vioolconcert van Mendelssohn, waar- In hij als solist optrad. Niet alleenzijn techniek ls belangrijk gegroeid, maar ook in zijn interpretatie heeft hij gro te vorderingen gemaakt, hetgeen vooral ln de snelle delen viel op te merken. Hij heeft allemogelijkheden in zich om tot een prominent artiest uit te groeien. De begeleiding door het orkest werd helaas ontsierd door slordigheden en ongelijkheden in de snelle delen. Na de pauze speelde het strijkorkest uit 1946 daterende concert in D van Igor Strawinsky en de symfonische fantasie Francesca da Rimlni (1876) van diens landgenoot PJotr Tsjai- kowsky. Waar het de eerste vooral begonnen was om een Intelligent en soms ook amusant spel met klanken, 1 Tsjaikowsky, geïnspireerd dot zing van de vijfde zang uit t „Hel" een beeld te schilderen daarin beschreven verblijfplaat de overspelige Francesca en h liefde Paolo. Het heeft de T Tsjaikowsky noch aan vaarqd noch aan fantasie ontbroken 4n dergelijke situatie, compleet n lewinden, ln muziek uit te bei klinkt dit werk wel enigszins K derd, vergeleken met andere sjjf sche gedichten van zijn handgj Edo de Waart en het orkest de belde laatste werken op huf Zo petulant Strawinsky's werd gespeeld, zo meeslepend gestiet klonk Tsjaikowsky's he tasie, mede door de grote zo aan de voorbereiding van de ring van deze composiUes bleek te zijn. burgermeisje Owendolen (Bea Meul- man) zakelijk regelen, omdat zij veel geld heeft. Je ziet en hoort ook. dat die twee Jonge meisjes, hoe verschil- lend opgevoed ook, het gedrag van die Jonge mannen weloverlegd uitge lokt hebben. Met deze merkwaardige bijzonderheid, dat zij leder de hunne uitverkoren hebben omdat zij ln de waan gebracht zijn dat hij Ernst heet. Dat ls tekenend voor het hele stuk: het gaat nooit en nergens om mense lijke gevoelens, maar om al dan niet redelijk gebaseerde berekeningen Maar die berekeningen zijn wel steeds geformuleerd ln een verbluf fend spitse taal, waarin zij verrassend helder worden, en het gewicht dat er aan gehecht wordt verbazingwek- Het belang van Ernst: Jéróme Reehuis, Bea Meulman, Pauline van Rhenen, Eric van der Donk. kend. Het stuk is dan ook wel vergele ken met de toen zeer populaire ope rette, maar dan een, waarvan de mu ziek uit taal bestond. Daar kun je bij de voorsteUlng ln een rijk decor van Paul Gallis ook best aan den ken. Het Nederlands van Gerrit Kom riJ klinkt schitterend. De ln deze voorstelling bereikte speelse Nederlandse versie van de omgangsstljl, waar WUde aan dacht, heeft misschien soms wat veel kluch tige elementen, maar blijft van meer smaak getuigen dan een televisie-uit voering van een aantal Jaren geleden. door Jac. Kort door D. Ouwendijk Ter gelegenheid van de Kunsttiendaagse heeft het Filmmu seum te Amsterdam een „marathon voorstelling" van de films, die met een prijs zijn bekroond op het Internationale Filmfestival van korte films ln Oberhausen. Het festival van dit Jaar ls het vijfen twintigste geweest Het gehalte van de korte films, zoals die de laatste Jaren tijdens dat festival zijn ver toond. ls weinig bemoedigend ge weest Of het fesUval van dit Jaar een ommekeer te zien heeft gegeven ls een vraag die. althans te oordelen naar de selecUe die we te zien hebben gekregen, alleen maar met een wiege lend schouder ophalen te beantwoor den Is. Wat ln die selecUe tijdens de ma rathon voorstelling krijgt men onge veer vlJfUen films voorgezet opvalt ls. dezelfde tendens als er valt waar te nemen ln de korte films die hier, onder ausplclèn van het geldschie tende ministerie van CRM, geregeld te zien zijn. Die tendens ls: geneigd heid tot een zó ver doorgevoerde ab- stracUe dat elke zin verloren gaat; goede om niet te zeggen aan geroutl neerdheld grenzende uitvoering op technische niveau; gebrek aan hu mor; sociale bewogenheid met een zeer stereotiep karakter. We moeten Jaren terug gaan voor het aantreffen van echte uitschieters Die zijn er ook deze keer weer niet bij. Een film die zweemt naar een persi flage op het genre ..sociaal bewogen" films ls een film uit Columbia. geti- teld „Agaraando pueblo" (Ned. Utels zowel „Aasgieren" als „Het volk be drogen") Hier wordt gefilmd hoe fil mers de ellende van mensen uitbuit en (soms ln verdraaiende zlni om maar belangwekkend droeve beelden uit de samenleving te kunnen opdie pen. Jammer genoeg is het persifle rende karakter te voorzlchUg om te kunnen overtuigen en de hypocrisie te ontmaskeren. De machteloosheid ln het abstraheren komt heel duide lijk tot uitdrukking ln de film .Aspa ragus" van Suzan Pltt. De „erotische bewogenheid" bij de maakster van de film ls zonneklaar, maar even ken merkend ls het gebrek aan Inzicht bij de filmster ln eigen kunnen. Mis schien dat de matheid ln het korte filmen nog het sterkst, tot uitdruk king komt in de Zagreb-fllms „Satle- mania" en „De loopschooL" Er is een tijd geweest, dat er van de Zagreb films een verfrissend stimulerende werking uitging. De nu vertoonde hebben nog alle knapheid van het technisch kunnen, maar ze zijn ver stard in matheid, om niet te zeggen in ultdrukkingloosheld. Die karakteris tiek geldt voor vrijwel alle films van „Oberhausen *79". AMSTERDAM Het eerste NTC-concert, dat Anton Kersjes in de Grote Zaal van het Concertgebouw met het Amsterdams Philharmonisch Orkest gaf, werd geopend met de ouverture van Carl Maria von Webers „heroïsch-roman- tische" opera „Evryanthe" Het vrij uitvoerige werk, waarin enige op de voorgrond tredende melodieën uit de opera zijn verwerkt, werd op zeer suggestieve wijze ge speeld, hetgeen goed was voor een hartelijk applaus van het talrijke publiek. De 25-Jarige Edward Grieg schreef zijn Concert in a klein voor piano en orkest kort nadat hij in Noorwegen teruggekeerd was van zijn Duitse leertijd. Geen wonder dat in dit Con cert zijn grote voorbeelden: Schu mann, Chopin en Liszt hun invloed hebben doen gelden. Maar zowel de grote eigen inbreng van Grieg als het feit dat de Noorse volksmuziek hem als het ware ln het bloed zat, hebben gemaakt, dat zijn planoconcert tot op de dag van vandaag repertoire heeft gehouden. Voorwaarde voor het genieten van deze en dergelijke composities ls na tuurlijk wel, dat uit de uitvoering een grote overtuiging, zeggingskracht, misschien wel bravoure spreken. Wel nu, op al deze punten was men bij de Weense pianist Rudolf Buchbinder precies aan het goede adres. Zijn ver tolking, die gebaseerd was op een virtuoze techniek liet niets te wensen over. Zij was geladen ln het openings- deel, poetlsch-expresslef in het ada gio en lichtvoetig ln de finale. Kersjes (een meester ln het begeleiden van solisten) sloot zich met het orkest voortreffelijk bij het spel van Rudolf Buchbinder aan. Toen Willem van Otterloo de opzet van zijn Introductie en allegro schreef, was hij dertig Jaar. De grote componisten uit die Jaren voor de oorlog waren Strawinsky en Hlnde mi th. Dat hij voor deze componisten een grote bewondering heeft gehad en dat hij onder hun invloed stond, ls ln dit stuk goed waar te nemen. Wie weet of hij, indien de dirigentencar rière hem het verder componeren niet onmogelijk had gemaakt, niet zou zijn uitgegroeid tot een belangrijke Nederlandse componist? Talent had hij zeker, zoals ook uit dit stuk bleek. Evenals in de tweede Daphnis et Chloé-suite van Raven, waarngT concert werd besloten, rausf1 het Amsterdams Philharmonl kest ook ln Van Otterlcos vR hoog niveau. door D. Ouwendilk Voor de achttiende keer wordt, in het Singer gebouw te Laren, onder de titel „Festikon1 een „educatieve filmweek" gehouden. Het Festikon loopt van 18 tot 23 september. Wat die dagen te zien is? Beeld uit de Russische film „De opgang". Met een zeker triomfalisme vermel den de programma-makers, dat er in de „zes dagen meer dan honderd speelfilms, animatiefilsm en docu mentaires (vele premières voor Ne derland)" te zien zullen zijn. Verder: „multidiaprogramma's voor onder wijs en welzijnswerk; discussiebijeen komsten; media-informatiemarkt; weekendprogramma voor de vrouw en speciale videoprogramma's." Een normale reactie lijkt: te veel om op te noemen en te kunnen verwer ken. En ik geloof ook, dat terecht de vraag kan worden gesteld of al dit soort manifestaties (filmfestivals, filmweken. nationale weken, thema- weken ^c.) niet zijn gaan lijden aan wat Je een kwantificeringsziekte zou kunnen noemen. Het ene festival schijnt het andere ln cijfers te willen overtreffen. Er zal in de programma's van de vele (te vele) manifestaties flink gesnoeid moeten worden, anders zullen de resultaten ervan straks ln omgekeerd evenredi ge verhouding gaan staan tot de in spanningen die de organisatoren zich getroosten om hun aanbod zo groot en divers mogelijk te maken. De ma nifestaties moeten er op den duur aan bezwijken. Van de „nieuwe ln Nederland nog niet vertoonde" films, waarvan gewag wordt gemaakt, heb ik er een zestal gezien. Met uitzondering van een Fin se film met de titel „Voor iemand als lk nog niet zo gek" geen van alle films, die om enige binnen of bui ten het strikt filmische gelegen bijzondere kwaliteit opvalt. M.a.w. ei genlijk routine-spul. Uit Rusland komt „De Opgang", een oorlogsfilm (de oorlog blijft voor de Russen een onuitputtelijk onderwerp). Voor het grootste deel een technisch knap ver filmde maar voor de rest vrij toonloze poging van twee partizanen-soldaten om aan voedsel voor hun kameraden te komen. Zij raken in moeilijkheden. Het enige dat aan de film echt boeit is de tragedie van een paar dorpsbewo ners, die aan Duitse willekeur ten offer vallen Met vroegere Russische films ls er één verschil, nl. dat een der twee partizanen-soldaten, die uit angst en ln zg. slim overleg verraad pleegt, met een zeker humaan begrip door de film bejegend wordt. Verlatenheid Ik zei al, dat de enige film die mar kant te voorschijn komt, de Finse is. Je krijgt een haast griezelig werkende visie op de uiterste verlatenheid van benauwend dorpsleven binnen de be klemmende wijdheid van het Finse land. Een gemeenschap die getekend is door inteelt, drankzucht en armoe. Het is Finland in de greep van de bevrijding, na de rode revolutie. De bevrijding is fictief. De menselijke somberheid ls zo absoluut, dat er geen bevrijding mogelijk ls, al ls de politeke schijn ervan dan wel gereali seerd. Andere nieuwe films zijn een Zweed se over een Argentijnse vluchteling „Banneling ln de sneeuw" („Ook de vrijheid heeft muren" zou een betere vertaling zijn geweest), een gecli cheerd psychologische film uit Noor wegen „Wie zegt dat nou?", een ln overbekende „primitieve" stijl ge filmd Tunesisch werk „De schreeuw" en een verdienstelijke Oostdultse (oorlogs)film „Moeder. Ik leef nog". Zou men aan de hand van deze films een kwalificatie aan het program van het Festikon moeten geven, dan zou de kwalificatie „matig en wat beie gen" ter zake zijn. Voor het overige vormt het vertonen en bekijken van films oude zowel als nieuwe slechts een (bescheiden) onderdeel van het Festikon. Waar het feitelijk om gaat wordt door de orga nisatoren als volgt omschreven: Thema's „Om gelijke tred te houden met (de) stijgende belangstelling is de be schikbare ruimte in Singer dit jaar met twee zalen uitgebreid (Bioscoop zaal, Museumzaal, Dooyewaardzaal, Multi-mediazaal en Videozaal - D.O.) waardoor nu mogelijkheden zijn ge schapen voor vijf parallelprogram ma's per dag plus een media-informa tiemarkt. Meer dan ooit UJkt het film festival uit te groeien tot een media- festival, waar naast de film ook ruim schoots aandacht wordt geschonken aan andere audiovisuele media. Dit heeft uiteraard zijn Invloed gehad op de thematische indeling week. De theMA's zijn, vanaf 18 september tot en met zoi september, per dag genomei derdrukking en Opstanr" hierbij ook aandacht voor natie van homoseksuelen; Kind", met aandacht vooral het kind ln de derde werel< van Zorg", „Film en Politi» ming", „Massamedla-opvofc „Vrouw en Film". Ir Aan deze laatste thematltel ii n formatie meegegeven dat h» T over „het beeld van de vrouW film". Volgens de nadere Infc^ die over dit onderwerp ls vei lijkt het erop, alsof de aanpak thema weinig oorspronkelijk zo min als „de film" bestaat, ook „het beeld van de vroi bestaan Incidentele films, zoa cidentele beelden van vroua staan. Als een bepaalde nui beide of een van beide stel voren is gekomen, dan wil niet zeggen dat die nuance als" tieel beoordeeld mag wordet6c dit ls vooruit grijpen op ev discussie. e Voor degenen die belangstelll t ben voor het Festikon en heifc, bezoeken is het van belang ter dat de aanvangstijden van de k programma's de volgende zijn i 13.00 - 15.00 - 19.00 - 21.00 U 12.00-12.45 uur ls er een lunchprogramma met Ned» i animatiefilms. Tussen 17.00 uur is het complex gesloten, i k zondering van de foyer en de «6)< ontvangsthal. M De Bioscoopzaal vertoont een eerd filmprogramma, de Mus» het thematische program! Dooyewaardzaal een herhall gramma (m.n. van de belan films die ln de eerder genoemi zijn gedraald). In de Multime ligt de nadruk op programiw n audio-visuele vormgeving, t< Videozaal worden video-p m ma's gegeven. Wat de Median l dat spreekt voor zichzelf. Hel <j sche nut van de Festlkons en 0 blijken; het ideéle nut is er nl b der om.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1979 | | pagina 4