:ommissie kapittelt optreden KVP-ministers
Bij Oisimvijk
massief eiken eethoeken
bekijken... goed idee.
J^L Meubelfabriek Oisterwijk
^rins Bernhard
liet betrokken
n zaak-Menten
Pas ontdekte Van Gogh
wellicht ons land uit
[ijers en Struycken gaven te gemakkelijk toe aan druk van Menten en zijn verdedigers
'De Wever' niet in textielmuseum
feuwe arrestaties Charta 77-mensen
toonaangevend in eiken
Man wurgt ex-vriend
JAG 14 SEPTEMBER" 1979
BINNENLAND
TROUW/KWARTET
9
r Leo Kleyn
I HAAG Bi) haar conclusie dat Pieter Menten in de na-oorlogse jaren geen bescherming
hogerhand" heett genoten, plaatst de Commissie van onderzoek in het gisteren
henen eindrapport de kanttekening dat twee ministers van Justitie wel blijk hebben
Even van „minder gelukkig optreden". Zij spreekt haar afkeuring uit over de handelwijze
|de tot de KVP behorende ministers Wijers en Struycken, die beiden bij de zaak-Menten
lokken zijn geweest.
R. J. Wijers wordt gekapit-
[omdat hij ln Januari 1949 als
ter van justitie de procureur-
1 bij het bijzonder gerechtshof
terdam, mr. B. J. Besier. heeft
de invrijheidsstelling van
te vorderen. Wijers deed dat
lek van de verdediger van
Jen, mr. J. C. Coebergh, die zich
j gesteund wist door zijn mede-
mr. L. G. Kortenhorst, die
s voorzitter van de Tweede Ka-
ant
tan op de Jongste de marches van
Da en. mag het pikant worden ge-
d dat Coebergh zich beriep op
111 jezondheidstoestand van zijn
Het verzoek werd ingediend
et begin van een zogeheten ver-
Op ocedure. die volgde op een ver-
i fling van Menten door het bij-
in ri r gerechtshof in Amsterdam tot
er tlevangenisstraf van drie jaar met
i Op grond van dat vonnis werd
en gedetineerd in het ziekenver-
eek in het kamp Vught.
t w<
Zeil ereoek van de verdediger werd
k K steund door een zenuwarts in
d" t, die bij voortzetting van de
renhtle gevaar voor zelfmoord niet
[beeldig achtte. Hoewel de me-
adviseur van het ministerie van
Je de invrijheidsstelling van
en niet noodzakelijk achtte, gaf
ter Wijers gehoor aan het ver-
van Coebergh de vrijlating van
0 cliënt te bevorderen.
handelwijze van minister W1J;
RHl ildus het eindrapport, „die ove-
951 verder geen consequenties had
ordering werd afgewezen), ver
ga naar het oordeel van de Com-
BE&IV afkeuring." Verondersteld
dat Wijers (die anders dan ge-
elijk was. rechtstreeks door
Coebergh was benaderd) op het ver
zoek van de verdediging inging, om
dat zijn prominente partijgenoot
Kortenhorst het als raadsman van
Menten ondersteunde.
Onoirbaar
Eenzelfde toegeeflijkheid wordt de
opvolger van Wijers, mr. A. A. M.
Struycken, verweten. Door een Pools
verzoek om uitlevering van Menten ln
1951 af te wijzen, heeft Struycken
naar het oordeel van de onderzoekers
te gemakkelijk toegegeven aan de
invloed en druk van Menten en zijn
verdedigers. Evenals het ln het vorig
jaar gepubliceerde derde interim-rap
port wordt de handelwijze van
Struycken „onoirbaar" genoemd.
De commissie meent daarvoor nu nog
meer reden te hebben, omdat is ko
men vast te staan dat Struycken het
geheime advies van de rechtbank in
Haarlem om het Poolse uitleverings
verzoek af te wijzen, „ter persoonlijke
en strikt vertrouwelijke kennisne
ming", zoals hij schreef, aan Korten
horst, de advocaat van Menten, heeft
doen toekomen. Bij de publikatie van
het derde interim-rapport had de
commissie daarover nog geen zeker
heid.
Donker
De toezending van het advies aan
Kortenhorst was Struycken door
twee van zijn hoogste ambtenaren
ernstig ontraden. Een van hen had
Struycken laten weten „dat de
Rechtbank er op mag rekenen, dat B6SliSSlnO
haar aan de Minister van Justitie 3
gericht advies uitsluitend in ambte
lijke handen blijft". Ook de recht
bank werd volgens de commissie
waarschijnlijk onkundig gehouden
van de ongebruikelijke ministeriële
stap.
Dieper dan het ln juli vorig Jaar ver
schenen tussenrapport gaat het eind
rapport van de commissie-Schöffer in
op de rol die de tot de PvdA behoren
de minister van justitie mr. L. A.
Donker ln de zaak-Menten heeft ge
speeld. De commissie achtte dat ge
boden, omdat de bijzondere strafka
mer van de Haagse rechtbank, die
Menten in december vorig jaar op
vrije voeten stelde, de handelwijze
van Donker in haar oordeel heeft
betrokken.
In het eindrapport wordt vastgesteld
dat het vonnis van de Haagse recht
bank. wat de vaststelling van de fei
ten betreft, in een enkel opzicht af
wijkt van de door de commissie in
haar tussenrapport gereconstrueerde
gang van zaken. Verongelijkt wordt
daarbij opgemerkt dat de rechtbank
„ongemotiveerd" is voorbijgegaan
aan de conclusies van zowel het toen
al verschenen tussentijds verslag van
de commissie, als een door haar on
der ede opgesteld deskundigenrap
port.
Geen verschil van mening bestaat er
tussen rechtbank en commissie over
de vraag of Donker besloten heeft
van verdere vervolging van Menten al
te zien in ruil voor diens stilzwijgen
over compromitterend materiaal dat
op de Velser affaire betrekking zou
hebben. Volgens Menten was er van
zo'n „deal" sprake geweest. Zowel
rechtbank als commissie acht deze
voorstelling van zaken onjuist.
sie te kunnen volhouden „dat het
meest waarschijnlijk is dat het om
een stilzwijgende, eventueel uitslui
tend mondeling afgedane, 'beslissing'
ging", terwijl het vonnis van de recht
bank „lijkt te nelgen tot een formeel
besluit".
Ook verschillen commissie en recht
bank met elkaar van mening over de
vraag of Menten op de hoogte is ge
raakt van de „beslissing" hem niet
verder te vervolgen. De rechtbank
heeft dat in haar vonnis aannemelijk
geacht, voornamelijk op grond van
de verklaringen van de weduwe van
Kortenhorst en de journalist H. A.
Lunshof. De commissie vindt dat oor
deel van de rechtbank aanvechtbaar:
naar haar mening is er waarschijnlijk
geen sprake van geweest dat Menten
geweten heeft dat van een verdere
vervolging was afgezien.
Kortenhorst
Een „systematische protectie van
Menten van hogerhand" van de hand
wijzend, vraagt de commissie-Schöf
fer zich af of het Juist zou zijn het
optreden „ln de politieke sfeer" van
Kamervoorzitter Kortenhorst en het
mr. A. A. M. Struycken
getroost, komen ln het eindrapport
wel aan de orde, maar er wordt geen
duidelijkheid verschaft over de vraag
wat de man tot zijn fervente verdedl-
ifeTste-KamêrUd j~RelJers alszoda- ging. in en buiten het parlement, van
nlg te betitelen. Geen vraagteken zet 'Menten heeft bewogen. Desgevraagd
Anders dan de rechtbank neigt de
commissie ertoe aan te nemen dat
„binnen ambtelijke kring" in het be
gin van de Jaren vijftig is besloten de
zaak-Menten verder te laten rusten.
Op goede gronden meent de commls-
zij bij de aard van dat optreden,
waarvan in het rapport weinig vleien
de kwalificaties te lezen vallen.
De commissie laat er geen twijfel aan
bestaan dat weinig waardering dient
te worden opgebracht voor de manier
waarop Kortenhorst, die als Kamer
lid groot politiek gewicht had, te
werk is gegaan, al wijst zij er daarbij
wel op dat van een advocaat ver
wacht mag worden dat hij zich tot het
uiterste voor een cliënt inspant.
Dat Kortenhorst door Menten zou
zijn omgekocht (zoals is beweerd
door Hans Knoop, die een bedrag van
200.000 gulden heeft genoemd), acht
de commissie onwaarschijnlijk. Ook
de suggestie dat het door Knoop ge
noemde bedrag in de KVP-kas te
recht is gekomen, wordt, mede op
grond van accountantsonderzoeken,
van de hand gewezen.
De inspanningen die het tot de CHU
behorende Eerste-Kamerlld Reijers
zich ten behoeve van Menten heeft
zei prof. dr. I. Schöffer gisteren het
aannemelijk te achten dat Reijers
zich aangesproken voelde door publi-
katles als die van de Journalist Luns
hof ln De Telegraal, waarin Menten
als slachtoffer van de bijzondere
rechtspleging werd afgeschilderd.
PartiJ-Menten
Kortenhorst, Reijers, Lunshof en an
deren worden in het rapport betiteld
als behorend tot een „partiJ-Menten",
die erin slaagde de „tegenpartij" (de
overheid op overheidsfunctionaris
sen) „uiterst bekwaam en op agressie
ve en emotionele wijze" voortdurend
onder druk te houden. BIJ de keuze
van de middelen, aldus het rapport,
„was men, voorzichtig uitgedrukt,
niet bijzonder terughoudend of scru
puleus, terwijl men elke aarzeling of
zwakheid en zeker elke fout aan de
zijde van de overheid tot het uiterste
poogde uit te buiten".
Mede als gevolg daarvan, zo menen
de rapporteurs, stonden de functio
narissen die bepaalde aspecten van
de zaak-Menten moest behandelen,
onder een sterke druk. Dat was vol
gens hen vooral het geval in die fase
in de zaak-Menten waarin de over
heid zich door Menten en de zijnen
bijna volledig ln een hoek liet druk
ken. Deze fase trad in de eerste helft
van 1949 ln. De rol van de overheid,
aldus de onderzoekers, „werd over
het algemeen passief, voornamelijk
reagerend op prikkels van buiten en
niet zozeer zelf het initiatief ne
mend".
Deze derde fase volgde op een eerste
(eindigend in december 1945) waarin
Menten werd gearresteerd en enige
maanden gedetineerd was. en een
tweede (van eind 1945 tot eind 1949)
waarin Menten aan een „ordelijke"
strafvervolging was onderworpen, zij
het dat zich tijdens die vervolging al
allerlei incidenten en onregelmatig
heden voordeden.
In een vierde, tot 1976 durende fase
raakte de zaak-Menten in rustig vaar
water. waarin verschillende affaires
werden afgewikkeld en die door rela
tieve windstilte werd gekenmerkt.
Daaraan kwam een eind, toen de
Journalist Hans Knoop na een voor
genomen veiling van kunstschatten
uit het bezit van Menten, de stormbal
hees.
De, zoals de commissie het noemt,
„ordelijke" strafvervolging van Men
ten voltrok zich in de „ordelijke fase"
van de bijzondere rechtspleging en
zuivering. Die parallel is volgens de
onderzoekers geen toevallige. In het
rapport wordt erop gewezen dat de
zaak-Menten ln de Jaren veertig en
vijftig ln zeer sterke mate is beïn
vloed door. wat wordt genoemd, „de
Mr. Th. R. J. Wijers
conjunctuur van de politieke atmos
feer".
'Spiegel van tijd'
De manier waarop tegen de bijzonde
re rechtspleging werd aangekeken en
die ln de loop van de Jaren wisselde,
was ln hoge mate bepalend voor het
verloop van de zaak-Menten. De „par
tiJ-Menten" heeft geprofiteerd van.
en zeer bekwaam Ingespeeld op de
kritiek die de bijzondere rechtsple
ging na verloop van tijd te verduren
kreeg. „De affalre-Menten", zo
schrijft de commissie, „was, hoewel
in menig opzicht een extreem geval,
tevens in zekere zin een spiegel van
zijn tijd."
r
t I
;ie
nh
ipler
traaf
enho
:htinj
istell
vooi
inter
tkeiiin een onzer
:slaggevers
!N HAAG Menten
htte op 18 augustus 1945
ti verzoekschrift tot prins
mhard, maar de com-
ssie-Schöffer wijst elke
ggestie dat de prins een
zou hebben gespeeld in
zaak-Menten van de
nd. In het request herin-
Mrde Menten aan de ont-
Bi leting, die prins Bern-
rd en hij in 1937 hadden
het Poolse Krynica in
t hotel van Jan Kiepura.
Prins heeft echter geen herin-
darrfing noch aan de ontmoeting in
en noch aan het vereoek-
iertrr rlft. De ontmoeting in Polen
aanfc zijns inziens overigens heel
d hebben plaatsgevonden. Op
reis ontmoette de Prins vele
arkefsonen, die hij niet kende en
er ook nooit meer zag.
oigens de commissie was het ge-
idj onte dat de Prins verzoek-
Vlften aan hem gericht zelf on-
ecenfr °Ken kreeg, hoewel op deze
II el wel uitzonderingen zullen
iben bestaan. Maar slechts bij
age/ifcondering werd aan verzoek-
t vat iriften een commentaar toege-
'en gd door de Prins. Op het ver-
dfkschrift van Menten is een der-
Ijk commentaar ook niet aan-
roffen.
diefje?
en
op
stu
Ie ko
gemt
intertf hiervan wijdt de commissie
aantal passages aan een even-
iel ingrijpen van Prins Bem-
rd ten gunsten van Menten door
idel van een briefje recht-
aan^^wks aan de militaire commls-
voor inbewaringstelling en
plating in Haarlem ln 1945. Me-
C. Koning-Stroink, toen
rkzaam op dat bureau, ver-
iarde tegenover de commissie,
1945 bij de post een kort briefje
Prins Bernhard te hebben
itroffen. In dat briefje vroeg
Menten vrij te laten. Me-
iw Koning besprak dit briefje
het bureau en antwoordde de
dat de zaak zou worden be-
in als men eraan toe was.
commissie stelt vast dat wells-
r dus van Invloed op Mentens
plating in 1945 geen sprake was.
~T dat het niettemin geboden
c na te gaan wat er over deze
L was te vinden. Noch het
jefje van de Prins noch het ant-
1 van mevrouw Koning zijn
in enig archief aangetroffen, ter
wijl geen der mogelijk betrokke
nen zich iets herinnert.
Geen motieven
De commissie ziet ook geen motie
ven voor de Prins om zo'n briefje
te versturen: voor regelmatige
contacten tussen Prins Bernhard
en Menten zijn geen aanwijzingen
en ook dringt zich de vraag op
waarom dan de weinig doeltref
fende manier van een briefje naar
een Haarlems bureau werd ge
volgd. Denkbaar is nog dat de
Prins ter ore was gekomen, dat er
een Menten gevangen zat en dat
hij toen meende dat het om zijn
goede kennis, de bankier E. E.
Menten ging. De commissie kan
niet anders concluderen dat er bij
mevrouw Koning een verschul-
ving ln de herinnering moet heb
ben plaatsgevonden. Hierbij
wordt overigens aangetekend dat
mevrouw Koning een dergelijke
suggestie nadrukkelijk afwijst.
In deel één van het rapport wijdt
de commissie ook enkele woorden
aan de suggestie, dat kolonel A. E.
Pantchoulldzew, de hulsvriend
van Prinses Armgard, moeder van
Prins Bernhard, behulpzaam zou
zijn geweest bij het vervoer van de
goederen, die Menten ln vier
spoorwagons in 1943 uit Polen ln
Nederland bracht. „Deze sugges
tie steunt niet op enige controleer
bare bron en is bovendien hoogst
onwaarschijnlijk."
WAT GEEFT MASSIEF
eikehout toch veel sfeer in huis! Iets
van onvergankelijk, eerlijk, warm.
Maar dan moet jeer wel de
vakman in herkennen. Zoals bij de
meubelen van Oisterwijk. Daar doen
ze alles zelf. Selecteren, drogen, logen
en verwerken tot mooie meubelen naar
eigen ontwerp. Je ziet 't direct.
Eethoeken die een maaltijd
feestelijk en de kamer vorstelijk
makenStoere, gastvrije tafels.
uitnodigende stoelen. Met prachtige
handgebeeldhouwde detail-afwerking.
OlSTERWIJK-MEUBELEN
dragen een eigen brandmerk.
En worden door eigen vakmensen bij u
thuis geplaatst. U krijgt er 12 jaar
zwart-op-wit garantie bij, op hout
en constructie.
Als er wat is.we komen meteen.
Gratis. Dat kan omdat we bij
Oisterwijk alles zelf in eigen hand
houden.
(Reuter, AFP) De
«oslowaakse dissident Peter Ci-
I heeft een maand eenzame ops-
gekregen, nadat hij uit protest
I een afranseling ln hongersta-
gegaan. Cibulka is vorig
jaar oktober tot twee Jaar veroor
deeld wegens betrokkenheid bij de
verspreiding van Charta 77, een ma
nifest over de mensenrechten ln Tsje-
choslowaklje. Hij is onlangs door me
degevangenen mishandeld.
toonzalen ln: Amsterdam, Berkel(ZH), Beverwijk, Ede, Heerenveen,
Hengelo (O), Oisterwijk, Roosendaal, Utrecht, Valkenburg (L), Zuidlaren, Zwolle.
inlichtingen: 04242-9012
Van een onzer verslaggevers
ARNHEM Het schilderij „De We
ver" van Vincent van Gogh, dat en
kele weken geleden door de Arnhem
se kunsthandelaar Peter Albricht op
een zolder in Ede werd aangetroffen,
zal wellicht ons land verlaten. Al
bricht heeft het kunstwerk voor
375.000 gulden verkocht aan een par
ticuliere belegger.
„De Wever", die op dit moment ten
toongesteld wordt op een antiek
beurs in het Brabantse kasteel Hee-
ze, verdwijnt voorlopig in de bank
kluis van de particuliere belegger en
niet In het Textielmuseum in Til
burg, dat het schilderij graag wilde
aankopen. Op het doek komt een
weefgetouw voor zoals in het Til-
burgse museum nog aanwezig is.
Het Textielmuseum was bereid de
350.000 gulden te betalen, die Al
bricht aan musea voor „De Wever"
vroeg (voor particulieren lag de
vraagprijs op 375.000 gulden). De ge
meente Tilburg, die eigenaar Is van
het museum, bleek echter niet van
zin de door Albricht verlangde „ma-
kelaarskosten" van 10.000 gulden
plus 18 procent BTW uit te geven.
Volgens een woordvoerder van de
gemeente Is het in rekening brengen
van een dergelijke courtage niet ge
bruikelijk en zelfs verwerpelijk. „De
gemeente heeft gemeend een grens te
moeten stellen aan de prijs van de
aankoop. Hoger wilde men niet
gaan."
Albricht, die vorige week bij het
bekendmaken van de vraagprijs nog
verklaarde te hopen dat „De Wever"
In een Nederlands museum terecht
zou komen, vindt dat hij voor zijn
inspanningen best aansprak mag
maken op makelaarskosten. „Ik ben
toch bemiddelaar geweest bij de ver
koop. Ik heb er de nodige tijd in
moeten steken. Een handelaar ln
schilderijen heeft normaal zijn win»-
tmarge in de prijs berekend, mag Ik
dan een beloning krijgen? Ik sta niet
voor niks te werken. Men wil mij als
loopjongen beschouwen. Ik vind dat
ik wel een beter lot verdiend had. Ik
heb er nu spijt van dat ik nota bene
nog over een reductleprljs gesproken
heb."
Drie maanden
Volgens de Arnhemse antiquair be
stond er grote belangstelling voor
het uit 1884 daterende werk van Van
Gogh, dat op de Edese zolder tussen
een doos met kerstboomballen en
kinderspeelgoed ontdekt werd. Uit
de Verenigde Staten, Japan en Zwit
serland waren er kapers op de kust,
maar een uit Van Goghs landstreek
(Noord-Brabant) afkomstig Neder
lander ging met het olieverfschilde
rij strijken. De belegger zou bereid
zijn het doek binnen drie maanden
aan een Nederlands museum te wil
len verkopen zonder daarbij geld te
willen verdienen. Alleen de verzeke
ringskosten en het renteverlies wil
de nieuwe eigenaar van „De Wever"
terugverdienen.
Komt er evenwel geen mtucam op
dagen, dan gaat het schilderij alsnog
naar de hoogste bieder, die wellicht
in het buitenland gevonden zal
worden.
DIEREN (ANP) Een 36-Jarige man
uit het Oelderse Dieren heeft gister
morgen tegenover de politie bekend
zijn voormalige vriend D. Westhof
(39) in diens woning in Dieren te heb
ben gewurgd. De man meldde zich na
zijn daad zelf op het politiebureau.