Sen communist op Ontdekkingsreis door christendom +TïTHTÏ Iet plastic kauwapparaat Wetenschap en techniek SDAG 8 SEPTEMBER 1979. TROUW/KWARTET 25 ■BINNENLAND! g een lid .van de CPN als onderwijzer of leraar bij het jonder onderwijs werken? De principële, van tijd tot vooil hoog oplaaiende discussie, over deze vraag is nog niet i Chi(elopen. De Unie School en Evangelie zal er op 15 itember een groot deel van haar bijeenkomst aan mogs besteden. Gelijktijdig verschijnt er een brochure van professor' Verkuyl over dit probleem. Ook de „andere kant", de CPN, blijft met de zaak bezig. In een vraaggesprek legt het Tweede-kamerlid Joop Wolff uit waarom contacten met christenen niet vrijblijvend zijn. ekh die, lingi 50). Willem Breedveld en Rimmer Mulder ir kamerlid Joop zit er iets heel :kwaardigs in de te- oordige heibel de vraag of een lid de CPN wel bij het mder onderwijs kan ken. Kijk, zo legt hij insen de CPN heeft zich akte Titkkelijk openge- bci3,jd voor gelovigen. De iekscftij heeft een zekere tromecheidenheid van le- w'is «beschouwingen on- 'o™ de eigen leden aan- rd en maakt daarom rgani team, het geloof van som- uk ruige leden geen pro- in hetem meer. „Maar zo- hetf de CPN zich na- •Ve kkelijk openstelt, a IS je dat het geloof van mensen in twijfel rïsve rdt getrokken door ax,mh eigen geloofsgeno- Niet wij twijfelen de oprechtheid van 1 de 1 mensen, maar hun 490%e-gelovigen doen nede^ Dat is een heel inte- achtsant proces", oor- ijk ntót Wolff, licita uitg^elf heeft zich de laatste veel bezig gehouden met ilogle en geloof en dat niet tegenzin. „Het is voor ons ontdekkingsreis. Je steekt eel wat van op", zo vat hij ervaringen samen. Niet voor zichzelf, maar voor ile communistische be- ig vindt hij intensieve icten met gelovigen erg _»ig. „In de discussie valt 5*1 veel te leren van christe- Als leden verrijken ze de ^•telijke bagage van de Wolff koppelt hieraan meteen de kritiek dat de CPN de gelo vigen onder haar aanhang niet altijd zo ruimhartig heeft bejegend. „Vroeger zeiden we: wij respecteren uw geloof, maar dat was natuurlijk erg gemakzuchtig. Respecteren kun Je liggende af. Nee, als Je christenen in Je rijen accep teert moet Je ook hun invloed accepteren". Op de vraag of hij daarmee aanvaardt dat uiteindelijk de hele ideologie en strategie van de partij on der invloed van die gelovigen kan veranderen, antwoordt Wolff zonder aarzeling beves tigend. Toch winst—— Nu lijken de ervaringen van de CPN met het christelijk onderwijs nogal onbevredi gend. Tot nu toe is het officië le standpunt dat CPN-leden van de bijzondere scholen moeten worden geweerd on wrikbaar. Dat is dit voorjaar in Katwijk nog eens in de praktijk gebracht. Wolff be oordeelt deze gang van zaken toch iets gunstiger: „De schoolbesturen hebben tot nu toe de zaak steeds langs admi nistratieve weg opgelost door de betrokken leraren te ont slaan of een aanstelling te wei geren, maar het is de vraag of ze daarmee iets hebben ge wonnen. In alle gevallen is er toch een enorme brede me ningsvorming op gang geko men en die gaat wel door. De mensen zijn gaan nadenken over de relatie met de marxis ten, verdiepen zich in het mar xisme. En dat is onze winst". De bezwaren die er van de kant van het bijzonder onder wijs tegen CPN-leden worden ingebracht zijn in twee hoofd groepen samen te vatten. In de eerste plaats wordt het de mocratisch gehalte van de CPN in twijfel getrokken. Ge wezen wordt op de sterke par tij-discipline en op het onvrije karakter van landen waar de communisten de baas zijn. In de tweede plaats wordt de communisten verweten een ideologie aan te hangen die in haar kern anti-godsdienstig is. Vervreemding De parlementariër Wolff acht zich door geen van beide be schuldigingen uit het veld ge slagen: „Op openbare scholen wordt altijd godsdienstonder wijs gegeven en dat is nuttig. Maar het zou ook niet gek zijn op de bijzondere scholen een uurtje marxisme te onderwij zen, alleen maar vpor de infor matie. Dan zou je heel wat begripsverwarring en misvat tingen voorkomen. Want ik bestrijd dat het marxisme an ti-godsdienstig is. Dat is een opgeplakt predikaat. Histo risch overigens best verklaar baar en wij hebben er zelf ook wel schuld aan, maar Je moet het marxisme wel in ontwik keling zien. Net als in de theo logie zijn er in het marxisme grote ontwikkelingen". Zo-n belangrijke ontwikke ling ziet Wolff bijvoorbeeld in de groeiende belangstelling voor wat Marx het vervreem dingsproces noemde. Dat is het verschijnsel dat de arbei der steeds verder vervreemdt van zijn werk, het bedrijf en het gezag dat over hem be slist. Je kunt het ook aandui den als de „ontmenselijking" van de industriële samenle ving, een verschijnsel waaro ver ook veel christenen zich grote zorgen maken. „Daar ligt een ontmoetingspunt voor marxisten en christe nen", meent Wolff. „Wij mar xisten denken dat we die ver vreemding hier in het aardse tranendal moeten oplossen. Christenen zien daarbij ook nog naar wat hierna komt, het transcendente. Ik zeg laten we het hier in het tranendal dan in elk geval samen proberen. Dat kunnen we alvast. Dan zien we later in dat transcen dente wel verder". Verwijzingen naar Oost-Eu ropa waar christenen het ui terst moeilijk hebben onder communistische regiems vindt Wolff niet zo zinnig. „Ik vind dat een vrij vulgaire be nadering van de zaak", ver wijt hij. „Het doet mij denken aan de manier waarop vrij denkers wel probeerden het geloof belachelijk te maken. Dan wilden ze een discussie over de vraag of die God mis schien op een wolk zat of zoiets. Dat heeft geen niveau. Verwijzingen naar het buiten land vind ik niet zo'n goed uitgangspunt voor een dia loog. Wij kunnen op onze beurt natuurlijk hele treinen vol wanhoop en ellende laten aanrukken tegen het christen dom, maar daar kom Je niks verder mee". Geen Sow jet-Unie— De CPN zou misschien wat wantrouwen kunnen wegne men door zich nadrukkelijker kritisch uit te laten over mis standen in door communisten bestuurde landen. Een veroor deling van de behandeling van dissidenten in Tsjechoslo- wakije bijvoorbeeld zou best helpen. Maar Wolff voelt niet veel voor zo'n taktiek. „Wij zijn geen kroeg. We leve ren geen verklaringen op be stelling", reageert hij eerst Wat ernstiger voegt hij er aan toe: „Ik geloof niet dat een partij zich moet profileren door zich af te zetten tegen wat Je in de wereld ziet. Ieder land heeft zijn eigen ontwik kelingsgang en Je mag daar om nooit buitenlandse voor beelden zo op de Nederlandse werkelijkheid overplanten". Hij wijst op de grote verschil len die er bestaan tussen de 8owJet-Unle en Nederland en de plaats van de kerk in die beide landen. Alleen daarom al is het onzin, zo meent Wolff, te denken dat in Nederland een anti-gods diens t-campag- ne zou kunnen worden ge voerd zoals in de Sowjet-Ucie onder Chroesjtsjow officiëel werd afgekondigd. Het ka merlid vindt het ook van wei nig nut om zijn „ldeaal-beel- den op Tsjechoslowakijke of de 8owJet-Unie te projecte ren". „Dat is geen verwezenlij king van Jezelf. Nee, Je moet de Nederlandse werkelijkheid veranderen. Daar moet Je Je hele praktische politiek op af stemmen. Wat Je nu hier doet moet zijn afgestemd op wat Je hier in de toekomst wilt". Geen taktiek Moeten we die openstelling voor gelovigen ook zien in dat beleid naar een Ideale toe komst? Of is dat nu typisch een maatregel die op korte termijn effect moet sorteren?. De CPN zoekt het vooral in grote, buitenparlementaire acties en voor het mobiliseren van de massa's, bijvoorbeeld tegen het kabinet-Van Agt of tegen de neutronenbom, kan wat invloed in christelijke or ganisaties erg nuttig zijn. Wolff: „Als Je pluriformiteit alleen maar voor de korte ter mijn wilt ben Je dom bezig. Je bouwt alleen maar een hoop conflictstof in. Als Je Je open stelt voor gelovigen heeft dat alleen maar zin op langere ter mijn. We denken dat de chris telijke beginselen ons op tal van terreinen nieuwe impul sen kunnen geven. Die heb ben we nodig om dynamisch te zijn. Ik vind dat de CPN op het terrein van de economie, de materiële kant, zeer ver ontwikkeld is. Op dat gebied liggen wij voor. Maar als het gaat om een ethische en hu manitaire benadering, dan lo pen wij achter. Daar hebben wij iets in te halen. Ik pleit voor een meer ethische bena dering, maar op dat punt is de partij nog maar kort in ont wikkeling. Daar moet Je de confrontatie met andere op vattingen juist aangaan. Ik vind dat erg boeiend. Ik ben daartoe ook bereid, maar dan moeten die anderen dat ook doen". Dat laatste lijkt op kritiek op de organisaties voor christe lijk onderwijs die CPN-leden uitsluiten. Wolff: „Het christelijk onder wijs is in Nederland historisch gegroeid en dat is iets wat wij als CPN niet betreuren. In de opkomst van het bijzonder onderwijs zat een zekere pro gressieve trend. Het ging te gen de heersende opvatting van de liberale staat in. De strijd voor het eigen onder wijs was in zekere zin ook een emancipatie-beweging. Dat waarderen wij historisch als positief. Ook in de welzijns sector wijzen wij organisaties met een levensbeschouwelij ke grondslag niet af. Een le vensbeschouwelijke Inbreng moet er zijn. Je kimt niet al leen uitgaan van naakte utili- teltsoverwegingen. Maar die organisaties moeten wel mee democratiseren. Ze moeten wel met hun tijd meegaan. En op het moment dat men men sen van hun werk gaat bero ven op grond van de eigen interpretatie van die levens beschouwing, vraag ik me wel af of dat niet op gespannen voet staat met de grondwette lijke vrijheid". Ja, maar de vrijheid van on derwijs in de grondwet moet toch ook inhouden dat men sen zich organiseren om een bepaalde vorm van onder wijs mogelijk te maken en er vervolgens voor zorgen dat die organisatie van vreemde smetten vrij blijft. Concreter gezegd: christelijke scholen moeten toch het recht hebben bepaalde onderwijskrachten te weren? Wolff: „De vrijheid om zich te organiseren in verenigingen is wel aan grenzen gebonden. Het christelijke onderwijs heeft wel een bijzondere posi tie, maar er is geen staat in de staat. Onze samenleving is pluriform en dat moet Je res pecteren. Maar als binnen het bijzonder onderwijs de con servatieve krachten blijven domineren, dan is dat op lan gere termijn een gevaar voor het bijzonder onderwijs zelf. Niet wij maken er een kwestie van, maar het bijzonder on derwijs gaat een kwestie van zichzelf maken. Als ze zo blij ven staan op hun standpunt tegenover communisten, dan brengen ze zichzelf op langere termijn in een onhoudbare po sitie". Brede ontwikkeling:- Wolff denkt dat afwerende houding van het bijzonder on derwijs op den duur ook niet bestand is tegen de ontwikke ling in de eigen, christelijke, kring. Want hij heeft ontdekt dat er onder christenen heel wat gaande is dat hem wel bevalt. HIJ denkt daarbij niet in de eerste plaats aan de op komst van een beweging als de Christenen voor het Socia lisme. Hij zegt dat die bewe ging hem wel „sympathiek" is, maar voegt daaraan toe: „ZIJ is niet representatief voor de zeer brede ontwikkeling binnen het christendom. En wie zich op die beweging blind staart, zal geen zicht krijgen op die brede stroming en haar niet op waarde weten te schat ten". Wolff is zelf in elk geval van plan zich breed te blijven oriënteren op het christelijk erf. In hoeverre de door hem gepredikte openheid nog eens zal lelden tot een wezenlijke verandering van de CPN durft hij niet te voorspellen. Maar de CPN bereidt een wijziging van de statuten voor en Wolff geeft de verzekering dat daar over in alle openheid zal wor den gepraat en dat beïnvloe ding van buiten daarbij zelfs welkom is. ci et het kunstgebit is het wonderlijk gesteld. Niet dat er (teuschappelijk geen belangstelling voor bestaat. Maar die 3 hl4tenschap bleef beperkt tot ontwerpers en makers die ten door Rob Foppema dele nog onderling ruzie hebben ook. En de gebruiker bijt in het duister. Over twee maanden promoveert aan de Vrije Universiteit tandarts W. Kalk, en zijn onderzoek moet de kenniskloof aardig kunnen overbruggen. Het VU-Magazine nam deze week al een voorproefje. cou) ie zi Jee or de meesten m ()mt het op wat late- td leeftijd, maar er irer >eten in dit land re geveer evenveel >ch insen met een 05 nstgebit rondlo- m als met een bril. _ft valt minder op, I dat lijkt de onge- Ier drie miljoen dra ffs van een „volledi- ,i I prothese" prima t te komen. Want en spreekt niet over of haar kunst- lit. die taboe-sïeer kan Kalk irekend illustreren de STER-reclame voor, P reinigingsmiddel. De treffende industrie toe het niet aan om een itgebtt te laten zien. :1 kuis worden de let hes KUNSTGEBIT ge- gd in een glas met de prezen bruista- ten. die terughoudende «dering lijkt ook de liteit van de prothese tot bloei te komen. „In e zit het kunstgebit nog i beetje in de fase van t uniforme ziekenfonds- Wetje". aldus VU-Maga- zlne. Kalk ziet het nog somberder in: „Het zieken fondsbrilletje was vaak nog wel van goede glazen voorzien, maar ik vraag me wel eens af of de zieken fondsprothese wel de maximale eigenschappen heeft die hij zou kunnen en moeten hebben." Dat probleem is niet van gisteren. Toen ruim vijf Jaar geleden de vijf hoogle raren in de prothetische tandheelkunde gezamen lijk in het Nederlands Tandartsenblad de mini male eisen publiceerden waaraan volgens hen de behandeling van de tande loze patiënt moest vol doen, ging dat gepaard met deze opmerking: „Ver der heeft bij de opzet een rol gespeeld dat (de au teurs) het een onjuiste ont wikkeling in de sociale wetgeving van ons land achten dat zich een „parti culiere" prothese en een „standaard" prothese heb ben ontwikkeld, waarbij de laatste, als gevolg van de ontoereikende tariefstel ling, duidelijk van minde re, zo niet ontoelaatbare kwaliteit zal zijn." Die „standaard" was die van het ziekenfondsbrilletje, en sindsdien is niet van in grijpende beleidswijzigin gen vernomen. Intussen blijkt uit onder zoek dat twintig procent van de gebruikers ontevre den is met de prothese, zo'n 0.6 miljoen mensen in Nederland dus. Een gege ven dat we wel zorgvuldig van twee kanten moeten bekijken. Enerzijds geeft het een in stilte gedragen probleem van aanzienlijke omvang aan. Anderzijds blijkt het merendeel van de „standaard" protheses toch niet van zo ontoelaat bare kwaliteit te zijn dat de gebruiker er last van heeft Maar de grote scheidslijn loopt ook niet noodzake lijk langs de inkomens grens van de verplichte zie- kenfondsveizekering. Kalk: „Het kunstgebit be staat bij de gratie van het aanpassingsvermogen van de patiënt.' Maar de tand heelkunde heeft zich ont wikkeld als een vak van handvaardigheid en tech niek. „Wat is het gevolg? Als een patiënt bij de tand arts komt met een klacht over z'n kustgebit, zal hij nagaan of er soms tech nisch iets aan het ding mankeert. Met een vage klacht „het zit niet lekker" weet hij geen goed raad. Hij bekijkt de prothese, kan niets ontdekken, maar geeft wél een enorme hoe veelheid technische thera pie. Omdat hij redeneert: baat het niet, het schaadt ook niet. Ik probeer maar wat. Wie weet. Want met de psychische klachten, die te maken hebben met aanpassingsproblemen, weet hij geen raad. Hij is niet opgeleid om die te be handelen; hij wordt in ie der geval niet betaald om de patiënt behulpzaam te zijn in het proces van aan passing. Vage algemene psychische klachten be antwoordt hij dus veelal met een technische ver richting." Uit het onderzoek van Kalk bleek zelfs dat er wei nig verband bestaat tussen de tevredenheid van de ge bruiker en de kwaliteit van het kunstgebit zoals die technisch kan worden vastgesteld. Veel klachten daarentegen, vallen samen met andere problemen van psychische aard. De bena dering en begeleiding van de mens achter het gebit is Inmiddels een nog be scheiden onderdeel van de opleiding aan de VU. „Er moet", zegt Kalk. „in de spreekkamer meer ge sproken worden." Op het technische vlak waarschuwt hij ernstig te gen sommige lapmiddelen. Met name zelf aangebrach te „voeringen" om een ge bit beter passend te ma ken. kunnen leiden tot ern stig versneld slinken van de kaak. Dat maakt de si tuatie alleen maar erger, zulke vormveranderingen maken toch al vernieuwing van het gebit nodig om de pakweg vijf jaar. Het spul zou volgens Kalk alleen als noodmaatregel mogen worden gebruikt, tot een nieuw gebit klaar is. Maar het ligt zonder waarschu wing bij de drogist te koop. Ook de watjes die de ge bruiker uit pure wanhoop wel eens onder het gebit aanbrengt, zijn puur slecht. Kleefpasta's heb ben hoewel minder sterk bij langdurig gebruik hetzelfde effect. Kleefpoe- ders lijken het minst scha delijk. „Maar wie nooit zonder kan, is eigenlijk ge woon toe aan een nieuw gebit." VU-MarailBc. Nasorf oodtf voor drie Biljoen, 1S-2S (september irm i. G. ran der Ven en anderen. De behandeling ran de edentate pa tiënt, Nederlanda Tandartsenblad, 29. ZM-JCC (19741. en nu zo hard mogelijk blazen." Longfunctie-onder zoek is geen uitvinding van vandaag of gisteren, maar het gaat om het kastje links, waar de analiste bevallig op het goede knopje drukt. Het zou overdreven zijn om dat kastje te omschrijven als een halve longarts. Maar de ingebouwde micro-eiektronica en bijbehorende pro gramma's gaan wel zo ver dat ze niet alleen alle mogelij ke berekeningen uitvoeren. Op grond van de cijfers komt er ook vast een medische interpretatie op de „telstrook". In het Engels, omdat 95 procent van de produktie de grens over gaat, verzekert de Bilthovense fabrikant Gould Godart, die het kastje Godamatic doopte ongetwijfeld zonder theologische bijbedoe ling. Een Duits schrijvende versie bleek niet alleen in het betrokken taalgebied aftrek te vinden, maar wordt ook door Oosteuropese cliënten geprefereerd. Te zien op de tentoonstelling Het Instrument, die over anderhalve week In de Amsterdamse RAI opent. SELECT OPTION C-1977 MIC REF ROE HT SEX 2X35 £4 1S£ M PRED MERS FVC 5.73 5.13 90 FEV .5 3.13 3.20 100 FEV 1 4.57 4.42 96 FEV 4.99 FEV 3 5.14 FEVl X S3 S5 FEvs 94 96 fev3 97 99 FEFR 594 314 137 FEF 75 3.49 £.53 72* FEF 0-£5 519 4S3 93 FEF £5-75 4.74 4.74 100 INTERPRETATION - PRTIENT THE FEV1/FVC RRTIO IS NORMRL WITH R NORMRL FORCED VITRL CRFRCITY. THE FEP 75.Ï IS MILDLY DECRERSED SUGGESTING EXPIRRTORY FLOW OBSTRUCTIVE VENTILATORY DEFECTS PREDOMINATELY OF THE LOWER PERIPHERAL AIRWAYS. THERE IS NO EVIDENCE OF OBSTRUCTIVE OR RESTRICTIVE LUNG DISEASE. SUMMARY: SPIROMETRY IS WITHIN NORMRL LIMITS. TERR OFF

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1979 | | pagina 25