Waarom de jongetjes geen koster willen worden Door onze schuld is de aanwezige God afwezig VANDAAG Aantekeningen bij een proefschrift over Pannenberg Trouw a'U tel VOORBIJGANGERS De rouwkreet van de struisvogel Boekennieuws woord en geest wijkpredikant THACIR NA REGEN .ZONNESCHIJN!! ZATERDAG 1 SEPTEMBER 1979 KERK TROUW/KWARTET door A. J. Klei In het augustusnummer van ..De Koster" stelt de heer P. van Diggelen misnoegd vut. dat de Jongetjes van tegenwoordig niet de minste begeert*- naar het kosterschap vertonen. Hij heeft, dunkt me. gelijk. Ik kom ten minste ook nooit een knaapje tegen, dat geestdriftig verklaart: ik wil later koster worden! De heer Van Diggelen wijst in zijn artikel echter een ver keerde oorzaak aan voor dit droef verschijnsel. HIJ schrijft: „Koster Is nu niet be paald een beroep dat veel tot de ver beeldingskracht van Jonge kinderen spreekt Heeft u ooit een jongen van pakweg zes of zeven Jaar horen zeg gen. dat hU later koster wü worden0 Ik denk van niet. zijn voorkeur zal meer uitgaan naar brandweerman, politle-agent, treinbestuurder en meer van dergelijke beroepen, waar bij vooral het uniform een suggestie ve invloed heeft Het zwarte pak waar veel kosters zich zondags nog in hul len. wordt door het Jonge geslacht kennelijk niet als een uniform gekwa lificeerd." Koster". Ik wil hem om te beginnen zeggen, dat hij niet behoeft te tobben over de geringe aantrekkingskracht van het zwarte pak. Ik durf hem te verzekeren dat. al trekken we alle kosters van iedere denominatie een kakelbont uniform aan. het getal der Jonv» «es dat naar het kosterschap haaKi. met noemenswaard zal toene men Want (en nu komt wat de heer Van Diggelen over het hoofd ziet) er gaan steeds meer Jongetjes van zeven. Jaar of daaromtrent nimmer ter ker ke Het is gewoon een kwestie van: onbekend maakt onbemind. En wan neer Jongetjes wel naar de kerk gaan. worden ze binnen de kortste keren in een nevenruimte gestopt. Als gevolg hiervan verdwijnt de begeerlijkheid van het kosterschap gelijk sneeuw voor de zon. Ik zal dit laatste toelichten. In mijn prille jongensjaren is bij mi) en bij mijn vriendjes meermalen het verlan gen genjpt. koster te worden. Je ging elke zondag naar de kerk. weer of geen weer, zin of geen zin. Daar zat Je dan. en je moest muisstil zitten. Dat moest trouwens iedereen, behalve één man de koster. HU mocht alles, wat wij niet mochten. Aldus de heer Van Diggelen in ..De Zijn uitzonderlijke positie trad het duidelijkst aan de dag. wanneer hij onder de lange, onbegrepen preek, behoedzaam opstond om een koster- lijke taak te vervullen. Niet dat onze koster er een gewoonte van maakte, zich tijdens de bediening des Woords te vertreden, maar hij was een zorg zaam type en eens. toen de wind plotseling opstak, verliet hij geruis loos zijn plaats, verdween achter een geheimzinnige deur en kwam terug met een lange stok. waarmee hij een bovenraam dichtduwde teneinde een paar aandachtig luisterende zusters der gemeente voor tocht te behoeden. Vuriger dan ooit wenste ik koster te zijn. Ik weet ook nog van een avondbeurt, dat ik wat slaperig tegen mijn moe der aanleunde. Het was al schemerig toen de dienst begon en het werd snel donker in de kerk. Opeens onderbrak de dominee zijn catechismuspreek en vroeg op plechtige toon: zou de kos ter het licht willen ontsteken? De koster knikte van ja en liep waardig naar een soort kastje. Hij opende het. draaide aan enige knoppenen er was licht. Over de suggestieve in vloed van het kosterschap ge sproken! Maar al gaan de heer Van Diggelen en zijn collega's vandaag midden onder de preek op hun kop staan, al dan niet in 't zwart gehuld, dan nóg spre ken ze niet tot de verbeeldingskracht van jonge kinderen, omdat die kinde ren óf buiten spelen óf in een afzon derlijk lokaal bezig worden gehou den. In het eerste geval weten ze amper wat een koster is en in het tweede geval mogen jongens van pakweg zes of zeven jaar knippen, plakken, heen en weer lopen en even tueel kopje duikelen, zodat de door hen toch al niet waargenomen be weeglijkheid van de koster geen lok kende toekomstmuziek vormt. "he ■Je .■jei Het leek me goed. de kosters in het algemeen en de heer Van Diggelen in het bijzonder op deze dingen te wij zen. Ik heb trouwens nóg wat. Ik vrees dat het door mij hooggeschatte kosterschap weinig bevorderlijk is voor het beluisteren van preken. Op de voorpagina van hetzelfde nummer van „De Koster" prijkt een overden king, die zo begint: „Wij zijn kinderen van deze tijd. voor ons heeft het oude testament afgedaan, dat is uit de tijd. We weten niet goed raad met het oude testament". Wat is dit voor kletskoek? Het is de geachte medita tor blijkbaar geheel ontgaan, dat het oude testament tegenwoordig troef is op de kansel. Iedere dominee die zich zelf respecteert, heeft het over Te- nach en Tora en kleurt zijn preek met rabbijnse wijsheden. Beter opletten, broeders! De enige conditie En Philippus zei: Als je met heel je hart gelooft is het geoorloofd. (Handelingen 8 vers 37) door E. SchlIlobMCkx Bij het ontvangen van het proefschrift van M. Brinkman bekroop me aanvankelijk de gedachte: hé, wat een dun boekje als academisch proefschrift! Maar deze eerste reactie prikkel- de mijn lezende aandacht, want ik herinnerde me dat over een nog dunner boekje (een doctoraalscriptie van I. Berten in 1968) Pannenberg zelf had geschreven dat dit boekje hem pas volledig duidelijk had gemaakt wat hijzelf bedoelde. Een zelfde ervaring gaf me de lezing van Brinkmans ontleding van de theologie van Pannenberg. Dat dr M Brinkman kans heeft ge zien om. afgezien van literatuur, zaakregister e.d., binnen 87 blz. de ontwikkeling van Pannenbergs theo logie vanaf 1053 tot 1079 op zo'n kun dige en leesbare wijze haast feilloos te schetsen, strekt op zichzelf al tot uitzonderlijke lof van dit academisch proefschrift Het werd op donderdag 7 juni. verdedigd aan de Vrije Univer siteit te Amsterdam. Promotor was prof. dr. H. M. Kultert, coreferent prof. dr. J. Veenhof. De geledingen van het boek zijn hel der: 1) hoe ziet Pannenberg de ver houding tussen Ood en de mens; 2) Pannenbergs Oodsbegrtp, 3) Pannen- bergs mensbegrip; 4) evaluatie van Pannenbergs visie op de verhouding van onze eindige werkelijkheid tot dc oneindige Ood. echter in deze dissertatie van Brink- geschiedenis deze overstijgt. Zo kan man als een grondintuïtie van Pan- de eindige mens Ood ervaren als de nenberg naar voren komt. is het in- macht van degene, die verzoent, be- zicht dat de door velen alom ervaren waart en bevrijdt. Jezus Christus is afwezigheid van Ood veeleer te ver- het realiteitsmodel dat de grond- staan is als de ervaring van de afwe- structuur van de algemene relatie zigheid van de menselijke inbreng in tussen Ood en mens ten volle reali- het tonen van Oods macht. De afwe- seert en voor ons duidelijk maakt. Zo zigheid van Ood is concreet menselij- wordt Jezus de toegang tot het ver- ke schuld; de getuigen van Ood zwij- staan van onze menselijke geschiede- gen. en dan verstomt elke openbaring nis als levende relatie tussen het eln- Pionier Pioniers als Pannenberg banen een weg in de jungle. Links en rechts moet worden gehakt, omwegen ge- waarin opgenomen: De Rotter dammer. met Oortfts Oagblad Nieuwe Haagse Courant met Nteuwe leidse Courant Uttgave: Trouw/Kwartet BV Hoofdredacteur Jenze Tammtnga Directeur mg O Postma HOOFDKANTOOR PoMtXrt 6S9 1000 AW Amsterdam lal 020-913456 letaa 13004 Potftj'o 64 00 00 Ned CrediettwiA ffe*er*ngnr 23 00 12 574 Gemeen reg^o Amsterdam KM 000 REOO ROT7EROAM DORDRECHT PoaWuS 948 3000 AX Rotterdam •ei 010-H 5544 (abonnementen an beiorpng) tal 010-M5544 (redacbe) tel 115700 (u* Ron e» dam REGIO OEN HAAG lEIOEN Postbus 10> 2501 CC Cen Haag lei 070-469445 Parkstraat 22 Oen Haag REGO NOORO OOST NEOERLANO 'uTj'vtend adnwi-ttrat*) Posibu» 3 4000 AA Z.WV W 05200-17030 Mewnarkf 56 Zwv» Abonnemenlapci|ien ■1 47 70 Pe* na* tear 95.40 Pw iaar 144 60 Ad re a**r 00 aanvraeg Teieton-scfie (/■e adressen boven! Opgavr lamaebericMen 9-19 30 van miandeg I m vr.^ag Op zondag van 14 20 uur <*»l 020-9134'* Opgave mm»-advertenties lei 020 936464 o« scbr.tte.-n aan kAm-Adv aWeAng potfbuS 433 1000 AK AMSTER0AV Adres* z «j j -s-utend sctviHe>n aan ontt Amsterdamse adressen maakt, nadien moet zelfs gewied wor den. Weerszijden van de weg is het een puinhoop. Wie Pannenberg ach terna gaat. zou links en rechts om zich heen kijkend de richting van de weg kunnen vergeten. Toch kan iemand die nadien het spoor volgt, duidelijker dan de pio nier de gebaande weg volgen, als hij zich niet laat afleiden door de achter gelaten puinhoop. Brinkman heeft dit gekund. Natuurlijk heeft theologi sche topologie, het verkennen van een theologisch pas aangelegde weg. niets te maken met een fotografische weergave van een snelweg door een polderland. Het heeft veeleer iets van het snuffelen van een afgerichte hond naar een door iemand afgelegde weg die 4r objectief-fotografisch nergens blijkt te zijn Het is zoeken naar spo ren Speurzin is hier nodig. Dit boek getuibi hiervan. Heeft Brinkman dit reukorgaan? Hebben prof. Kultert en zijn coreferent het hem aangeleerd? De promotor Kut- tert is mans genoeg om een jonge speurder aan zijn reukzin over te la ten en slechts dan bij te sturen als het spoor .in de hoogte' zou blijken te verdwijnen, waar geen verhaal moge lijk is tenzij positivistische bewe ringen. Grondmotief Sporen die plots verdwijnen, vleugels lijken te hebben gekregen en geen resten in onze aardse werkelijkheid hebben nagelaten, terwijl we dan toch maar doen alsof we het goede spoor volgen, kent in de lijn van Pan nenberg ook Brinkman niet. De Heili ge Oeest dempt hier geen kloven, maar begeleidt het continue spoor Wel moet je het vinden. Al heeft men Pannenberg voor ratio nalist versleten. Brinkman toont overtuigend aan. dat. na eerst wel licht een zekere neiging in die rich ting. Pannenbergs grondmotief is ge weest en nog ls: Oods werkelijkheid, alleen In geloof te beamen, moeten we dénkend doorlichten. Moderne ge lovigen kunnen niet meer langs de Verlichting heen. al hoeven ze niet verstrikt te blijven in de redelijkheid van het kleinbehuisd Verlichte 'Hol lands binnenhuis'. Geschiedenis Waar is het Pannenberg tenslotte om te doen? Om ons mens-zijn. En dat is. zo wordt betoogd, uiteindelijk onze 'Fraglichkeit'. de mens als grond vraag. waarop godsdiensten een ant woord geven: temidden van onze fragmentarische ervaringen van zin en onzin is Ood de enige die alomvat tende zin kan schenken Uiteindelijk is het dus om Ood te doen. maar dan om Ood als zin en inhoud van het menselijk bestaan. Antropologie of Juist spreken over de mens is tevens theologie, d.i. spreken over Ood. De grondovertuiging die daarachter ligt geschiedenis is op zichzelf met reeds begrijpelijk, het zou dan geen zin hebben om nog over Ood te spreken. Daarom legt Pannenberg zo sterk de aandacht erop. dat geschiedenis hier in bestaat dat het eindige voortdu rend weer wordt ingehaald door het oneindige, een gebeuren dat geen en kele grond vindt in dit eindige. Ge schiedenis is pas geschiedenis door de actieve aanwezigheid van de on eindige Ood Alleen zo. indirect, openbaart Ood zich in de geschiede nis doordat Hij machtiger blijkt dan al het eindige Inzicht Is dit geen aanfluiting, zo kunnen we vragen in een tijd na Auschwitz0 Wat van Ood. Dan ls Ood afwezig, zoals bij Jezus aan het kruis, waar mensen Hem hebben vastgespijkerd. Het lijJcf een veronderstelling, een hypothese, het is een hypothese voor de redelijk denkende mens. Maar een hypothese die redelijk aanwijsbaar is en voor het geloof een klaarblijkelijk heid. Rationele aantoonbaarheid en gelovige klaarblijkelijkheid zijn voor Pannenberg echter niet in de contra mine. ze versterken elkaar en worte len beide in een zelfde basisver trouwen. Analogie Pannenbergs visie op de relatie tus- dige en de oneindige God. Verhelderd Een grootse Pannenbergse visie wordt in dit boek verhelderd in een- .voudige en duidelijke woorden. Ook Brinkman heeft bedenkingen tegen deze grootse synthese. Vooral is Pan nenberg zo gefascineerd door de vraag of ons leven uiteindelijk wel zin heeft, dat hij meer bedacht is op de theoretische aanpak van deze totale zin dan dat hij gevoelige aandacht besteedt aan het teveel aan onzin en onmenselijkheid in onze geschiede-, nis. Hij wil, terecht, de lutherse theo-1 logie van het kruis in het licht van de opstanding plaatsen, zij het nooit «jni 3f V( vüj: .'fvc ra De woorden van vers 37 vormen pe waarschijnlijk een latere invoeging, -pc Als dit zo is. is dit een heel gelukkige tn toevoeging aan het verhaal. Lukas jel had het zelf kunnen schrijven. De jee kamerling heeft gevraagd wat hem jeu nog verhindert om gedoopt te wordei en dat geeft Philippus de gelegenhei om op de enige voorwaarde voor bediening van de doop te wijzen, het geloof. We zagen er even aan voorbij, maar het is de kamerling di$ om de doop vraagt. De doop moet gevraagd worden. De kerk bedient doop als teken van Gods belofte niet zo maar en vanzelfsprekend. Vroeger' stond er dan ook in de kerkbode: De bediening van de heilige doop is aangevraagd doorMaar nu gaat het over de enige conditie. Geloof je*?™ Het staat er wat absoluut, maar het'iJW duidelijk genoeg. Als die man op het verhaal van Philippus visie op zijn leven gekregen heeft. God in zekere zin heeft leren kennen als een God dji nem jeu vorder— enheUK n.ntT\ tam m-t« gerw De ook voor hem de deur naar het leven Vi in Christus heeft willen openen en daarmee verder nu met heel z'n hart. D! wil leven, dan is er geen bezwaar 2 j- meer. Integendeel dan is er iets feestelijks gebeur. Dan heeft een mens de grond van z'n leven 32 gevonden. Een vreemdeling, levend ui onder omstandigheden die wij niemand zouden toewensen, heeft de1 oriëntatie van zijn leven gevonden. p* Hij weet nu welke richting hij uit mag. Met deze God en met alle mensen die dit ook willen mag hij jp binnen gaan in een nieuwe wereld. de*e wereld van geloof en vertrouwen. DéFj» wereld waarin hij zich straks een taè£ zal zien toegewezen. Hij is er niet vo< niets. Zijn leven vergaat niet van dé f> aarde. Hij mag zijn mond opendoen. 9/0 sen God en mens is uitgewerkt aan de zonder de doorgang van het kruis, hand van het probleem van de analo- Tot in de merg van zijn bot is Pan- gie. Met analogie wordt in de geschle- nenberg bang voor alle rechtse of denis van de theologie een vorm van linkse vormen van ideologisch totali- o vereens temming tussen Ood en de tarisme. Hij heeft niet vergeefs heel' mens bedoeld die voorwaarde moet zijn leven gevochten tegen kerkelijk zijn voor de omgang van de mens met dogmatisme en autoritarisme om nu God. Karl Barth heeft radicaal met te capituleren voor nieuwe vormen de gedachte afgerekend dat deze van dogmatisme, overeenkomst en dus de mogelijk heid van omgang van de mens met Ood gelegen zou zijn op het vlak van het gegevene; er is volgens hem niet een overeenkomst, maar Daarom blijft hij. terecht, ook afkerig van een bepaald politiek .maatschap pelijk dualisme', dat het verleden en het heden als de negatieve en zwarte wordt een overeenkomst geschapen zijde van onze geschiedenis duidt, en door het Woord van Ood, en alleen zó is omgang van de mens met Ood mogelijk. Barth noemde deze vorm van analogie geioofsanalogie. Zij ging Pannenberg nog niet ver ge noeg. Hij noemt dit de weg van het verzet halverwege afbreken. Hij ver werpt in eerste instantie elke vorm van analogie, zo betoogt Brinkman, want analogie betekent, hoe dan ook. dat Ood en mens onder één gemeen schappelijk begrip worden gevangen. Dit wordt terecht goddeloos genoemd. Beknottingen Voor Pannenberg is elke analogie een menselijke beknotting van Oods bo venaardse vrijheid. Ood bepaalt zelf vrij wie Hij is. en daar kan geen schepsel bij: God is niet te plaatsen binnen een ons vertrouwde belevings wereld. In die zin is er ook geen Gods bewijs mogelijk. Eigenlijk is dit m.L de diepste betekenis van heel de gro te christelijke traditie, al hebben the- ologieén deze oerchristelijke wijsheid soms miskend en. vooral nog. al heb ben volgelingen hun meesters hierin vaak verkeerd gelezen. Toch heeft de speurzin van Brinkman opgemerkt dat Pannenberg zelf niet temin ook een vorm van analogie aanhangt, en zelfs enthousiast. Voor hem is er geen directe verhouding tussen God en mens; deze loopt im mers via mensen in de wereld. De analogie ligt niet tussen God en mens. maar tussen het dagelijks ge bruik van bepaalde woorden en hun theologisch gebruik. Misverstanden Als ik hier Brinkman, ook Pannen berg, in herinnering mag brengen, is dit precies de analogie zoals Bona- ventura. Albertus de Grote en Tho mas die huldigen, in tegenstelling tot wat later onder invloed van Scotus en vooral Cajetanus' reactie hierop ten onrechte is gaan gelden als de .officië le' katholieke analogleleer Dit mis verstand blijft oecumenisch drukken. Toch is Pannenbergs eigen analogie- leer niet precies die van de dertiende eeuw Voor Pannenberg komt het contact tussen Ood en mens steeds op negatieve wijze tot stand. Maar deze negativttelt kan positief worden ervaren in de ervaring niet-onetndig te zUn. bespeurt de denkende gelovi ge de werking van een overmacht in de geschiedenis, een macht die in de alleen een nog te maken toekomst als de lichtende zUde ervan ziet. Voor Pannenberg is Ood vanaf de aanvang Pannenberg van de schepping ook begonnen met de realisering van heil in heden en verleden. Een radicale breuk met het verleden wijst hij op christelijke gronden af. Vraag Toch kan men, via Brinkman, Pan nenberg de vraag stellen of hij wel voldoende rekening houdt met de moderne problematiek van de ver houding van theorie en praxis. Al zijn er reeds vele studies gewijd aan Pannenbergs theologie, geen ver der onderzoek zal het kunnen stellen zonder dit boek van Brinkman. De eenvoud van zijn betoog wordt rijke lijk gedocumenteerd door het aange bracht kritisch apparaat; de voetno ten zijn ook belangrijk. Een proef schrift niet als statussymbool maar ais wetenschappelijke bijdrage aan de allesbeheersende vraag; waartoe leven wij? De Nijmeegse hoogleraar dr. E. Schillebeeckx bespreekt: M. E. Brinkman, Het Gods- en mensbegrip in de theologie van W. Pannenberg. Een schets van de ontwikkeling van zijn theologie vanaf 1953 tot 1979. Uitg. Kok, Kampen, prijs 22,50. Beroepingswerk NED. HERV. KERK Beroepen: te Genemuiden H.Viss te Nieuwe Tonge; te Rijnsburg (toe L. Romein te Boven-Hardinxveld; Werkendam (toez) T. Lekkerkerker Ede. Aangenomen: naar Waspik J. G. vs Willigen kand. te Veendaal. GEREF. GEMEENTEN Beroepen: te Katwijk aan Zee Hage te Rotterdam-West. DOOPSGEZ. BROEDERSCHAP Aangenomen: naar Amsterdam Gulmans, leraar cult, gesch. en maa schappijleer te Wageningen; nai Bolsward J. P. J. Knipscheer, blijk" tevens pred. te Makkum, Hindelopt en Workum. Ali Jelsma-Rippen een actueel boek, met verrassende conclu sies! Onder de titel Doen vrouwen in de kerk aan struisvo gelpolitiek zal de senrijtster AH Jelsma-Rippen een aantal lezingen gaan houden voor de N.C.V.B.. de G.V.B. en de C.P.V.B.. die in feite een afspiegeling vormen van het door haar geschreven boek. Zij stelt in haar boek dat vrouwen tegenwoordig 'in' zijn. Zij vormen onderwerp van gesprek, van zorg. van irritatie. Maar hoe reageren vrouwen hier zelf op? Inhoud: ze daagt anderen uit met éigen woorden te zeggen wat hel betekent te geloven, lief te hebben en te hopen. ze spaad priesters en predikanten haar felle kritiek niet. vraagt vrouwen buiten de kerk om waarom het evangelie zo ongeloofwaar dig is gaat in op de vraag of het feminisme een (s)linkse manier is om het socialisme aan de vrouw te brengen Pbk. 19,90 (verknigbaar in de boekhandel) UITGEVERIJ Postbus 84176. 2508 AD 's-Gravenhage Dra. H. G. Leih OE DROOM OER REVOLUTIE 2* druk. 196 blz 21.50 Over maatschappiikntiek en revolutie Vanuit de historie eon boeiende analyse om beier zicht te knigen op allerlei aciuele situaties „Hel is de moeite waard om zich diepgaand bezig le houden mei wal hiIn dit boek doceert (Fnesch Oagblad) Or. G. de Ru OE VERLEIDING OER REVOLUTIE 2e druk, 146 blz 16*26 Een doorlichting van de biibeise boodschap de proleten. Jezus en do Apostelen i v m hel tegenwoordige revolutionairo verzet waartoe men van alle kanten wordt opgeroepen OR. K. M. Wltteveen HET EVANGELIE TUSSEN PACIFISME EN GEWELD 128 blz 16.90 Z«rngli. een van de drie grote reformatoren had een actuele lnshe»d m leven en werk, waardoor h»i iuist voor onze Iryd bizonder interessant wordt SPELEN TEGEN OE OORLOG 96 blz 12,90 Vier luisterspelen geschreven door Guy 8e'- naert Peter van Gestel. Gernl Pleiter cn Wim Ramaker Deze luisterspelen op mitiaiiel van de NCRV-radio geschreven laten zich uitstekend lezen Het gaat m deze luisterspelen behalve om de „echte oorlogook om de verhoudtngen lussen mensen onderling Verknigbaar ir KOK KAMPEN bent u betrokken bij de vragen van vandaag, in zorg over Uw geloo(sverantwoordeli)k- heid° wilt u blij en bewust lid van de kerk zijn, met vertrouwen de jeugd tegemoet treden en getuige van Jezus Christus zijn? leest dan maandblad van de Vereniging lot bevor dering van het gereformeerd kerkeli|k leven Redactie ds J. M. G. Si|tsma. Nunspeet; drs l H. Bouwkamp, Nw Lek(<erland, ds O Bouwman, Nijverdal; mr P Cou- mou, Nunspeet. dr E Masselmk. Rotter dam en ds O. Meyering Hzn. Scherpen- zeel. Proetnummers en abonnementen 25.00 p.jr J M van Geldere, Wei- mansweg 21, 3075 MJ Rotterdam Aanmeldingen v. lidmaatschap 35,00 p.jr inclusiel abonnement: K J van 't Hol. Neptunus 22. 7131 HM Lichten voorde De Hervormde Gemeente Nijmegen, Wijkgemeente „West" roept sollicitanten op voor de vacature van in de leeftijd tussen 35 en 40 jaar. Gegadigden moeten het wijkwerk vooropstellen en nauw samenwer ken met de Gereformeerde Kerk Wijk ..West" is een zeer gevarieer de wijk met oudere dorpskern (voormalig dorp Hees) Serieuze gegadigden wordt een informatie-map toegezonden. Sollicitaties worden ingewacht bij de secretaris van de beroepings commissie A. Mak, Voorstadslaan 357, 6542 TE Nijmegen. TH eotogisch verantwoorde A rcheologisch interessante C ultureef belangwekkende Israel R e«zen Wat denkt u ervan om de Kerstvakantie door te brengen in het zonnige ISRAËL? Behalve een geheel verzorgde rondreis (van 22-12 t e.m. 05-01). kunnen wij ook een vrije verblijfsreis voor u regelen op elke door u gewenste wi|ze, zoals bijvoorbeeld de Kerstdagen in Jeruzalem en daarna een heerlijke zon- en zwemvakantie aan de Golf van Eilat! Bestel nog vandaag de folders over onze reizen (het héle jaar door') naar ISRAEL EGYPTE TURKIJE GRIEKENLAND ROME Reisstichting THACIR. Europalaan 14, 3844 AV HARDERWIJK. Tel. 03410- 21989. Vormingscentrum „De Klencke" sektie Kerk en Samenleving or ganiseert weekenden: 29-30 september 1979: Nieuwe Levensstijl 25-26 januari 1980: Kernbewapening 22-23 februari 1980: Kerkenkonferentie 14-15 maart 1980: Gemeente Onderweg Op aanvraag: Kursussen voor parochie- en kerkeraden, jongeren- en vrou wengroepen, vredesgroepen en nieuwe levensstijlgroepen Inlichtingen Vormingscentrum n „De Klencke", Witte Zand 18. 7861 BJ Oosterhesselen (Dr Tel 05248-1651 li

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1979 | | pagina 2