'i;
'Ik schaam mij niet voor de
jaren op de Albert Cuyp'
Hp* 1
Recensies
Mi A
De hoogste NMB spaarrente.
Ukunt nü profiteren van de hoge
spaarrente bij de NMB.Van die
hoge rente kunt u 6 jaar lang verze
kerd zijn.
Vroegere viskoopman Theo Boesken nu pastoraal werker
Vas telermijn Spaarrekening: vaste looptijd,vaste rente.
De NMB denkt met u mee.
- MAANDAG 27 AUGUSTUS 1979
TROUW/KWARTET
door Fred Lammers
rüj
AMSTERDAM Op twee
jaar na drie eeuwen staat het
imposante Amstelhof op een
van de mooiste plekjes aan de
Amstel, niet ver van Carré.
Vroeger was het algemeen be-
e ikend als het „besjeshuis" van
iv^de hervormde diakonie, te-
.enwoordig is het een ver
pleeghuis Annex reactive-
dojringscentrum. De 342 bewo-
en ners zijn voor het overgrote
deel de 65 al hoog en breed
iejgepasseerd, wat nlet weg
neemt dat ook minder hoog-
sbibej aarden er worden ver-
pleegd.
Hoewel mensen van alle gezindten er
welkom zijn. heeft Amstelhof de her
vormde signatuur gehouden. Er is
;n predikant aan verbonden, de ge
formeerde ds Arie C. Langendijk,
„jifmet als tweede man de pastoraal wer-
J ^er Theo Boesken. Hoewel de nu 48-
ige Theo er al vier jaar in de Am-
itelhof op heeft zitten, na eerder drie
bar full-time bijstand in het pasto-
i0(|hat van de hervormde Oranjekerk-
emeente te hebben gegeven, kennen
van Amsterdammers hem vooral
uit de tijd dat hij evenals zijn vader
en grootvader vis stond te venten op
de Albert Cuyp-markt. Van viskoop-
man naar geestelijk verzorger (vol-
15 gend jaar hoopt Theo voor het exa-
131 men hulpprediker te slagen) lijkt op
eerste gezicht een grote overgang,
zijn er tal van raakvlakken.
gd
d
Theo Boesken .veel mensen zijn te berustend
soonlijker geworden. Het echte men
selijke contact is weg, de belangstel
ling voor elkaar. Als ik denk aan de
schoonmaaksters, de vrouwen die
voor de oorlog en kort er na voor een
paar centen zorgden dat je vis pan
klaar mee naar huis kon worden ge
nomen, die vrouwen waren eigenlijk
onbetaalbaar."
>n
'e moet van mensen houden, echt in
ideren zijn geïnteresseerd. Dat is
in voorwaarde voor dit werk. Maar
Wil je het als marktkoopman goed
loen, moet je eveneens aan die eis
leantwoorden. Op de markt speelde
ook min of meer de rol van maat-
ïhappelijk werker, al gaat dat hoe
anger hoe meer eruit. De Albert
!uyp is ook niet meer wat die vroeger
was. Vanmorgen was ik er nog even
om wat vis te halen voor een vrouwtje
dat jarig was en waarvan ik wist dat
k haaf met een lekker visje meer
ilezier zou doen dan met een ander
:adeautje. Een van de oudere markt
vrouwen, die ik tegen het lijf liep, zei
leel somber: "Theo, jongen, het is niet
neer zo als het was!' Ze had gelijk, al
oop je het gevaar wanneer je wat
wider wordt het verleden als ideaal te
jaan zien.
Vroeger was het ook niet altijd alles.
Ik heb fikse ruzies meegemaakt,
naar dat ze je tegenwoordig bedrei-
:en en bestelen waar je bij bent, nee
at kwam toch niet voor. Het ging in
nijn tijd op een eerlijke manier."
„Een van de bekendste was Anna de
Kort. Wat heb ik vaak vol bewonde
ring naar die vrouw staan kijken als
ze op zaterdag om negen uur begon
met aal schoon te maken en rustig
aan een stuk door ging totdat ze om
een uur of zes haar laatste maaltje aal
afleverde. Haar handen waren onaf
gebroken bezig, maar intussen had ze
oog en oor voor iedereen, Hoe is het
met je zuster? Voelt ze zich al wat
beter?' of tegen een ander, die ze
tussen het publiek zag 'Je moeder is
overleden, het is me wat, maar het
leven gaat door'. Ze was van alles op
de hoogte, wist het juiste woord op de
juiste plaats te zeggen."
ïfeer
)e sfeer op de Albert Cuyp is heel
nders geworden. Voor de oorlog
tonden er 32 viskarren, voor een
[root deel van Joden. Dat had een
norme charme. Van mijn Joodse col-
ïga's zijn er maar drie teruggeko-
nen: Isi, Philip en Moos Locher. Nu is
lleen Isi er nog met zijn zoon Hans.
■f'hilip is overleden en Moos heeft het
ver weg gezocht. Hij is naar Australië
feegaan. Vroeger waren het de Joden
die de Albert Cuyp-markt beheer-
'?n. Niet voor niets hadden ze het
iver Amsterdam als het Jeruzalem
fan het Westen."
,Nu waan je je op de Albert Cuyp
aak in Paramaribo. Dat bedoel ik
iet denigrerend. Het heeft ook zijn
ekoring. Al die verschillende men-
;n uit Suriname hebben hun eigen
ewoonten meegebracht. Je ziet
aardoor produkten op de markt
faarvan je een jaar of wat terug nooit
gehoord. Vijftien jaar geldeeden
loest Je er voor naar Londen gaan
m dat mee te maken. Maar hoe dan
ok, het is allemaal wel veel onper
„De mensen kwamen daarom niet
alleen naar de markt om iets te ko
pen, ze konden ook babbelen. Ze kon- He
den er hun sores kwijt. Hetzelfde had
je in die kleine buurtwinkeltjes. Als je
nu door die supermarkten loopt, hier
en daar wat weggraait om dan uitein
delijk bij een juffrouw terecht te ko
men, die automatisch een kassa aan
slaat, denk ik vaak: wat missen we
veel. Het is niet zo maar dat tegen
woordig zoveel mensen tabletten
voor de zenuwen slikken en vroeg of
laat met een psychiater in aanraking
komen. Maar het oude komt terug.
Dat is jammer, maar het heeft zo
moeten zijn. Ik zie steeds duidelijker
dat die Jaren op de markt en de tijd
erna slechts een voorbereiding zijn
geweest op het werk dat ik nu doe.
Dat heeft er waarschijnlijk altijd al
ingezeten. Ik weet nog hoe mijn vader
tegen me zei als ik hem wilde overha
len iemand gratis vis te geven: 'Jon
gen, Je kunt je niet het leed van alle
mensen aantrekken'.
Hij had daarin groot gelijk. In de loop
der jaren heb ik veel mensenkennis
opgedaan. Ik heb geleerd dat dege
nen die niets zeggen vaak harder hulp
nodig hebben dan degenen die met
hun problemen te koop lopen. In de
jaren dat ik in de Oranjekerkgemeen
te werkzaam was, heb ik daarvan
staaltjes meegemaakt. Er waren
mensen die een beroep deden op de
diakonie, met heel roerende verhalen
kwamen en als je dan een paar tien
tjes liet schuiven en even later nog
eens ging kijken stond de Jeneverfles
op tafel en hadden ze dolle pret dat ze
de kerk zo te pakken hadden ge
nomen."
Directe aanleiding voor Theo om de
markt vaarwel te zeggen was dat er in
de Jaren zestig door het duurder wor
den van de vis nauwelijks een boter
ham meer in was te verdienen.
Dat heb ik deze zomer gemerkt toen
ik vijf weken lang de tokobeheerster
hier in de Amstelhof heb vervangen
toen ze met vakantie was. Je zult
zeggen als geestelijk verzorger in de
toko. Nu, ik heb het met plezier ge
daan. Ik heb allerlei contacten ge
legd. Zo'n toko heeft in een tehuis als
dit een functie. Het is een ontmoe
tingspunt. Ik ben er sindsdien druk
over aan het denken of ik het bij mijn
bezig zijn hier in de toekomst niet
meer in die richting moet gaan zoe
ken. Als het een beetje ongedwongen
toegaat, praten de mensen gemakke
lijker."
Als is het al weer zestien jaar geleden
dat Theo de Albert Cuyp vaarwel zei
om een boterham in de horeca te
zoeken, zijn koopmansverleden
steekt toch af en toe de kop weer op.
„Er zit geen Boesken meer in de vis.
Het was ds Buskes die bij Theo echt
belangstelling voor religieuze zaken
wekte. „Van huis uit betekende de
kerk niet veel voor mij. Ik was ge
doopt en mocht naar de zondags
school, maar daarmee hield het wel
zo'n beetje op. Het was op het eind
van de Jaren veertig dat ds Buskes
voor de Jonge Kerk kwam vertellen
over zijn reizen en ontmoetingen met
allerlei bekende, figuren zoals Pandit
Nehroe. Wij kregen die verhalen uit
de eerste hand. Ds Buskes nodigde
allerlei interessante mensen uit: zen
delingen, priesters, maar ook huma
nisten en jehova-getuigen. Hij leerde
ons het brede verband te zien."
Theo ging een catechetenopleiding
volgen en toen kwam het verzoek van
dr Hartdorff hem te komen helpen.
Het was huisbezoek doen, naar zie
ken gaan, catechisaties houden, be
grafenissen lelden ep godsdienstles
geven op scholen. Van het een kwam
het ander, totdat Theo vier jaar gele
den full time voor drie dagen in de
week bijstand in het pastoraat ging
verlenen in de Amstelhof. De reste-
(foto: Dirk Ketting)
rende dagen van de week doet hij
hetzelfde werk in andere tehuizen in
de stad.
„Het is allemaal heel wonderlijk gelo
pen. Ik houd niet van vroom gepraat,
maar ik geloof zeker dat er een be
paalde leiding in Je leven is. Sommige
dingen moeten zo zijn. Natuurlijk
moet Je er zelf ook veel aan doen. Je
moet studeren, veel leren, maar toch
ervaar ik steeds weer dat het af en toe
lijkt alsof bepaalde dingen Je in de
mond worden gegeven. Je hebt mo
menten dat Je Je afvraagt: waar doe Je
het voor. Maar dan maak Je soms
ineens iets mee waardoor Je het weer
heel duidelijk ziet."
Niks
„Ik heb het meegemaakt met een
vrouw die tegen me zei: 'Ik ben niet
gelovig, ik ben niks.' In eerste instan
tie heb ik toen geantwoord 'Niks is
een klein beetje. Dat kun Je zonder
water opzetten.' Ze bleef toch luiste
ren. Een paar Jaar nadat ze weer naar
huls was gegaan kreeg ik met Kerst
mis een ansichtkaart van haar. Ze
schreef erop: 'Ik was wel niks, maar u
had het altijd over God. Daar heb ik
ontzettend veel aan gehad.' Die kaart
deed me veel. Ik ben er erg zuinig op."
„Ik geloof dat wij mensen veel te
berustend zijn, ook binnen de kerk.
We zeggen veel te gauw dat het toch
niets meer uithaalt, dat de mensen
niet meer gelovig zijn. Ik zet daar een
groot vraagteken achter en soms een
uitroepteken. Het evangelie is iets
dat wij niet moeten onderschatten.
We hebben hier ln huls nog diverse
eeuwenoude dingen, ook een bord in
een eikehouten lijst gevat, dat nu in
de kerkzaal hangt. Er staat een ge
deelte uit Mattheus 11 op, de bekende
tekst: Komt herwaarts tot Mij allen
die vermoeid en belast zijt. Dat heeft
me toen ik hier kwam erg getroffen.
Het klinkt misschien een beetje pre
tentieus maar ik doe dit werk hier
omdat ik weet dat Ik een opdracht
heb. Ik ben hier namens de kerk om
waar te maken dat Christus nog
steeds rondgaat tussen de mensen."
„Er zijn mensen die er moeite mee
hebben dat een vroegere viskoopman
dat doet. Ze zeggen het niet direct,
maar Je proeft dat ze denken: Je moet
geen verbeelding krijgen, Je bent
maar een gewone Jongen van de Al-
bert Cuyp. Nou dat laatste hoop ik
nooit te vergeten. In de bijbel staat
ergens: schaamt u het evangelie niet.
Ik hoop me nooit voor mijn afkomst
te schamen. Ik ben de zoon van Ge
rard en Marietje uit de Pijp. Dat
mogen alle mensen weten."
ESf K" V S1
door Mink van Rijsdijk
Het ergste dat auteurs kan overkomen is dat hun boeken
onbesproken tussen de wal en het schip raken. Vaak is
zelfs een slechte recensie aantrekkelijker dan genegeerd
te worden. Ik heb het nu niet over de mini-bcsprckingcn
in regionale kerkbladen. Hoe positief en sympathiek die
ook bedoeld en gesteld mogen zijn, veel zoden zetten ze
niet aan de dijk. Zelfs wervende slotwoorden als „van
harte aanbevolen" zijn nogal eens onbeduidend. Boven
dien worden kerkbladen gewoonlijk vol geschreven door
predikanten waarom eigenlijk? en van hen mag
men toch niet verwachten dat ze alles kunnen. Recensies
schrijven hoeft naar mijn gevoel ook niet zo erg nodig in
hun talentenpakket te zitten.
Met onbesproken blijven bedoel ik dus niet die ander
halve regel in de preekbeurtenperiodieken, maar het
overgeslagen worden bij dag- en weekbladen. Op einde
loos veel redactiebureaus deponeert men steeds stapels
nieuwe boeken ter bespreking. Die presentexemplaren
worden door uitgevers kwistig rondgestrooid, niet omdat
zij zo'n gulle natuur hebben, doch puur uit zakelijke
overwegingen. Zij hopen dat de verstuurde boeken uit
hun fonds aandacht zullen krijgen. Wat er na verzending
gaat gebeuren, blijft onzeker cn in het kielzog van de
uitgevers volgen gespannen schrijvers en schrijfsters.
Afwachten geblazen blijft het. Een uitgave kan serieus
genomen worden of van de kar afvallen. Critici hebben
vanzelfsprekend de souvereine vrijheid een boek te
bespreken waaraan zij de voorkeur geven. Dit selectieve
proces wordt door verschillende dingen beïnvloed. Ziet
het boek er smakelijk uit, is de titel intrigerend en wie
schreef het? Bovendien speelt de naam van de uitgever
een bijzonder grote rol.
Nu heb ik in mijn naïviteit altijd gedacht dat op deze
manier vooral wat men noemt „christelijke" uitgevers
met hun boeken nooit aan de bak kwamen bij de
neutrale pers. Kok, Boekencentrum en Bosch en Keu-
ning werden al bij voorbaat als vroom, duf, saai en
misschien wel als schijnheilig onbesproken afgevoerd.
En wie hoorde ik laatst op een avond via mijn autoradio
klagen? Iemand van de socialistische uitgeverij Sun.
Helemaal zielig vertelde hij dat eigenlijk alleen het
linkse weeblad de Groene Amsterdammer aandacht
schonk aan Sun-uitgaven. Ik dacht: hallo jongen, waar
heb ik dat lied meer gehoord? Heeft de Groene ooit
enige belangstelling getoond voor een boek van Kok?
Nee toch.
Dat gelamenteer kunnen we dus tegen elkaar wegstre
pen. Maar daar kopen we helaas niets voor. Wat er wat
duidelijk door wordt is hoe eenzijdig lezers worden
voorgelicht. Allerlei mensen die wij nauwelijks kennen
beïnvloeden ons, sterker nog, kiezen voor ons wat we
wel en niet moeten lezen. En dat dan speciaal op grond
.van de uitgeverij. Griezelig is dat. Wat is daardoor aan
onze aandacht ontsnapt? Wat hebben op die maniér
abonnees van De Groene Amsterdammers gemist?
Dan denk ik nu vooral aan een boekje van Kok,
geschreven door R. Louis, getitcls: „Het leven hangt
aan een draad". Het is een verslag van twintig jaar
telefonische hulpdienst in ons land. Ik ben er zeker van
dat er horden mensen zijn die niets weten van deze
manier van hulpverlening, die er geen idee van hebben
dat er op verschillende plaatsen in ons land dag en nacht
ménsen in trouw zijn voor mannen en vrouwen die het
niet meer zien zitten, geen adres hebben om uit te huilen
of af te reageren. Door een ding v..n plastic tegen hun
oor te houden kunnen ze aanwezig zijn en melden zo zich
present met luisteren naar het verhaal van zomaar
iemand. Het is geen blij boekje waarin alle ellende snel
opgelost wordt, maar een eerlijk verslag van falen cn
soms wat licht brengen in totaal vastgelopen levens.
Ik kan me er vreselijk over opwinden dat een dergelijke
uitgave tussen de wal en het schip raakt. Die is daar te
goed voor. In de eerste plaats als informatiebron over
een heel speciale manier van hulpverlening, maar daar
naast als spiegel voor alle ego-trippers, ongeacht of zij
nou De Groene Amsterdammer of Het Reformatorisch
Dagblad lezen.
ADVERTENTIE
Op een spaarrekening met een vaste looptijd van
6 jaar krijgt u hel hoogste rentepercentage.
Met een Vaste Termijn Spaar
rekening van de NMB weet u tevo
ren precies waar u aan toe bent.
Naar ke ize 6, 5, 4. 3 of 2 jaar.
Bij de langste looptijd hoon de
hoogste rente. En let u eens op het
percentage: nü is het voor u bijzon
der gunstig om zo'n rekening te
openen.
Minimale storting 1000,- Tegoeden niet tussen
tijds opvraagbaar.
li w sa
NEDERLANDSCHE
MtODENSTANDSBANK
a
6
i
«i
Onder redactie van
mevrouw J. Wentink-Frumau
en mr J. J. Wentink
Vragen uitsluitend In envelop sturen naar postbus 507, 2270 AM
Voorburg. Per vraag een gulden in postzegels, het liefst in waarden
van 55 en 45 cent bijvoegen. Beslist niet aan de buitenkant opplakken.
Geheimhouding verzekerd. Briefkaarten worden terzijde gelegd.
invulling door de afdeling Voor-
hting van het Bouwcentrum: Een
nformatieve uitgave op het gebied
fan geluidshinder is „Geluidsisola
tie" te koop voor 5,50 bij de grote
warenhuizen. Ook te bestellen door
Qlddel van storting op giro 357696
en name van Bouwcentrum Rotter
dam van een bedrag van ƒ7,20, met
duidelijke vermelding van het be-
toelde werk. Ook telefonisch kan
men inlichtingen vragen duidelijk
ericht - Tel. 010-331100, behalve op
aterdag en op maandagmorgen,
foor geluidsmetingen (uiteraard niet
fatls) afdeling binnenmilleutech-
liek tel. 010-116181.
VRAAG: Als ik moet beginnen met
itudie of een of ander schriftelijk
ferk, gebeurt het dikwijls, dat ik
laar niet aan kan beginnen, voordat
iet bureau is opgeruimd, de boeken
letjes ln de kast staan en de schilde-
ijtjes n andere muurdlngen recht
langen. Moet ik hier oVer met een
«ychiater gaan spreken of komt
«Iets meer voor?
1NTWOORD: Het gevaar daarbij lo-
•end, dat iemand me op de vingers
:aat tikken omdat ik me niet op mijn
igen terrein houd, mag ik wel heel
'oorzichtig zeggen, dat een dergelijke
nanier van doen wel vaker voorkomt,
'oor de een is volmaakte harmonie
ran zijn omgeving nodig; die harmo-
de kan verstoord worden door een
'oorwerp dat niet op de goede plaats
'angt of ligt. Een ander kan slechts
'Uderen in de grootst mogelijke rom-
fel. Het is natuurlijk ook mogelijk,
'at men zichzelf een rem oplegt en
let beginnen aan een pittige studie of
joeilljke taak graag nog even wil
«stellen. Zo ontdekte Ik zelf, toen ik
"o het tikken van deze copy wilde
beginnen, dat de schrijfmachine, die
lk als noodhulp gebruik, ergerlijk vol
vliegenvuil zat. We zitten nu ln het-
zelfde bootje geloof ik, maar een psy
chiater zal ik er toch maar niet mee
gaan lastig vallen.
VRAAG: Het gebeurt maar al te
vaak, dat we, bij het nagaan van de
lijsten van aanwezigen bij blijde en
droeve gelegenheden, niet wijs kun
nen worden uit de onmogelijke krab
bels, waarmee men zijn/haar naam ln
album of register opschrijft. Ook als
we soms officiële brieven ontvangen,
staat daar een rare krabbel onder. Ik
vind dat niet beleefd.
ANTWOORD: We geven direct toe,
dat het niet van verstandig Inzicht
getuigt, als men op de plaatsen, die u
noemt het de mensen onnodig lastig
maakt. Als het echter een brief be
treft, waar de naam en functie van de
afzender duidelijk op vermeld staan,
een brief die slechts door deze man of
vrouw geschreven kan en mag wor
den dan ls mijns Inziens een zeer
bijzondere en persoonlijke handteke
ning of parafering, die moeilijk na te
maken ls door een falsificaris vereist.
U stuurde mij een paar voorbeelden:
Als de namen er niet duidelijk bij
stonden, zou je ze er Inderdaad niet
uit kunnen halen. Wie weet hoe vaak
die dominee of die mevrouw een brief
heeft moeten paraferen op die dag.
REACTIE OP DE JUTTEPEREN: 26
jaar geleden vond een abonnee ln de
tuin rondom haar. huls een Juttepe-
renboom, waar echter een Comtesse
de Paris op geënt was. Er zat nog een
tak met Jutten aan. BIJ een wegver-
bredlng moest er lets van de boom af
en die tak moest weg. De man van
onze lezeres heeft die boom toen om-
geënt en er een met stoofperen van
gemaakt (Kamperveen, afkomstig uit
de Bommelerwaard). Die boom ls al
-dik en oud en wat werd deze week
ontdekt? Uit die dikke oude stam
kwam een takje en daar zitten drie
Jutteperen aan. Nu ls die abonnee van
ons zijn hele leven al aan het enten
geweest (hij is 89) en er staan diverse
bomen ln zijn tuin waar twee of drie
verschillende soorten peren aan
groeien. Ik denk dat onze lezers dit
wel een aardig verhaal zullen vinden.
VRAAG: Elk Jaar om deze tijd (na de
vakantie, waarbij heel wat wasgoed
te verwerken valt) zijn er zwarte of
donkerblauwe vlekken op het was
goed, of er met inkt is gegooid. Wat is
het en hoe komt het?
ANTWOORD: Het waren de vogel
tjes die van de vlierbessen hebben
gegeten. Bij u in de buurt zal wel een
vlier staan. Nu heeft men in de buurt'
van hoge struiken en bomen wel meer
last van vogelvull. maar elke huis
vrouw heeft haar eigen manier om
zoiets te voorkomen. Mijn eigen pro
bleem, wat de bomen betreft, zie ik
ook elke dag dichterbij komen, al ligt
dat op een ander gebied: de hoge
lijsterbes ln een buurttuln ls stelsel
matig leeggegeten. Vanmorgen werd
de aanval Ingezet op een lagere lijs
terbes in tuin nummer twee. Als daar
alles verdwenen ls, zijn onze peren
aan de beurt en zo gaat het verder. Al
dat gevecht en gefladder ls wel leuk
om te zien, maar wij zijn dan ook
geen vakmensen voor wie elke aange
pikte vrucht weer schade betekent.
AANVULLING op vroegere vraag.
Maandag 13 augustus was er een
boekbespreking door mevrouw C. H.
de Berg over de vertaling van het
boek „The curse" (de vloek) van Dela-
ney Lupton en Toth (Uitgave Kooy-
ker, Rotterdam). Dit boek heet: De
Menstruatie, een cultuurgeschiede
nis. Juist over dit onderwerp was een
vraag gesteld, die lk moest beant
woorden met: over dit onderwerp ls
eigenlijk niets te vinden. Slechts de
herinnering aan voorlichting, zoals
die de eerste 25 Jaaz van deze eeuw
nog werd gegeven: De curse werd
vertaald met de „schande" van de
vrouw, die toch eigenlijk in gehuwde
staat steeds in verwachting moest
.zijn Het zou toch wel interessant
zijn als de fabrikanten van allerlei
soorten verband eens een historisch
onderzoek op dit gebied zouden laten
houden.
VRAAG: Ik vond een beduimeld
boekje, incompleet met houten ach
terkaft. Wat zou dit voor een werkje
kunnen zijn?
ANTWOORD: In elk geval ls het heel
interessant: u heeft een oud boekje in
Ethyopisch schrift. Aangezien het
onze medewerker te veel tijd zou kos
ten alles precies uit te zoeken, advi
seer ik u eens contact op te nemen
met de afdeling Afrikaanse Taalkun
de van de R.U. te Leiden (Stations
plein 10, 2312 AK Leiden 071-148333).
Het ls altijd goed van te voren een
afspraak te maken. Met dergelijke
zaken wordt men daar altijd heel
hulpvaardig ontvangen en men zal u
daar ook raad kunnen geven, wat u
met deze vondst zoudt kunnen doen
VRAAG: Is het zo, dat Australië en
Canada op het gebied van sociale
verzorging ver op Nederland achter
liggen (volgen acht onderwerpen)?
ANTWOORD: Volgens onze zegsman
van het Nederlandse Ministerie van
8ociale Zaken heeft men ln beide
landen de volgende voorzieningen:
ouderdom, invaliditeit, overleving
(weduwen en wezen), zlekenwet, ziek
tekosten, arbeidsongevallen, werk
loosheid, kinderbijslag. Over de te
betalen premie en de hoogte van de
uitkering heeft men ons echter geen
nauwkeurige bedragen genoemd.
VRAAG: Waarom ls een dag ver
deeld in 24 uren?
ANTWOORD: De dagverdeling ln 12/
24 uur is al heel oud en staat ln
verband met het twaalftallig stelsel,
zoals dat ln de Oriënt ln Babylonië en
Perzië in gebruik was. Het stelsel van
het „glazen slaan" zoals dat op de
zeeschepen in gebruik was en ls,
hangt samen met de zandlopers die
de vier uren aangaven, waarop de
wacht werd afgelost.
VRAAG: Ik heb een verzilverde af
beelding van een schaap met vijf po
ten. Dat kan natuurlijk niet. Het ls de
vraag of zulke grillige spelingen van
de natuur werkelijk voorgekomen
zijn. Ligt er een verhaal aan ten
grondslag?
ANTWOORD: Ons buurmeisje had
een poos een konijntje met vijf poten
en al haar vriendinnen kwamen er
naar kijken. Het heeft niet lang ge
leefd. Dit is wel de geschiedenis in
een notedop. Dat konijn werd in elk
geval niet voor geld vertoond, maar
een kalf met twee koppen, een vrouw
met een baard, een viervoeter met
vijf poten enz. waren in vroeger tijden
voor de eigenaar een bron van inkom
sten: de waarde hing samen met de
zeldzaamheid. Legenden en verhalen
over de merkwaardige spelingen van
de natuur waar of niet waar zijn
er altijd geweest. Welke overbelaste
hulsvrouw heeft niet een paar keer
gezegd: Je moest er eigenlijk nog een
paar handen bij hebben (of die ver
zuchting ligt ln het zelfde vlak: een
dag die 36 uur duurde).
VRAAG: Gehaakte oorspronkelijk
cremegekleurde gordijnen zijn in^ie
was wit geworden. Niet zo mooi. Kan
ik thee gebruiken om de kleur wat
gezelliger te maken?
ANTWOORD: Thee geeft zoveel
charme, enz. Kanten kleedjes en fi
chus werden vroeger ook wel door
slappe thee gehaald <en op mijn keu
rig witte paggertje (tuinmuurtje)
werd ook een gelige streep aange
bracht, door thee door de kalk te
mengen). Probeer het eerst eens met
een proeflapje: Kleur te licht thee
erbij te donker: water erbij. Ik
vestig echter ook uw aandacht op het
boekje van Nel Goubitz: Verven met
plantaardige stoffen (Cantecleer
Vrije tijd, Paperback no. 33). Verf op
die manier gemaakt zal waarschijn
lijk kleurecht blijken, maar dat thfce-
bad moet bij elke wasbeurt wel weer
herhaald worden.
VRAAG: Hoe krijgt men „Indisch
zilver en Indisch koper" mooi?
ANTWOORD: Wat ls schoon en wat
is mooi? Wassen met een Lux-sopje
en daarna poetsen met een zilvermid
del Silvo of Haggerty. Voor heel
vuil koper geldt: aardappels er boven
afgieten en poetsen met Brasso. Op
die manier blijven de diepere gedeel
ten donker en komen de hogere ge
deelten er lichter en beter uit. De
kunstenaars bereiken dat effect door
het zilver licht met zwavel te pense
len, het koper ln een permangaanop-
losslng te koken en dan te polijsten.