Woningnood is hét probleem rot/iv e tekening van een lezer de enige feministe van de klas Ds. B. K. W. Dijkstra: Alles is in een draaikolk geraakt keS Commentaar vrouw de voorzitter D'66 bepleit huisarrest voor zieke arrestant Zeer lichte aardbeving bij Nijmegen etentje beroepskeuze beroepskeuze (2) ijzersterk goeie grap ERDAG 19 JULI 1979 BINNENLAND TROUW/KWARTET •ennig en bij tijden chaotisch l het nieuwe Europese parle- t een begin gemaakt met zijn dsjzaamheden. Dat is niet zo elljonderlijk. Per slot van reke- 1 pis bijna vijfzesde deel van de difmentariërs nieuw in Straats- ;n"j. Bovendien moeten zowel de kQvaren voorzitter en haar ivervangers nog wegwijs wor- het orde-reglement van de ;enwoordiging. on vallen er nu reeds enkele 'e ferkingen te maken. Aan de tenant lijkt de voorzitter nogal doein het hanteren van het regle- fdej" w'ize waaroP Simone rad) 8'steren vertegenwoordigers erdde kleine politieke partijen in cU» tot bijzitters maakte wekt de "ik dat de macht van het getal zal zijn in ons rechtstreeks it ijzen Europees parlement, tr d Goede van D'66 een horen tegen het mond- van de kleintjes liet subiet zijn microfoon dicht- jen daarmee ten overvloede Hqi illustratie leverend van de ceieid van De Goede's opmer- on| Het valt daarom te vrezen en|olang de Nederlandse demo- ,mJn niet een vorm van fractie- e tfnd aangaan, zij nauwelijks t <ks hoeven te koesteren over ;h^ate waarin zij een wezenlijke 'J^ge kunnen leveren aan het i wpese debat. Veil wil kennelijk io torzeis met hun horzelfunctie de deur houden. evo Lstejkan zijn dat de voorzitter de _^nde weken de touwtjes wat lten vieren. De manier waarop de vriendelijke, maar niet door de wol geverfde Franse gaulliste Loui se Weiss in haar gastvoorzitter- schap zich liet overdonderen door haar gewiekste partijgenoot en fractieleider ook in het oude parlement Christian de la Male- ne heeft Veil misschien huiverig gemaakt. Het is overigens verbazingwek kend hoe gemakkelijk Veil toch in de voorzittersstoel is gekomen. Uiteindelijk heeft toch het meren deel van de christen-democratische en conservatieve fracties zijn steun aan Veil gegeven. De christen democraten zouden dit hebben ge daan na de toezegging van de libe ralen dat men (als dat wenselijk zou zijn) Veil over 2'A jaar kan vervangen door een christen-de mocraat. Of het uiteindelijk nodig zal zijn Veil weg te sturen, is nu nog niet te zeggen. Veil draagt nu nog een forse last mee. Haar opvattingen liggen niet ver van die van de gaullisten en de Franse president Giscard zelf. En dat betekent: geen uitbreiding van de bevoegd heden van het parlement. De Europarlementariërs zullen Veil hoogstwaarschijnlijk tot actie moeten pressen. Als zij de wens naar meer bevoegdheden negeert, zal haar waarschijnlijk geen lange carrière als voorzitter zijn be schoren. Of zij zo'n afgang durft te riskeren zeker met haar ambitie op een Frans presidentschap blijft ech ter de vraag. iuiH- «tekeningen, bij voorkeur in liggend formaat, sturen aan Trouw, jury politieke prent, ofttbus 859. lopo AW. Amsterdam. Naam en adres aan de achterzijde vermelden, t- Ibr geplaatste prenten is er een boekenbon. or „Er valt niet aan te ontkomen dat een deel van de stad Rotterdam straks duidelijke overeen komsten vertoont met Harlem, het neger-get to van New York. Bepaalde wijken van Rot terdam, met name in de binnenstad, trekken nu eenmaal veel buitenlanders. Daar kan het gemeentebestuur misschien een tijdje iets te gen doen, maar op den duur houd je concen tratievorming niet tegen. Het gemeentebe stuur doet er in feite beter aan bet spreidings- beleid de rug toe te keren, want het is zinloos. Bovendien: import op landelijk niveau ver draagt geen plaatselijk deportatiebeleid." Deze visie is afkomstig van (ds) B. K. W. Dijkstra <52). adjunct-chef van de dienst woonruimtezaken van de gemeente Rotter dam en geen onbekende in volkshuisvestings kringen. Niet alleen Rotterdam, maar ook steden als Amsterdam en Den Haag moeten zijns inziens rekening houden met een derge lijke ontwikkeling. Dijkstra houdt zich al jarenlang bezig met wat hij noemt hét grondprobleem van onze samenleving: de woningnood. De komst van grote aantallen buitenlanders naar ons land. die zich bij voorkeur in de dichtbevolkte grote steden vestigden, begint nu pas goed door te werken op de woningmarkt, meent Dijkstra. De gezinshereniging begint op gang te komen. Steeds meer buitenlanders en ex-rijksgenoten laten vrouw en kinderen overkomen en ne men niet langer genoegen met een pension maar willen net als de Nederlander een huis om in te wonen. „En terecht," zegt Dijk stra. ..En dan heb ik het nog niet eens gehad over (Je stroom van jongeren die steeds vroeger op zoek gaan naar eigen woonruimte, de krepeer- gevallen, de medisch urgente gevallen, en zo kun je wel doorgaan." Dijkstra: „Hét grote pont is dat de bestuur ders van dit land en van de grote steden te laat tot de conclusie zijn gekomen dat de woningnood nog lang niet opgelost Is, zoals in het verleden geruime tijd werd verondersteld. De rekening daarvan krijgen we nu gepresen teerd." door Henny de Lange ROTTERDAM Jarenlang heeft men een vertekend beeld van de woningnood in dit land gehad. Een duidelijk beeld van de werkelijke wo ningbehoefte ontbrak, door dat alleenstaanden in Rotter dam pas een huurmachtiging kregen als ze dertig jaar wa ren (in Den Haag zelfs pas op veertig-jarige leeftijd). Tot die tijd kwamen ze niet in aan merking voor woonruimte. Echtparen kregen pas een huurmachtiging als ze drie jaar getrouwd waren. Als Je bedenkt dat jongeren nu al vanaf hun achttiende jaar in aanmer king komen voor een bewijs van in schrijving voor woonruimte, is het duidelijk dat het aantal ingeschreven woningzoekenden fors is gestegen en de druk op de toch al krappe woning markt ernstig is toegenomen door het verruimen van de normen. Daar staat echter tegenover dat nu wel de werke lijke woningbehoefte op tafel is ge bracht. Voor Rotterdam levert dat de volgende frappante cijfers op: in 1976 werden er zevenduizend huurmachti- gen uitgegeven; nu zijn er 25.000 inge schreven woningzoekenden. Maar niet alleen het verruimen van de normen heeft de woningnood een fikse duw in de min gegeven, zegt de heer Dijkstra. Ook tal van andere Kerken ontwikkelingen hebben bijgedragen tot deze negatieve situatie. De rand stad is duidelijk het grootste pro bleemgebied en Rotterdam springt er helemaal uit met zijn schrikbarende woningnood, meent hij. De ellende is volgens hem al begon nen na de Tweede Wereldoorlog. In die tijd van de wederopbouw was alle aandacht gericht op de haven en het herstel van de verwoeste stad. „Maar de oudere woonwijken zijn toen ver geten. Tien jaar geleden leefde men in Rotterdam nog in de veronderstel ling dat de woningnood weldra een aflopende zaak zou zijn. Het is de verdienste geweest van de huidige wethouder van stadsvernieuwing (J. van der Ploeg, red.) dat hij zag dat de woningnood nog steeds afschuwelijk was." Draaikolk Maar dat is nog lang niet alles, ver volgt Dijkstra. Het gigantische pro bleem van de stadsvernieuwing kwam om de hoek kijken. Vele wonin gen blijken zo slecht dat ze mosten worden gesloopt. Andere woningen worden samengevoegd. Al met al gaan heel wat woningen voor de wo ningmarkt verloren. Daar komt een telkens stagnerende bouwproduktie bij en het probleem ligt daar in volle omvang. Alles is in feite in een draaikolk ge raakt, zegt Dijkstra. De stroom gast arbeiders kwam op gang; de Surina- mers kwamen in grote aantallen; het aantal echtparen of samenwonenden dat gaat scheiden is groeiende, waar door ook van die kant een aanslag op de schaarse woonruimte wordt ge daan. En dan hebben we het nog niet eens gehad over de maatschappelijk zwakkeren als drugsverslaafden, dak lozen en zwervers. Van onze parlementsredactie DEN HAAG Een zieke arrestant moet je niet in een politiecel stoppen, maar huisarrest opleggen, zeker als hij een minder ernstig vergrijp heeft begaan. Dit bepleit het-"D'66-Kamer- lid mevrouw Wessel-Tuinstra in vra gen aan de ministers van justitie en binnenlandse zaken naar aanleiding van het overlijden van een arrestant in een Rotterdamse politiecel. Het Kamerlid wil weten waarom de poli tie-arts in dit geval oordeelde, dat opname in een ziekenhuis niet nodig was en of er 's nachts nog iemand, al ian niet medisch geschoold, naar de arrestant heeft gekeken. Mevrouw Wessel vraagt verder of er in zulke gevallen ooit wel acht wordt geslagen pp arrestanten. Als dat niet zo is, moet dat in de toekomst wel gebeu ren, vindt ze. De 59-jarige man die in het Rotter damse politiebureau overleed zou daags voor zijn overlijden geklaagd hebben over pijn in zijn borst. Het Kamerlid wil weten of dat waar is. Zij .vraagt tot slot inlichtingen over de toestand van de politiecellen in de Maasstad en de controle daarop van wege volksgezondheid en het gevan geniswezen. Hier ligt duidelijk niet alleen een taak voor de overheid, meent ds. Dijkstra. Tijdens zijn Haagse periode is hem duidelijk geworden dat de kerken een belangrijke rol kunnen spelen bij het structureel en prak tisch bestrijden van woningnood. In Den Haag heeft deze gedachte inder tijd geleid tot de oprichting van de IKW, de Interkerkelijke Kommissie Woonruimtebemiddeling. Dijkstra was geruime tijd directeur van de IKW, een niet-ambtelljke, laagdrem pelige instelling, die uitstekende con tacten heeft met huiseigenaren én de gemeentelijke overheid. „In Rotter dam laten de kerken toch duidelijk een steek vallen op dit punt," meent hij. „Ze zouden een voorbeeld kunnen nemen aan hun Haagse zusterkerken. Deze geven een heel goed voorbeeld hoe de kerken ook een stuk verant woordelijkheid kunnen dragen voor DE BILT (ANP) Bij Nijme gen heeft zich een lichte aard beving voorgedaan. De trillin gen waren te licht om schade aan te richten. De trillingen (het KNMI sprak gistermorgen van een „zeer lichte" aardbeving) deden zich voor dinsdagavond om tien voor zeven. Dinsdagavond nog werd het KNMI gebeld door enkele mensen uit Mook, Beers, Grave en Nijmegen, die de trillingen gevoeld hadden. Dat die waarnemingen juist waren kon het KNMI gister morgen zien aan het seismo gram. Het middelpunt („epi centrum") van de beving lag acht kilometer ten zuiden van Nijmegen. Ds. B. K. W. Dijkstra het oplossen van de grondproblemen in onze samenleving". Dijkstra is verder voorzitter geweest van het LWH, het Landelijk Werkver band Huisvestingsnood. Het LWH be staat uit een groep mensen variërend van juristen tot dominees, pastoors, psychcaters en maatschappelijk wer kers. Kortom de mensen bij wie over het algemeen huisvestingsproblemen het eerst op tafel komen. „Ik heb in die tijd wat afgestoeid met minister Schut (de toenmalige minis ter van volkshuisvesting, red.), want het was in de eerste plaats onze taak om de woningbouwproduktie in dit land kritisch te begeleiden". In die periode was ds. Dijkstra (hervormd theoloog met de bevoegdheden van emeritus-predikant) zeer betrokken bij de landelijke problematiek rond de volkshuisvesting. Preken heeft hij in al die jaren overigens niet verleerd, want hij staat vrijwel elke zondag wel ergens op de kansel. Ambtenaar „Dat ik op een gegeven moment toch ambtenaar ben geworden eerst een korte tijd in Leiden, daarna in Rotter dam was vanuit mijn verlangen om ook eens aan de andere kant van het loket te staan. Ik wist wat er omging in woningzoekenden. Met die erva ring zou ik aan de andere kant van het loket ook in staat zijn een bijdra ge te leveren, meende ik. Ik kende immers het gevoel van onmacht te gen onwillig lijkende ambtenaren." Toen Dijkstra in Rotterdam kwam, trof hij naar zijn zeggen ..zo'n club ambtenaren" aan. Zijn duim gaat omhoog. „Uit de kunst, 't waren hele maal niet die ambtenaren waarover gemakkelijk moppen de ronde doen, maar het bleken mensen te zijn die werkten vanuit een diepe bewogen heid met de woningzoekenden." Helaas zijn mijn bevindingen met de bestuurlijke kant minder positief. Ik heb duidelijk het gevoel dat van be stuurlijke kant onvoldoende wordt ingespeeld op de gigantische woning noodproblemen. Het roept bij mij vaak het beeld op van een varkens trog met een klein beetje voer erin, terwijl er zich steeds meer varkens om de trog komen verdringen. Maar de hoeveelheid voer blijft hetzelfde. Er wordt gewoon veel te weinig ge bouwd, dat is mijn overtuiging, maar ook te weinig geïnvesteerd in het ap paraat woonruimtezaken Maar zo lang men in Rotterdam kennelijk ui termate veel belang hecht aan het verfraaien van de Coolsingel voor et telijke miljoenen guldens en het be schilderen van trams, zet ik toch wel wat vraagtekens bij dat geldpro bleem." Nachtmerries Een grief van Dijkstra is dat zijn ambtelijk apparaat niet is meege groeid met de enorme toename van het aantal woningzoekenden. ..We hebben gewoon te weinig mankracht. Weet je wat er hier wel gebeurt? Reor ganiseren en reorganiseren. Dat zal best nodig zijn maar dat gebeurt hier op een verschrikkelijke manier. Er wordt met mensen geschoven. Er wordt niet gekeken naar vakbe kwaamheid. Als Je politieke kleur nlet in het straatje past, kan het gebeuren dat je uitgerangeerd wordt, ook al sta Je bij wijze van spreken bol van kennis op volkshuisvestingsge- bied. Er wordt hier maar manage ment in gepompt, maar zolang er niet meer personeel komt, werpt dat ma nagement ook geen vruchten af. Veel collega's heb ik al met stress-ver schijnselen zien vertrekken. Van twee kanten worden deze mensen in feite belaagd. Dag-in-dag-uit de stroom woningzoekenden, die je nooit naar tevredenheid kunt helpen. En wat veel erger is daarnaast het gemis aan steun van bovenaf. Ondankbaar gedrag Veel ambtenaren hebben nachtmer ries over de ellende van de woning nood, maar in bestuurlijke kring ligt men, denk ik. wakker van wat poli tiek opportuun is. Ik ben een verdrie tig man, dat kun je wel stellen, ja." Niet alleen naar de bestuurders steekt Dijkstra een beschuldigende vinger uit. Ook de cliënten de wo ningzoekenden gedragen zich soms op zeer ondankbare wijze, meent hij. „Het is gewoon waar dat veel mensen niet bereid zijn een reëel deel van hun inkomen voor goede woonruimte uit te geven. Na de oorlog zijn hier de huren bevroren en dat heeft tot ge volg dat velen een schijntje betalen. Op een gegeven moment krijgen ze een betere woning aangeboden, maar dan is Leiden In last want de huur ls niet op te brengen, vinden ze. Andere woningzoekenden, urgente gevallen, stellen soms de meest krankzinnige eisen en wijzen elke wo ning bij voorbaat af. Ze zijn .urgent* en daarom denken ze dat ze Alles kunnen eisen. Maar deze mensen ver geten dat door hun gedrag andere, misschien nog dringender gevallen, nog later of helemaal niet aan de bak komen." Berustend: .Ach, woningnood zal al tijd een probleem blijven, maar dat mag ons niet weerhouden om alert te reageren en hard te werken voor men sen die het echt moeilijk hebben." Volgende maand wordt ds. B. K. W. Dijkstra weer full-time-predikant in Groningen-Hoogkerk. Waarom? Mijn besluit tot terugkeer in het ambt was- er niet van de ene dag op de andere. Ook het aanvaarden van het beroep uit Groningen-Hoogkerk niet. Maar mijn vertrek uit Rotterdam is me wel een stuk gemakkelijker gemaakt door de uitzichtloosheid hier, de te genstelling tussen de bewogenheid van mijn ambtenaren en de gesloten' ogen bij het bestuur voor wat er wér kelijk leeft. „Men vindt ons een tandeloos clubje, een club „uit het gameveren tijd perk" (letterlijke uitspraak van wet houder Van der Ploeg, red.), maar ik ben ervan overtuigd dat men hier harder werkt aan de verlichting van de woningnood dan men zich op het stadhuis realiseert." Glimlachend: „Maar deze ervaringen beletten me in ieder geval alleen maar verticaal be zig te zijn, straks in mijn kerkelijk werk." Predikant De predikant in hem komt aan het eind van het gesprek duidelijk om de hoek kijken. „Toch ben ik in mijn werk ook wel „predikant" geweest, zegt hij. „Ik heb dikwijls tegen mijn ambtenaren gezegd dat Matthéus 25 in dit werk tot een levende praktijk ls geworden. „Ik ben een vreemdeling geweest en gij hebt MIJ gehuisvest", zegt Jezus daar. Ik denk dat mijn mensen hier, zonder dat ze er erg in hadden, heel vaak Jezus aan hun balie hebben gehad voor een huis ^n Hem hebben gehuisvest Weet Je wat de tekst voor mijn intre depreek ls? „Vergeet de herberg zaamheid niet" uit de Hebreeënbrief." Ja, ik ben en blijf van mening dat de woningnood het grondprobleem ls van onze samenleving. Ik ben ervan overtuigd dat een eigen deur ontzet tend belangrijk ls om je achter thuis te voelen en met Je problemen bezig te zijn. Mijn conclusie na al die jaren gewerkt te hebben In dit deel van het land, waar de woningnood het grootst is, is dan ook: Pak eerst het grondpro bleem van onze samenleving aan en vele andere problemen zullen zich automatisch oplossen: een natuurlij ke renovatie van mensen en menselij- ke verhoudingen. Ik denk dat onze Heer ook in deze nood ondergedoken is geweest HU zei toch: „De vossen hebben holen en de vogels hebben nesten, maar de Zoon des mensen heeft niets om ZUn hoofd neer te leggen." Over woning nood gesproken." Ze noemen zich feministes en ko men daar rond voor uit. Maar allebei hebben ze het er erg moei lijk mee, voornamelijk in de klas. Want ze zitten nog op school, in een tweede klas. Marieke 't Hart uit Zaandam is veertien, Artjette de Pree uit Leeuwarden dertien jaar. Waaruit die moeilijkheden bestaan en waarom ze feministe willen zUn, vertelden ze samen aan het feministisch maandblad OpzU- Het is echt „rot", zegt Arjette, om de enige feministe in de klas te zijn, „want je staat helemaal al leen, terwijl Je er zo graag eens met iemand over zou willen pra ten, maar dat kan niet, want dan is het onmiddellijk, daar heb je haar weer". Bij Marieke is dat precies hetzelfde: „Wanneer Ik ln de klas weer eens iets zeg over vrouwenemancipatie, zeggen de jongens; hou jij nou maar Je kop, rooie feministe. Toen lk pas m'n haar rood had gemaakt met henna konden ze helemaal hun lol niet op; toen was het voortdurend: nu ben Je echt een rooie vrouw". Met de meisjes in haar klas kan Arjette nog wel opschieten, maar ach, die Jongens. „Sommige jon gens zijn van die echte pubers, soms best aardig hoor, maar je kunt niet echt met ze praten over belangrijke dingen Ze gie chelen vaak zo stom om dingen die bijvoorbeeld met seks te ma ken hebben. Daar kunnen ze niet normaal over praten". Marieke kan zelfs met de meisjes in haar klas niet praten, tenminste niet over emancipatie of zo. Het enige wat ze antwoorden, is dan: „Ma rieke, JU krijgt met zulke ideeën nooit een vriend. Want verkering en vriendjes hebben is vreselijk belangrijk bU ons in de klas. Daar hebben die melden het al tijd over. Nou, als een jongen het niet eens is met mijn ideeën, dan gaat-ie maar, dan hoef ik 'm al helemaal niet meer." De meisjes hebben beiden uitge sproken ideeën over het feminis me. Marieke: „Feminisme zUn betekent voor mij, dat man en vrouw helemaal dezelfde rechten hebben. Man en vrouw zijn voor mij helemaal gelijk. Als er in een huwelijk of relatie bijvoorbeeld kinderen zijn, moet Je samen maar uitmaken wie daarvoor zorgt. Dat hoeft voor mij beslist niet zonder meer de moeder te zUn. Het lijkt me het best. dat je dan alle twee een part-time baan neemt, waardoor je a^._ twee werkt en voor de kinderen zorgt. Als dat niet kan, moet Je maar bekijken wie het meeste plezier heeft in het werk en wie het mak kelijkst een deel van dat werk wil opgeven. Verder vind lk als femi niste, dat Je als meisje een oplei ding moet volgen, een baan moet hebben en dat Je, ook na Je huwe- Ujk, zoveel mogelijk moet blijven werken. Arjette wil later graag in de vrouwenbeweging werken. Voor haar betekent feminisme, „dat Je als meisje en vrouw kunt kiezen wat jezelf wilt in Je leven, niet alleen wat Je werk en je school betreft, maar ook hoe Je dat leven verder wilt inrichten, of Je met een man wilt samenwo nen, of met een vriendin, of je een kind wilt of niet." Voor het huwelijk voelen ze alle bei voorlopig niet veel. „Nee zeg," zegt Arjette, „zo'n huwelijk zou ik beslist niet willen. Wr' "-»n sleur, zeker elke dPf V^'.un vooi die man en Je kinderen. Elke keer weer horen: is het eten nog niet klaar? Ik doe dat zelf thuis ook. hoor. Ik snap niet. dat m'n moe der dat niet zat wordt en roept: koken julLe nou maar voor Jezelf, ik vertik het verder." Zegt Marie ke „Moet je nagaan, mijn ouders zijn achttien Jaar getrouwd. Achttien Jaar. Voor een etentje ter afsluiting van een festival van een week in de Westduitse stad Kassei heb ben de organisatoren daarvan sijn ze tenminste self overtuigd de langste tafel ter wereld nodig gehad: de vijfhonderd ta fels waaraan xevenduizend eters aanzaten, waren samen drie ki lometer lang. Reuze gexellig, daar niet van. Maar die afwas! Kleuters van de Comeniusschool in Zeist weten nu el wat ze willen worden, althans wat ze op dit moment zouden willen. Vier van de zeventien hebben volgens de schoolkrant De 8chakel wel zin .om iets medisch te doen; dokter, verpleegster of zuster, zeggen ze. Twee tekenen er voor kapper, één voor schilder en één voor „chuf- feur van een vrachtwagen met bomen". Een meisje vertrouwde de leidster toe dat ze ook „Juf" wil worden, en vier kinderen be perken hun toekomstdromen tot „vader" of „moeder" Terwijl een van de meisjes absoluut geen idee heeft, weet een ander al heel zeker dat ze later het liefst een jongetje zou willen zijn. Een van de kinderen heeft blijkbaar nu al meer dan genoeg van al dat gró te-mensen-gedoe; als dat kind mocht kiezen, zou het altijd als baby door het leven willen gaan. Een stukje ouder zijn de kinde ren van de Amsterdamse Van Heemstraschool die hun toe komstplannen voor hun school krant De Zoemer hebben opge schreven Ellen weet het nog niet zo precies. Eerst maar de mavo en daarna de havo, zegt ze, want met dat diploma kun je veel kan ten op. En dan misschien dieren artsassistente. handwerkjuf frouw of „iets ln het ziekenhuis". „Vroeger", schrijft ze. „dacht ik dat lk stewardess wilde worden. Maar toen lk van die vliegtuig rampen hoorde, ben ik er maar van af gaan zien." Voor Hugo was de keus niet zo moeilijk: „Ik dacht eens goed na. toen wist lk het: gymleraar. Maar een poosje later dacht lk toch: nee! Ik wou een winkel. Een die renwinkel. want ik houd veel van dieren. Maar nu zou Je denken: hoe kom lk op een winkel? Dat komt zo. Mijn opa heeft ook een winkel. Maar geen dierenwinkel, een werkkleding-wlnkel en daar kom ik wel eens. En dat vind ik zo leuk. En ik dacht, ik hou van dieren, en ik vind een winkel leuk. dus een dierenwinkel. Ik wou eerst nog een ijzerhandel, maar een dierenwinkel vind ik toch leuker De zesde klas van de basisschool Livingstone in Gouda gooit er in de laatste schoolkrant van het seizoen wat afscheidswoorden te genaan. De meesten vonden het leuk op school, hoewel een enke ling wat aarzelend opschrijft „soms was het best leuk". Eén laat merken ook iets van de Fran se lessen opgestoken te hebben („11 était agréable ici"). een ander toont zich dankbaar voor de les sen („bedankt"). Een paar laten duidelijk merken blij te zijn ein delijk naar een andere school te kunnen („Hiep, hiep, hoi, ik ga naar de mavo". „Verlost! We hebben het weer gehad. Einde lijk!"). en twee noemen hun lage re schooltijd „leerzaam". Een wat trieste opmerking tot slot: „Ik vond het erg rijn. maar nu ga ik". Lindsay Wagner, die in de tv- serie „De bionische vrouw" zoiets als „de man van zes miljoen" was. maar dan in het vrouwelijk, heeft veel aan die serie overge houden. Niet alleen een vorstelijk kapitaal ize kreeg er een gigan tisch honorarium voor. lezen we in Televizieri. maar ook het ima ge van de IJzersterke vrouw, dat niet kapot te krijgen ls. Nóg klampen de mensen haar soms op straat aan om te vragen of ze even hun auto wil optillen, en dat vindt ze nu echt niet leuk meer Tussen de vele notabelen op de Utrechtse Maliesingel woont ook de „gewone" meneer J. M. Wit. Het ergerde hem een beetje, ver telt hij ln het Utrechts Nieuws blad, dat al die dure notabelen van die opvallende, sjleke naam borden met vermelding van hun kwaliteiten op de gevels van hun deftige huizen gezet hebben, en daarom heeft hij er ook een groot naambord tegenaan gegooid. Be halve tandartsen, advocaten, art sen en notarissen zie Je er nu dit bord: J. M. Wit. ongesch. maga zijnbediende". wat ongeschoold magazUnbedlende betekent. De meeste mensen vinden het bord een goeie grap, op één buurman na; die kan er de leut niet van inzien.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1979 | | pagina 5