Herinvoering prijsbeheersing grond nodig
Grote steden boos over
verkoop delen Nederhorst
9,06%
Crane Nederland in handen directeuren
Hoge rente en uw geld blijft
ïlijks opvraagbaar.
NWB
Huidig voorstel grondpoiitiek strijdig met regeerakkoord
I Door prof. mr P. de Haan
Brieven B en W Amsterdam en Rotterdam
Nieuw vrachtgebouw KLM
Hypotheekrente per 3 juli
NMB Kapitaalmarkt-Renterekening
Amerikanen verkopen meerderheidspakket
Non-actief van 6000 werknemers
DONDERDAG 5 JULI 1979
FINANCIEN EN ECONOMIE
TROUW/KWARTET PRS11 H13
Het recente persbericht van het ministerie van justitie over het voorstel
van het kabinet-Van Agt met betrekking tot de wijziging van de
onteigeningswet op het punt van de waardebepaling, heeft reeds nu voor
de nodige verwarring gezorgd. De reacties van de oppositiepartijen
waren overwegend negatief, die van de regeringspartijen overwegend
positief.
Beide ten onrechte naar mijn mening. Al
leen de mening van de heer T. Tolman van
het CDA in de Volkskrant was in zoverre
juist, dat de speculanten en projectontwik
kelaars ik maak tussen die twee nadruk
kelijk onderscheid, omdat de laatstgenoem
den bouwgrond kopen uit het op zichzelf
respectabele motief van vergroting van hun
werkgelegenheid in het voorstel te veeli
vrij spel wordt gelaten.
.Dat laatste was echter in het voorstel van
het kabinet-Den Uyl omtrent de gebruiks
waarde minstens zo zeer het geval, omdat
het eenvoudig niets deed aan de prijs die
deze derden in het vrije verkeer, vooraf
gaand aan voorkeursrecht en. onteigening
van gemeentewege, mochten betalen. Inte
gendeel. in beide voorstellen worden zij
juist in de kaart gespeeld, doordat de ge
meente wettelijk aan een lagere prijs wordt
gebonden dan projectontwikkelaars met
het oog op een te verwachten bouwclaim
kunnen en willen betalen. Daarbij nemen
zij het op de bouwgrond als zodanig te
lijden verlies op de koop toe. Het in beide
voorstellen onopgeloste probleem dat pro
jectontwikkelaars moeilijk te onteigenen
zijn vanwege hun bereidheid en vermogen
om bestemmingsplannen te helpen uitvoe-
ren, is hier in hoofdzaak debet aan.
Om nu deze verwarring compleet te maken,
zal ik in het onderstaande trachten aan te
tonen, dat het stelsel waarvoor het kabinet
thans als men tenminste het persbericht
zou mogen geloven heeft gekozen, onbe
doeld dreigt neer te komen op de gebruiks
waarde minus. Een grondpolitieke variant
die ik, sinds in 1956 de prijsbeheersing voor
ruwe bouwgrond werd afgeschaft, nog niet
ben tegengekomen en waardoor de ontei
gende boeren meer in de tang kunnen wor
den genomen dan ooit te voren.
Twee voorstellen
Wat immers is het geval? Als adviseur van
het CDA heb ik onder het kabinet-Den Uyl
destijds twee voorstellen op tafel gelegd,
die ik nu maar zal aanduiden onder de
nummers 1 en 2.
Voorstel 1 betrof het stelsel van de verkeers-
waarde minus, eerst opgenomen in het
CD A-programma, daarna neergelegd in het
amendement-De Bekker en ten slotte ook
bijna letterlijk in het regeerakkoord
van het huidige kabinet. Hierbij worden bij.
de bepaling van de verkeerswaarde niet in
aanmerking genomen, noch ten voordele
noch ten nadele van de onteigende, invloe
den van overheidswerken in verband met
de bestemming én onredelijke (onevenredi
ge) invloeden van planologische beslis
singen.
Voorstel 2 betrof het stelsel van de ge
bruiksvoorwaarde plus. Voor dit stelsel had
het vorige kabinet gekozen. In feite is de
gebruikswaarde als zodanig even goed een
verkeerswaarde, maar dan voor wat land
bouwgronden betreft de zuiver agrarische,
terwijl de andere de verkeerswaarde van
landbouwgrond als ruwe bouwgrond is. Ook
de socialisten waren het er huns ondanks
mee eens, dat het aanhouden van de puur
agrarische waarde als maatstaf voor ontei
gening onbillijk is, omdat het onteigende
bedrijf in het zicht van de onteigening vaak
niet meer heeft kunnen investeren en dus
schade heeft geleden in zijn ontwikkeling,
die eveneens vergoed behoort te worden.
Mijn voorstel om deze negatieve ontwikke-
'lingsschade boven de gebruikswaarde te
vergoeden, werd door de progressieve mi
nisters uit het kabinet-Den Uyl echter zoda
nig uitgehold, dat Van Agt na de val van dit
kabinet sprak in termen van „castratie".
Ik vrees echter dat als de inhoud van het
persbericht bewaarheid zou worden, wat ik
vooralsnog weiger te geloven met mijn
eerste voorstel betreffende de verkeers
waarde (in de zin van ruwe bouwgronden)
minus zodanig zou worden omgesprongen,
dat ik mijn naam daaraan niet langer ver
bonden wil achten.
Afwijking regeerakkoord
Op niet minder dan twee criiciale punten
wordt namelijk in het persbericht afgewe
ken van letter en geest van het regeerak
koord. Het betreft uitgerekend de twee af
trekken van de verkeerswaarde, waar alles
om draait: de overheidswerken en de over-
heidsbeslissingen omtrent de bestemming
tot bouwgrond.
Om met de laatste te beginnen: in het
amendement De Bekker, maar ook in het
regeerakkoord werden bij de waardebepa
ling gelijkelijk buiten beschouwing gelaten
Prof. De Haan is hoogleraar in het onroe
rend goed-recht aan de TH Delft en in het
grondgebruikrecht aan de VU in Am
sterdam.
voor én nadelen van planologische beslis
singen, voorzover deze redelijkerwijs niet,
of niet geheel ten goede of ten laste van de
onteigende behoren te blijven.
Hiermee werd één lijn getrokken met de
reeds bestaande regeling van artikel 49 Wet
Ruimtelijke Ordening, die buiten het geval
van onteigening ook niet verder gaat dan
vergoeding van onevenredige planschade.
Zo horen ook bij onteigening alleen oneven
redige vóór en nadelen van het bestem
mingsplan respectievelijk te worden afge
trokken en vergoed.
Wat doet nu het wetsontwerp volgens het
persbericht? Het brengt op de verkeers
waarde volledig in aftrek de waardever-
méérdering ten gevolge van een bestem
ming minder dan tien jaar voorafgaande
aan de onteigening door de overheid aar. de
grond gegeven. Voor de waardeverminde
ring, die bij landbouwgrond als gevolg van
de veelvuldige beperkingen in het agrarisch
gebruik door het bestemmingsplan veel
méér voorkomt, wordt slechts voor de zo
veelste keer verwezen naar een onderzoek
betreffende de praktische toepassing van
artikel 49. Welnu, iedereen weet, dat in de
praktijk die waardevermindering vrijwel
niet wordt vergoed, laat staan volledig. Me
ten met twee maten dus.
Bij de voorgestelde regeling omtrent de
invloed van overheidswerken het persbe
richt spreekt ten onrechte over „activitei
ten", wat veel te ruim is ligt het in zoverre
gunstiger, dat daar wél gelijkelijk over uit-
schakelijk van voor- en nadelen wordt ge
sproken.
Er wordt echter, anders dan in het regeerak
koord, geen enkele relatie meer gelegd met
de bestemming waarvoor onteigend wordt.
Zodat ook werken, die daar niets mee te
maken hebben, er onder vallen.
Zo zou een boer, na eerst baatbelasting te
hebben betaald voor een gemeenteweg in
verband met een betere ontsluiting van zijn
percelen, en waterschapslasten in verband
met een betere waterbeheersing door het
waterschap, bij onteigening daarvoor nóg
eens moeten betalen.
Gebruikswaarde mirius
Waarom spreek ik nu over de gebruikswaar
de minus, terwijl de regering toch kennelijk
de verkeerswaarde minus op het oog heeft?
Omdat ik er eenvoudig niet in geloof, dat
boven de agrarische waarde nog een redelij
ke vergoeding als compensatie voor de ne
gatieve ontwikkelingsschade kan worden
gegeven, als men de bestemming tot bouw
grond moet wegdenken.
Want wat zou die niet-agrarische meerwaar
de vóór de inwerkingtreding van het be
stemmingsplan anders zijn, dan de waarde
gebaseerd op de door de overheid te geven
bestemming, bijvoorbeeld tot bouwgrond?
iEn realiseert het kabinet zich eigenlijk wel
dat het nu juist die verwachtingswaarde is,
welke door projectonwikkelaars en specu
lanten wordt betaald, vaak tot het dubbele
van wat gemeenten mogen en ook volgens
de huidige onteigeningsrechtspraak hoeven
te betalen?
Zelfs de Hoge Raad, hoezeer ook in hoge
rechterlijke onafhankelijkheid gezeten, zal
het zich politiek niet kunnen veroorloven
van déze werkelijke verkeerswaarde uit te
gaan. Toch zijn projectonwikkelaars echt
redelijke kopers in de termen van het wets
ontwerp.
Kortom, de niet-agrarische meerwaarde,
die de onteigende boer ter compensatie van
eventuele negatieve ontwikkelingsschade
toekomt, zal niet kunnen worden berekend
op grond van de werkelijke waarde in het
vrije verkeer.
In de huidige onteigeningspraktijk gebeurt
dat ook niet, want ik heb dat al vaker
gezegd de onteigeningsrechter stoort zich
helemaal niet aan wat projectontwikke
laars in werkelijkheid betalen. In feite is de
onteigening de enige vorm van prijsbeheer
sing van onroerend goed, die wij momenteel
in ons recht kennen. En de enig Juiste
grondslag voor die prijsbeheersing, name
lijk de exploitatieberekening van de ge-
meenten voor het bouwrijpmaken van gron
den (welke nu is te vinden in artikel 40 a
Onteigeningswet) komt in het stelsel van
het persbericht te vervallea
In het amendement De-Bekker bleef de
toepassing van dat artikel terecht voorop
staan en was de aftrek voor overheidswer
ken (bijvoorbeeld het bouwrijp maken)
daarop alleen maar een alternatief ter keu
ze van de rechter.
Het resultaat is, dat iedere maatstaf voor de
berekening van een gerechtvaardigde niet-
agrarische meerwaarde voortaan gaat ont
breken, zodat de rechter praktisch wel ge
dwongen zal worden van de agrarische ver
keerswaarde uit te gaan. Welnu, dat is
zoals ik al zei de gebruikswaarde, waarop
dan strikt genomen ook nog in mindering
zouden moeten worden gebracht invloeden
van overheidswerken, die deze waarde heb
ben verhoogd.
Strijd met rechtsgelijkheid
Al met al dreigt de volgens het persbericht
voorgestelde regeling niet alleen in strijd te
komen met het regeerakkoord, maar ook
met algemeen aanvaarde beginselen van
behoorlijke wetgeving, met name de rechts
gelijkheid.
Rechtsongelijkheid wordt immers bewerk
stelligd in tweéerlei zin. Ten eerste is alleen
de onteigende boer, dus de door ruimtelijke
ordening zwaarst gedupeerde die door de
gemeenschap vaak blijvend werkloos wordt
gemaakt, andermaal de klos. Collega's van
hem die er tijdig in slagen aan een project
ontwikkelaar of aan een speculant te verko
pen, ontvangen zeker het tweevoudige. Ten
tweede worden alleen de vóórdelen uit het
bestemmingsplan in het stelsel volledig af
geroomd en niet de nódelen vergoed. En
dan ook nog alléén in het geval van de
onteigening. Kortom, de onteigende wordt
én ten opzichte van door projectontwikke
laars uitgekochte boeren én ten opzichte
van iedereen in deze samenleving, die wel
eens geprofiteerd heeft van een bestem
mingsplan, ernstig gediscrimineerd.
De enige rechtvaardige bepaling die ik in
het persbericht heb kunnen vinden, was
dan ook die welke het mogelijk maakt de
ontworpen regeling geheel of gedeeltelijk
buiten beschouwing te laten blijven. Name
lijk als die toepassing in de gegeven om
standigheden tot onredelijke en onbillijke
gevolgen zou lijden.
Redelijk alternatief
Het redelijk alternatief voor een goede
niet-agrarische grondpoiitiek zal niet van
D'66 kunnen worden verwacht en evenmin
van de PvdA. Deze partij denkt daarvoor
nog al te zeer in termen van grond in
geroeenschapshanden. Blijkens een bericht
in de Volkskrant zelfs in termen van bezui
nigingsoperatie, niet ten laste van sociale
uitkeringstrekkers, maar van onteigende
boeren die te voren vaak minder dan het
minimumloon verdienden.
In mijn ogen is het enig werkelijk redelijke
alternatief voor deze heilloze ontelgenings-
weg, de wederinvoering van een prijsbe
heersing ook voor niet-landbouwgronden.
En dan niet op de wijze van vóór 1956 enkel
met maximum prijsnormen, omdat dan
Juist speculanten tegen betaling van zwarte
prijzen hun slag zouden kunnen slaan. Maar
op de wijze, zoals die door mij vlak voor de
kabinetsformatie óók is voorgesteld voor de
prijsbeheersing van landbouwgronden.
Dit laatste voorstel is toen de grondslag
gaan vormen voor het huidige ontwerp Wet
Vervreemding Landbouwgronden. Zoals die
wet de concurrentie tussen boeren en ande
ren op de agrarische toetsing van over
drachten van een landbouwkundige toet
sing van overdrachten en een voorkeurs
recht van de SBL (Stichting Beheer Land
bouwgronden), zo zou de concurrentie tus
sen gemeenten, projectontwikkelaars en
speculanten op de niet-agrarische grond
markt kunnen worden beperkt met behulp
van een stédebouwkundige toetsing van
overdrachten aan derden naast het gemeen
telijk voorkeursrecht.
Zo'n wet vervreemding niet-landbouwgron
den, zou dan tevens op bepaalde catego
rieën worden toegepast, al was het alleen
maar om van de anti-speculatlebedingen
van gemeenten met hun grote rechtsonge
lijkheid al te raken.
Zolang men een dergelijke radicale aanpak
niet aandurft, mag men ten aanzien van de
onteigening beslist niet verder gaan dan het
amendement-De Bekker.
Schot voor de boeg
Dit op verzoek van de redactie van Trouw
geschreven artikel is bedoeld als een schot
voor de boeg. Allereerst ten behoeve van de
Raad van State, wiens advies nu is ge
vraagd. En voorts van het kabinet, dat na
dat advies nog een kans krijgt tot tijdige
bijstelling van het ontwerp.
Beide wetsontwerpen Voorkeursrecht en
Onteigeningswet hadden allang parlemen
tair afgehandeld kunnen zijn, als de rege
ring het amendement-De Bekker conform
het regeerakkoord had overgenomen. Die
weg ligt nog steeds open, zolang het persbe
richt ontwerp niet is ingediend.
Het vorige kabinet is hoofdzakelijk op on
kunde en misverstanden rond het genoem-'
de amendement gestrand. Moge het huidige
een beter lot beschoren zijn.
Van een onzer verslaggeefsters
ROTTERDAM/AMSTERDAM De colleges van b. en w. van Rotterdam en Amsterdam
hebben bij de ministers van economische zaken, volkshuisvesting en sociale zaken hun
ontstemming kenbaar gemaakt over de gang van zaken bij de verkoop van ohderdelen van het
Nederhorst-concern. De twee colleges voelen zich gepasseerd nu ze in de kranten moeten lezen
dat de verkoop van de diverse bouwonderdelen van Nederhorst op koite termijn afgerond zal
kunnen worden.
Namens de colleges schrijven de wet
houders van stadsvernieuwing, Van
der Ploeg en Schaefer, dat ze in april
van dit jaar hebben laten weten be
langstelling te hebben voor onderde
len van Nederhorst, als het concern
niet in zijn geheel aan een derde zou
kunnen worden overgedragen.
Toen er tussentijds berichten kwa
men dat er alsnog voor onderdelen
van het concern kon worden inge
schreven, hebben de wethouders tele
fonisch geïnformeerd of een nieuwe
aanmelding nodig was. Volgens het
ministerie van economische zaken
was dit niet nodig.
Daarna hebben de wethouders niets
meer gehoord, ondanks het verzoek,
in april, om overleg op korte termijn.
Volgens de wethouders is het voor
hen onmogelijk te beoordelen welke
redenen er zijn geweest hen niet als
serieuze gegadigden aan te merken.
Ze vinden het „kortweg onbetame
lijk" dat het aan elk nader overleg
ontbroken heeft. De wethouders vra
gen de betrokken ministers alsnog te
vertellen waarom er geen overleg is
geweest en waarom ze niet als serieu
ze gegadigden zijn beschouwd.
Rotterdam en Amsterdam hadden
vooral belangstelling voor overname
van twee bouwbedrijven, die gespeci
aliseerd zijn in stadsvernieuwings
werkzaamheden.
AVEBE De aardappelzetmeelin
dustrie AVEBE heeft in 1978 een
verlies geleden van iets meer dan
2,75 miljoen gulden. In 1977 werd er
nog een winst gemaakt van iets min
der dan anderhalve ton. De omzett
van de aardappelmeel- en derivaten-'
industrie steeg van 431 tot 592 mil
joen gulden.
Voorzitter R. Renkema van de AVE-
BE-coöperatie is niet geschokt door
het verlies in het afgelopen Jaar. Hij
wijt het aan de hoge kosten die de
plannen voor de zuivering van het
fabrieksafvalwater met zich mee
brengen. In 1978 waren deze kosten
(rente en aflossingen) negen tot tien
miljoen gulden. Dit bedrag drukte de
AVEBE naar het verlies toe.
De AVEBE-leiding ziet de toekomst
met vertrouwen tegemoet, maar be
kijkt de maiszetmeelproduktie met
argusogen. In Bergen op Zoom is on
langs het Amerikaanse concern Car-
gill een miaszetmeelindustrie gestart.
De produktie van maïszetmeel is rela
tief goedkoper dan aardappelzet
meel, zodat de AVEBE meent dat de
zetmeelprodukties in evenwicht ge
bracht moeten worden. Meer (finan
ciële) steun voor het aardappelzet
meel van de EG.
Meer steun voor het Europese aard
appelzetmeel zal zeer waarschijnlijk
betekenen extra-invoerrechten voor,
de Verenigde Staten. AVEBE-direc-
teur mr J. H. Doornbos: „Een extra
importbelasting voor Amerika moe
ten we dan maar op de koop toe
nemen."
In 1978 nam de AVEBE de zetmeel-
tak van het faillietverklaarde KSH-
concern voor rond 90 miljoen over.
De overheid hielp daarbij. De overna
me heeft nog geen gevolgen gehad
voor de fianciële afrekening van de
AVEBE voor het afgelopen Jaar.
NOVE, de Noordelijke Industrie
voor Vezelverwerking wordt overge
nomen door Intergips Holding, een in
meerdere landen werkende groep van
Zwitserse oorsprong. NOVE verkeer
de in surséance van betaling.
De produktie en verkoop van brand
werende akoestische mineraalwol
plafonds alsmede van thermofelt on-
dertapijttegels en zachtboard worden
per 1 juli 1979 voortgezet door een
nieuw óp te richten onderneming on
der de naam Acoustical Ceilings In
ternational (ACI).
De continuïteit van de bestaande
werkgelegenheid is voor het meren
deel van het huidige personeel van
NOVE-ACI verzekerd door indienst
treding bij de nieuwe vennootschap,
zo heeft mr J. H. Oltlammers namens
de bewindvoerder mr J. J. van der
Minne medegedeeld. Intergips is ge
specialiseerd in bouwmaterialen voor
interieur afwerking.
VOLKSWAGEN gaat de komende
twee jaar twee miljard gulden inves
teren in de Bondsrepubliek en daar
buiten. In Mexico komt een fabriek
die per dag 1600 vier-cilinder-moto-
ren met waterkoeling gaat bouwen.
De motoren worden uitgevoerd naar
Amerika. De Volkswagenvestigingen
in de VS zullen de produktie van de
„Rabbit", de Amerikaanse versie van
de VW-Oolf, uitbreiden. In Brazilië
heeft Volkswagen een belang van 67
percent verworven in de Chryslerves-
tlging in dat land.
Op deze foto is bet nieuwe KLM-gebouw ingetekend dat
komt te liggen naast het huidige vrachtgebouw op Schiphol-
Centrum. De bouw zal in augustus beginnen, terwijl de KLM
het in september 1981 in gebruik wil nemen. De capaciteit
van de vrachtafhandeling zal dan verdubbeld zijn.
De LEIDSCHE WOLSPINNERIJ
(Neveda) stelt een dividend over het
boekjaar 1978-1979 voor van 12 pro
cent in contanten (v.j. 30 procent),
waarop het interimdividend van 6
procent in mindering komt.
Naam
bank
Rente
vast
gedurendi
Afsluitprov.
(procenten)
Rentepercentage
met zonder
gemeentegarantie
Opg.
bank
werke
lijk
Opg
bank
werke
lijk
ABN
1 jaar
5 jaar
1,5/2
1,5/2
9.5
9.5
10,03
10.03
9.5
9.75
1003
10.30
AMRO-Bank
variabel
5 Jaar
1.5
1.5
9.5
9 5
10 12
10.12
9.75
9.75
1046
10.46
Bouwfonds
2 Jaar
5 jaar
30 jaar
1.5
1.5
1.5
9.9
9.9
verv.
10.65
*1065
verv.
9.9
9.9
verv.
1065
1065
verv
Centraal Beheer
5 jaar
-
9.5
9.84
9.5
984
Ennia
10 jaar
-
-
92
9.52
NVL
5/10 Jaar
9.2
9.52
9.2
9.52
NMB
3 jaar
5 Jaar
1.5
1.5
94
9.75
10.14
1053
9.4
9.75
10.14
10.53
Rabobank
«adviesrente)
variabel
1.25
9.5
9.88
9.5
988
Rabo-Hyp. Bank
5 jaar
1.5
9.8
10.45
98
1043
RPS
5 jaar
1
9.5
9,83
9 85
95
Spaarbank R'dam
1 jaar
3/5 jaar
2
1
8.5
9.5
891
9.85
85
95
8.91
9.85
Centrumbank
5 jaar
1
9.5
9.85
9.5
9.85
Westland/U trech t
standaard
no risk
5/10 jaar
5/10 jaar
2
2
92
96
1005
10 80
94
98
10.27
10 72
Zoals te verwachten was hebben thans vrijwel alle banken zowel voor de
1 en 5 jaar vaste rentevoet hypotheken het rentepercentage op 97»
procent gebracht.
(Publikatie samengesteld door de Vereniging Eigen Huis Amersfoort.)
ADVERTENTIE
Rente voor de maand juli.
De NMB Kapitaal
markt-Rentereke
ning geeft een rente die
een half procent boven
het gemiddelde rende
ment op aflosbare Ne
derlandse staatslenin
gen ligt. Een hoog ren
dement dus.
Uw geld blijft
dagelijks opvraagbaar.
Over de opgenomen
bedragen berekent de
NMB een geleidelijk
afnemende retourrente.
Folder met uitge
breide informatie bij
elk NMB kantoor ver
krijgbaar.
NEDERLANDSCHE
MIDDENSTANDSBANK
De NMB denkt met u mee.
Van een onzer verslaggevers
DEVENTER De directeuren van Crane Nederland G. J. de
Horn en G. W. Beltman, hebben een aandelenpakket verwor
ven dat 80 procent vertegenwoordigt van het kapitaal. De
directie kocht de aandelen van Crane Company, de Ameri
kaanse moedermaatschappij. De Amerikanen waren bezig
zich uit het Europese vasteland terug te trekken, hadden hun
vestigingen in Spanje en Frankrijk al afgestoten en waren van
plan met hun Nederlandse belang hetzelfde te doen.
De Nederlandse directie had een op
tie op het aandelenpakket en is er in
geslaagd binnen de vastgestelde tijd
de financiering van de aankoop rond
te krijgen. Daardoor, aldus de direc
teuren, is het voortbestaan verzekerd
en is de onderneming geheel in Ne
derlandse handen gekomen. De werk
gelegenheid voer de ruim 400 perso
neelsleden blijft behouden, aldus de
directie en de produktie zal onder de
huidige leiding van de heren De Horn
en Beltman normaal worden voort
gezet.
De Amerikanen hebben Crane Neder
land afgestoten ondanks het feit dat
het bedrijf winst maakte: 1,15 mil
joen ln 1978, bijna evenveel als ln
1977. De omzet steeg ln het afgelopen
jaar met drie procent tot 38,8 mil
joen. De laatste beurskoers voor een
aandeel van nominaal 1.000 was
1.255. Het dividend was de laatste
twee keer 13 procent.
De overgang van de onderneming ln
Nederlands bezit is inmiddels met de
vakbonden en de ondernemingsraad
besproken. Aangezien de leiding van
Crane Nederland ln dezelfde handen
blijft, zullen het sociale beleid en de
LONDEN BI Ltd (British Leyland)
heeft 6000 werknemers op non-actief
gesteld ln verband met een staking
van 158 vorkheftruck chauffeurs bij
een fabriek van geperst staal In Cow
ley. In de fabriek zélf kunnen 4000
man niet werken. Bij de fabriek van
Austin-Morris hebben 2000 man geen
werk.
De stakers protesteren tegen hun
(unctle-indellng.
arbeidsvoorwaarden onveranderd
worden voortgezet.
De produktgroepen van Crane Neder
land omvatten smeedbare gietijzeren
pijpfittlngen, gietwerk voor derden,
produkten voor centrale verwarming
en warmwatervoorziening, afsluiters
en kogelkranen en spoorrallsbevestl-
glngsklemmen. De laatste produkten
de verende draadklemmen voor rail-
verbindingen werden op 1 januari
van dit Jaar ln produktie genomen op
basis van een langjarig contract met
de N8. Ook de exportmogelijkheden
voor dit materiaal laten zich volgens
de directie gunstig aanzien.
Zoals ln het Jaarverslag over 1978 al
werd gesteld, zijn ook de vooruitzich
ten voor de andere produktgroepen
bevredigend te noemen, al zal met
name voor de centrale verwarmlng-
produkten extra aandacht moeten
worden besteed aan de ontwikkeling
van ketels met een nog hoger stook-
rendement