)oe-Het-Zelvers kochten oor 150 miljoen aan verf Teruggang textiel lijkt te minderen rweespalt in Mexico verdeling olierijkdom r> L» over 5% extra verstandig met energie móet toch haalbaar zijn: brug open? motor af. OESO is somber ~5rdere groeimogelijkheden beperkt pxtielgroep Twenthe niet pessimistisch over eigen bedrijf Beneluxlanden gaan samen olieschaarste bestrijden Bruidjes niet zo gelukkig Benzine op Curasao gerantsoeneerd RDAG 2 JUNI 1979 FINANCIEN EN ECONOMIE TROUW/KWARTET 27 n een onzer verslaggevers ÏSTERDAM In ons land werd vorig jaar voor een bedrag van 860 miljoen gulden aan verf 'kocht. Een groei van ongeveer drie procent vergeleken met het jaar daarvoor. Van de totale fverkopen had 130 a 150 miljoen betrekking op de Doe-Het-Zelf-sector. Doe-Het-Zelf (DHZ)-markt voor t werd de laatste jaren, aldus de ictie van de verffabriek Brink/Mo- Beheer, in positieve zin beïnvloed ir stijgende welvaart, vrije tijd en in woningbezit. Schilderen is de ►ste verrichte DHZ-activiteit in land. hoge verfverbruik en de opkomst i nieuwe DHZ-activiteiten waar- ir geen verf vereist is te denken t aan de verwerking van hardhout, [ïwe vormen van wandbekleding beperken echter de verdere groei- jelijkheden van verf in de DHZ- ,or. Dit neemt niet weg, dat de wachtingen van Brink/Molyn voor 5HZ-markt positief zijn. De huidi- landacht voor de verfraaiing van ruimten en het scheppen van t kan bijvoorbeeld een marktver- nend effect hebben. directie van Brink/Molyn, één van belangrijkste producenten in Eu- a van zogenaamde „private label" der eigen merk) verven voor groot- ikelbedrijven, waartoe in Neder- d o.a. de Hema kan worden gere id, meent dat de kleinere DHZ- en het voortdurend moeilijker gen door de vele bouwmarkten en Z-supermarkten, die zich nog irtdurend in aantal uitbreiden, ie grote zaken willen overigens Is meer volledige pakketten. Dat zeggen, zij willen niet alleen bus- verf afnemen, maar wensen ook ndbekleding, gereedschap voor verven e.d. Duwmarkt S gevolg van de DHZ-activiteiten I de toepassing van vervangende materialen ziet de directie in de bouwmarkt voor de verffabrikanten vooralsnog weinig groei. Daarente gen lijkt een verdere vermindering van het verfgebruik in de woning nauwelijks denkbaar. De toepassing van hout, dat beantwoordt aan de groeiende behoefte aan meer variatie in de bouw kan zelfs een stimulerend effect hebben. Bovendien, aldus de directie, heeft ten gevolge van bezui nigingen het verfonderhoud in ons land een achterstand opgelopen. Er is dus een inhaalvraag aanwezig. Van nog gToter gewicht is het over heidsbeleid, dat bepalend is voor de omvang van de nieuwbouwactivitei- ten in Nederland, maar ook voor de renovatiebouw. Juist deze sector kampt met de trage beslissingssnel heid van overheidsinstanties. Ander zijds kan de toepassing van verf als kleurgever een duidelijke rol vervul len bij de verbetering van het leef- en woonmilieu. Sommige naoorlogse grauwe betonnen stadswijken drei gen te verpauperen en veroorzaken sociale problemen. Een toepassing van kleur zou veel aan wijk verbete ring kunnen bijdragen, gelooft de di rectie. Kleur in woestijn Een belangrijke ontwikkeling bij Brink/Molyn is het streven naar inter nationalisatie van het bedrijf. In de ontwikkelingslanden, aldus de direc tie, en met name in de rijke olielan den, neemt het verfgebruik recht evenredig met de inkomsten van die landen toe. „Er komt kleur in de woestijn. Door het oliegeld dat bin nenstroomt, worden alsmaar meer tenten verwisseld voor huizen en wor den oude krotten opgeruimd. Kort om, er is sprake van een grote bouw activiteit in die landen en daarmede gepaard gaat een toenemend verfge bruik." Het opnamevermogen van de Saoedi- Arabische markt noemt de directie aanzienlijk. De uitbreiding van be schermende overheidsmaatregelen onderstreept daarbij het belang van een lokale vestiging. In andere lan den van het Midden-Oosten is dat trouwens eveneens het geval. Niet alleen de bouwactiviteit in de olielan den van het Midden-Oosten staat overigens borg voor een goede afeet van verf, ook de oliewinning speelt een rol. De zwavel, die in de olie zit, veroorzaakt namelijk aan de be staande olie-installaties de nodige corrosie (roest), zodat het zaak is deze projecten van een goed beschermen de verflaag te voorzien. In Egypte dat, naar het zich laat aanzien in de toekomst van toene mend belang zal worden als oliepro ducent, wil de vennootschap samen met een lokale partner ook een verf fabriek opzetten. De politieke ont wikkelingen het conflict tussen de Arabische wereld en Egypte heeft ■er echter toe geleid, dat op dit mo ment even de kat uit de boom wordt gekeken. „We proberen trouwens bij voorkeur in die ontwikkelingslanden te gaan zitten waar de bevolking niet met een lege maag rondloopt. Dat laatste be vordert namelijk de kansen op revo luties e.d. Een politiek stabiel kli maat in een land is van belang." Vorig jaar betreurde Brink/Molyn het, dat de onderhandelingen over de vestiging van een verffabriek in Iran werden afgebroken omdat een moge lijke partner in dat land te veel vroeg. Achteraf is de directie blij, dat dit zo is gelopen. Het jubileumjaar is voor het bedrijf een gunstig jaar geweest. De omzet, incl. die van minderheidsdeelnemin gen, steeg tot in totaal 92 miljoen. Ongeveer 25 procent hiervan heeft op de staalsector, zoals industriële con structies en scheepsbouw, betrek king. Het restant wordt in grote lij nen gelijkelijk verdeeld tussen de sector bouwnijverheid en Doe-Het- Zelf in een onzer verslaggevers IjMELO Het lijkt erop dat in de textielindustrie de ggang in de werkgelegenheid begint te verminderen en in :ele sectoren tot staan is gebracht. Dat schrijft de directie de Textielgroep Twenthe in het jaarverslag. directie wijst erop dat nu de van textiel groten- pis is verdwenen naar de ontwikke- m gslanden het overgebleven deel Ih heeft gespecialiseerd op produk- fi met een modieus aspect. Op hoge jhnische kwaliteit, op flexibiliteit een hoge servicegraad. Deze for ties zijn ook voor de toekomst be llend. Voor het eigen concern is de rectie niet pessimistisch. it de Textielgroep Twenthe een rlies van 125.000 in 1977 kon om- ;ten in een winst van 1,11 miljoen is grotendeels te dhnken aan het koppelen van de spinnerijactivi- Iten, die samen met andere spin- rijen zijn ondergebracht in het euwe bedrijf Spinnerij Nederland, tor de overblijvende bedrijven in •xtielgroep Twenthe (Wisselink we- rij in Enschede), De Gunne (confec- in Weerselo, Koala Tricotage in ilten en Textieldrukkerij Swinkels Geldrop ziet de directie duidelijk ogelijkheden. In 1978 steeg de om- t van deze bedrijven met 2 procent. >or 1979 wordt een verdere beschei- in omzetgroei verwacht en een ten- inste gelijk resultaat. VOLVO: Directeur Gyllenhammar m het Volvo-concern heeft op de larvergadering in Gothenburg ge- !gd dat de onderhandelingen met de iederlandse regering over steun aan blvo Car binnen een maand afge rond zullen worden. Gyllenhammar is optimistisch. Uitgangspunt bij het overleg is dat Volvo Car in 1980 winst moet gaan opleveren. Het concern heeft tot nu toe ƒ250 miljoen in Volvo Car gestoken. Maar als wij voor de ontwikkeling van een middelgrote auto (de Volvo 343) een bedrijf in Zweden hadden moeten op zetten had dat minstens ƒ500 mil joen gekost, aldus de directeur. De. Volvo-groep heeft in het eerste kwar taal 112 miljeon verdiend tegen 72 miljoen in dezelfde periode van 1978. WOOLWORTH Het Canadese concern Brascan heeft zijn bod van 1,25 miljard dollar (ƒ2,6 miljard) op de warenhuisgroep Woolworth zon der opgaaf van reden ingetrokken. Brascan is steeds dwarsgezeten door zijn grootaandeelhouder, de beleg gingsmaatschappij Edper Equities. Waarschijnlijk is het belang van Ed per in Brascan door middel van aan kopen op de New Yorkse beurs intus sen groter dan 31 procent. HOLEC doet een openbaar bod op alle nog uitstaande aandelen in de handelsonderneming Reiss. Holec geeft 105 per aandeel van nominaal 25. Het bestuur van Reiss gaat met het bod akkoord maar voorwaarde is nog dat de fusiecommissie van de SER geen openbare berisping uit spreekt. Holec heeft al 45 procent van de aandelen Reiss in handen. Door eenmalige ooizaken verloor Reiss vo rig jaar 6.4 miljoen. Winst in 1977 was 1.6 miljoen. Dividend 1978: nihil PEEK CLOPPENBURG De winst na belastingen steeg in 1978 met 45 procent tot 13,8 miljoen waaruit een dividend van 36 (26) is voorgesteld. De omzet nam met 18 procent toe, deels door uitbreiding van het aantal zaken. Er kwamen in 1978 vijf Mac en Maggie-filialen bij (jonge mode), dit jaar volgen er nog negen vestigingen bij waardoor er in totaal 23 zullen zijn. Er komen dit jaar drie gewone P&C-zaken bij, die het totaal op 33 brengen. Daarnaast zijn er nog twintig filialen van Lam- pe-Haags Modehuis (damesmode). Ook hier zijn plannen voor verdere uitbreiding. In België zijn nu vier P&C-zaken. De omzetstijging zal in 1978 minder groot zijn dan vorig jaar. Mede gezien de zeer forse winstgroei in 1978 kan het netto-resultaat dit jaar lager uitkomen. •NATIONALE NEDERLANDEN zette in het eerste kwartaal 11 pro cent meer om. De nettowinst per aan deel zal naar verwachting in 1979 evenveel stijgen als in 1978 (10 pro- ADVERTENTIE PARIJS (Reuter) De economische vooruitzichten voor de belangrijke niet-communistische industrielanden in de we reld zijn somber. Een vertrouwelijk rapport van de Or ganisatie voor Economische Samen werking en Ontwikkeling (OESO) aan haar commissie voor het econo mische beleid vermeldt, dat de indu strielanden gevangen zitten in een vicieuze cirkel waaraan de stijging van de energiekosten, de inflatie en de starre aard van hun economieën ten grondslag liggen. De OESO raamt de economische groei in de 24 landen van de OESO in 1979 op 3,4 procent, 0,3 procent min der dan in 1978. De inflatie in de meeste OESO-landen zal toenemen. Deze ramingen zijn gebaseerd op de vooronderstelling dat de prijzen van ruwe olie dit jaar met 16 procent stijgen. De nieuwste gegevens tonen echter aan, dat de OESO-landen nu al 28 procent meer voor hun ingevoer de ruwe olie moeten betalen dan aan het begin van dit jaar. Als de prijzen in de loop van het jaar op het huidige niveau blijven, houdt dat in dat de gemiddelde prijsverhoging voor ge ïmporteerde ruwe olie dit jaar 22 pro cent zal bedragen. De groei van de Amerikaanse econo mie zal dit jaar 3,1 procent bedragen, verwacht de OESO, dat is 0,3 procent minder dan de gemiddelde groei in de OESO-landen. Deskundigen hechten' daarom veel belang aan het economi- j sche beleid in de Westeuropese lan-, den. De economische groei in deze( landen moet krachtig gestimuleerd' worden zonder dat de inflatie uit de1 hand loopt. De consumentenprijzen in de VS zullen dit jaar met 8,3 pro cent stijgen, verwacht de OESO. te gen 6,8 procent in 1978. De inflatie in i alle OESO-landen zal gemiddeld 7.8 procent gaan bedragen. Van een onzer verslaggevers BRUSSEL Als de olienood aan de man komt, zullen de drie Beneluxlanden samen de problemen het hoofd bieden. In een ministersbijeenkomst in Brus sel, waaraan van Nederlandse zijde werd deelgenomen door Van Aarden- ne (economische zaken) en Albeda (sociale zaken), is besloten dan te nemen maatregelen op elkaar af te stemmen. Bij maatregelen wordt in de eerste plaats gedacht aan een rij verbod voor voertuigen en aan een beperkte openstelling van pompsta tions. Samengewerkt zal er worden als bepaalde vormen van voorraad- vorming moeten worden verboden, bij het beperken van de snelheden voor auto's en bij een eventueel in te voeren distributiesysteem. Over za ken, zoals normen voor de verwar ming van gebouwen en verlichting daarin, zal men elkaar raadplegen alvorens tot maatregelen over te gaan. Van Aardenne wees er zijn Belgische en Luxemburgse collega's op, dat de Nederlandse regering de zomer af wacht voordat wordt overwogen of verdergaande maatregelen nodig zijn dan tot nu toe getroffen zijn. Dit houdt overigens niet in, dat niet eer der maatregelen zullen worden geno men als dat nodig blijkt. cent). Dit inclusief de onlangs verwor ven Life Insurance Company of Georgia. BEERS (import en verkoop van Scania Vabis-vrachtauto's) zag het nettoresultaat vorig jaar dalen van 7,66 tot 7,23 miljoen, maar dat kwam grotendeel door achterstand in de afleveringen. De omzet steeg 2,5 procent. De gang van zaken is tot nu toe zodanig dat handhaving van het dividend mogelijk lijkt. SRV: de detailhandelsomzet van deze rijdende winkelorganisatie steeg in 1978 met 10,7 procent en over schreed de anderhalf miljard. SRV ziet nog zo'n 700 800 bakkers en groentezaken verdwijnen, wier klan dizie voor een deel door de SRV zou den kunnen worden overgenomen. VAN REEUWIJK (woninginrich ting) ziet betere resultaten in 1979. Maatregelen die gedeeltelijk al zijn uitgevoerd zullen (zo verwacht men) het marktaandeel vergroten. Er zijn kleinere filialen gesloten en nieuwe grote geopend. Nettowinst 1978: 1,0 (0,82) miljoen. Voor SCHOKBETON zal 1979 moeilijk worden, aldus het jaarver slag. Schokbeton leverde op grote schaal betonelementen voor het Ogem-project in Saoedi-Arabië maar nu dit project bijna klaar is, laten nieuwe opdrachten op zich wachten. Er is nu overcapaciteit. De fabriek in Vianen gaat dicht, die in Zwijndrecht blijft. Door het Arabische project (Schokbeton is een meerderheidsbe lang van Ogem) steeg de winst vorig jaar van 0,5 tot 5,4 miljoen. De omzet groeide van 80 tot 112 mil joen. Het Arabische project droeg voor 55 miljoen in de omzet bij. De belangstelling voor siera den met kleine diamanten groeit nog steeds, meldt de die- rectie van Eduard Goudsmit in Rotterdam. Er is in dit land echter ook sprake van een flin ke achterstand op de ons om ringende landen. „Zo werden bijvoorbeeld in 1977 slechts ne gen van de honderd bruidjes in Nederland gelukkig gemaakt met een diamanten ring, in Groot-Brittannië waren het er 66, in België 46 en in Duitsland 27 van de honderd, staat in het jaarverslag. Als Nederlandse bruidegommen net zo diep in de beurs tasten als buitenland se „zijn er grote mogelijkheden tot omzetverbetering". Diamant is in de loop van 1978 duurder geworden. De prijsstij gingen werden deels veroor zaakt door de afkalvende dol lar. deels door politieke span ningen in verschillende delen van de wereld met als gevolg vraag naar waardevaste artike len en speculatieve vraag, al dus Goudsmit. Gouden siera den bleven vorig jaar eveneens in trek. Wel werden ze, door de oplopende prijs van het edele metaal, lichter. Goudsmit be haalde in 1978 een 7.5 procent hogere omzet en een winst van 422.000 (324.000) gulden. In Brussel is verder afgesproken, dat de Benelux maandelijks overleg zal plegen over de energiesituatie. In dat overleg zullen vooral de bevoorrading en het verbruik van aardolie ter spra ke komen. Door staking bij Shell WILLEMSTAD (ANP) Het be stuurscollege van Curacao heeft de benzinevoorziening op het eiland aan banden gelegd. Naar het zegt heeft het deze maatregel genomen uit voor zorg in verband met de staking bij de; Shell-bedrijven. De maatregel houdt! in, dat met ingang van donderdag 5' pompen per dag van benzine worden voorzien. De staking verloopt overigens rustig, maar dreigt wel over te slaan naar andere sectoren. Gisteren zijn alle scholen op Curagao gesloten in ver band met de benzineschaarste. De bevoorrading van de benzinepompen was ook gestaakt, maar wordt mo menteel verzorgd door stafleden van Shell, die in plaats van de chauffeurs achter het stuur van de vrachtwagens kruipen. Eergisteravond zou een vergadering plaatsvinden van de petroleumwer- kersfederatie PWFC. Onder de sta kers zou grote ontevredenheid be staan over het doorgaan van de leve ringen aan de pompen, omdat daarbij de veiligheidsvoorschriften zouden worden verontachtzaamd. Van vak bondszijde beschuldigt men Shell er verder van voor bepaalde werkzaam heden mensen aan te trekken,- die niet bij het bedrijf werken. ADVERTENTIE m Maak medische hulp voor het Palestijnse volk mogelijk MEDISCH KOMITEE PALESTINA GIRO SI68300 [EXICO-STAD Nu Mexico binnen niet al te lange tijd zal behoren tot de grootste olie- ïporterende landen, maken economen en andere geleerden zich al druk over de verdeling van e verwachte inkomsten. De ruzie over de richting waarin het land zich moet ontwikkelen. Kitst zich steeds meer toe op de vraag: sterke economie of een sociaal bewustzijn? bor Marion Laudy uwweg zijn de Mexicaanse geleer en verdeeld in twee kampen. Aan de ie kant staan de „desarrollistas" ntwikkelaars), de aanhangers van en snelle economische groei ten kos- van elke prijs. Zij gaan er van uit at hieruit te zijner tijd de welvaart utomatisch zal neerdruppelen op 11e sociale lagen van de bevolking, ij staan recht tegenover de „hervor- lers", die vinden dat eerst de hele ructuur in Mexico moet worden ver- nderd. Deze laatste groep zegt dat e politiek van de desarrollistas juist e schuld is van de. op z'n zachtst ezegd, ongelijke verdeling van de felvaart. iet verschil tussen de twee stromin- n komt duidelijk tot uiting in Mexi- o's „nationaal ontwikkelingsplan oor wetenschap en techniek". In dit ilan ligt de nadruk sterk op toege- laste wetenschap natuurlijk van lelang voor een ontwikkelingsland, laar de zuivere wetenschap wordt ehandeld als een stiefkind: de moge- jkheden hiervan worden onderge waardeerd en slechts beoordeeld op het onmiddellijk nut of het ontbre ken daarvan. Er is natuurlijk niets op tegen om de dingen te beoordelen op hun prak tisch nut. Het nationale ontwikke lingsplan van Mexico gaat echter slechts over een wetenschap, die eco nomisch rendement moet opleveren. De echte beoefening van de weten schap is naar de achtergrond ver schoven, wegens gebrek aan direct economisch nut. Het grote sociale nut wordt vergeten. Want de basiswetenschap heeft on der meer als taak een kritisch gewe ten te ontwikkelen, hetgeen inhoudt dat moderniseringen kritisch moeten worden bekeken en de sociale be wustwording gestimuleerd. Deze fac toren zijn onmisbaar voor een goede opleiding van beroepskrachten, een van de grootste behoeften van ont wikkelingslanden. Maar omdat dit niet direct bijdraagt tot de materiële welvaart van het land. wordt het be schouwd als een slechte investering. De „hervormers" zijn echter van me ning dat het stimuleren van de econo mische groei in Mexico de huidige ongelijke verdeling van de welvaart alleen maar zal vergroten. Kijk maar naar de snel groeiende sloppenwij ken, de ondervoeding van meer dan de helft van de bevolking en de crisis in de agrarische sector, waar van de zeven miljoen boeren er slechts twee miljoen werk hebben. Meer dan de helft van de bewoners op het platte land heeft geen stromend water en de meeste gezinnen leven van een inko men van minder dan tachtig gulden per maand. Deze situatie zal niet van zelf verbeteren, hoe groot de inkom sten van de olie ook zullen zijn. De Arabische landen zijn daar een spre kend voorbeeld van. De miserabele omstandigheden van de plattelandsbevolking waren voor een groep jonge economen aanleiding de koppen bij elkaar te steken en geen genoegen te nemen met het dooi de regering voorgestelde „ontwikke lingsprogramma". Als het al waar is dat door een grote economische groei de welvaart uiteindelijk ook naar de allerarmsten zal doorsijpelen, dan kan dat nog generaties duren, ver moeden deze economen. Zij wantrou wen dan ook de uitspraken van presi dent Lopez Portillo, dat de oliewel vaart hoofdzakelijk ten goede zal ko men aan de Mexicanen die dat het hardste nodig hebben. De tegenstanders van louter econo mische ontwikkeling krijgen steun van sociologen, die denken dat de keuze beperkt is: óf de regering ver andert het ontwikkelingsmodel ten gunste van de allerarmsten, öf er komt een nieuwe revolutie. Want het elan van de revolutie van 1910, waar bij de boeren een belangrijke rol heb ben gespeeld, sluimert nog steeds op het platteland. Het is niet uitgesloten dat zij de revolutionaire geest over brengen naar de grote steden, omdat steeds meer boeren de moed opgeven en naar de sloppenwijken trekken, waar hun een bedelaarsbestaan wacht. Het beeld van de agrarische sector van Mexico, toch nog altijd een ont wikkelingsland, is bijna surrealis tisch. Enorme agrarische bedrijven nemen steeds meer goede en met overheidssteun geïrrigeerde grond in beslag voor de produktie van export gewassen. De kleine boeren zijn niet meer in staat tegemoet te komen aan Mexico's eigen behoefte aan voedsel, omdat ze geen geschikte grond krij gen. De invoer van voedsel stijgt de laatste jaren snel. terwijl de kleine Door de ontwikkelingsplannen van de Mexicaanse regering zal dit gezin weinig baat hebben bij de olierijkdom van het land. boeren letterlijk van hun land wor den gedreven, zodat grote bedrijven door exportgewassen kunnen telen. Nooit hebben deze boeren systema tisch technische hulp gekregen. Dat hoeft helemaal niet zo duur te zijn, indien „mobiele eenheden" van stu denten letterlijk in het veld onder richt zouden geven. Er is slechts wei nig technische hulp nodig om de boe ren op een aanzienlijk beter be- staansniveau te helpen. Maar door de obsessie van „het grote geld" bestaat er een gebrek aan belangstelling voor de problemen van de plattelandsbe woners. Deskundigen wijzen er tevergeefs op dat als de regering een deel van de financiële steun aan commerciële gi ganten op een goede manier zou be steden om de landarbeiders en kleine boeren op weg te helpen, het beeld van het platteland drastisch zou ver anderen De bewoners zouden in staat zijn zichzelf en hun gezinnen te voeden en de produktie zodanig te verhogen dat Mexico in zijn eigen voedselbehoeften kan voorzien. Bo vendien zouden ze wat zelfvertrou wen herwinnen: de tijd dat zij bloot- voets naar de steden trekken om de rest van hun leven in sloppen door te brengen, zou voorbij zijn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1979 | | pagina 27