De preek van De Schoolmeester
Over de bevinding
Een nieuw boek over een oud zeer
Trouw
voorlopig
Vóórdat u honderden guldens wóggooit
THACIR
TOERUSTINGSKONFERENTIE
VANDAAG
VOORBIJGANGERS
mei-nummer
ZATERDAG 5 MEI 1979
KERK
TROUW/KWARTET
door A J. Klei
Sinds de verschijning van het
maartnummer van het literaire
tijdschrift BZZLLETIN. dat
nagenoeg geheel gewijd U aan De
Schoolmeester, houdt me de
vraag bezig of de Neerlandica
Marita Mathijsen nu een werelds
iemand is of een kerks persoon,
maar dan van jeugdige leeftijd Ze
zou ook werelds en Jong beide
kunnen zijn, doch in geen geval
kerks en tevens bejaard. Ik zal
uiteenzetten hoe ik tot mijn vraag
(werelds en/of Jong?) en aan mijn
zekerheid (niet oud en kerks) kom.
Dat wordt een heel verhaal
De Leidse student in de theologie
Oemt van de Linde heeft het
nooit tot dominee gebracht Hij
deed allerlei dingen, welke op
zichzelf wellicht een zekere
aantrekkelijkheid bezaten, maar
die volstrekt niet door de beugel
konden In 1834 verwekt zijn
verhouding met de
professorsvrouw Jeane van der
Boon Mesch zo'n opschudding dat
hij het land verlaat, in Engeland
een bestaan opbouwt als
kostschoolhouder en als
vervaardiger van de ..Gedichten
van Den Schoolmeester" de
vaderlandse letteren Ingaat.
Toch heeft Oerrit van de Linde
wel een paar keer gepreekt In
1832 deed hij dit te Bennebroek.
op uitnodiging van zijn vriend mr
Jacob van Lennep. wiens familie
daar een buiten bezat Vlijtige
naspeuringen van mevrouw
Mathijsen hebben die
Bennebroekse preek boven water
gebracht en zij (die preek) staat nu
in BZZLLETIN van maart De
preek is van zeer forse afmetingen.
Trouwens. Van de Linde had aan
Van Lennep geschreven datzijn
Gerrit van de Linde
preken „tamelijk lang" waren en
dat hij wel eens de slapers onder
zijn gehoor benijdde ..en gaarne
ook geslapen had tot dat lk mij
zeiven amen hoorde zeggen."
Overigens was de familie Van
Lennep zeer gesticht door Van de
Linde's preek over de verloren
zoon.
Marita Mathijsen leidt de preek
van Gerrit van de Linde in met
een uitvoerig opstel, dat minder
opwindend ls dan de titel („De
toverzang der drift") doet
vermoeden, maar dat me
niettemin bijzonder boeide. Ik
neem er een gedeelte uit. waarin
mevrouw Mathijsen het licht laat
vallen op een paar
preekfragmenten
..De parabel van De verloren zoon
was hem natuurlijk op het lijf
geschreven. Wel was de toestand
toen hij de preek uitsprak nog niet
kritiek, maar alle problemen van
eind 1833 waren al in statu
nascendi En Juist die passages
waar hij alle retorische middelen
in de strijd werpt om zijn hoorders
te boelen, lijken over hem zelf te
gaan. Het Inzicht dat hij
demonstreert als hij de positie van
een Jongeling die te vroeg door
zijn vader los gelaten ls.
beschrijft, kan alleen op eigen
ervaring stoelen:
De jongere zoon bezat
eene levendige en gevoelige ziel.
een hart dat de zonde niet
beminde, doch hetwelk te zwak
was om de verzoeking te
wederstaan Wanneer hij zich
niet voorbarig onttrokken had
aan het toezicht van zijnen
vader, zou hij welllgt nimmer
aan grote misstappen of
ongeregeldheden zich hebben
schuldig gemaakt Zonder
de wereld te kennen of haar te
vrezen wilde hij zich wagen op
haar gevaarlijk gebied, en
zonder het te willen of te weten
werd hij medegesleept in hare
verschrikkelijke maalstroom
Het is een klacht die ik ken uit zijn
latere brieven: zijn vader heeft
hem te weinig geleld, is te
toegevend voor hem geweest.
Gerrit is door zijn vader opgevoed.
Zijn moeder verloor hij „nog voor
hij haar naam kom stamelen" en
de uitweiding over kinderliefde
lijkt uit zijn hart gegrepen te zijn
Wie die hunner stem (van de
ouders) niet meer hoort, omdat
hun gebeente reeds rust in het
zwijgend graf. wijdt geen traan
van eerbied en dankbaarheid
aan hunner heilige gedachtenis.
Wie die hen op aarde nimmer
gekend heeft, die reeds vaderen
moeder verloren had. eer nog
Jeane van der Boon Mesch
zijne lippen hunnen naam
konden stamelen, verlangt niet
met onuitsprekelijk verlangen
naar de ure der hereeniging in
de gewesten der eeuwige
wederzienlng."
Tot zover uit BZZLLETIN. In 1833
zou Gerrit van de Linde nog eens
in Bennebroek preken, maar dit ls
niet doorgegaan. Mevrouw
Mathijsen citeert uit een brief, die
Van de Linde hierover aan Van
Lennep schreef en geeft er enig
commentaar bij. Een en ander
laat lk hier volgen (waarbij ik
aanteken dat Henny de naam van
de plaatselijke predikant van
Bennebroek is):
Zoo Henny nog zelf wil preeken
(aanstaanden Zondag) wil ik er
wel af. omdat mijn nieuwe preek
ofschoon een meesterstuk van
messlaansch proza, echter niet
zeer goed rijmt op de
voorbereiding. Ik heb dezelve
verleden Zondagavond met veel
succes hier gedebiteerd, en kon
U niet eer schrijven omdat lk
Zaturdagnacht pas met mijn
kanselwerk gereed was
Schrijf mij vooral of Henny er
op rekent dat ik kom. dan zal lk
zorgen met steek en preek op
het bepaalde uur tegenwoordig
te zijn. Wanneer het geen
voorbereiding ware. zou lk er
zeer veel lust in hebben, doch ik
zal het evenwel zoo goed
mogelijk trachten te plooijen in
geval Bennebroeks herder op
mij rekent.
Men kan zich voorstellen dat Van
de Linde niet aan voorbereiden
toekwam, want zijn brief ls
verzonden van het buitenhuls van
Professor Van der Boon Mesch en
zijn vrouw Jeane. en inderdaad
rijmt dat wat hem daar bezighield
niet zo direct met de
voorbereiding op een preek.
Aldus Marita Mathijsen. Hoewel
haar schalks commentaar als
zodanig stellig waardering
verdient, blijkt er uit dat mevrouw
Mathijsen geen snars begrepen
heeft van wat Van de Linde hier
schrijft. Hij hoeft geen preek voor
te bereiden, hij heeft Immers een
nieuwe op de plank liggen, die hij
al eens met veel succes gehouden
heeft. Maar op de zondag, waarop
hij misschien weer ln Bennebroek
zal preken, is het daar Juist
„voorbereiding", dat wil zeggen:
voorbereiding op de
avondmaalsviering van de zondag
daarop. En de narigheid is dat de
nieuwe, fraaie preek van Gerrit
van de Linde geen
voorbereidingspreek ls. Er zou wat
aan te frunniken zijn, maar ideaal
is dat natuurlijk niet.
Marita Mathijsen heeft hier
kennelijk geen weet van en
vandaar mijn vraag: komt dat
omdat zij een wereldse vrouw is of
ls zij te Jong om nog
voorbereidingszondagen te
kunnen hebben meegemaakt?
Weliswaar kom je ln
stevig-orthodoxe gemeenten deze
speciale voorbereiding op het
avondmaal nog tegen, maar
verder slijt dit gebruik uit, ik heb
ten minste al in geen jaren een
voorbereidingspreek gehoord.
Vandaar mijn zekerheid:
mevrouw Mathijsen is geen kerkse
vrouw op leeftijd.
Overigens verdiep ik me hier niet
ln uit pastorale bewogenheid met
Marita Mathijsen. ik doe het om
de aandacht te vestigen op dit
zeer aantrekkelijke, royaal
verluchte themanummer van
BZZLLETIN. Wat die wonderlijke
naam betekent, weet ik niet en
ook onze eigen (mag ik wel zeggen)
Tom van Deel kon het me niet
vertellen, ofschoon hij zelf tot de
medewerkers ervan behoort. Veel
vermaak schonken me de
bijdragen-van-vroeger. zoals die
van de zoon van De
Schoolmeester, een sjleke Engelse
meneer, uit 1917 en van Willem
Kloos uit 1930. die in zijn lijzig
proza uiteenzet hoe „een goed
vriendje-en-neefje" hem in
aanraking bracht met de
„Gedichten van Den
Schoolmeester".
Dit nummer van BZZLLETIN (7e
jaargang, nummer 64) kost
vijftien gulden en is te krijgen bij:
Stichting BZZTÖH, Stille
Veerkade 7, Den Haag
ADVERTENTIES
door dr C Rijnsdorp
Dr T Brtenrn is christelijk gerefor
meerd predikant te Kampen Zijn ge
boortejaar is 1930 Van huis uit voelt
hij zich betrokken bij wat men noemt
de bevindelijke vroomheid HIJ heeft
de prediking en de vroomheid bij
Reformatie en Nadere Reformatie be
studeerd en daarover geschreven Op
l april 1977 hield hij een referaat over
de bevinding op de landelijke confe
rentie van het Contact Orgaan van de
Oereformeerde Gezindte (het
C O G O te Lunteren Ook daar
bleek hoezeer de opvattingen en de
waardering van de bevindelijkheid
uiteenlopen Mede ten dienste van de
conferentiegangers, maar vooral ook
rtiet de bedoeling een bredere kring
van belangstellenden te bereiken.
Heeft ds Brienen ren boek geschre
ven Het heet BEVINDINO, aard en
fynlctie ran de geloofsbeleving »ultg
Kok. Kampen. 174 blz ƒ21)
Óe auteur constateert een herleefde
Aandacht voor mystiek. Wat men ge
looft wil men ervaren Dit leidt tot
nieuwe bezinning op de leer van de H
Qeest In vervolg op wat de dusge
naamde .oude schrijvers" te lezen
Sven. heeft ds Brienen visies op de
vinding van K Dijk. L H v d
Meiden. J O Woeiderink. Th L. Hait-
jfcma. K. H. Mlskotte. A. A. van Ruler.
S vd Linde en C Graafland geanaly
seerd en op nun juistheid en houd
baarheid getoetst Aan de hand van
de bijbel en het gereformeerde den
ken beschrijft hij de bevinding als
werk van de H Oeest en als het
veelzijdig beleven van het geloof
Tenslotte trekt hij van hieruit lijnen
naar prediking en pastoraat, naar ge
reformeerde theologie en kerkelijk
leven
Sinds de Middeleeuwen bestaat er in
onze lage landen bij de zee een trek
naar mystiek Naar mijn overtuiging
heeft dit ook iets met het landschap
en de betrekkelijke afgezonderdheid
van bepaalde streken te maken Wie
de poëzie van P G. Boutens <1870-
1943) kent. kan die geheimzinnige
band tussen landschap en gevoelsle
ven. wat Zeeland betreft, duidelijk
bespeuren Een mystieke sfeer hangt
tof hing) er rondom de St. Agnieten-
berg bij Zwolle En de oude grond van
de Veluwe heeft zijn bewoners van
ouds bepaalde trekken meegegeven
In de zeventiende en achttiende eeuw
was er. vooral 's winters, nog veel
stilte en eenzaamheid buiten de ste
den. Tegen deze achtergrond kon de
bevindelijkheid gedijen, niet zonder
tot uitwassen te leiden.
Bevindelijkheid is in ons land een
vorm van godsdienstige subcultuur,
die de achtergrond vormt van de op
voeding en het geestelijk leven van
ADVERTENTIE
waarin opgenomen: De Rotter
dammer met Dordts Dagblad
Nieuwe Haagse Courant met
Nieuwe Leidse Courant
Uitgave Trouw/Kwartet BV
Hoofdredacteur Jenre Tamminga
Dwecteu' mg O Pos.ma
MOO'DhantoOB
859
1000 AW Amsterdam
tel 020-913456
te*e> 13006
Pjjfp 66 00 00
Bink Ned Cred>etb.ir*
Btkentign, ?3 00'?5?4
REGiO ROTTEROAM OORORECHT
Pos»tXjS 348
3000 AK Rotterdam
lei 010-mSMi abonnement-
er> be/o»g<igi
tel OtOi'SSMl redact»)
lel 11 5 TC) (irtVu-lend voor
Rod—dam
REGIO DEN haag If iO€N
Pesibu^ tot
250» CC Der- Haag
'e 0*0 46944*
Parkstraat 22
Oen naaq
REGIO NOORD OOST NEDERLANO
lurfsMjrtend adrwt.strat'ei
•000 AA Zwo"#
tei 05700-17030
Me «markt 56
Zwo"»
Abonnementsprijzen
Per maand i 15 90
P— kwartaal 47 70
P— halt jaar f 95 40
Per taar 188 60
Advert—
!>ia'-e»ee oo aarwaag
Tektonische aöonnementenopdracwe"
UW adres se* 6ov«fl>
Oogave tamneO—<hten 99 30 »a«
m tar-dag I'm jag Op zondag van t§-
70 uur tettl 070-9134*»
Opgave rrwe-advenen-es te*
320-936868 0* SChr aan W n Adv
atoer ng posit*/* 433
1000 AR AMS'ERDAV
Aores«n*z-g-ngc«" ^'Vutend st»v?tei|k
ALI JELSMA-RIPPEN
De rouwkreet van
de struisvogel
Een boek met vrouwelijke impressies over wat
er gaande is m kerk en wereld
Uit de inhoud
ze spaart priesters en predikanten haar
felle kritiek niet.
vraagt vrouwen buiten de kerk om waarom
het evangelie zo ongeloofwaardig is:
gaat in op de vraag of het feminisme een
(s)linkse manier is om het socialisme aan
de vrouw te brengen
Deze en andere onderwerpen met verrassende conclusies, vindt u in
dit actuele boek
(verkrijgbaar in de boekhandel)
Pbk 19.90
UITGEVERIJ
velen Het is begrijpelijk dat gestu
deerden uit of in de buurt van deze
kringen zich van het verschijnsel re
kenschap willen geven, het willen on
derzoeken en het goede daarvan be
houden De reeds genoemde theolo
gen hebben dat. elk op hun wijze,
gedaan en nu komt dr Brienen. die op
zijn beurt de onderzoekingen onder
zoekt en zijn eigen visie geeft Men
kan zijn poging omschrijven als het
brengen van orde in een veelheid van
opvattingen, en als een bijsturen van
een niet ongevaarlijk verschijnsel
aan de hönd van Schrift en gerefor
meerd belijden.
Schrijver dezes kent de sfeer der be
vindelijkheid uit zijn jeugd Leest hij
nu een boek als dit. dan valt hem op
het oneigenlijke spreken, de sterke
woekering van beeldspraak. Wat ge
heel ontbreekt is het concrete. Ik
ervaar het als een christelijk verbalis
me. als een woordencultuur. Dan is er
dat sterk Introverte, naar binnen ge
keerde. De binnenwereld is het eigen
lijke. en heeft zich van de buitenwe
reld afgescheiden. Natuurlijk brengt
het geloof ervaring mee en is zonder
die ervaring niet echt Maar een chris
ten moet in zijn tijd staan. Het „ru
moer der volken" dringt door tot in
de binnenkamer en geen deur sluit
dit meer buiten. De kerk staat in de
arena van een kritische samenleving.
Dr Brienen wil een historisch ver
schijnsel als bevindelijkheid bijbels
funderen en legitimeren en dat is in
zover goed. omdat de prediking veel
aan diepgang heeft verloren en het
besef van heiligheid is afgesleten.
Maar wil de bevindelijkheid inhaken
op de meer algemene behoefte aan
geestelijke ervaring en mystiek, dan
is ze toch. om een vreemd woord te
gebruiken, te „hermetisch", d wz.
vrijwel ontoegankelijk voor wie deze
sfeer en dit taalgebruik niet kent.
Wat ik overigens, met de auteur,
gaarne hoop is. dat zijn geschrift kan
bijdragen tot onderlinge toenadering
van kerkgemeenschappen als de vrij-
gemaakten bulten verband en de
christelijk gereformeerden
besteed eerst eens enkele duppies aan een briefkaart om bi| ons te informeren
naar wat wij u kunnen bieden aan
reizen zowel individueel els groepsgewijs- neer;
ISRAËL
TURKIJE
GRIEKENLAND
en
N.B. Vanaf 1980 óók al naar EGYPTE!
ROME!
THeo-logisch verantwoorde
Archeologisch interessante
Cultureel belangwekkende
Israël
Reizen
EUROPALAAN 14,
3844 AV HARDERWIJK
Telefoon: 03410-21989
U mag ons ook na 5 uur en
op zaterdag bellen.
Wij zijn maar klein: daarom
moeten we beter ons best
doen!
Datum: vrijdag 18 mei, 18 uur. tot zaterdag 19 mei omstreeks
15 uur In da Grote Bunte te Nunspeet. Kosten dertig gulden
PROGRAMMA.
J. Companjen: het werk ven „Kruistochten" in marxistisch
geregeerde landen.
T. van der Weele: ds Evangelische Alliantie bezien vanuit
zendingsperapefctlef.
Algemeen thema: De missionaire gemeente, geïnformeerd en
toegelicht voor kerkelijk gebruik vanuit een evangelische visie.
Organisatie:
de Gereformeerde vereniging
„Schrtft en Getuigenis"
Aanmelden: 03494-4173
door
prof. dr. J. P. Boendermaker
Ik heb wel eens horen zeggen,
dat de eerste liefde van een
jongen „das ewlg welbliche"
geldt, dus: dé vrouw en niet
die vrouw Over meisjes ver
meldt mijn geheugen niets
dergelijks, maar een jongen
zou dus uitgroeien van het
algemene naar het bijzonde
re. naar die éne bijzondere en
zo leefden ze nog lang en ge
lukkig. ..En da geleufde gij?",
zeggen ze ln Brabant!
Toch hebben veel. heel veel gelovigen
net zo over hun relatie tot Ood leren
denken Eerst de onderbouw, dan
houden we het wat algemeen en gaan
nog niet diep op de zaken ln. we
houden het eenvoudig en spreken
over Ood die alles maakte, en wat
daar dan bij hoort En pas later gaan
we verder naar moeilijke dingen,
zoals Gods menswording ln Christus
en naar het Oude Testament met
vreemde namen als Noach. Abraham
en Mozes. vreemd in hun heel bijzon
dere en bepaald niet algemene relatie
met de Ood die met hen ging. van de
berg Af. het water dóór
Veel mensen hoorden dat dan allang
niet meer. want ze zagen dat alge
meen zorgende opperwezen eerlijk
gezegd of verzwegen Je wil toch
geen atheïst genoemd worden hele
maal niet zo zitten op zijn troon Een
groot misverstand, want Hijzelf wil
daar niet zijn en gezien worden zon
der Noach. Abraham en Mozes en
zonder Hem. die geroepen had met
ons aller stem: „Waarom, God. heb Je
mij verlaten?", daar bij Zich aanzijn
rechterhand! Het moet dus anders en
het kan anders, daarover gaat het
nieuwe boekje dat de dogmaticus Be
ker en de exegeet Deurloo samen
geschreven hebben Daarbij krijgt
vooral dat ene woord dat ons o a
door het bovenstaande zwaar op de
tong ls komen te liggen, een nieuwe
glans: het woord voorzienigheid.
't Lijkt mooi
Dat woord lijkt nu precies zo'n mooi
woord voor die onderbouw, het blijft
vaag. Je hoeft (lijkt het. maar dat ls
nu juist niet waar» nog niet zoveel
moeilijks te geloven
Het woord voorzienigheid kwam pas
goed openbaar in diskrediet, toen het
gebruikt werd door de heersers van
het derde rijk. maar het kwaad was al
yeel eerder geschied. Dit bijv. werd
nog gezongen in de 19e eeuw
Schoon w'altijd. aan kenbre trekken,
's Hoogsten invloed niet ontdekken,
Menigwerven blinkt nogtans
Gods bestuur in vollen glans-
Dus: niet altijd zien wij de voorzienig
heid. maar vaak wel. Invullen dus
maar wanneer wel en wanneer niet en
de willekeur kan beginnen. Daar heb
ben al zoveel mensen hun geloof mee
verlor-r.. van zo'n God kun Je toch
niet houden, wiens bestuur de ene
dag wel en de andere niet „blinkt", ls
dat dan alles wat over Hem gezegd
kan worden''
Nee niet alleen niet alles, het is en
daarom gaat het vooral niet het
eerste dat gezegd mag en moet wor
den. Dat is eigenlijk datgene wat
voortdurend en in allerlei variaties in
dit boekje gezegd wordt. Het is een
pastoraal boek. het wil niet. dat wij
de grote troost van het geloof in de
Ene. heel bijzondere God van het
Verbond onuitgepakt laten en te lang
en teleurgesteld staren naar het grau
we papier van een algemeen voorzle-
nigheidsgeloof. die verpakking waar
in de verkondiging van Hem die de
Ene is zo vaak schuilgaat.
Wat is het eerste dan wel dat gezegd
moet worden? Een citaat uit het
boek: „Daarom dienen wij o.i. radi
caal te zeggen, dat de Schrift ons de
wording van Israël onder de volken
en de verschijning van Jezus Christus
niet predikt als toevoeging, aanvul
ling en bekroning van de providentia
(voorzienigheid)."
Zodra er over God gesproken wordt,
gaat het over die Ood. die zich in de
verschijning van Jezus Christus ken
baar gemaakt heeft en niet anders wil
gekend worden dan zó. ook al lijkt
alles wat wij zien met die verkondi
ging in strijd. Wie déér begint, zal
vaak de vuist heffen tegen de hemel,
net als in de psalmen vaak genoeg
gebeurt, en toch heten zij alle „prijs-
liederen" (blz. 143)!
Predestinatie
Ook predestinatie (voorbeschikking)
is een berucht woord geworden en
ook dat wordt anders, als men conse
quent zó begint, om het heel kort te
zeggen, alweer met een uit het ver
band gerukt citaat „de beperking
van het doel van Gods regering tot de
uitverkorenen, de kerk of de vrome
enkelingen is daarmee uitgesloten"
(33). Het gaat over en om het „Rijk
dat over ons allen en alles gaat", en
van dat Rijk weten we alleen door het
Verbond en door Christus: „alleen AchtPfin
vanuit Gods zien van de gezegende
mens-voor-allen is het bijbels en dog
matisch verantwoord over Gods
voorzienigheid te spreken" (62).
contingentie (inbreuk op die wetma
tigheid) gaan de schrijvers niet uit de
weg.
TER VERANTWOORDING
GEROEPEN
Petrus en Johannes hebben de
genade gekregen om een gebrekkig
mens. „de kreupele ln de Poort" te
mogen genezen. De machthebbers
van Jeruzalem herkennen daarin het
werken van de Messias, van wie ze
aannamen dat 't nu uit met Hem was.
Dat zit hen tegen en daarom
vervolgen zij de leerlingen die de
tekenen van het komende rijk
oprichten. Dan neemt Petrus het
woord. Hij begint op een
merkwaardige manier: „Overheden
van het volk en oudsten! Indien wij
vandaag ter verantwoording
geroepen worden voor een weldaad
aan een gebrekkige bewezen
Meestal worden mensen ter
verantwoording geroepen voor een
misdaad. Dit tekent meteen de hele
kromme situatie: hier mogen mensen
geen weldaad meer doen! De weldaat
is ongewenst voor de gevestigde orde,
De weldaad zou alles anders kunnen
maken: geen bedelaar meer in de
poort: geen mensen meer om
liefdadigheid aan te bewijzen? Je
moet 't je niet indenken! En daarom
worden ze hier ter verantwoording
geroepen voor dit teken van de
nieuwe dingen. Nog altijd kan dat
gebeuren. Op 5 mei denken we aan
die kromme jaren van 40 tot 45. Toen
lag ook alles andersom. Misdaden
werden geprezen en weldaden
afgestraft. Wie slim met de Duitsers
kon „handelen" of bunkers voor hen
bouwde, had het goed. maar wie z'n
deur in de nacht openzette voor een
vervolgde maakte kans op de
doodstraf. En toch moest het zo.
Want nergens aan heeft het hele
Duitse optreden en het nazibewind
zich duidelijker gemanifesteerd als
een wangedrocht van wat menselijk
samenleven is. dan juist aan die
omkering. En die ter verantwoording
geroepen werden hebben dat ook
vaak geweten. Ze putten er kracht
uit. Daardoor was de toestand in feiU
ook niet zo verwarrend. Je herkende
het kromme ervan. (Handelingen 3).
Beroepingswerk
NED. HERV. KERK
Beroepen te Waardenburg: G. J. vai
Steeg te Dussen; te Wageningen: H
Bouter te Hilversum; te Windesheira
P. Posthouwer te Ochten.
Aangenomen naar Middelhamis: G
C. de Jong te Moerkapelle, die be
dankte voor Werkendam; naa
Maarssen (wijkgem. Maarssenbroeki
P. Stehouwer te Nijverdal; het bero?
tot predikant voor buitengew. werla
(noodgemeente Geredja protestai
Maluku di Belanda te Capelle a d
IJssel): D. F. Pelamonia, laatstelij
predikant van de prot. Molukse ker
te Ambon, wonende te Culemborg.
Bedankt voor IJsselmuiden: A.
v.d. Plas te Rijssen
GEREF. KERKEN
Beroepen te Bunschoten-Spakei
burg: J. H. Nawijn te Varsseveld
GEREF. GEMEENTEN
Beroepen te Borssele: J. Mol te Rijs
sen; te Wageningen: A. Moerkerken
te Nieuw-Beijerland.
CHR. GEREF. KERKEN
Intrede op 10 mei te Zierikzee: kand
M. v.d. Sluys te Kerkwerve (verb
ber.)
ADVERTENTIES
m Kannen maatschappijkritische
mensen zich op de O.T. profeten
beroepen?
Waar haalden de O.T. profeten hun
boodschap vandaan?
De profeten van Lanteren en
Hydepark. Met bijdragen van L.
Ringnalda, K. Bouhuijs (K. A.
Deurloo), N. A. Schaman, G. Dekker
en Karei Eykman.
Verder: belijdenis van een eigentijdse
ketter (Roger Garaady); kerkelijke zorg
over kernenergie (Evert Nieuwlaar);
lezen in het Evangelie van Locas (Aart
Schippers); politiek in karikatuur; over
een wet die voorschrijft dat je als man
5 dagen bedenktijd moet nemen voordat
je een vrouw zwanger mag makon, in
overleg met de huisarts (Lot ten Have);
over minister Pais en onze kinderen
(Jaap Gulmans).
Abonneer u (ev. voorlopig) op het blad
waar elke maand wat om te doen is.
Naam
Adres
Wie zo theologiseert, maakt zich
kwetsbaar. Ze bewijzen elke lezer
daarmee een grote dienst, die twee
schrijvers, door zo en alleen zo van de
ene God en van Zijn heilswil te willen
en te kunnen getuigen.
Vele thema's
Uit het bovenstaande zou de indruk
kunnen ontstaan, dat er maar weinig
in dit boekje aan de orde komt. Het
tegendeel is waar. er staat erg veel in.
zoveel dat het boek veel dikker had
kunnen zijn zonder één moment te
vervelen Alleen de exegese al: o.a.
Jeremla 31. Psalm 104, Jozua 3. Rich-
teren 3. 4. Filippenzen 2. Jesaja 2,
Genesis 49 („de verloren broeder"!).
Openbaring 14
Verder is er het voordurende gesprek
met de traditie, want zonder dat kan
het niet; ook al zal niet elke lezer dat
misschien helemaal mee kunnen ma
ken. het ls onmiskenbaar om te zien
hoe wij gekomen zijn w44r we geko
men zijn en waar de ware bronnen
zitten
Geen moeilijk thema wordt ge
schuwd. zo ook niet dat van het „ont
staan" van het kwaad, het leed. het
wikken en beschikken", (de mense
lijke vrijheid), de ruimte, ook een
moeilijk thema als wetmatigheid en
Ik stal dit maar even uit. met geen
ander doel. dan nieuwsgierig te ma
ken. Wie de slechte gewoonte heeft
een boek eerst achterin te lezen, mag
dat van mij ln dit geval best doen.
Juist bladzijden als 139 en 141 zijn zo
prachtig, dat ik het zonde zou vinden
als ze om welke reden dan ook ongele
zen bleven. Bovendien ben ik er zeker
van. dat er dan een extra nieuwsgie
righeid naar het eerder geschrevene
zal opbloeien!
Het boek is niet voor niets opgedra
gen aan Willem Barnard, die ons hier
van telkens weer heeft leren zingen,
ik sluit dan ook met een citaat, waar
in leder die het liedboek liefheeft een
regel uit gezang 223 zal herkennen
„Vragen rondom de voorzienigheid
worden schrijnend als van Gods
goedheid wordt gezegd dat zij in alle
nood door héél het leven heengaat"
(140). Dat kun je dus alleen zingende
volhouden, zingende van Hem die
met ons gaat en van wie wij zingende
horen en horende zingen en vierende
vieren." dat Hij leven schept midden
in de dood", en zó voor ons allen God
wil zijn.
E. J. Beker. K. A. Deurloo, Het Be
leid over ons bestaan, vragen en ver
wijzingen rondom de voorzienigheid
(l'itg. Ten Have. Baarn. 143 blz.
17.50) wordt besproken de lutherse
theoloog prof. dr. J. P. Boenderma
ker. verbonden aan de Universiteit
van Amsterdam.
vraagt proefnr./wil abonnement 4 f30,75
per jaar (stud, f21,75).
Opzenden aan Maandblad VOORLOPIG
Antw.no. 101. 2600 VC Delft. Geen postz. M
Nu in de boekhandel
liet loodsdie
I I Weekblad
Volledlfo oltfave van alle
Dammen venehenen vaa
U i 1941 - 28 91943 Mi
Historisch document
van grote waarde!
Samengeitetd en ingeleid
door Dick Honwoart.
2 delen geb 1)60 blz.
Pnft tompleet f liS.-
O OMNIBOEK - DEN HAAG