e archivaris van
)e Achelse Kluis
Smakelijk eten
Uit brieven van lezers
nien de Jong: een buitenmodel monnik
■4
17 APRIL 1979
TROUW/KWARTET
Lammers
L Als je de
Jen doet. die de
I ontsluit waar
jomien de Jong
over de archie-
i de trappiste-
„De Achelse
[klingelt er een
I zo een als vroe-
faorpswinkeltjes
nst van een
aankondigde,
merkt Do-
domein betre-
r dus niet bij.
over de drempel
in een meterslange
afgeladen vol staat
mogelijke zaken,
muren tientallen
jes en vitrines met
documenten en
lijste getekende of
rde portretten van
kloosterlingen. Her
gen stapels boeken
iten. Daartussen
bloementafeltje
rote varenplant en
vooraan ontdek ik
tje, waarin lang ge-
et zelfgebrouwen
ibier werd bewaard.
■beelden en gipsen
skers completeren
«itenkabinet, want
re benaming kun je
jk aan geven. Aan
van de gang staat
half open. waarop
>n bordje met witte
Domien de Jong"
;de bordje, dat er
touwtje onder
raagt het opschrift-
Er valt .heel wat te
laar daar komt pa-
en al aanlopen, in
ere trui. een sigaar
nd, rustig, zoals hij
overhaast doet,
|iet sinds een paar
zijn levens
ibben gematigd.
welkom", roept
ien en even later
in kamer, waar het
il staat: een bank,
gemakkelijke stoe-
kast met erop een
lok, die stil is blij-
op vijf voor zeven,
ld hangt vol wapen-
I van de abten die
lelse Kluis" in de
jaren heeft gehad,
oek van het vertrek
i bed. Domien huist
■chief. Dat verklaart
moderne koelkast,
dden van al het an-
ibilair een beetje uit
valt. Pater Domien
voor altijd wat in
ebben als hij bezoek
dat is regelmatig
1, vooral mensen die
rentjes komen raad-
wat na een telefoni-
praak altijd moge-
iris van „De Achelse
noemt de 67-jarige
Jomien zich tegen
een benaming die
Dr iedereen in het
Pater Domien de Jong..
luisteren naar anderen
(foto: Hans-Joachim Schröter)
klooster wordt geaccep
teerd". In het begin lag dat
wel even anders. Toen mocht
dat eigenlijk niet. Dat kon ik
wel begrijpen. Het was alle
maal nog zo nieuw. Maar stil-
lekens aan is het er toch van
gekomen. Je moet zoiets ge
woon doen" vindt Domien
laconiek.
Dat standpunt heeft hij zijn
hele leven gehuldigd. Toen
hij in 1934, zes jaar nadat hij
voor het kloosterleven had
gekozen, in „de Kluis" in
trad, leek het er echter hele
maal niet op dat hij zich nog
eens aan zijn grote hobby,
het bestuderen van de ge
schiedenis, zou kunnen gaan
wijden, al had zijn oom, die
leraar was ook gezegd, toen
hij hoorde dat Domien trap
pist werd en naar Achel ging:
„Je moet zien dat je daar een
boek schrijft, dan zit je
goed".
Diep in zijn hart vergat Do
mien die uitspraak niet en
toen in 1946 de mogelijkheid
zich aandiende greep hij die
aan. ..Dat was bij het hon
derdjarig bestaan van de
Kluis. Er moest toen een ju
bileumboekje verschijnen en
in een paar maanden heb ik
dat in elkaar helpen zetten.
Toen dat achter de rug was,
ben ik naar de toenmalige
abt gestapt en heb gezegd
dat ik er veel voor voelde de
historie van het klooster ver
der uit te zoeken. Daar had
hij wel oren naar. Twee bun
deltjes met papieren was al
les wat er op dat gebied aan
wezig was".
Nu hebben we kasten vol.
Heel veel heb ik samen met
de prior, pater Anselmus,
vastgelegd op microfilm. Om
ons archief zo compleet mo
gelijk te krijgen ben ik overal
gaan zoeken in archieven in
Nederland, maar ook in Bel
gië en Duitsland. Bijna door
lopend was ik op reis. Als
monnik heb ik zodoende een
vrij leventje gehad. ..Dat lag
me wel. Mijn mede-broeders
keken er vreemd tegen aan.
Een monnik die op reis ging
was een aantal jaren terug
nog een uitzondering. De ab
en het hoofd van de boerde
rij. die gingen op reis, maar
een gewone monnik deed dat
niet. Niemand wist ook waar
ik naar toe ging. Dat hoefde
ik niet te zeggen, als de abt
het maar wist".
Buitenbeentje
Domien weet van zichzelf
dat hij een buitenbeentje is
in de kloostergemeenschap.
„Dat ben ik altijd geweest.
Alleen wat vroeger uitzon
derlijk was is nu heel nor
maal geworden. Ik heb de
tijd meegehad. Toen het rei
zen voor anderen gewoon
werd was het voor mij niet
meer nodig. Ik ben nu uitge-
reisd, ik heb mijn documen
ten binnen. Daarom kan ik
heel goed anderen op reis
zien gaan. Zij hebben heel
wat in te halen!" Dat hij in
de gelegenheid is geweest
overal rond te kijken vindt
pater De Jong een voorrecht.
„Daardoor ben ik bij de tijd
gebleven. Ik merk dat aan
leeftijdgenoten, die op hun
zestiende hier binnen zijn ge
komen. Die oude monniken
zijn toch altijd een beetje
naief. Ze hebben geen erva
ring. geen mensenkennis. Ze
geloven alles en iedereen.
Dat is natuurlijk in principe
goed. Je moet vertrouwen
hebben in je medemensen,
maar je moet eerst toch wel
kijken wat voor vlees je in de
kuip hebt".
Pater Domien heeft als ar
chivaris niet stilgezeten. Hij
heeft niet alleen het archief
gecompleteerd, hij heeft ook
dertien boeken geschreven.
Ze gaan bijna allemaal over
de streek rondom Achel. „Je
moet volgens Benedlctus als
monnik houden van Je broe
ders en van de plaats waar je
woont. Dat heb ik heel letter
lijk opgevat. Het feit dat ik
hier in het klooster zit, heb
beloofd er mijn hele leven te
zullen blijven, geeft een ze
kere band. Ik ben aan dit
gebied gehecht én daar komt
bij dat het historisch gezien
een uiterst boeiende streek
is. Er is nog heel wat te
schrijven. Als ik honderd
word. maar dat zie ik niet
zitten, zal ik nog niet uitge
schreven zijn. Sinds ik drie
keer bijna het hoekje ben
omgegaan, ga ik ervan uit
dat alles wat ik nog kan doen
meegenomen is". Na die har
taanvallen doet Domien het
kalmer aan.
Objectiever
„Ik heb de betrekkelijkheid
van alles leren zien. Het op
het rand van de dood balan
ceren, het een keer negen
weken doodstil moeten lig
gen zonder een boek in han
den te mogen nemen, zelfs
niet te mogen prakkezeren
heeft me een groot stuk le
venservaring gegeven. Als Je
zoiets meemaakt ga je de
dingen objectiever zien. Ik
geloof dat ziek zijn voor veel
mensen goed is. hoe gek het
ook klinkt „ergens" een ze
gen is, vooral voor degenen
die driftig leven. Als Je terug
geslagen wordt, maakt dat je
kalmer, al geef ik direct toe
dat het wel verschil maakt of
je als monnik ziek wordt of
als iemand die getrouwd is
en een hele aanhang heeft.
Mijn ziekte heeft mij anders
gemaakt. De laatste tien
jaar zijn de scherpe kantjes
er wat afgegaan. Ik heb ge
merkt dat je door vast te
houden aan je eigen mening
niets anders bereikt dan
weerstand. Door stijfhoof
digheid stel je jezelf bulten
de gemeenschap. Luisteren
naar anderen is een belang
rijk iets in het leven. Helaas
kunnen slechts weinig men
sen dat".
Geen knollen
Dit alles houdt niet in dat
pater Domien nu over zich
laat lopen. Hij is een monnik
gebleven die zich geen knol
len voor citroenen laat ver
kopen. Met name niet bij De
Slegte in Eindhoven, waar
hij een regelmatige klant is.
„Je weet nooit wat je vindt,
al is de buit de laatste tijd
niet meer zo groot. Vroeger
heb ik bij De Slegte in Am
sterdam en Den Haag voor
een prikje prachtige boeken
gekocht. Ze kenden toen de
waarde van de Brabantse
boeken nog niet. Die weten
ze nu drommels goed, zodat
de tijd dat Domien met sta
pels aanwinsten thuis kwam
tot het verleden behoort".
Verleden tijd is ook de perio
de dat er 's avonds laat nog
licht brandde bij Domien.
Dat was toen de andere mon
niken in de Kluis nog met
een zekere afgunst keken
naar de sterke lampen die hij
mocht ontsteken. „Zuinig
zijn met licht was destijds
een streng voorschrift dat ik
om oude akten te kunen be
studeren tl-bulzen had ge
kregen vonden velen een
grote verkwisting. Elke
avond zaten sommige oude
monniken te tellen hoeveel
lampen er bij mij brandden.
Dat hoeven ze nu niet meer
te doen. Domien gaat tegen
woordig op tijd naar bed".
Pater De Jong steekt een
nieuwe sigaar op en zegt
dan: „Ik ben nu bezig met
een artikel voor een biogra
fisch Vlaams woordenboek
over kloosterlingen die in de
loop der jaren in onze abdij
hebben gewoond. De gege
vens daarvoor zijn moeilijk
te vinden. Het waren be
scheiden mensen, die in een
zaamheid leefden. Ze kwa
men als brave jongens bin
nen, ze leefden als brave Jon
gens en ze gingen als brave
jongens dood. Dat onder
zoek zou ik graag af willen
maken, maar als het erop
aankomt heb ik me helemaal
verzoend met de dood, of ik
er nu vandaag uit moet stap
pen of over twintig Jaar. Er is
nu eenmaal voor alles een
grens".
door Mink van Rijsdijk
Sinds de aarde bewoonbaar is heeft de mens
gegeten. Dat was nodig om op de been te blijven
en energie op te doen. In de loop der eeuwen zijn
verschillende eetgewoonten gekomen en gegaan
net als andere cultuurverschijnselen. Voor zwelg
partijen raakte de mens op den duur te beschaafd
en bovendien werden hart en bloedvaten vrij
kwetsbaar, zodat ook vette jus met kaantjes
verdwenen. Nasi goreng en macaroni gooiden
lange tijd hoge ogen. nu doen linzen en kwark dat
weer voor een poosje. Niet alleen de huiselijke
maaltijden veranderden, ook het buiten de deur
eten deed dat en nam enorm toe. Lieden uit alle
windstreken van de wereld openden localiteiten
waar specialiteiten naar 's lands aard genuttigd
konden worden. Het obligate diner raakte een
beetje uit de mode. Ter gelegenheid van een
familiejubileum wil zoiets er nog steeds wel in,
maar overigens is men op het diner behoorlijk
uitgekeken.
Bovendien besloten badminton- en visclubs en
diverse personeelsverenigingen periodiek ergens
een feestelijk hapje met elkaar te eten. zodat alras
iedereen eigenlijk al „alles" tot in den treure had
gegeten. Culinaire verrassingen waren er nauwe
lijks meer te bedenken.
Net op tijd waaide van overzee toen de barbecue
aan en werd het koude buffet geïntroduceerd.
Maar wat wil je ook deze manier van verster
king der broze lichamen begon feestvierende en
zich ontspannende dames en heren na verloop van
tijd gewoon te vervelen. Zo hoorde ik laatst een
zeer respectabele boekhouder dreigen dat hij
amok ging maken als hij weer moest koud-
buffetten. Sombere tijden dus.
Maar het horecawezen wist raad. Juist toen ie
mand ten einde raad meende dat er maar weer
gewoon naar een dinertje van vier gangen moest
teruggeschakeld worden, kreeg een culinair za
kenman een excellent idee. Het heimwee van
mensen naar goede oude tijden kennende, lan
ceerde hij de Bourgondische maaltijd. Filips de
Stoute en Jan zonder Vrees, mitsgaders een stoet
erfdochters en dito prinsen deden zich ooit aan dit
soort eten te goed. Ze wisten er weg mee in die
jaren. Niet alleen wat de streling der tong betreft
trouwens. De hertogen en hertoginnen klopten
het schuim van het leven zoveel mogelijk met
vrolijke zwier op. zodat alle dagen iets van een
feest hadden. Het was pronken èn pralen alsof het
niet op kon. Zelfs de bloedige vechtpartijen te
paard tussen de ridders hoorden bij het feest,
hoewel de toernooien warempel niet uitblonken
van vriendelijke sportiviteit. Maar toch roman
tische tijden hoor. reken maar. vol kleur, muziek
en weelderige uitspattingen. Schraalhans was geen
keukenmeester, zeker in de kringen van vorsten
en edelen wist men van smikkelen en schransen.
Ik heb me laten vertellen dat de huidige koks die
oorspronkelijke Bourgondische maaltijd wel een
beetje hebben vervalst. Ze moesten wel. Zo
worden de vetste kluiven en dikste hammen
weggelaten, in plaats van reuzel en spekvet ge
bruikt men met linolzuren verrijkt spul en voor de
rest doet men erg geheimzinnig. „Het blijft een
verantwoorde maaltijd", zei men met een knipoog
die ik niet helemaal thuis kon brengen. Hoe dan
ook: als u voor zo'n middeleeuws festijn wordt
uitgenodigd, wens ik u een welgemeend smakelijk
eten toe. A propos, u herinnert zich toch wel dat
Jan zonder Vrees en Karei de Stoute nog niet
beschikten over mes en vork? Ze hadden een
soort dolk en verder hun tien vingers. Ja. sorry
lieve mensen, maar ik heb die Bourgondische
maaltijd niet bedacht, dat het behelpen wordt is
dus niet mijn idee. Voor mij hoeft dit allemaal
niet, maar elck syn sin, zeg ik maar. Misschien is
het wel het begin van een geheel nieuw tijdperk,
want stel je voor dat het een groot succes wordt,
dan zitten we straks met een grote slab voor
allemaal Bourgondisch te maaltijden. Misschien is
het wel zo lekker dat we dan met z'n allen onze
vingers erbij opeten. Eigenlijk lijkt me dat laatste
een puik idee.
Kernenergie (8)
In Trouw van 10 april kritiseert de
heer A. J. Ahsmann de hoofdredactie
omdat deze in het Commentaar van 3
april stelling nam tegen een spoedige
voortgang van ons land op de weg
van de kernenergie. Trouw heeft
volgens Ahsmann daarmee flink
naast de pot geplast. De conclusie
van het Rasmussen-rapport is im
mers stelt de heer Ahsmann „dat
kernenergie in wezen uitzonderlijk
veilig is", en: „Dat blijft waar
profeteert Ahsmann. De feiten zijn
anders: Rasmussens conclusie over
de uitzonderlijke veiligheid van kern
energie is door Amerikaanse kernfy
sici en kerntechnologen recentelijk
van tafel geveegd. Laten we even
luisteren naar wat deze deskundigen
die middels hun lidmaatschap van
de Amerikaanse Nuclear Regulatory
Commission (NRC) de verantwoorde
lijkheid voor de Amerikaanse kern
energiebedrijven dragen te zeggen
hebben. 1. De „slot-conclusie geeft de
volledige omvang van de consequen
ties van ongelukken met kernreacto
ren onvolledig weer. 2. De slot-conclu
sie van het rapport moet niet worden
gezien als een samenvatting van het
rapport. De slot-conclusie heeft zich
geleend voor misbruik in de discussie
rond de risico's van kernreactoren. 3.
De slot-conclusie is geschreven als
een publieke verklaring omtrent de
veiligheid van kernreactoren, maar
vormt geen echt deel van het rapport
en mag ook niet als zodanig worden
beschouwd. 4. De commissie (de NRC
dus) neemt elke indirecte of directe
ondersteuning van de slot-conclusie,
in het verleden gedaan, terug De
volledige originele Engelse tekst van
de NRC standpuntenverklaring is te
vinden in het maandblad „Energie
spectrum" van maart '79. We mogen
de slot-conclusie van het Rasmussen-
rapport dus vergeten op gezag van
verantwoordelijkheid dragende Ame
rikaanse kernfysici en kerntechnolo
gen. Wie in het eigenlijke Rasmussen-
rapport gaat lezen komt dan ook tot
een andere conclusie dan de heer
Ahsmann: Trouw plaste met het
Commentaar van 3 april niet naast de
pot maar schoot In de roos.
Winsum H. A. K. Mastebrock
'Oplichting'
Meer dan vijf Jaar werken en dan de
sociale dienst voor meer dan een ton
oplichten 650 gulden per week
behoort vandaag de dag tot de moge
lijkheden. Met verbijstering vraag Je
Je af hoe bestaat het! En de mensheid
maar doen geloven dat het best mee
valt met het oneigenlijk gebruik van
sociale voorzieningen. Is er dan hele
maal geen controle meer? Duizenden
lopen zonder werk. maar mensen
voor een goede controle bij soclale-
en belastingdiensten zijn er niet! Per
soneelstekorten worden niet meer op
gevuld: de rest loopt nog maar een
stapje harder, dit ondanks het feit
dat spanningen en neurose bij de
werknemers stijgende zijn. Waar
blijft de gerechtigheid van deze rege
ring om aan deze wantoestanden een
einde te maken? Dit is voor de belas
tingbetalers een onverteerbare situ
atie.
Meppel G. de Vries
Ook een mens (6)
Hoewel u van mening verschilt met
een aantal standpunten uit Aktle, wil
dat toch niet zeggen, dat u daarom
zo'n denigrerende toon aan moet
slaan? Ook wil ik erop wijzen, dat
binnen Youth for Christ niemand in
de steek gelaten wordt, op welke ma
nier hij of zij dan ook moeilijkheden
heeft gemaakt. Er wordt echt gepro
beerd iedereen werkelijk te helpen.
Tenslotte, het is onheus om de ker
ken en Aktle tegen elkaar uit te spe
len omdat een of ander synodaal rap
port niet is geciteerd. Zoiets is op zijn
zachtst gezegd onzindelijk.
Utrecht Jouke Elslnga
(Herplaatsing wegens misstelling)
Van de brief van Anne Meljroos
(„Ook een mens 5", 11 april is het
laatste woord verkeerd In de krant
terechtgekomen. Anne Meljroos be
doelde niet „Wanneer is het nu einde
lijk eens uit met de homoseksuali
teit," maar: „Wanneer is het nu einde
lijk eens uit met de hokjesgeest."
Onder redactie van
mevrouw J. Wentink-Frumau
en mr J. J. Wentink
Vragen uitsluitend in envelop sturen naar postbus 507, 2270 AM
Voorburg. Per vraag een gulden In postzegels, het liefst In waarden
van 55 en 45 cent bijvoegen. Beslist niet aan de buitenkant opplakken.
Geheimhouding verzekerd. Briefkaarten worden terzijde gelegd.
ei
5t Wij ontvingen een uitnodl-
or een feest (40-jarige brui-
ie zijn wij heel gewone mensen
n er meer zijn). Er stond op de
er werd iets van onze kant
t en verder nog het woord
el®tie". Hoe zou u zo iets nu
r-
jj )0RD: Het gemakkelijkste is
simpel telefoontje aan dege-
H^erantwoordelijk is voor de
ang van zaken. Ik vermoed,
een heel gezellig feest gaat
met allerlei hapjes, drankjes
'iteiten. Het moeilijke woord
t een beetje snoepen en een
iroeven. Het wordt dus geen
maar men blijft rondwande-
u eens met die, dan weer met
er een poosje praten en iets
i eten. Dat kan heel erg ge
it worden. En wat die activi-
>etreft: men verwacht tegen-
geen samenspraken uit een
meer of liederen die bij feest-
worden ingeslagen, maar een
lied van de jongere generatie
kort. krachtig woord van de
zal zeker gewaardeerd
VRAGEN over UITJES: Een
rkclubje en een vrouwenvere-
kleine groep). Het wordt weer
t en we willen graag eens een
t elkaar uit. Met een bus en die
'P tijd besproken worden. U
wat.
lOORD: Dat worden gezellige
I Bij de vrouwenvereniging
li we denken aan de dames, die
«ok eens een poosje willen ult-
jvan al het rondkijken. Als vast
(een bezoek aan het Albert
leercentrum te Deventer,
119675-Brink 89) als u soms nog
Pels gebreid heeft, neem ze dan
meteen mee! Na alles daar bekeken
en gehoord te hebben is op het hoekje
van het piepkleine pleintje het koe
ken koffiesalonnetje „De gekroonde
allemansgading" waar Deventerkoek
op allerlei manieren gegeten wordt
(en gekocht). De chauffeur van de bus
heeft verder allerlei ideeën voor de
middag. De handwerkclub kan op
maandag, dinsdag en woensdag (7, 8.
9 mei) terecht op Plantsoen 3
(8chouwburg Junushoff) te Wagenin-
gen, waar de Stichting Goed Hand
werk de voorjaarstentoonstelling
houdt. Wie van weven, spinnen en
kantklossen houdt, zal daar geweldig
genieten, maar de expositie van de
werkstukken, voor de landelijke wed
strijd 1979 zal de moeite van het
bezoek al waard zijn. Zelf hoop ik
daar vooral de Scheppingsdagen van
Mariët de Blok te zien. In zwarfwit
zijn die wandkleden al indrukwek
kend van compositie en opvatting.
Ook in de buurt van Wageningen
weet de chauffeur mogelijkheden te
over, waar het goed toeven is.
VRAAG: U gaf een poos geleden een
verkeerd adres op: als importeur van
het houtbleekmiddel Cyanex gaf u op
de firma Gras te Mook. Nu. die firma
bestaat daar niet. Wilt u het nu eens
beter doorgeven?
ANTWOORD: Inderdaad was het
enige goede de naam van het bleek
middel. Voor een goede zaak in ver-
fmaterialen en ook voor een amateur
is het dan een klein werkje om via de
K v K. de importeur te pakken te
krijgen. In dit geval was het dan de
firma Granllin te Beek (Limburg)
04402-4189 en het spul komt van
Thyssen (Eschweiler 518 Rhld). Als
excuus kan Ik alleen maar aanvoe
ren: we hebben nogal eens moeite
met het ontcijferen van namen en
adressen en maken dan wel eens een
fout.
DE ZAAK NEEL KLAAR: Enige
weken geleden hebben we in on
schuld een grote lawine over ons heen
laten razen, toen we mededeelden
nog wel wat gegevens omtrent Neel-
tje de Pater en Clara Jansd. v.
Spaernwoude te kunnen missen. De
man die de postbus vult, heeft al
vriendelijk gevraagd, of we Jarig wa
ren, dan wel vele jaren getrouwd.
Enfin: Er wordt hard aangewerkt en
we hebben alles alvast netjes op sta
pels gelegd, onder de hoofden: Neel,
Klaar, Neel Klaar samen (dat
wordt wel veel voor die ene gulden),
vervolgens dergelijke hoopjes gecom
bineerd met heel andere vragen, brie
ven zonder bijgevoegde zegels (het
„eigen" volk herstelt zoiets na een
paar dagen, maar na veertien dagen
gaan ze anders, mèt de briefkaarten
in de bak). Gelukkig hebben de mees
te Neelen en Klaaren een postcode
vermeld en dat scheelt een heleboel
werk. Bij de vragen naar uitgangetjes
zouden we misschien kunnen voegen:
Een mooie lentedag naar Broek in
Waterland of een fleurige donderdag
naar Delft
VRAAG: Zeven jaar geleden heb ik
mandarijne- en sinaasappelpitten ge
plant. Het werden flinke struikjes en
de vruchten bungelen er In groten
getale aan. Nu zegt men: Ze zijn ver
giftig en je mag ze niet eten. Wat is
daar van waar?
ANTWOORD: Als u nu zelf die pitjes
uit de vruchten haalde en ze in een
potje zette. Als ze niet bespoten zijn
waar zou dat vergif dan wel van
daan gekomen moeten zijn? Nu zegt
mevrouw Muller-Idzerda in haar tuin
en planten ABC (een boek dat in
dienst van Trouw bijna tot de draad
is versleten) dat om bloemen en
vruchten uit zo'n gepoot pitje te kun
nen kweken, het noodzakelijk ls, na
het tweede jaar te enten met Citrus
Aurantium of Citrus Sinensis. Bij u
ging het vanzelf (nou ja vanzelf: u
zorgde er goed voor). Nu is die Auran
tium, zoals de toevoeging Amara-bit-
ter al zegt, niet lekker om te eten,
maar de schil is in de keuken te
gebruiken. Dat zou ik toch maar eens
proberen. Ik kan het me niet inden
ken dat alles, wat we aan heerlijke
vruchten af mochten plukken van
wat er uitzag als wildopslag in het
Middellandsezeegebied, kwam van
keurig geënte boomkroontjes. Ik
noemde de naam Citrus, of Oranje
boom, familie Rutacae. Dit is een
naam die als citrusvrucht bekend ge
noeg is. Maar wat u nu toch echt niet
moet gaan proeven, is het kleine
oranje vruchtje van het Oranjeappel
boompje (Vermoedelijk waren uw
vrienden daar, terecht, bang voor).
Dat ls de Solanum Capsicastrum, fa
milie 8olanaceae. oftewel Nachtscha
den. Hieruit volgt weer, dat het ook
wel nuttig kan zijn de dure achterna
men van de planten nu en dan eens te
bekijken. Bij de Groenboekerij-Zo-
mer Keuning/Veen te Wageningen
is een aardig boekje: Plant een Pit
door Ralf Efralmsson 12,90) ver
schenen.
AANVULLING antwoord over vo-
gelbezoek op de zonnewering: Als
Schevenlngse zoek ik het altijd dicht
bij huis: een fladderende reep van een
visnet schrikt de vogels heus wel af
als men met een paar spijkertjes
zoiets boven het zonnescherm beves
tigt. Dank u voor de tip!
VRAAG: Ik heb vrijwel alle plaatjes
boeken (Album van Verkade) van Jac
P. Thysse. maar er ontbreekt er één.
namelijk 1933. Nu is mijn vraag, niet
of u die voor me wil opscharrelen,
want dat doet u niet (inderdaad)
maar wel: hoe heet dat album?
ANTWOORD: De problemen hebben
zich wel vermenigvuldigd na deze
vraag: Volgens mijn dierbare Flora
(nog van school) heet deze grote ge
leerde Thijsse, terwijl op de Verkade
albums, die voor me op tafel liggen,
die ij nu en dan wordt vervangen door
een y. (Hierover hoeft niet gecorres
pondeerd te worden). Aangezien wij
uit gezinnen stammen, waar men
koek at voor de plaatjes, ls dat in
onze boekenkast nog steeds te zien.
Echter 33 ontbreekt. Een vriendelijke
assistente van onze gemeentelijke
leeszaal is voor ons van leer getrok
ken, of liever een ladder op geklom
men en kwam met de volgende resul
taten: 1932 Tweede druk Blonde Dui
nen (eerste druk 1910), dan in 1934:
een album over onkruiden, één over
de Nederlandse bossen en een over
vogels ln Nederland. In mijn bezit ia
echter 1932 Vetplanten door A. J. v.
Laren en niet door Thljsse geschre
ven en 1934: De bloemen en haar
vrienden. Graag gun ik de lezers het
uur van onafgebroken genieten op de
vloer terwijl ze de grote boeken van
de onderste plank van hün boeken
kast daar nog eens op nazien. Wat een
schrijver! Wat een kleuren!
VRAAG: Wat is blomstergaren?
ANTWOORD: De vertaling van het
Deense woord: Blomstergarn is Lin
nengaren. Als u in de komende va-
kantletijd eens een bezoek aan Dene
marken zou brengen en niet weet
welk cadeautje u zou moeten uitzoe
ken voor uw familieleden, ga dan
eens even een van die prachtige
handwerkwinkels binnen en zoek een
patronenboek of een handwerkpak
met bijbehorend materiaal uit. in de
prachtige kleuren van het Blomster
garn.
VRAAG: Is het mogelijk door een
steen In de stortbak van de WC te
leggen tot waterbesparing te komen,
hoe werkt zo'n bak dan?
ANTWOORD: Het beste Is even met
een trapje naar boven te klimmen en
het zaakje in ogenschouw te nemen.
De bak is dan eerder vol en er Ls
minder nodig. Maar als het wèl nodig
ls, even stevig door te spoelen, ligt die
kei er ook in en ls de spoeling niet
voldoende. Mijn raad als u een gezin
heeft met kleine kinderen, zet u ge
woon een grote kar. met water neer
voor kleine spoelingen en u bezuinigt
niet als het werkelijk nodig is
VRAAG: Op de klok van onze oude
dorpskerk (te Lienden) staan de gie
ters (Peter van Trier ende Johan sy-
nen soon) en de VDM oftewel de pre
dikant vermeld, mèt de kerckmles-
ters en een paar dichtregels. Wat mij
intrigeert ls een klein toevoegsel bo
ven al deze gegevens, namelijk
R.W.O.K.
ANTWOORD: Dit is een vraag voor
lezers, die veel verstand van deze
zaken hebben. Het klokkenmuseum
te Asten (waar men zeer goed georiën
teerd is» kon geen verklaring geven.
In Dorgelo: De klokken van van Trier
en zijn werk (Oelre, deel 60 van 1981
blz. 1—90) komt niets over deze let-
ters voor. We hadden onder andere
contact met de archivaris van Lien
den (de heer Kool) en ds van Wijnen,
hervormd predikant. Ook zij zijn
nieuwsgierig, of en wat er uit de bus
zou kunnen komen. We hebben na
tuurlijk ook ln onze eigen boekenkast
gezocht naar Informatie over de kerk
van Lienden. In het kunstrelsboek
voor Nederland (I960) was een halve
bladzij gewijd aan deze merkwaardi
ge. uit de 15de eeuw daterende, kerk.
echter met de bijvoeging dat er se
dert 1871 erg aan het interieur ge
knoeid was. Vandaar dat we met
vreugde horen, dat de restauratie van
de kerk al flink vordert en dat we
tegen de tijd dat alles klaar Is. graag
eens komen kijken. Over blijft de
moeilijke vraag naar de letters op de
klok In elk geval weten onze lezers
waar niet meer gezocht of gevraagd
hoeft te worden Veel succes.