'Niet „nuttig" menselijk leven dreigt vernietigd te worden' Genuanceerde natuurlijkheid in rollen op achtergrond Joke van Leeuwen: Theodora Geraet^ (18) prijswinnares Lessings natuurlijkheid helder uitgewerkt Uitstekende- vocale prestaties Veel sprekers op EO-congres tegen abortus Wiesje Bouwmeester overleden Een enig eigen kabaret Nationaal vioolconcours 1979 .MAANDAG 26 MAART 1979 KUNST/RADIO/TELEVISIE TROUW/KWARTET tjt-» Van een medewerker DEN HAAG Met het zingen van twee coupletten van het Wilhelmus besloten de onge veer duizend bezoekers in het Congresgebouw zaterdag het door de Evangelische Omroep georganiseerde congres tegen abortus provocatus. Een dag lang hadden zij toen sprekers van zeer verschillende kerke lijke en politieke pluimaee in alle toonaarden horen uitleg gen waarom het wetsvoorstel van het kabinet-Van Agt inza ke abortus volgens hen geen steun verdient Het congres vormde een onderdeel van EO's actie „Vóór het Leven". Bisschop mgr. dr. A. J. Slmorüs zei 's morgens dat bescherming van onge boren leven iedereen raakt, ongeacht zijn levensbeschouwing. „De roeping om een concrete en volstrekt unieke persoon te zijn ligt in het menselijk embryo van het prilste begin al beslo ten. Dat geldt voor elke zienswijze die althans het persoon-zijn van de mens erkent; of die zienswijze nu christe lijk is of louter humanistisch." aldus de bisschop, die er aan toevoegde dat verruiming van de mogelijkheden voor abortus neerkomt op prijsgeven van (en in elk geval tornen aan) de waarde en de waardigheid van de mens zelf als grondslag van de sa menleving. Collectiviteit Hij meende dat men met de nieuwe abortuswetgeving een bedenkelijke weg in dreigt te slaan, te weten die van het collectivisme. „Daarin wordt de individuele mens van subject tot object, ten gebruike van de collectivi teit. De eerstvolgende stap wordt dat ook dat mensen hun leven niet langer zeker zijn die wegens lichamelijke of geestelijke onvolwaardigheid, we gens ouderdom of ongeneeslijke ziek te, of zelfs wegens bepaalde ideeën of strevingen van geen nut of schadelijk worden geacht voor de collectiviteit." Ook andere sprekers zagen een derge lijk afglijden naar vernietiging van elk leven dat niet „nuttig" meer is al in het verschiet. De ethicus prof. dr. W. H. Velema (hoogleraar aan de Theologische Hogeschool in Apel doorn) bijvoorbeeld, die betoogde dat er weinig fantasie voor nodig is om te bedenken dat wetten met betrekking tot (liquidatie van) andere groepen dan ongeborenen op de abortus-wet geving zullen volgen. „Wie menen nü geen argumenten te hebben om dit wetsvoorstel af te wij zen, zullen straks evenmin argumen ten hebben om legalisering van euthanasie te keren. Niet slechts de ongeneeslijk zieken komen daarvoor in aanmerking, maar ook de demen terende bejaarden, de psychopaten, die te lastig zijn of te veel geld kosten, de diep geestelijk gestoorden zullen onder de valbijl van een moderen utilistisch ethos het leven verliezen," aldus prof. Velema. „Als dit wetsont werp wordt aangenomen, zijn de nor men terzake van het ongeboren leven gevallen. Het zedelijk oordeel wordt geheel aan de vrouw ën haar arts overgelaten." Op het congres waren aanwezig on der meer bisschop Simonis (links), prof. dr. F. Alting von Gensau (midden) en Tweede Kamerlid Van Leijenhorst (CDA). In de betogen van de vele sprekers werden tientallen juridische, sociale, religieuze, politieke en ethische argu menten tegen het wetsvoorstel aan gedragen. Enkelen hielden zich ook uitvoerig bezig met de nood van de ongewenst zwangere vrouw en met name mevrouw mr. dr. F. T. Diemer- Lindeboom hield een lang referaat over de geschiedenis en huidige mo gelijkheden van adoptie in ons land. En bisschop Simonis zei: „Het kan niet genoeg worden herhaald dat voor de nood van de vrouw en andere betrokkenen alle begrip en meeleven moet zijn en dat daarin op velerlei wijzen hulp kan en moet worden ge boden. Maar dat men de nood van de ene mens zou oplossen door de dood van een ander mensenleven, blijft in elke nog menselijk te noemen samen leving ontoelaatbaar." Dat ontoelaatbaar werd ook uitge sproken door dr. M. J. J. A. Imkamp, voormalig Kamerlid voor D'66, die rond het wetsontwerp inzake abortus al „Eichmann-effecten" zag opdoe men, waarmee hij zich in feite aan sloot bij mgr. Simonis en prof. Vele ma. Imkamp wees er op dat Eich- mann zelf nooit een moord maxi maal één keer heeft begaan, maar wel de organisatie op zich nam voor de vernietiging van tallozen. Door het abortus-wetsontwerp te aanvaarden, zouden politici naar zijn mening in dezelfde situatie komen. „Zij geven het kader aan waarbinnen de vrouw tot moord over kan gaan," zei hij. Dr. Imkamp riep politici op hun ver antwoordelijkheid in te zien. En hij .adviseerde de aanwezigen hun lid maatschap van omroepverenigingen op te zeggen als die programma's brengen, waarin abortus wordt geto lereerd. Hij voegde er aan toe zelf zijn 14-jarig lidmaatschap van de VPRO om die reden te zullen beëindigen en over te stappen naar de EO. „Dat doe ik op grond van het abortus standpunt van de EO. Het betekent niet dat ik de EO niet een stukje ironie toewens, maar waar men werkt worden nu eenmaal fouten gemaakt. Ik moet ook leden van het CDA aan bevelen hun lidmaatschap op te zeg gen. Ik heb recht van spreken, want ik heb zelf op Van Agt gestemd, het geen móeilijk was, want ik zat voor een andere partij in de Kamer." Volgens dr Imkamp maakt het wets- Door Jac. Kort Mr. dr. M. J. J. A. Imkamp, een der sprekers op het congres. ontwerp iedere zwangere vrouw tot rechter. „Op gezag van de politici spreekt zij straks het doodvonnis uit over haar kind." Vaders Verscheidene sprekers wezen er op dat in de discussie over abortus de rol van de verwekkers niet ter sprake is gekomen. Mevrouw Beerman-de Roos, kinderarts, pleitte er voor dat de vaders van kinderen die door vrou wen ongewenst worden geacht in op stand komen. „Dat zou een hele ken tering geven in de discussie," zei ze. Enkele juristen brachten juridische protesten tegen het wetsontwerp in stelling. Zo betoogde prof. jhr. dr. F. A. M. Alting von Geusau dat Neder land zich met het ontwerp op een hellend vlak begeeft. Hij bestreed de opvatting dat de wetgever zich moet aanpassen bij maatschappelijke ont wikkelingen. „Ais het om essentiële beginselen van de rechtsorde ging is men altijd tegen de maatschappelijke ontwikkelingen in gegaan. Dat er arbeidswetten kwa men, was geen gevolg van het feit dat de arbeiders het in het kader van maatschappelijke ontwikkelingen zo goed hadden, integendeel. En ook wetten die rassendiscriminatie be strijden, gingen regelrecht tegen de maatschappelijke ontwikkelingen in." Een verpleegkundige riep haar colle gae op medewerking aan abortus pro vocatus in ziekenhuizen te weigeren. Tussen de toespraken door werd mu ziek ten gehore gebracht. door André Rutten AMSTERDAM Wiesje (Louisa Maria) Bouwmeester, de Jongste dochter van de be faamde Louis Bouwmeester, is vrijdag Jl. overleden. In au gustus zou zij zeventig Jaar geworden zijn. Zij had al ge ruime tijd hartklachten en was daarvoor opnieuw in het Wilhelmina-ziekenhuis opge nomen. Wiesje Bouwmeester maakte haar de buut in het gezelschap van haar va der toen ze net dertien Jaar was. als Kareltje in ..voerman Henschel" van Hauptman. Haar laatste rol speelde zij nog maar enkele maanden gele den: de njanja in Tsjechows „Drie Zusters" bij het Publiekstheater, en enkele maanden daarvoor, aan het begin van het seizoen, bij hetzelfde gezelschap, een verwante figuur in Tjsechow „Oom Wanje". De gave natuurlijkheid, die zij daarin bereikte, was tekenend voor de laat ste periode van haar loopbaan, en misschien voor haar hele. die niet zozeer spectaculair is geweest als veelzijdig. In die beide Tsjechow-rol- len verscheen zij in die kleine brokjes samenleving als een weinig opvallen de, maar vanzelfsprekende, levens lang zorgende aanwezigheid, verwe ven met het hele leven van bijna iedereen. Behalve met dat van som mige nieuwkomers, zoals schoonzus Natasja in „Drie Zusters", die haar dan ook klein stukje schrijnende tragiek als niet meer nuttig het huis uit wil hebben. Toch is dat een moment, waarop juist de waarde en de betekenis van de oude njanja voor de anderen duidelijk belicht wordt. De manier, waarop Wiesje Bouw meester daarop reageerde, was tege lijk zo onderdanig als zij zich in haar zorgzaamheid haar leven lang gedra gen heeft, maar ook getuigend van haar gekwetste gevoel voor eigen waarde. dat zij terecht aan die levens lange zorg ontleend heeft. Een zwij gende, maar treffende kritiek op het gedrag van de schoonzuster. Wiesje Bouwmeester werkte dat met subtie le kleine middelen raak uit. Haar al tijd doorgaande zorgzaamheid was in Oom Wanja wat nadrukkelijker in beeld gebracht door de njanja daar bijna constant appelen te laten schillen. Wiesje Bouwmeester was 28 augustus door Ber Huising Wiesje Bouwmeester 1909 in Amsterdam geboren. Zij heeft bij haar eigen vader gespeeld, bij Ruys, ook in de Nationale Revue, de Bouwmeester-revue bij het cabaret van Toon Hermans. Zij heeft ook een eigen gezelschap gehad, waarmee zij o.a. Indië bezocht. Verschillende ja ren was zij lid van de hoorspelkern. De laatste jaren heeft zij bij verschil lende gezelschappen gastrollen ge speeld. door André Rutten DEN BOSCH Het zuidelijk toneel Globe heeft onder re gie van Ulrich Greitf een zorg vuldige en daardoor boeiende voorstelling gemaakt van Lessings „Minna von Barn- helm" zaterdagavond ln de Casino-schouwburg van Den Bosch. BIJ de Saksische domineeszoon Gott- hold Ephraim Lessing (1729-17(11, twintig Jaar ouder dan Goethe) be gint de Duitse toneelschrijfkunst. Al hoewel hijzelf vond, dat hij ten ont recht als dichter, als kunstenaar ge roemd werd. HIJ wilde reële mensen van zijn tijd op het toneel uitbeelden. Dat doet hij in „Minna von Barn- Speciaal vandaag helm" (ln 1767 verschenen), het eer-1 ste, en nog altijd beschouwd ais het beste Duitse blijspel. Voor Lessing kon er van kunst slechts In Simonskoop grafmenten uit de nieuwe speelfilm „Deer- hunter". Ned. 1/20.10 Bedoeld als inleiding voor de serie Holocaust vertoont de TROS de film „Endlösing", een Duitse documentaire over de Jodenvervolging van 1933 tot 1945. Ned. 1/21.55 De liefde van Donal en Sal ly is een Engels tv-spel over de relatie tussen geestelijk ge handicapten. Ned. 2/22.00 Over de machthebbers die Napoleon op de knieën dwon gen gaat de tv-film „Ein Frie- den für die armen Seelen". Duitsl. 2/21.20 Gespreksthema in „Plein Publiek" is de rol die het werk in ons leven speelt. Hilv. 2 9.00 In „Het Leesboek" van de VPRO kunnen luisteraars via de telefoon hun favoriete ge dichten en prozafragmenten voorleien. II ft v3 01.02 Liesbeth Coops als freule Minna von Barnhelm in de voorstel ling van Globe sprake zijn, als zij samenviel met natuurlijkheid. Die „natuurlijkheid" van het stuk brengt Ulricht Greiff met zijn spelers zeer genuanceerd tot leven, al is uit de inleiding van zijn dramaturg Lothar Schwab ln de tekstuitgave 3,50) te herkennen, dat ook gebruik gemaakt is van de verfijnde manier, waarop Lessing oude theatertradities ln die natuur lijkheid inpastte. Het is wel de natuurlijkheid van toen het stuk speelt op 22 augustus 1763, in een Berlijnse herberg, kort na het einde van de zevenjarige oorlog tussen Pruisen van Frederik de Grote en Saksen met bondgenoten maar je herkent die natuurlijkheid vrij snel. Vooral ln de meer intieme scè nes, zoals die tussen freule Minna von Barnhelm (Liesbeth Coops) en haar kamermeisje (Guusje van Tilborgh), van boeren-afkomst, maar tegelijk met de freule opgevoerd. Het verschil in stand is, ook in de manieren, wel duidelijk, maar de openhartige ver trouwelijkheid overheerst, waardoor kritische opmerkingen van het meis je als natuurlijk aanvaard worden, ook door de freule. De feodale trekjes in haar worden naar de achtergrond gedrongen door de onafhankelijkere, vrijere opvattingen van de opkomen de burgerij van die dagen, waarnaar zij in feite leeft en handelt. In dat opzicht corrigeert zij drastisch (en daar gaat het bijspel over) de feodale eeropvattingen bij haar verloofde, majoor von Tellheim, die overigens ook naar de nieuwere opvattingen handelt (Theu Boermans). Zij is hem in Berlijn is komen zoeken, omdat zij al maanden niets meer van hem ge hoord heeft. Bij het sluiten van de VTede is hij als majoor uit het Pruisi sche leger ontslagen, Is bovendien gedeeltelijk invalide, heeft al zijn geld verloren, heeft geen enkele maatschappelijke betekenis meer, vindt dus dat hij Minna niets meer te bieden heeft, totdat hij ln ere hersteld zal zijn. Het blijspelkarakter van het stuk ligt ln de gelukkige afloop, ook ln de spitste dialogen tussen freule en ma joor, en ln de reacties van hun „knechten", de traditionele bijspelfi guren op een gelukkige manier ver menselijkt juist ln de verhoudingen met hun „meesters" (Guusje van Til borgh. Michel van Rooy, John Ley- sen). Met daarnaast nog de waard als geslepen politiespion (Henk Uiter- wijk) en een de Frans-Pruisische hof- tradities hekelende hoffiguur (Theo .de Groot). Dekor en kostuums van Wolf Münzner ondersteunden de na tuurlijkheid van het spel door in een sober toneelbeeld kenmerkende ele menten voor de werkelijkheid van de Berlijnse herberg van toen aan te brengen. Een treffend beeld van een beginnen de burgerlijke samenleving waarvan wij twee eeuwen later weten hoe het verder is gegaan is. Zaterdagavond in Amster dams Suikerhof, een gauw stampvol, rokerig zaaltje, ou derwets echt voor cabaret, maakten we Joke van Leeu wen mee in haar, jammer ge noeg nogal korte, programma Moeder dan Gisteren. Zo dat zij het podium opkomt om te zeggen dat ze ergens binnenkomen altijd zo moeilijk vindt, is ze er al en staat ze daar zoals ze is, sterk per soonlijk en dus oorspronkelijk, met eigen teksten, eigen humor, over wat ze zelf heeft waargenomen en over dacht, en kort en bondig weet te brengen, het een na het ander. En je hebt het maar te nemen, Je slikt het trouwens graag, totdat zij van de eeuw van het kind, het jaar van dit en de maand van dat, aan het kwartier van de pauze toe Is. Daarna gaat ze met dezelfde vaart nog even voort, totdat ze komt aan het einde, waarop andere artiesten hun publiek vragen om even mee te doen en mee te zin gen, maar zij heeft liever een paar minuten stilte, want dan kun Je beter horen wie er niet meedoet. Ze is (was) eenvoudig in het zwart, ze heeft een stevige stem, een fel paar ogen, en, in Henrlëtte Oudshoom. een volledig bijpassende goede pianiste. Ze heeft het, behalve bij dat binnen komen, nog meer over gezellig en leuk bedoelde bijeenkomsten van vreemde mensen: een housewarming- party van deftige lieden, een reünie van oud-scholieren met hee ben jij het? hoe gaat het? en verder niets. Zij vertelt en speelt de angsten van een kind, of de trots van een lieve, debiele vlaggennaaister met kleine kunstjes: ken je dat? ken je niet hè? Ze houdt een korte, komisch nietszeggende le zing over de vrouw in de kunst, en heeft het over rampen met vele doden die gelukkig niet zo erg zijn, want er waren geen land- of rasgenoten bij betrokken. Ze holt het vriendelijk be grip voor gastarbeiders volkomen uit. En in haar argwaan tegen onze ge schiedenisboekjes probeert ze of je, al vallend, de beroemde woorden Mon Dieu, mon Dieu, ayez pitié de moi et de mon pauvre peuple, er nog uit kunt krijgen. Om te bewijzen dat Willem de Zwijger dat niet meer ge zegd kan hebben. AMSTERDAM Om de zé- veel jaar komt de Nederlanjh se Operastichting met een s rie voorstellingen van de 1947 daterende opera „Albeifci Herring" van Benjamftt Britten. d< De componist had in die tijd succes geoogst met „Peter GrimAn en „The Rape of Lucretia" en wil r, het nieuwe seizoen inzetten met j r bert Herring" door tien vocalisten Ja: dertien musici. Zijn tekstdichter Q»|i zier bewerkte voor hem een nove n van Guy de Maupassant, waarin hoofdfiguur, een niet al te snugiji moederszoontje van begin twintig j die, aangezien er geen enkel meisje het dorp is dat waardig wordt beva^ den om tot Mei-koningin te wordipr uitgeroepen, de eer te beurt valt M koning te worden gemaakt. Een h( stoet van mallotige mensen helpt 1 feest op touw zetten: de tirannie all lady, die liefdadigheid bedrijft ijzeren hand, de dominee, de burfy meester en de commissaris van pi at tie en, niet te vergeten: Ma Heerii e die haar zoon als een kleuter naar b h stuurt en hem op een pak voor broek onthaalt. Alcohol in een gi dosis genuttigd moet van Albert flinke vent maken en dat is dat. hoeft nog geen geheelonthouder zijn om hier vraagtekens te zetter Vastgesteld dient te worden, dat Bi jamin Britten zijn enorme inventl teit en zijn bekwaamheid in 1 schrijven voor zangstemmen en kest ook bij dit minder geslaag libretto volledig heeft ingezet. Dat daarmede veel heeft goed gemaa zonder echter tot een in alle opzli ten geslaagde opera te komen, is d 4 delijk. Het zelfde kon gezegd worden vanL, voorstelling. Annet Andriesen, Mr Willems, Meinard Kraak, Schaap, Henk Smit, Sophia van S$a te, Alexander Oliver, Michael Hate well en in iets mindere mate An nette Tiemessen gaven veelal uits kende vocale prestaties te belu; ren. Maar mede ten gevolge van J feit, dat regisseur Jan Bouws meend had, er een nog dollere 1 van te moeten maken dan het s werd de voorstelling allerminst overtuigende aangelegenheid. Jochem Slothouwer was de en vervulde tevens de pianopai Met hem speelden twaalf musici i het Radio Kamerorkest (niet alt?' even zuiver) de begeleiding. Wie „Albert Herring" alsnog wil z kan daarvoor op 27 maart terecht^ 'Amsterdam, de 29e in Schevenlngf op 3 april in Groningen en de f Rotterdam. Alles wat zij doet doet ze maar ev En kort, omdat wij het best wat II ger hadden willen hebben. Maar het gezegd is is het gezegd. Op 1 eigen pittige wijze geeft Joke heeft. En meer niet. Joke van Leeuwen (links) en Henriëtte Outshoorn door Jac Kort Dr winnares, Theodora Geraets, dolblij met haar prijs. Naast haar prins Claus. AMSTERDAM Zaterdag is in de Kleine Zaal de finale gehouden van het tweejaar lijks Nationaal vioolconcours onder auspiciën van de Stich ting „Studiefonds Oskar Back". De finale begon 's och tends om half elf en eindigde eerst tegen omstreeks acht uur. De hoofdprijs „Etienne Alvares Cor- rea" heeft het karakter van een stu diebeurs en stelt de winnaar in staat gedurende een jaar in het buitenland te studeren. Dan is er de „Elisabeth Back-prijs", die de winnaar in staat stelt in binnen- of buitenland een aanvullende studie te volgen. Voorts zijn er nog prijzen te behalen, die beschikbaar zijn gesteld door de ge meente Amsterdam en door Done- mus en eindelijk heeft koningin Juli ana haar in 1691 gebouwde viool voor een bruikleenperiode van twee jaar ter beschikking gesteld aan de deel nemer in de eindronde die zich heeft onderscheiden op het gebied van de kamermuziek. De gelukkigen, die tot de finale had den weten door te dringen waren: Irene den Herder, geboren in 1957, Theodora Geraets, geboren in 1961, Lodewijk da Silva Rosa, 1959 en lem Blokbergen, 1958. V Ieder van hen had gedurende eenfcj het volgende programma uit te ren: Sonate in A groot van Cor Geminiani, Sonate in Bes groot, I van Mozart, Allegro en PassacaF van Nico Schuyt, Vioolconcert d< van Brahms en een keuze uit korte werken van Tsjaikowsky, Sarasate of Paganini. De jury die van 's ochtends half ell 's middags vijf uur al dit muzil j geweld over zich heen moest li" gaan, bestond uit André Jurres, v zitter, Etienne Alvares Correa, lem Noske, Jaap Schroder en Da) van Wély. Circa half acht opende Everhard J' Royen de slotzitting, die tevens bijgewoond door prinses Bear. prins Claus, mevr. Gardeniers, mil01 ter CRM en de heer Polak, bu. meester van Amsterdam. André Jurres maakte hierna de slag van dit concours bekend. 6. hoofdprijs 16.000,-) werd verle 11 aan de 18-jarige Theodora Geri De tweede prijs 8000,-) ontving lem Blokbergen. De Donemusj 2000,-) was voor Lodewijk da J Rosa. De priijs van de stad Am dam van hetzelfde bedrag was Irene den Herder, die bovendien handen van prinses Beatrix de 111 van de koningin in bruikleen kr*e

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1979 | | pagina 4