genoeg, maar waar kan ik mijn boot kwijt? Abortus neemt toe in sommige groepen DAF Trucks Zeilplank is nog steeds in opmars ;"3iswa schetst te optimistisch beeld Koopcentrum Ede mag niet groter Godsdienst voor jonge meisje geen belemmering Niet bereikt door stroom voorlichting RIJDAG 2 MAART 1979 TROUWKWARTET P 15 RHS 17 Bedankt mannen! Voor automobilist en truck chauffeur moet het een gerust stellend gevoel zijn geweest om steeds maar weer tussen al die pakken sneeuw en al die zware sneeuwjachten in dat oranje zwaailicht van jullie sneeuw ruimers en pekelstrooiers op de weg te zien verschijnen. Daarom aan al diegenen, die achter het stuur zaten, die het materieel aan de gang hieldea die het zout inlaaddea die de zoutaanvoer regelden, die op hun post waren bij het eerste (nachtelijke) telefoontje om de wegen vrij en veilig te houden: bedankt mannen! Ook deze winter kreeg weer menige DAF truck 't ijzer voorgebonden en 't zoutvat opgeladea oor Dick Ringlever MSTERDAM Voor zo'n slordige 65 miljoen zal er van andaag tot en met 11 maart op de Hiswa in de Amsterdamse ?AI aan schepen te pronk liggen. Ruim 1500 vaartuigen van [lein tot zeer groot. Alsof de welvaart geen grenzen kent. waterland Nederland lijkt de wa- irspoft nog immer aan populariteit winnen. Volgens een raming van de zijn er op het ogenblik 180.000 in de vaart (waar- 60 procent kleiner dan zes meter). men daarbij de vloot van kleine lotjes (roei-, vis- of bijbootjes) dan >mt men dik op het dubbele. >ch en bouwers en importeurs rhullen dat niet de stormachti- groei van het begin van de jaren ventig lijkt er een beetje uit. Niet it de animo voor een eigen schip zou n afgenomen (onderzoekingen wij- n op het tegendeel), remmend jkt vooral het beeld te werken, dat buitenwacht heeft van de Neder- rdse wateren: overvol en chaotisch. dat beeld juist? Natuurlijk: de HIS- A-bestuurders betwisten dat ten ïlligste. Nederland vol? Kom nou! i ze ondersteunen die bewering met uitkomsten op het rekenmachien- Aan vaarwegen breder dan zes iter heeft Nederland 313.800 hecta- Zet daar tegenover de 190.000 artuigen grote vloot (de HISWA udt het op 10.000 meer dan de fWB) en de conclusie kan geen an- re zijn. dan dat elk schip een ruim- heeft van 1,65 ha. In werkelijkheid die ruimte nog royaler, zegt de swa, als men bij het rekenen in «nmerking neemt dat zelfs op hoog- dagen maar een derde deel echt Jftrt (d rest ligt. hebben luchtver- ^rningen aangetoond, in de jacht- ven of elders gemeerd). Dat zou dus betekenen, dat per schip een ruimte van 4,8 ha beschikbaar is. De Hiswa-bestuurders gaan zelfs nog een stapje verder. Zij zeggen er, overi gens volkomen willekeurig, van uit te gaan, dat een vaardichtheid van twee schepen per hectare aanvaardbaar kan worden geacht. Een eenvoudig rekensommetje leert in dat geval, dat de totale capaciteit van ons vaarwa ter meer dan 600.000 schepen zou belopen en provincies als Drente en Limburg goed zouden kunnen zijn voor 7400 resp. 8600 jachten. Waar zeuren we dan eigenlijk nog over? Nederland vol? Dat lijkt maar zo! Dat zou je misschien kunnen con cluderen uit de drukte bij sluizen en bruggen op hoogtijdagen, maar dan doe je eigenlijk hetzelfde als uit de dagelijkse files bij de Coentunnel concluderen dat de verkeersdrukte in zuidoost-Groningen te groot is. Ligplaatsen Maar zo simpel is het natuurlijk niet. Weliswaar kloppen de cijfertjes wel, maar in de praktijk heeft de water sporter daar niets aan. Voor hem is van veel groter belang de vraag: hoe bereik ik al dat water? Waar vind ik een ligplaats? Het antwoord op die vragen is lang zo gemakkelijk niet met een rekenmachientje te geven. Er is een groot tekort aan jachtha vens. Voor bruggen en sluizen vor men zich regelmatig honderden me ters lange files, wat de doorvaart naar Waar je zelfs op de drukste wate ren nog wél mee uit de voeten kunt en waarvoor ligplaatspro blemen onbekend zijn, dat is de zeilplank. Voor het eerst in het begin van de jaren zeventig door Ten Cate op de Nederlandse markt gebracht, heeft dit nieuwe fenomeen op de plassen nu een ware rage ontketend. Die ont wikkeling weerspiegelt zich op de tentoonstelling, die niet min der dan 17 merken laat zien. in lte prijs variërend van 900 tot 2500 de gulden. en Er is een groot aantal nieuwe types bijgekomen, waarvan er twee qua ontwerp geheel afwij ken van de tot nu toe bekende modellen: de Shark van Renka le (stand 29) en de nieuwe zeilplank e6 van Poly-Service (stand 230). De eerste plank heeft als voor deel. dat hij op verschillende lengten kan worden gebruikt, doordat hij in gedeelten kan worden opgebouwd. Koppelt men voor en achterkant aan el kaar dan levert dat een bran dingszeilplank op (ideaal voor surfen op zee). De tweede plank kan worden ge maakt uit een bouwpakket. De plank bestaat uit een polyure- taan schuimkern, die met poly ester bekleed wordt. Alle nodige mallen, materiaal en gereed schap worden bijgeleverd. Iets wat het midden houdt tus sen zeilplank en zeilboot is de Sunfish. die Ten Cate (stand 204) voor Europa in licentie bouwt. Hoewel het bootje vooral in Amerika en Canada al erg popu lair is. wordt het op de Neder landse wateren nog nauwelijks gezien. Officieel is het 4.20 lange bootje een eenmans-racertje, maar met z'n tweën kan men er ook gemakkelijk mee het water op Sympathiek is de prijs: 2500 gulden inclusief latijnzeil. rustiger water nauwelijks mogelijk maakt. De Hiswa erkent dat. Zij heeft zelfs uitgerekend hoe groot dat tekort is: als alle niet thuis te parkeren boten een vaste ligplaats zouden hebben, zou de totale jachthaven-accommo datie zeker tweemaal zo groot moe ten zijn als thans het geval is. De Hiswa vindt dat een treurige zaak, ook uit het oogpunt van milieube scherming. Want het betekent, dat een groot deel van de jachten nu noodgedwongen zo maar ergens aan de oever moet worden gemeerd en dat al die boten samen daardoor zo'n 750 km wallekant in beslag nemen. Nieuwbouw De conclusie ligt dus voor de hand. Er moeten meer jachthavens komen. geëxploiteerd in de commerciële sfeer. Er wordt zelfs een zakelijk ad vies bij gegeven: havens met een ca paciteit tussen de 250 en 400 ligplaat sen renderen het best. Natuurlijk: het bouwen van zo'n jachthaven is technisch nauwelijks een probleem. En hij zal ook nog wel economisch kunnen worden geëx ploiteerd. Maar veel moeilijker is het daarvoor een goede plaats te vinden en als die er al is het plan rond te krijgen. Want er moeten nogal wat instanties goedkeuring geven. Rijks waterstaat. de gemeente, en milieu commissies, om er maar een paar te noemen. En in de praktijk blijkt dat lang zo eenvoudig niet als het op papier zou kunnen lijken. De angst voor het ontstaan van grote pretpro- jecten in haast per definitie natuur gebieden, is ook begrijpelijk. Even simperl maar ook even moeilijk uitvoerbaar is de suggestie van de Hiswa wat te gaan doen aan de knel punten. Binnenkort komt de vereni ging met een brochure met aanbeve lingen daarvoor. Streef ernaar de sluizen te verbeteren en de bruggen op een doorvaarhoogte van minimaal 2.50 meter te brengen, zegt de Hiswa. Alleen al door die laatste voorziening zou het gros van de naar schatting 112.000 open en gesloten motorjachten en het meren deel van de zeiljachten met strijkbare masten onbelemmerd kunnen passe ren. Tevens bereikt men ermee, dat in onbruik geraakte riviertjes en kana- lan weer voor de recreatie beschik baar komen. Het watersportprobleem in beeld: de bestaande havens zijn overvol (boven) en plaatsen voor de aanleg van nieuwe havens zijn moeilijk te vinden. Gemakkelijk gezegd, maar is er wel eens uitgerekend wat het gaat kosten bruggen te verhogen en nieuwe slui zen te bouwen of oude te vergroten nog afgezien van de vraag of dat wel mogelijk is? Imago Dat de Hiswa zich moeite getroost het imago van de watersport wat op te poetsen, congestie-verschijnselen weg te praten en de asplrant-bootko- per een zee van water voor te spiege len is zakelijk gezien te begrijpen in een tijd, dat er een einde lijkt te komen aan de groei van de jacht- vloot. Maar de Hiswa-ganger doet er zeker als hij in de Randstad het water op wil goed aan dit soort verkooppraat niet het oor te lenen. Van een onzer verslaggevers EDE Het Berko-koopcentrum in Ede, dat op Oudejaarsdag volkomen afbrandde, mag bij herbouw niet veel groter worden dan het was. B. en w. hebben gisteren laten weten dat het koopcentrum hoogstens 3000 vier kante meter mag omvatten. Het oude koopcentrum was 2500 vierkante me ter groot. Dat is een flinke tegenvaller voor directeur P. Berkhout, die plannen had laten maken voor een koopcen trum van maar liefst 7000 vierkante meter. B. en w. hadden al eerder laten weten dat daar niets van kon komen, omdat een dergelijke nieuwbouw be zwaren zou oproepen van de winke liers, die in Ede een winkelcentrum willen bouwen van 6000 vlerkante .meter en daarbij zijn uitgegaan van een oppervlakte van 2500 vierkante meter van hun concurrent. De brand blijkt daar niets aan te hebben veranderd, hoewel de heer Berkhout de afgelopen maanden op alle mogelijke manieren heeft gepro beerd zijn zin te krijgen, zelfs door brieven te sturen aan de minister president en de ministers van econo mische zaken, sociale zaken, volks huisvesting en ruimtelijke ordening, de staatssecretaris van economische zaken en de commissaris van de ko ningin in Gelderland. door Cisca Dresselhuys AMSTERDAM Hoewel het aantal gevallen van abortus bij Nederlandse vrouwen de laatste jaren steeds verder gedaald is (het is nu ongeveer stabiel op zo'n 16.000 per jaar) is gebleken, dat er toch een paar groepen vrouwen en meisjes zijn, bij wie de abortus niet daalt, maar integendeel stijgt. Een van deze groepen betreft de jonge meisjes (andere zijn: oudere, alleenstaande vrouwen, Surinaamse vrouwen en vrouwen van buitenlandse werknemers). Een van de belangrijkste oorzaken van deze stijging is het feit dat deze meisjes en vrouwen klaarblijkelijk niet worden bereikt door de stroom van voorlichting over een goed ge bruik van voorbehoedmiddelen. Hoe het nu zit met die jonge meisjes, die een abortus ondergaan, heeft drs. G. Passier. socioloog bij het FIOM de landelijke vereniging van organi saties voor hulpverlening bij zwan gerschap en alleenstaand ouderschap uitgezocht aan de hand van gege vens uit Rotterdam, waar de plaatse lijke abortuskliniek per jaar zo'n ze venhonderd minderjarige cliënten "krijgt De gegevens van 665 minderjarige meisjes, die in de periode van 1973 tot en met 1977 in contact kwamen met het Rotterdamse FIOM-bureau. wer den gebruikt voor dit onderzoek. In 1973 kwamen er 116 minderjarige meisjes om hulp bij het FIOM, in 1977 waren dit er 151. Twintig procent van deze meisjes was zestien jaar of jon ger en de tendens naar verjonging is er nog steeds: in 1977 was 31 procent jonger dan zestien. Wat betreft het opleidingsniveau'. 34 procent van de meisjes had voortgezet onderwijs ge volgd of was daar nog mee bezig, 34 procent had lager beroepsonderwijs en 21 procent had middelbaar of ho ger beroepsonderwijs. De nationali teit van de meisjes was overwegend Nederlands (80 procent, waarvan twaalf procent Surinaamse Nederlan ders). Daarnaast had twaalf procent de Belgische of Duitse nationaliteit. De overige acht procent bestond vooral uit vrouwen van gastarbei ders. Godsdienst Ook het godsdienstig milieu van de meisjes werd geregistreerd: 26 pro cent was afkomstig uit een rooms- katholiek milieu, vijftien uit een pro testants-christelijk, dei tien procent kwam uit een buitenkerkelijke fami lie, zes uit een milieu met een andere godsdienstige overtuiging en van veertig procent was het godsdienstig milieu niet bekend. Tenminste 47 procent bleek dus afkomstig te zijn uit een godsdienstig milieu. De religieuze opvattingen vormden voor deze minderjarige meisjes geen belemmering om te kiezen voor abor tus als oplossing van het probleem van de ongewenste zwangerschap. Soms bleek de godsdienst zelfs een dwingende reden voor de abortus, zoals in het geval van een twintig Jarige Surinaamse met de Hlndoes- taanse godsdienst. Binnen de Hin- doestaanse godsdienst is sex voor het huwelijk ten strengste verboden; wordt hiervan afgeweken dan is de kans op totale uitstoting zeer groot. Op grond daarvan hadden het meisje en haar vriend besloten om. buiten de ouders om, abortus te laten uit voeren. Een ander voorbeeld van een meisje van hervormde huize: een achtienja- rlg meisje, dat sinds haar moeder overleden is. de zorg draagt voor het gezin, dat verder nog bestaat uit haar vader en twee broertjes en een zusje. Het meisje vindt dat ze haar vader niet kari lastig vallen met het pro bleem van haar zwangerschap. Bo vendien vindt zij, dat zij, die tenslotte de verantwoording voor een heel ge zin heeft, dit probleem wel zelf met haar vriend kan oplossen.. Van de onderzochte groep bleek 72 procent in het geheel geen anticon ceptie te hebben toegepast, terwijl 20 procent dit wel deed. maar op onvol doende of onjuiste wijze. Redenen De belangrijkste redenen waarom de jonge meisjes een abortus willen, ble- ken te zijn: men vindt zichzelf te Jong. te onzeker om een kind te kunnen hebben; de relatie met de vriend is niet van dien aard dat een kind wel kom is; de meisjes willen hun oplei ding afmaken; ze hebben geen inko men of huisvesting of het kind is volstrekt onbedoeld. In verreweg het merendeel van de gevallen zijn ouders van de meisjes niet op de hoogte van de zwanger schap en dus ook niet van de abortus. Hoewel in gesprekken met de meisjes en hun eventuele partners gepro beerd wordt na te gaan. waarom men denkt de ouders niet op de hoogte te kunnen brengen, is het niet zo, dat er alleen een abortus kan worden toe gestaan wanneer de ouders ingelicht zijn. Als het meisje zelf van mening is, dat zij het haar ouders niet kan ver tellen. maar ze is zelf overtuigd van de Juistheid van haar beslissing, dan geeft haar wens toch de doorslag, schrijft drs. Passier in het laatste nummer van de maandblad Geeste lijke Volksgezondheid. DAF Nederland Bednjfswagen B V. Postbus 152,5600 AD Eindhoven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1979 | | pagina 17