Olieraffinaderijen schakelen om Vennootschapsbelasting in Ierland sterk omlaag Traditie bepaalt vaak nog bedrijfsopvolging Vredestein mag in Renkum bouwen Meer hoogwaardiger produkten Brazilië aantrekkelijk poor investeerders Andriessen bereid tot financiële risico's Land wil nog meer buitenlandse bedrijven Geen akkoord over granen Lijnvluchten uit VS afgelast door brandstofschaarste VRIJDAG 16 FEBRUARI 1979 FINANCIEN EN ECONOMIE TROUW/KWARTET P 17 - RHS 19 Van een onzer verslaggevers (AMSTERDAM „Wij zijn niet van plan onze raffinaderij te sluiten. Wel jullen we onze raffinagecapaciteit verminderen van 16 miljoen ton tot 8,5 niljoen ton per jaar. Verder omlaag kunnen we niet gaan. Dan zouden we noeten stoppen en dat doen we niet". 5 Aldus een woordvoerder van Esso «v derland. Hij reageerde daarmede op in uitspraak van minister Van Aar- lenne van economische zaken, ge daan in een NOS-actualiteitenru- iek. Deze zei daarin, dat de raffina- ipaciteit in het Rijnmond-gebied t worden afgebouwd en dat de tmlsche industrie rond Rotterdam et overschakelen op een andere en loogwaardiger produktie. Wij als Esso Nederland", zo zegt de woordvoerder, „verkeren in de geluk- jtige omstandigheid, dat we de beslis- "1 mg hebben genomen één van onze wee destillatie-eenheden om te bou- •J; wen in een conversie-eenheid bedoeld om zwaardere in lichtere aardolie a irodukten om te zetten. Met onze (verblijvende destillatietoren draai- tn we op dit moment op 75 procent is van onze capaciteit. Dat is zo'n 6.8 R miljoen ton per jaar. Voldoende om io onze Nederlandse klanten te voor- 13 1 )nder ogen zien Volgens minister Van Aardenne kan 7 de eis van de Arabische olielanden. 2 dat ze hun produktie van ruwe olie J] voor een groter deel zelf willen ver- 4 verken, niet worden genegeerd. „Het 2 is een ontwikkeling", zo zegt de Esso jjyiederland-woordvoerder. „die wij ge- Voon nuchter onder ogen moeten jen. Iedere nieuwe raffinaderij, of leze nu komt in een ontwikkelings and of elders, betekent echter wel en concurrent erbij." Ook wij zien. dat je voor het feit itaat dat de Arabische landen met igen raffinaderijen en een eigen pe trochemische industrie gaan komen", o zegt een Shell-woordvoerder. Vandaar dat wij al enige tijd bezig ijn om onze primaire raffinagecapa- iteit (het omzetten van ruwe olie in uwe beginprodukten als ruwe benzi- le, ruwe stookolie, nafta en bitumen) e verminderen en onze secundaire affinagecapaciteit (daarbij worden Ie ruwe beginprodukten verder om- eet, dus ruwe benzine in benzine, lafta in andere hoogwaardiger [rondstoffen voor de chemische indu ce trie enz.) te vergroten." (iets nieuws ihell heeft bijvoorbeeld al een nleu- ee kraakinstallatie gebouwd teneln- le meer hoogwaardiger produkten te unnen produceren. „Wat dat be treft". aldus de Shell-woordvoerder. heeft Van Aardenne dus niets nieuws gezegd". Hij noemt het niet zo ver wonderlijk. dat de Arabische landen wel eens wat anders willen dan alleen maar olie uit de grond halen. Dat betekent overigens wel. dat er enige druk komt op de bestaande raffinage capaciteit in Europa en in Nederland. Hoe groot die druk zal zijn. zal afhan gen van de hoeveelheid ruwe olie die de Arabieren zelf zullen willen raffi neren. Vooral de Nederlandse olie-industrie meer ingesteld op bulkprodukten dan op hoogwaardige eindprodukten zal de gevolgen gaan voelen. Vol gens minister Van Aardenne zal de industrie deze ontwikkeling het hoofd kunnen bieden door zich meer dan tot nog toe te gaan bezighouden met secundaire raffinage. De Europese en met name ook de Nederlandse raffinaderijen worden al geruime tijd bedreigd door het voor nemen van een aantal Arabische olie producerende landen om zelf olie-raf finaderijen te beginnen en zo een eigen petrochemische industrie in het leven te roepen. Zo zouden de tien ledenlanden van de Organisatie van Arabische Petroleum Exporterende landen (de OAPEC) van plan zijn hun raffinagecapaciteit tegen het midden van de jaren '80 op te voeren tot 30 a 50 procent van hun totale produktie aan ruwe olie. Op het ogenblik raffi neren deze landen met elkaar nog geen 4 procent van hun produktie aan ruwe olie zelf Miljoenen dollars In de jaren '60 en ook in de beginjaren '70 is door de grote olieconcerns in Europa ten koste van tientallen mil joenen dollars een gigantische raffi nagecapaciteit opgebouwd. De door de raffinaderijen geproduceerde ben zine. petrochemische grondstoffen en andere aardolieprodukten konden zonder al te veel problemen worden afgezet. Die situatie veranderde even wel drastisch, toen de prijzen voor ruwe olie in 1973 door de olieproduce rende landen ineens werden vervier voudigd. Dit had tot gevolg dat de prijzen van de diverse aardoliepro dukten sterk omhoog gingen. Daarbij zakte de vraag onder Invloed van het olie-embargo sterk in. De bestaande raffinagecapaciteit in Europa en ook in Nederland bleek daardoor ineens veel te groot. Sedert dien draalen de raffinaderijen gemid deld op ten hoogste 75 procent van hun capaciteit en zijn daarmede in feite verliesgevend. Momenteel be schikken de negen EG-landen over een raffinagecapaciteit, die ruwweg kan worden gesteld op 850 miljoen ton ruwe olie per jaar. Voor Neder land alleen bedraagt de beschikbare raffinage capaciteit ongeveer 95 mil joen ton ruwe olie per jaar. De vraag die. gezien de onbenutte raffinagecapaciteit van dit moment in Europa, kan worden gesteld is: zullen de Arabische landen wan neer zij eenmaal een belangrijke ei gen raffinagecapaciteit hebben opge bouwd wel in staat zijn om de produkten van deze raffinaderijen te verkopen op een afzetmarkt, die toch al verstoord is? In kringen van de EG is daarop nog niet zo lang geleden geantwoord, dat de Arabieren na tuurlijk dezelfde druk kunnen uitoe- fehen die zij ook in de afgelopen jaren hebben gebruikt om hun prijzen te verhogen. De macht. In kringen van de olieconcerns kan men hetzelfde beluisteren: de Arabie ren hebben gewoon de macht. Als Europa weigert hun raffinageproduk- ten af te nemen kunnen zij de ruwe oliekraan dichtdraaien. Verleden jaar. op een bijeenkomst in Wenen van de OPEC-landen is door de olie minister van Koeweit al een dringend beroep op het Westen gedaan om de hier en daar bestaande beperkende bepalingen op de import van petro- leumprodukten te verzachten. Drei gend voegde hij eraan toe, dat het niet zo heel lang meer zou kunnen duren of het stopzetten van dergelij ke praktijken zou wel eens voorwaar de kunnen worden voor het doorgang vinden van de leveranties van ruwe olie door de Arabische landen. De Esso-raffinaderij bij Rotterdam. GENEVE (Reuter) Onderhandelin gen om de wereldgraanhandel te re gelen zijn vastgelopen. Struikelblok zijn de prijzen en de voedselbehoefte van de ontwikkelingslanden. Op een conferentie van 70 landen in Genève werd een derde poging gedaan te ko men tot buffervoorraden, die voor evenwichtige graanprijzen moet zor gen. en de leveringen aan de honge rende landen in de Derde Wereld vei lig moet stellen Op het ogenblik betekent een hogere graanproduktie juist meer honger, doordat de prijzen dalen. Voor boeren is het dan niet meer aantrekkelijk te zaaien, zodat na verloop van tijd te korten ontstaan. Daaraan een einde te maken was één van de doelstellingen van de Qeneef- se conferentie, maar voor de derde keer mislukte zij in haar opzet. Er is geen nieuwe datum afgesproken, maar de deelnemers kwamen overeen „het weer te proberen als de omstan digheden daar naar zijn". Ontwikkelingslanden vonden de in terventieprijzen die voor het aanhou den van de reservevoorraad zouden gelden te hoog. Er wordt aan de reser ve toegevoegd als de graanprijzen laag zijn (ze gaan dan stijgen), terwijl er uit de voorraad verkocht wordt bij hoge prijzen (ze gaan dan dalen). Een evenwichtiger graanmarkt is het gevolg. Naar het idee van de Derde Wereld zou een buffervoorrad echter niets voorstellen als de prijzen voor aan- en verkoop worden aangehou den die de westerse landen voorstel len. Deze wilden voor de buffervoor raad aankopen bij een prijs van 280 dollar per ton, en verkopen bij 400 dollar. Ook was cr verschil van me ning over de omvang van de buffer voorraden. en opslag van die voorra den in de Derde Wereld. Van een onzer verslaggevers AMSTERDAM De Ierse regering heeft een nieuwe belas tingfaciliteit bekendgemaakt. Deze heeft ten doel nog meer buitenlandse industriële investeerders aan te trekken De bestaande volledige belastingvrij dom op winsten uit export (van ln Ierland vervaardigde produkten» blijft nog tot 1990 van kracht. Na 1 januari 1981 zal deze belastingvrij dom echter niet meer als tegemoetko ming aan nieuwe investeerders in Ier land worden aangeboden, aldus de Industrial Development Authority IDA. Dit is een zelfstandige, door de Ierse regering opgerichte organisatie. In het kader van het nieuwe belas tingstelsel, dat overigens pas op 1 januari 1981 in werking zal treden en van kracht zal blijven tot 31 decem ber 2000, zal de vennootschapsbelas ting worden verlaagd van 45 tot 10 procent voor alle produktiebedrijven in Ierland. Deze bedrijven kunnen daarmede verzekerd zijn van één van de laagste tarieven van de vennoot schapsbelasting in de wereld. tOTTERDAM (ANP) Brazilië heeft op korte termijn een unstig investeringsklimaat maar er zijn enkele onevenwich- igheden die datzelfde klimaat op langere termijn uiterst Mizeker maken. Tot deze conclusie komt een groep van 31 tudenten economie aan de Erasmus Universiteit. >e studenten zijn de afgelopen zomer Brazilië geweest, waar zij Brazili- anse en buitenlandse ondernemin- en hebben bezocht alsmede enkele verheids- en semi-overheidsinstel- ngen. Over hun bevindingen schre- en de studenten een rapport. nvesteringen worden op korte ter- nijn gunstig geacht, ondermeer ge- ien de redelijke stijging van de Bra- -ifiliaanse produktie, de komende tijd tot 8 procent per jaar. Het rapport oemt als ander positief punt de poli- lek van de Braziliaanse regering die erecht is op het aantrekken van bui- enlandse investeringen. )e onderzoekers zijn tot de conclusie ekomen dat het land over een groot •otentieel aan grond- en hulpstoffen een hardwerkende bevolking voornamelijk ongeschoold) beschikt, tovendien kent het land een stabiel ociaal-politiek klimaat. Dit zijn vol- 3® ens de studenten gunstige voor aarden voor buitenlandse investeer- ers. die er wel rekening mee moeten S' louden dat investeringen uit het bui- enland aan veel voorschriften en be- ne« ttlingen zijn onderworpen. ii o <angere duur tp lange termijn zien de studenten levenwichtigheden. Veel zal afhan- en van het beleid van de Braziliaan- regering met betrekking tot enkele lelpunten. 4et het oog op de toekomst van de raziliaanse economie zal de rege- ing, zo menen de studenten, haar 1 fcleld moeten herzien met name ten 33( anzien van de regionale en sociale ,5, rigelijkheid. Achtergebleven gebie- jo len moeten worden ontwikkeld, het rootgrondbezit moet worden bestre- "n en de landbouw zal een nieuwe truc tuur moeten krijgen. toorts zal een inkomensbeleid moe- in worden gevoerd dat is gericht op >n evenwichtige inkomensverdeling het vergroten van de koopkracht an grotere delen van de bevolking. Ir moeten ook sociale voorzieningen IJ omen 'enslotte zullen er maatregelen geno- Jion moeten worden met betrekking de monetaire situatie. Het land i^^eelt een flinke buitenlandse schuld de inflatie is hoog 11978 rond de 45 j rocenti De sterke stijging van de l7 iflatie wordt enerzijds veroorzaakt door te hoge overheidsuitgaven en anderzijds door prijsstijgingen van de invoer. Een ander economisch pro bleem is dat Brazilië de eerstkomen de jaren zeker niet in staat zal zijn zelfstandig in haar energiebehoefte te voorzien. De onderzoekers constateren dat on danks de keuze van de militaire rege ringen sinds 1964 voor 'n vrije markt economie de invloed van de overheid groot is. Daarnaast is ook de domi nantie van de overheidsbedrijven in veel sectoren opvallen. De studenten pleiten in hun rapport voor meer de centralisatie van beslissingsmacht. Er is in Europa wel eens gesproken over het laten deelnemen van de Ara bische olielanden in de Europese olie raffinaderijen. Op zich niet zo'n vreemde gedachte. De olie industrie in Europa heeft wel de raffinaderijen en het distributie-apparaat, maar mist het belangrijkste: de ruwe olie. Zou het daarom niet beter zijn als Europa en de Arabische olielanden als partners zouden kunnen optre den, zo is gesteld. Weinig mensen De meeste Arabische landen voelen echter weinig voor dit laatste. Uit nationalistische en veiligheidsover wegingen willen zij een eigen raffina ge c.q. petrochemische industrie. Dit mede gelet op het streven van deze landen naar industrialisatie. Daarbij moet echter wel worden be dacht. dat moderne raffinaderijen in wezen weinig mensen vragen. En de Arabische landen zullen het zeker de eerste tijd niet zonder buitenland se deskundigen kunnen stellen. Voor de eigen bevolking zullen raffi naderijen dan ook weinig werkgele genheid met zich brengen. Waarbij we het dan nog helemaal niet willen hebben over de kans. dat de olie in een wat meer verwijderde toekomst wel eens minder belangrijk zou kun nen worden voor de energievoorzie ning. Vast staat namelijk, dat de voorraden ruwe olie niet onuitputte lijk zijn en dat de opmars van kerne nergie zal doorgaan. Groen licht Gedeputeerde Staten Van een onzer verslaggevers ARNHEM Ook de provincie Gelderland heeft nu groen licht gegeven voor het bouwen van een rubberfabriek door Vrede stein in Renkum. Gedeputeerde Staten hebben hun goedkeu ring gehecht aan een wijziging van het gemeentelijk bestem mingsplan Buitengebied Om aanvoer Algerijns aardgas veilig te stellen Van onze Haagse redactie DEN HAAG Om de aanvoer van Algerijns vloeibaar aard gas ILNG) veilig te stellen is minister Andriessen (financien) bereid grote financiële risico's te dragen. De minister wii zogeheten ongebonden leningen aan de Algerijnse gasleveran cier tot 250 miljoen gulden herverzekeren, als (een) Nederland se bank(en) die kredieten verstrekken. i De herverzekering van een ongebon den krediet door de overheid is „uniek", aldus een woordvoerder van de Nederlandse Credietverzekerings- mij. Het betekent dat het risico ge heel voor rekening van de staat komt, terwijl er geen voordelen voor de Ne derlandse export tegenover staan. De Rabobank is nog steeds in onderhan deling met de Algerijnse staatsmaat- schappij Sonatrach over mogelijke kredietverlening. Het PvdA-kamerlid. mevrouw Epe- ma-Burgman. wil van minister Van Aardenne (economische zaken) op heldering over contacten tussen de bank. de Gasunie, de kredietverzeke raar en de overheid Dit naar aanlei ding van het bericht in „Trouw" over een offerte van de Rabobank. Ook de kamerleden Lansink (CDA) en me vrouw Lambers (D'66) vroegen giste ren informatie over de financiering van het LNG-proiect. Kamervoorzit ter Vondeling zou die vragen doorspe len aan de minister. Van Aardenne had de Algerijnen tot gisteren de tijd gegund om mee te delen, in welke haven het gas ln de jaren tachtig naar ons land ver scheept zal worden. De steun van de overheid en de Nederlandse Crediet- verzekeringsmJJ. komt beschikbaar op voorwaarde, dat de Algerijnse ha venstad Arzew wordt aangewezen. De Agerijnen hebben de Gasunie, de koper van het LNG. gisteren nog niet laten weten of zij de keuze van een haven opnieuw willen uitstellen. Mi nister Van Aardenne moet zijn goed keuring hechten aan een verzoek tot uitstel De Gasunie vindt uitstel „ge rechtvaardigd". gezien de belangstel ling van de Rabobank voor de finan ciering In het voetspoor van dc Gas unie heeft Van Aardenne zich bij zijn collega Andnessen sterk gemaakt voor medewerking aan de financie ring van het LNG-project. Het College constateerde echter te vens „dat de gevolgde procedure ver werpelijk is omdat niet tijdig de pla nologische consequenties konden worden onderkend". Gedeputeerden vinden dat zij te laat bij de zaak zijn betrokken; reeds eerder was op rijks niveau besloten tot de Vredestein- vestiging op deze plaats. Het Rijk besliste hiertoe met het oog op het behoud van de werkgelegenheid. Voorwaarde voor financiële steun was een algehele reorganisatie van het Vredesteln-concern. Verder een gemeenschappelijk gebruik van een aantal voorzieningen met Van Gelder Papier die ook een vestiging heeft op het industrieterrein. Door de wijziging van het bestem mingsplan wordt aan het industrie terrein ongeveer anderhalve hectare toegevoegd. Dat leverde 140 bezwaar schriften op. die zich voor een deel richtten tegen het feit dat het indu strieterrein aan een bosrand (inclu sief Beekdal) is gelegen. Gedeputeer den van Gelderland zeggen dat het plan slechts „enige" uitbreiding geeft aan het industrieterrein, waardoor het niet in strijd komt met het streek plan Midden-Gelderland. Zij stellen echter met nadruk dat verdere uit breiding niet zal worden toegestaan. Intussen zijn afspraken gemaakt met het ministerie van economische za ken „om dit soort gebrekkige vormen van besluitvorming in de toekomst te voorkomen". RSV ontkent door slechte organisatie een mooie Canadese order verspeeld te hebben. De door Canadian Pacific geëiste levertijd was zo kort dat geen enkele Europese werf daaraan kon voldoen, aldus RSV. De opdracht is uiteindelijk naar Japan gegaan. De ondernemingsraad van de Rotter damse scheepswerf Wilton-Fijenoord heeft de minister van economische zaken in een telex laten weten alle hun ten dienste staande middelen aan te wenden om een verdere afslan king van hun bedrijf te voorkomen. De leden van de ondernemingsraad achten de bestaande goede relatie tussen de sectoren nieuwbouw en re paratie op de werf van levensbelang. Bij een verdergaande reductie in deze sectoren zouden eerder gedane inves teringen onbenut blijven. Het zou een veel te zware belasting gaan vormen voor de nog resterende activiteiten. De ondernemingsraad maakt zich zorgen over de capaciteitsnota 1979 van het Rijn-Schelde-Verolme con cern. waartoe Wilton-Fijenoord be hoort. Hierin staat dat de scheeps- nieuwbouw, scheepsreparatie en bui- tengaatse activiteiten van het con cern noodlijdend zijn Dit zal leiden tot capaciteitsbeperkende maatrege len. De raad van bestuur en de be trokken ministers zullen zich de ko mende weken over deze situatie bera den, waarbij opnieuw een eventuele verstrekking van overheidssteun aan de orde zal komen. ABN gaat voor tien jaar 250 mil joen lenen tegen 8.5 procent. De ult- giftekoers wordt op 21 februari be kendgemaakt. De aflossing begint volgend jaar. Inschrijving op 23 fe bruari en storting op 28 maart. INTERBETON (onderdeel Holl. Beton) gaat in Qatar een havencom plex bouwen en nog enkele andere werken verrichten. In Aboe Dhabi is Interbeton ook betrokken bij haven- aanleg. In Venezuela gaat het bedrijf steigers bouwen. Totale waarde van de orders: 75 miljoen. die zich o.a. bezighoudt met het aan trekken van buitenlandse indu strieën. Met succes Dank zij de belastingfacilltelten die de Ierse republiek biedt, zoals ook volledige aftrekmogelijkheden op uitgaven voor materieel, machines en fabrieksgebouwen alsmede het belas tingvrij overmaken van winsten en dividenden, is het aantrekken van buitenlandse industriële investeer ders tot dusverre met succes verlo pen. Ierland verwacht, aldus de IDA. door het nieuwe belastingstelsel voor de industrie in internationaal ver band zijn concurrerende positie ook in de toekomst te kunnen behouden. Buitenlandse bedrijven hebben in de afgelopen twaalf jaar ongeveer 6.7 miljard gulden in Ierland geïnves teerd. Op het ogenblik telt het land 750 buitenlandse vestigingen, waar van éénderde uit de VS afkomstig Is. Meer dan 30 Nederlandse bedrijven vestigden zich tot nu toe in Ierland. Gezamenlijk investeerden zij zo'n 640 miljoen gulden. Van een onzer verslaggevers AMSTERDAM De Amerikaanse luchtvaartmaatschappij National Airlines heeft een aantal lijnvluchten van New York naar Amsterdam afge last ln verband met brandstofmoei lijkheden. De oliemaatschappij Texaco, waar National Airlines in New York haar vliegtuigbrandstof kerosine betrekt verklaarde proble men te hebben door de stagnerende olieleveringen uit Iran. Vijf procent van de kerosineproduktie is daardoor uitgevallen. Een woordvoerder van de KLM ver klaarde desgevraagd dat zijn 'maat schappij geen last heeft van een ver minderde kerosineleverlng. De Ame rikaanse maatschappij Trans World Airlines heeft dat wel. Bedrijfskapitaal Friedrich Engels verloren gegaan (AFP) De textielfabriek die het Friedrich Engels mogelijk maakte het werk van zijn vriend Karl Marx te bekosti gen, gaat eind dit jaar defini tief dicht. Dit is vernomen in Engelskirchen in de Duitse deelstaat RIJnland-Westfalen waar de fabriek staat Hermann Engels, de achter achterneef van Friedrich heeft het besluit tot beëindiging van de fabricage moeten nemen wegens de moeilijkheden waar mee het bedrijf sinds twintig jaar kampt. Het aantal werkne mers is van 350 in 1960 gedaald tot 35 vandaag. Tot eind 1979 blijft de fabriek werken om een laatste contract van anderhalf miljoen mark na te komen. Daarna wordt het fabriekscomplex overgedragen aan een makelaar. Alleen de villa blijft overeind. Of de familie Engels nog iets overhoudt aan de verkoop van het fabriekscomplex wordt niet vermeld. Maar het be drijfskapitaal waarmee de schrijver van „Das Kapltal" werd gesponserd. is ver dwenen. Canada wil de dollar steunen met lening OTTAWA De Canadese regering wil honderd miljard yen (ruim een miljard gulden) gaan lenen, terwijl ook met Zwitserse instanties wordt overlegd over de plaatsing van lenin gen. Met de opbrengst van de lenin gen wil Canada de koers van de Cana dese dollar, die al enige maanden onder druk staat, steunen. Van een onzer verslaggevers DEN HAAG Wanneer de ondernemer in een klein bedrijf het tijd acht de leiding over te dragen, bepaalt de traditie in heel veel gevallen nog wie hem gaat opvolgen. Meestal is dat een zoon. En in het algemeen draagt de ondernemer zijn bevoegdheden liever over aan een familielid dan aan een werknemer van bulten de familie Afspraken ten aanzien van de overdracht worden zelden gemaakt. Het proces van overdracht wordt gestuurd door de uittredende ondernemer. Zijn er meer zoons, dan is het vaak vanzelfsprekend dat de oudste in de voetsporen van zijn vader treedt Het wordt nog als zijn recht beschouwd, dat jongere kin deren geneigd zijn te respecteren Een ander doet vermoeden dat de oudste zoons vaak een duwtje in de goede richting hebben gehad, zo staat in het rapport „Bedrijfs opvolging in detailhandel en am bacht" van het Economisch Insti tuut voor het midden- en kleinbe drijf (EIM) Het valt ook op, schrijven de rap porteurs dat vrijwel alle gaande ondernemers uitsluitend hun zoons als potentiele opvolgers uit de familiekring beschouwen. Dochters werden eigenlijk niet ge noemd. hoewel het voor veel on dernemers. met name in de detail handel. gewoon was dat dochters meehielpen in de zaak Zoals reeds opgemerkt komt de zoon eerder in aanmerking dan een met-familielid, hoewel de dwingende invloed van buitenaf lang zo groot niet meer is als vroe ger Voor zover er sprake is van een „continuiteitsdwang". komt die hoofdzakelijk voor binnen het gezin van de ondernemer Overi gens meent het EIM dat de conti- nuiteitsdwang steeds meer plaats maakt voor de continuiteitsdrang: in plaats van de bereidheid tot opvolging is er de wil tot opvol ging. Maar die wil komt niet plot seling uit de lucht vallen. De zoon is van jongs af aan vertrouwd met de zaak. Zijn opleiding is ook op de opvolging afgestemd in welk verband belangrijk is dat de on dernemer en zijn vrouw grote in vloed hebben op de schoolkeuze van hun zoon(s). De niet tot de familie behorende werknemer heeft wellicht niet de opleiding genoten die hem geschikt maakt tot opvolging. Uitvoerend werk De opvolging zelf gaat niet zonder problemen De opvolger kan zich weliswaar inwerken maar zijn be zigheden blijven veelal beperkt tot de uitvoerende taken, het da gelijkse werk In het merendeel van de onderzochte bedrijven bleef het daarbij De flnancieel- adminlstratieve taken en het wer kelijke beleid blijven in de regel ln handen van de oudere onderne mer tot het moment waarop deze zich uit de zaak terugtrekt Het proces van afronden' van de overdracht wordt dus niet vol tooid zolang de oudere onderne mer nog de baas is Het grootste deel van de opvolgers moest de beleidsopvattingen van hun voor ganger daarom vooral indirect afleiden uit diens doen en laten. Iets beter is echter de situatie waar er door de raad van de werk zaamheden een duidelijke taak afbakening is. Werkt de oudere ondernemer in de winkel en heeft de Jonge een klantenwijk. dan is de jongere al eerder zelfstandig bezig Man en vrouw Een apart probleem is de dubbele opvolging. Niet slechts de onder nemer treedt 'terug, ook diens vrouw In de praktijk zijn er vaak moeilijkheden, aldus het rapport. Het kan zijn dat de vrouw van de nieuwe ondernemer zonder syste matische voorbereiding en vak scholing via hot huwelijk in het bedrijf terechtkomt. Een oplos sing Is soms d»- aanstelling van een cheffin In winkels is ook wel een tijdelijke oplossing gevonden als de vrouw van de oude onderne mer er nog helemaal niet voor voelde zich uit de zaak terug te trekken

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1979 | | pagina 19