Libanon
en het parlement
Tekening van een lezer
Dienstweigeraar vrijgesteld
Trouw Commentaar
POLITIEK
De Koningin in de discussie
ANVM keurt opsluiting af
Algerije nog vaag
over verscheping
vloeibaar aardgas
Regering heeft pijnlijke
verantwoordelijkheid op zich genomen
wel gek, maar niet goed
Donaldisme
onnuttig
stuur 'n brief
Koeienclausule
«ZATERDAG 3 FEBRUARI 1979
BINNENLAND
TROUW/KWARTET
5
Tekeningen, bij voorkeur in liggend for
maat, sturen aan Trouw, jury politieke
prent, postbus 859, 1000 AW Amster
dam. Naam en adres aan de achterzijde
vermelden. Voor geplaatste prenten is er
een boekenbon.
misschien zelfs wel enigszins bele
digend voor de persoon van de
koningin, gezien tegen de achter
grond van de zoëven aangehaalde
uitlating van haar (alsof zij al niet
terdege rekenschap heeft gegeven
van de achtergrond van wat er
gaande is en op het laatste moment
nog even door een actie tot de orde
moet worden geroepen omdat zij
haar plicht dreigt te verzaken).
Hoe je het ook wendt of keert: je
maakt met acties als deze de ko
ningin tot voorwerp in de politieke
strijd en wie dat doet, moet de
consequenties daarvan tevoren en
terdege ovewegen. Jongeling zelf
heeft gisteren in het praatje voor
de radio dat gevaar wel onder ogen
gezien, maar dat nogal optimis
tisch weggeborgen achter „het ge
heim van Soestdijk" de onge
schreven plicht van alle ministers
om te zwijgen over alles wat zij
met de koningin bespreken, juist
om haar niet in de politieke discus
sie te betrekken.
Juist echter als een nu door Jonge
ling aangemoedigde actie enige
omvang krijgt, zal het moeilijk zijn
dat geheim te handhaven. Hoe dat
overleg tussen Koningin en minis
ters straks ook zal verlopen en of
een abortuswet, in welke vorm dan
ook, straks al of niet in het staats
blad komt; er zal hetzij van de
ene, hetzij van de andere kant
een door teleurstelling of blijd
schap gevoede discussie op gang
komen over het functioneren van
het koningschap in ons staatsbestel
en die discussie zal tot scherpe
polarisatie kunnen leiden.
Zo bedoelde Jongeling het niet en
hij liet zich voor de radio gisteren
ook zeer gematigd uit. Maar of hij
zich wel helemaal bewust was, met
welke emoties hij speelde, mag
worden betwijfeld. In elk geval
lijkt ons Jongelings staatkundig
optimisme een te smalle dam daar
tegen.
DEN HAAG Nagenoeg het
gehele parlement heeft het
kabinet donderdag het ernsti
ge verwijt gemaakt voor een
voldongen feit te zijn gesteld.
Het moest achteraf het be
sluit van de regering goedkeu
ren Nederlandse troepen ter
beschikking te stellen van de
VN-vredesmacht ln Libanon.
Er was geen tijd meer voor
het aanbrengen van nuances.
De kaarten waren reeds
geschud.
Op zichzelf is de verleiding groot de
verontwaardiging van de Kamer over
dit feit als overgevoeligheid aan te
merken. Immers, de beslissing over
het wel of niet uitzenden van troepen
naar Libanon, zou na vooroverleg
met het parlement geen haar anders
uitgepakt zijn. Ook de Tweede Ka
mer hecht zeer aan de vredestaak van
de VN en bijgevolg zou ook zij op
geen enkele wijze de geloofwaardig
heid van ons VN-lidmaatschap op het
spel hebben gezet
Het verschil is echter wel dat met het
passeren van het parlement de ver
antwoordelijkheid voor het besluit en
daarmee ook voor de risico's wel erg
eenzijdig op de regering zullen blij
ven drukken. Dit weegt des te zwaar
der waar het niet gaat om een simpel
uitvoeringsbesluit, maar over een
kwestie van leven of dood. Iets van
die rauwe werkelijkheid klonk door
in het Kamerdebat, bijvoorbeeld
waar er vragen werden gesteld over
de invaliditeltsregellng.
Het verschil is ook dat met vroegtijdi
ge inschakeling van het parlement de
regeling waarschijnlijk anders zou
zijn aangepakt. De Tweede Kamer
tilde zwaar aan de onvrij willigheid,
waarmee nu een kleine tweehonderd
van de achthonderd manschappen
naar Libanon gaan. Oegeven het late
tijdstip waarop de Kamer van dit
gevoelen blijk kon geven is daar nu
weinig meer aan te doen. De verant
woordelijkheid, die de regering een
zijdig op zich genomen heeft, is daar
mee ook een pijnlijke geworden.
Want stel Je voor, dat het Juist de
onvrijwilligers zijn, die straks slacht
offer worden in het Midden-Oosten.
Vooroverleg
De ministers Scholten, Van der Klaauw en staatssecretaris Van Lent tijdens het Libanon-
debat.
Het oordeel van de Kamer loog er
daarom niet om. In de woorden van
het CDA-kamerlid Ton FTiking, die er
zelfs zijn speech mee opende: „De
regering had niet moeten schromen
de Kamer in een vooroverleg te be
trekken. Tijdgebrek en vertrouwe
lijkheid zijn geen goede argumenten
om dit na te laten. De invloed van
de Kamer is in die gevallen vrijwel
nihil, omdat nuances nauwelijks
meer kunnen worden aangebracht.
De controletaak betekent niet meer
dan navragen en instemmen."
Het zijn bittere woorden uit de mond
van een bevriend fractielid. Het is
zeker de moeite waard de relevantie
daarvan na te gaan. Het staat in deze
discussie wel zo ongeveer vast, dat de
regering het formele gelijk volledig
aan haar zijde heeft. Het parlement
accepteerde in 1959 een wijziging van
de dienstplichtwet, op grond waar
van de regering de bevoegdheid kreeg
desnoods zelfstandig een beslissing
te nemen over uitzending van troe
pen, zoals deze in het kader van de
vredesactivitelten van de VN. Het ka
binet kan zich daarom terecht beroe
pen op een machtiging die in 1959 is
verstrekt en die sindsdien niet is ver
anderd.
Een beroep op mogelijke strijdigheid
met de grondwet, zoals de GPV'er
Verbrugh tijdens het Kamerdebat
deed, is al evenzeer vruchteloos. De
grondwet bepaalt weliswaar dat de
krijgsmacht er is ter bescherming
van ons grondgebied en ter bescher
ming ook van de belangen van de
staat, maar het is in ons rechtssys
teem niet mogelijk een rechtstreeks
beroep op de grondwet te doen. De
rechter heeft zich te houden aan de
gewone wetten, in dit geval de dienst
plichtwet. Anders dan bij voorbeeld
in de VS en in Duitsland mag hij de
wet niet toetsen aan de grondwet.
Afdingen
Maar afgezien van dit formele gelijk
is er toch wel het een en ander op het
eenzijdige besluit van het kabinet af
te dingen. Uit de behandeling van de
dienstplichtwet in 1959 blijkt bijvoor
beeld dat de Kamer toen al de nood
zaak van tijdige informatie onder
streepte. De regering bleek het daar
mee ook eens te zijn. Het PvdA-Ka-
merlid Klaas de Vries stelt daarom
terecht vast dat regering en Staten-
Generaal vooraf overleg behoren te
plegen over een voornemen om troe
pen uit te zenden. Wel rees toen de
vraag of de toezeggingen van de toen
malige minister zijn eventuele opvol
gers zou binden. Formeel is dat on
mogelijk. maar de Kamer stelde zich
gerust met een opmerking van de
heer Romme, die zei: als hij te goeder
trouw is wel.
Hoewel ook de discussie over de
grondwettelijke bepalingen het for
mele gelijk van de regering onaange
tast laat is ook daar wel het een en
ander op af te dingen. Het is altijd
mogelijk aan de grondwet een morele
toetsing te ontlenen. De uitzending
van de troepen zou dan gerechtvaar
digd kunnen worden als dienende de
bescherming van de belangen van de
staat. Wat dat betreft is het beroep
van Verbrugh op de grondwet ten
onrechte. Het steunverlenen aan een
VN-vredesoperatie is wel degelijk een
belang van onze staat. Wel rijst dan
echter de vraag wie ln een concrete
situatie uitmaakt wat het staatsbe
lang is: de regering alleen, of de rege-
Van een onzer verslaggever
AMSTERDAM Een van de drie militairen, die wegens
gewetensbezwaren weigeren naar Libanon te gaan en in
Nieuwersluis onder arrest werden gesteld, is gisteren tot
buitengewoon dienstplichtige verklaard en heeft de strafka-
zerne inmiddels verlaten. Hij is afgekeurd op grond van een
psychiatrisch onderzoek.
De andere twee zullen woensdag voor
de commissie gewetensbezwaarden
moeten verschijnen. Maandag wordt
hun voorlopig arrest opgeheven,
maar zij moeten wel in Nieuwersluis
blijven.
De Algemene Vereniging van Neder
landse Militairen (AVNM) heeft giste
ren de opsluiting van de militairen
afgekeurd. De AVNM benadrukte in
een persbericht, dat zij zich niet ver
zet tegen de uitzending naar Libanon
als zodanig, maar tegen gedwongen
uitzending van dienstplichtigen. De
vereniging is voor uitzending van
vrijwilligers.
„Teleurstelling moet de AVNM uit
spreken over de houding van de rege
ring in deze en het voornemen om
niet-vrijwilligers uit te zenden wordt
met kracht afgekeurd," aldus de ver
klaring. Aangedrongen wordt tevens
op vrijlating van de drie militairen in
Nieuwersluis: „Hier wordt een voor
beeld gesteld, een hoogst ongelukki
ge vorm van duidelijkheid".
Kort geding
De soldatenvakbond WDM zal zich
vandaag beraden over de mogelijk
heid van een kort geding tegen de
Staat der Nederlanden over de on
rechtmatigheid van uitzending naar
Libanon van dienstplichtigen, die
geen bereidverklaring hebben gete
kend voor uitzending. Volgens de
WDM hebben ongeveer honderd mi
litairen een rekest Ingediend om van
uitzending verschoond te blijven;
dertig rekesten zijn reeds door het
ministerie van defensie afgewezen.
Gesprek minister
De voorzitter van het Comité Veront
ruste Ouders, de Utrechtse rijschool
houder en oud-beroepsmilitair J. F.
Oltmans, heeft aanstaande donder
dag een gesprek met minister Schol
ten van defensie. HIJ wil praten over
de uitkering die militairen in Libanon
zullen krijgen en een eventuele verze
kering voor gewonden of nabestaan
den van soldaten, die omkomen, over
de mogelijkheden van contact tussen
ouders en militairen in Libanon, de
procedure voor de driehonderd
dienstplichtigen die weigeren naar
Libanon te worden uitgezonden en de
procedure voor gewetensbezwaarden.
Van een onzer verslaggevers
AMSTERDAM Het ziet er naar uit,
dat Algerije opnieuw uitstel zal vra
gen van de toezegging voor 15 februa
ri bekend te maken vanuit welke ha
ven het voor Nederland bestemde
vloeibare aardgbas zal worden ver
scheept.
Gebleken is namelijk dat er nog een
tekort van ruim een miljard gulden is
voor de bouw van de installatie, die
het aardgas vloeibaar moet maken.
Deze installatie kost in totaal ruim
zeven miljard dollar.
Het oud-Kamerlid Jongeling van
het GPV heeft gisteren voor de
radio de bezwaarden over het
abortus-wetsontwerp van het kabi
net-Van Agt aangemoedigd zich
nu reeds tot de Koningin te
wenden.
Er zijn, naar analogie van het
volkspetitionnement van 1878, op
het ogenblik in ons land enkele
acties gaande met het doel de Ko
ningin te bewegen haar invloed uit
te oefenen bij het tot stand komen
van het uiteindelijke wetsontwerp
ja, het misschien zelfs zover te
krijgen dat de Koningin straks ver
hindert een door de Tweede en
Eerste Kamer aangenomen wet
sontwerp in het staatsblad te publi
ceren, waardoor het geen kracht
van wet krijgt.
De acties en de oproep van Jonge
ling lijken ons niet verstandig,
maar voorop moet staan dat de
grondwet dergelijke petities heel
nadrukkelijk als een recht van het
Nederlandse volk omschrijft („ie
der heeft het recht om verzoeken,
mits schriftelijk, aan de bevoegde
macht in te dienen"). Zelfs voor
een een veto uitsprekend staats
hoofd is er binnen ons constitutio
neel bestel plaats.
Oud-minister-president Drees her
innert in een van zijn notities over
het optreden van koningin Juliana
als staatshoofd aan een gesprek dat
hij eens met haar had over het
tekenen van een wetsontwerp.
„Ik weet wel dat u en de ministers
politiek verantwoordelijk zijn voor
mijn handtekening,' zo zei zij on
geveer, „maar ik blijf mij zelf
steeds moreel verantwoordelijk
voelen voor wat ik teken." Dat is
een constatering, die niemand zal
willen bestrijden en een bewijs van
hoeveel belang binnen ons staats
recht de persoonlijkheid van func
tionarissen kan zijn.
Toch is de actie niet verstandig en
door
Willem Breedveld
ring en het parlement. Het ligt voor
de hand dat het parlement hierover
ook wel wat te zeggen heeft.
Wijzigen
,Het ls ln dit verband tekenend, dat
het kabinet Inmiddels voorgesteld
heeft de grondwet op dit punt te
wijzigen. In het nieuwe voorstel zal de
grondwet voor de taak van onze de
fensie uitsluitend verwijzen naar de
wet. in dit verband de dienst
plichtwet.
Is het dus gegeven de wetshlstorie al
weinig voor de hand liggend, dat het
kabinet het parlement op dit essen
tiële punt heeft gepasseerd, deze stap
is nog onbegrijpelijker wanneer we
kijken naar de ontwikkeling van de
parlementaire praktijk. Het is de
laatste Jaren gewoonte geworden het
parlement in een steeds vroeger sta
dium bij de besluitvorming te betrek
ken, zelfs op punten waar dit naar de
letter van de wet niet nodig is. Bij
voorbeeld worden tegenwoordig alge
mene maatregelen van bestuur nog
voor de afkondiging aan het parle
ment voorgelegd.
Diezelfde ontwikkeling heeft zich ook
voorgedaan op het terrein, dat tot
voor kort nog bij uitstek voorbehou
den was aan de uitvoerende macht,
namelijk het buitenlandse beleid.
Soms heeft het parlement die betrok
kenheid bij de besluitvorming op het
scherp van de snede moeten uitvech
ten. Men denke in dit verband aan de
Urenco-affaire. Maar afgezien van
strubbelingen (en die zijn er nog vele)
wijst de ontwikkeling onmiskenbaar
in de richting van het parlement Of
om het CDA-Kamerlid Frtklng nog
eens te citeren: „De CDA-fractle ls
van mening dat over onderwerpen
waarover met andere regeringen of
Instanties vaste afspraken worden
gemaakt, meer vooroverleg dan voor
heen met de Kamer gewenst is. te
meer waar de betrekkingen met het
buitenland steeds meer invloed op
het nationale beleid zullen uitoe
fenen."
Teleurstellend
Het is tegen die achtergrond ronduit
teleurstellend wat de ministers Van
der Klaauw en 8cholten tegen dit
zwaarwegende verwijt van de Kamer
hebben aangevoerd. Hun verdediging
beperkte zich vrijwel uitsluitend tot
de nogal laconieke constatering, dat
het tijdig inschakelen van de Kamer
vrijwel de kans op voortijdig uitlek
ken zou hebben vergroot. Daarmee
zou wellicht nodeloze ongerustheid
zijn gezaaid en het zou onze betrek
kingen met het buitenland hebben
kunnen schaden.
Van der Klaauw beroerde met deze
verdediging een uiterst gevoelige
snaar. Want niet te ontkennen valt
dat er van het besloten overleg tussen
regering en parlement nogal eens iets
pleegt uit te lekken. Daar staat ech
ter tegenover dat het nieuws uitein
delijk toch uitgelekt ls, zij het vla een
andere bron, namelijk Beiroet. Maar
dat het bovendien nog maar de vraag
is of de Kamer in dit geval zou heb
ben gelekt. Meestal wordt er gelekt,
omdat een van de partijen daarbij
belang denkt te hebben, cq. politiek
voordeel mee denkt te kunnen
behalen.
Het ls nauwelijks voor te stellen gelet
ook op de positieve opstelling van
zowel de oppositie als de regerings
partijen dat dit nu ook het geval zou
zijn geweest. Zo bezien was de verde
diging van Van der Klaauw in feite
een motie van wantrouwen aan het
adres van de Kamer. Kamervoorzit
ter Vondeling heeft dit punt van de
verdediging daarom niet geaccep
teerd.
Het pijnlijke was toen dat ter verdere
verdediging alleen nog het tljdsargu-
ment restte. De regering had wel ge
wild, maar toen was het (n.b. drie
weken na dato) te laat, omdat de zaak
al via Beiroet was uitgelekt. Het gaat
misschien wat ver deze opstelling van
de regering te kenschetsen als min
achting voor het parlement, een zeke
re achteloosheid ligt er echter wel
degelijk aan ten grondslag. Voor de
democratie ls dat geen goede zaak.
Wie geld aan een bank uitleent
door het op een rekening te zet
ten, mag als tegenprestatie een
bedragje aan rente verwachten,
net zoals Je andersom rente moet
betalen (maar dan meestal veel
meer dan de bank) als je zelf geld
leent. Hoe langer je het geld
leent, hoe meer Je er voor betaalt
en zo betaalt de bank ook meer
rente uit naarmate je geld er lan
ger staat. Een tamelijk eerlijke
ruil dus.
Je hebt ook een soort spaarbrie-
ven, papieren die een bepaald
bedrag waard zijn en die Je na
een afgesproken tijd weer voor
geld inwisselt, waarbij je dan een
afgesproken winstje (ook rente
dus) ontvangt. Die dingen heb
ben verschillende namen: de
ABN noemt de zijne „groelkasbil-
Jetten". Die kun Je na ten minste
twee jaar inwisselen of na ten
hoogste vijf Jaar en ze zijn er van
duizend of tienduizend gulden. In
de advertentie waarin deze waar
depapieren worden aangeboden,
leggen ze ln een keurig staatje uit
hoeveel rente Je na twee, drie.
vier of vijf Jaar op zo'n kasbiljet
van duizend gulden kimt ver
wachten. Maar bij nadere be
schouwing is er iets vreemds
mee: „De rente groeit steeds"
staat er boven. Die groeit inder
daad van 7,5 procent na twee Jaar
rente
8.50°/.
rente
8.00%
4 jaar
5 jaar
slot-
waarde
11 360.49
f 1 503.66
(x 10 voor een Grocikasbiljet van f 10.000,->
tot 8.5 procent na vijf Jaar. En nu
wat er onder staat: „x io voor een
Groelkasbiljet van 10.000". Dat
wordt dus van 75 tot 85 procent.
Wat nu? Is de bank wel gek, maar
niet goed? Een financieel expert
zal wel snappen dat die tienmaal
op alles kim slaan behalve op het
rentepercentage, maar we zijn
niet allemaal financieel experts.
Tenslotte: als hier „vout" staat,
weet u dat het fout is, maar het
staat er toch maar.
Donaldisme is zo'n beetje alles
wat met de beroemde stripfiguur
Donald Duck te maken heeft.
Het „donaldistische erfgoed"
moet beheerd, beschermd en ver
breid worden, een zo omvangrij
ke taak dat een leerstoel voor
Donaldisme aan de universiteit
van Hamburg geen overbodige
luxe zou zijn. In die Duitse stad is
daartoe de Vereniging Vrienden
van Donald Duck opgericht,
meldt het reclameweekblad Ad-
formatie. die deze taak op zich
zal nemen. De club zet zich voor
al tegen hen die alleen willen
verdienen aan de geschriften
over de eend en tegen de „crimi
nelen die de bladen besmeuren,
weggooien of stelen"
Waar is een stropdas eigenlijk
goed voor? In „Time" las het tijd
schrift De Bejaarden, dat de
stropdas een overblijfsel is van
het slabbetje en dat je 'm niet
meer dan een vreemd en sinister
kledingstuk kimt noemen. Niet
voor niets maak je een das lós als
je je niet goed voelt, want het
ding drukt op de bloedvaten die
het bloed naar de hersenen voe
ren. Ongezond dus. en bovendien
van geen enkel nut: „Hoogstens
kun Je er je bril mee schoonpoet-
sen, maar zelfs dat gaat maar
matig".
Een onbekende striptekenaar te
kende dete vreselijke vergissing
van een postzegels verzamelen
de kerkganger. Maar al weten we
niet wie de tekenaar is, we we
ten wel dat hij of zij op de Wil
lem Hovy school voor Chr. Mavo
in Amsterdam zit. want de strip
staat in „Misdruk", de school
krant van die Mavo.
Totdat het Ngwane nationaal be
vrijdingscongres (NNCL), de be
langrijkste oppositiepartij in
Swaziland, in april 1973 verboden
werd. was Ambrose Simelane
daar een vooraanstaand lid van.
Hij zit nu al een jaar gevangen
krachtens een wetsbepaling, die
de minister-president van Swazi
land de mogelijkheid geeft ieder
een te laten opsluiten voor een
periode van zestig dagen. Na af
loop van de eerste termijn kreeg
hij onmiddellijk opnieuw zestig
dagen en dat gaat tot op heden zo
door zonder dat er enige beschul
diging tegen Simelane is inge
bracht. Gemeld ls. dat hij in een
streng bewaakte afdeling van de
centrale gevangenis van Matsap-
ha behandeld wordt alsof hij een
veroordeelde misdadiger is. Am
nesty neemt aan dat hij gevan
gen gehouden wordt wegens zijn
politieke activiteiten en steun
aan de NNCL, en ook wegens zijn
positie van belangrijk zakenman.
Simelane zelf schijnt ervan over
tuigd te zijn dat hij niet wordt
vrijgelaten, voordat hij er in toes
temt dat bepaalde regeringsfunc
tionarissen zijn zakelijke onder
nemingen mogen controleren.
In het Engels en beleefd als
altijd gestelde verzoeken om
vrijlating van Ambrose 8imelane
kunnen gestuurd worden naar
Colonel Maphevu Harry Diamini.
Prime Minister of the Kingdom
of Swaziland Government
House. P.O. Box 395 Mbabane.
Swaziland. En u weet: de brochu
re „Uw brief helpt een politieke
gevangene" met richtlijnen en
voorbeelden ln vier talen voor de
brieven, is te bestellen bij Am
nesty International. 3e Hugo de
Grootstraat 7 in Amsterdam.
Naar liefde hunkerende koeien
en stieren zouden het in Enge
land zo makkelijk gehad kunnen
hebben, ware het niet dat wande
laars bang voor ze zijn. In het
ontwerp voor een nieuwe land-
schapswet was ook een „koeien-
clausule" opgenomen: alle hek
ken tussen de wellanden moeten
opengezet worden, zodat koelen
en stieren overal ongehinderd bij
elkaar kunnen komen, ook waar
voetpaden door de velden lopen.
Veilig genoeg voor wandelaars,
dachten de makers van de clau
sule. omdat de stieren toch alleen
maar oog voor koeien zouden
hebben Maar de wandelclubs za
gen hun leden al voor hun leven
door de grazige weiden sprinten
en protesteerden zo heftig bij mi
nister Howell van sport en recrea
tie. dat die de clausule heeft laten
schrappen.