Eldert Willems en de wetenschap
iii Cm
rouw
Commentaar
moppen met wrange nasmaak
'Ik hoop dat mijn aanpak de discussie verder brengt'
)emenië
Commentaar van anderen
'Weer aansluiten bij
subjectieve ervaring'
pech
'zegel' zonder koningin ondoorzichtig
)h ja
kerstkinderen
=4
DERDAG 28 DECEMBER 1978
BINNENLAND
TROUW/KWARTET
fecht heeft Amnesty Internatio-
de organisatie die zich met
pel ijver inzet voor de rechten
de mens, nog eens de aandacht
estigd op Roemenië. Dit Oost-
Dpese land geniet, zoals Am-
jy ook opmerkt, in het westen
opvallend goede reputatie.
roem heeft Roemenië bijna
pel te danken aan de onafhan-
jke buitenlandse politiek van
leider Ceaucescu. Deze weet
:arenlang de aandacht te trek-
i door binnen de familie van de
Hteuropese staten de rol te spe-
pnl van ^et met een e'8en
*ptje. Ceaucescu durft het
ds weer aan binnen communis-
1e organisaties als de Comecon
iet Pact van Warschau voor zijn
nadrukkelijk het recht op te
n een eigen koers te varen.
>r die onafhankelijkheid speelt
menië in de internationale be
kingen een rol, die ver uitstijgt
n de werkelijke macht van dit
ekkelijk kleine en in veel op-
ten nog onderontwikkelde
Zo kan het land enig gewicht
Ie schaal werpen in het Midden-
Sten doordat het als Oosteuro-
is land nog steeds normale be
dingen onderhoudt met Israël,
in het duel tussen Moskou en
>ing kon Ceaucescu dit jaar
js even de show stelen door met
vertoon Chinese leiders aan
1 te noden en vervolgens aan de
i en in Moskou uit te leggen dat
Kich niet moesten bemoeien met
amenstelling van het menu.
t h<
t jo Roemeense leider verdient
ider twijfel lof voor de moed en
■—tact waarmee hij de speelruimte
iruikt die zijn land in de verhou-
Igen tussen Oost en West wordt
und. Maar voor we Ceaucescu
een medaille voor betoonde
moed en beleid uitreiken, moeten
we wel even stilstaan bij de zeer
hoge prijs die de Roemeense be
volking moet betalen voor de roep
van onafhankelijkheid die haar
land in het westers deel van de
wereld geniet.
Ceaucescu durft op te staan tegen
het Kremlin. Daarmee verstoort
hij het wereldbeeld van allen die
menen dat Oosteuropese leiders
niets anders kunnen zijn dan mari
onetten van de heren in Moskou.
Die verstoring kan gemakkelijk
leiden tot het misverstand dat
Ceaucescu de sympathiekste leider
en Roemenië het aardigste land
van Oost-Europa is.
Het beeld dat Amnesty in haar pas
verschenen rapport schetst is he
laas veel minder aardig. De ruimte
die Ceaucescu in de internationale
arena voor zichzelf opeist, ont
houdt hij zijn tegenspelers in eigen
land. Echte oppositie is in Roeme
nië vrijwel onmogelijk door een
systeem van onderdrukking dat be-
'gint bij de beperking van de vrij
heid van meningsuiting en eindigt
bij de martelingen door de gehei
me dienst.
Ceaucescu regeert als een ouder
wetse vorst. De Roemeense pers
werkt stelselmatig aan een per
soonsverheerlijking die westerse
democraten misschien wat lach
wekkend voorkomt, maar die
waarschijnlijk zeer symptomatisch
is voor het benauwende geestelijke
klimaat in Roemenië.
Het land voldoet uitstekend als
voorbeeld bij de stelling dat ook
een kleine natie best een eigen,
originele buitenlandse politiek kan
voeren. Maar voor de naleving van
mensenrechten moeten wij onze
voorbeelden toch maar ergens an
ders zoeken.
Eldert Willems werd in 1923 geboren. Hij
bezocht het Vossiusgymnasium in de hoofd
stad en studeerde filosofie aan de Universiteit
van Amsterdam. Al tijdens zijn studie legde
hij zich toe op kunstfilosofie, een specialisme
dat toen in Nederland zo goed als onbekend
was. Hij bekwaamde zich verder in deze rich
ting aan de Universiteit van Gent, „waar
onder Franse invloed meer belangstelling
voor deze dingen bestaat dan in ons eigen
land".
Willems was enkele jaren werkzaam op het
lazen in het westen
Ier een kop, die zinspeelt op de
Izen uit het oosten" maakt de
mentator van de Leeuwarder
■ant de volgende aantekening bij
uitvallen van de elektriciteit in
.krijk.
massale stroomstoring heeft
dag driekwart van Frankrijk en
n van Italië en Zwitserland van
triciteit beroofd. Het was de ern-
•te ontwrichting in de stroom-
ziening sinds de oorlog: een ket-
reactie van storingen, ontstaan
overbelasting, doordat te veel
en tegelijk verwarmingsappa-
inschakelden tegen de inval-
kou. Het uitvallen van de
lom leidde weer tot ontregeling
-jj het verkeer en het uitvallen van
WÊn en allerlei apparaten, waar
mee de mensen werken en leven.
Deze stroomramp heeft weer eens
aangetoond hoe afhankelijk de mo
derne samenleving zichzelf heeft ge
maakt van elektrische apparaten.
De mensen verleren allerlei hande
lingen en vaardigheden, terwijl oude
gebruiksvoorwerpen, die vroeger het
werk van apparaten deden, verdwij
nen. Als al onze toestellen door een
langdurige crisis of oorlog onbruik
baar zouden worden, zou er een on
voorstelbare chaos ontstaan. Daar
om zouden wij dwazen in het Westen
ons misschien toch wat meer moeten
oefenen in versobering, mee om de
oorlog, die we niet meer kunnen ver
werken en verdragen, te voor
komen.
ADVERTENTIE
terrein van de wetenschapsjournalistiek. Hij
publiceerde verder onder meer zes dichtbun
dels. „Boekje van Weer en Wind" verscheen in
1956, „Het Sneeuwwonder" en „In middel
eeuws gevecht" in 1959, „Antibarbaar en de
Walvis" in 1967, „Niet-ik de Wind" in 1975, en
„Luchtkasteel" kwam dit jaar uit.
De heer Willems is verbonden aan de Univer
siteit van Amsterdam, waar hij kunstfilosofie
en massacommunicatie doceert.
Zowel in zijn gecihten als in zijn proefschrift
houdt hij zich bezig met thema's als lijden.
vervreemding, vervoering en verheldering.
Hij plaatst zichzelf „in de traditie van den
kende dichters die loopt van de middeleeuwse
Hadewych via Gorter naar Roland Holst". De
ervaring van het menselijk tekort, het lijden
is voor Willems de voornaamste drijfkracht
van de kunstenaar. In zijn scheppende activi
teit overwint hij dit tekort en onsnapt hij
even aan zijn lijden.
Hoewel de kunstenaar door zijn creativiteit
een bijzondere positie inneemt, is dit toch een
algemeen menselijke ervaring. Willems: „Ie
dereen heeft dat: het gevoel van zinlooshied,
niet weten wat het leven nog waard is, en dan
ineens: het idee dat je er toch bij hoort, dat het
weer gaat met je werk en je relaties. Steeds
die afwisseling van vloed en eb. Met „nee"
alleen kan geen mens leven. De lente komt
steeds terug".
door Piet Hagen
AMSTERDAM Belangstel
lenden die begin deze maand
de promotie van de dichter-
filosoof Eldert Willems bij
woonden, kregen bij de in
gang van de aula van de Uni
versiteit van Amsterdam een
namaakbul uitgereikt. Op de
achterzijde daarvan stond de
volgende tekst:
„Wilt u ook doctor in de wijsbegeerte
worden? Maak dan een analyse van
een door uzelf gemaakt gedicht. Hel
gedicht hoeft niet te rijmen en de
analyse hoeft niet begrijpelijk te
zijn. Stuur het geheel ter onderteke
ning aan prof. dr. J. J. M. Aler, insti
tuut voor esthetica, Roetersstraat 15,
Amsterdam. Alle inzendingen wor
den beloond met „cum laude" (met
lof). Over de uitslag wordt niet gecor
respondeerd."
Is de Nederlandse doctorstitel op 1
december van dit jaar Inderdaad zo
gedevalueerd? De protesterende stu
denten die door het uitdelen van na-
maakbullen hun bezwaren tegen het
proefschrift van Willems kenbaar
maakten, meenden van wel. En zij
stonden daarin niet alleen.
In de weken die aan de promotie
vooral gingen hebben mensen als
prof. dr. Renate Bartsch en dr. T. A.
van Dijk in niet mis te verstane be
woordingen duidelijk gemaakt dat
dit proefschrift de toets der kritiek
niet kon doorstaan. Een van de zeven
leden van de promotiecommissie,
prof. dr. O. D. Duintjer, distantieerde
zich van de promotie omdat hij het
niet eens was met het predicaat „met
lof". En het bestuur van de centrale
interfaculteit (filosofie) schitterde om
dezelfde reden door afwezigheid.
Desondanks heeft Eldert Willems de
doctorstitel met vlag en wimpel ge
haald. Wel verklaarde prof. dr. M.
Brouwer, lid van de promotiecommis
sie, dat hij van de eerste hoofdstuk
ken van het proefschrift vrijwel niets
had begrepen, maar de overige oppo
nenten liepen allen over van lof. De
Belgische hoogleraar mevrouw A.
Phillepot-Reniers vergeleek de jonge
doctor zelfs met Socrates.
Promoties in de wijsbegeerte komen
Eldert Willems
niet veel voor en Willems is de eerste
in ons land die een proefschrift heeft
geschreven over een kunst-filosofisch
onderwerp. Hoewel hij zich danig
heeft geërgerd aan de critici die ge
poogd hebben zijn promotie te ver
hinderen, dankt hij aan al het rumoer
wel de nodige bekendheid. De titel
van zijn proefschrift „ARPH" is door
een van zijn bewonderaars (of tegen
standers?) zelfs op een leeuwen van
het nationale monument op de Dam
geschilderd
„ARPH" is een combinatie van de
beginletters van de woorden Ars
(kunst) en Philosophia (filosofie). Het
boek van Willems gaat over de zijns
vraag, de vraag naar de grond van
ons bestaan en de zin van ons leven.
Filosofen hebben boekenkasten vol
geschreven over „het zijn". Vooral
onder invloed van de existentiefiloso
fie (met name Heidegger) is die vraag
naar het zijn minder abstract gewor
den en meer verbonden met de con
crete ervaring van de mens.
Voor de dichter en kunstfilosoof Wil
lems ligt daar een belangrijk aankno
pingspunt. Kunstenaars proberen
vanuit hun diepste ervaringen een
verhelderdend antwoord te geven op
de vraag naar het zijn. De kunstfilo
soof moet volgens Willems proberen
zo diep mogelijk in dat creatieve pro
ces door te dringen. Pas daarna kun
je proberen die existentiële ervarin
gen te vertalen in meer verstandelij
ke, wetenschappelijke termen.
Tekeningen, bij voorkeur in liggend for
maat, sturen aan Trouw, jury politieke
prent, postbus 859, 1000 AW Amster
dam. Naam en adres aan de achterzijde
vermelden Voor geplaatste prenten is er
een boekenbon
Bij zichzelf
Ifoo«TfW W CCV4AQ.
Fl.of/I BAJ MUV/9 SBDZetCD
^7^0 HET OO*
rtl.i/FFA «Hf® °E
«35
Als dichter kon Willems bij zichzelf
te rade gaan. Behalve gedichten
van anderen (o.a. Iris van Jacques
Perk) analyseert hij in zijn proef
schrift ook gedichten van zichzelf.
Een voorbeeld van enkel dichtre
gels en de daarop volgende para
frase:
Het zwijgen zwelt
in de nacht, het woud
verschuift, op zijn
wortel trilt het duister
in pijn getrokken van leegte
Waarop Willems laat volgen: „Er is
een stijging tot volheid van zijn.
Daarin is de stilte der rede. Het
volle zijn van de existentie, geheel
bij zichzelf, ligt uitgestrekt in de
sterfelijkheid als een einde en als
,een begin, als een ertsader en als
een bron."
Men kan zoiets fraai vinden of niet,
de vraag waarom het hier gaat is of
zulk proza past in een academisch
proefschrift. Weliswaar wordt het
betoog van Willems, naarmate het
boek vordert, steeds verstandelij-
ker", maar de aan jargon verslaaf
de wetenschapsmensen worden tot
het eind toe geplaagd met flarden
pure irrationalitiet. zoals op bladzij
89. waar staat:
„Nacht, de wind trekt aan de tak
ken, het waterhoen geeft een kreet
van hout, onverschillige sterren, de
vingers van de ruimte, het huis
tussen het water, de nacht wordt
hoger en kouder, de bomen ademen
ijs, de noordsterren in de onver
schillige hand, tussen de takken
spleten, daar vallen bladeren door
en de hand sluit zich niet."
'Ongebruikelijk'
Maar wat is volgens hem dan we
tenschap? Willems: „Ik begrijp dat
veel mensen een inleidend hoofd
stuk hadden gewild, waarin ik mijn
methode verdedig. Maar dan had ik
nog een boek moeten schrijven. Ik
ben mij er wel van bewust geweest,
dat ik een ongebruikelijk proef
schrift heb geschreven. Maar ik
hoop dat mijn aanpak de discussie
verder brengt."
Over de gangbare opvatting van
wetenschap zegt hij: „De weten
schap kenmerkt zich door zakelijk
heid en heeft als norm, dat je sub
jectiviteit vermijdt. Want subjecti
viteit zou de zaak teveel vertroebe
len. Vroeger, in de tijd van Galileï is
dat misschien wel nodig geweest
Maar in onze tijd is de wereld niet
meer denkbaar zonder de weten
schap. Nu zou het wel eens nodig
kunnen zijn om weer een element
van subjectiviteit in de wetenschap
te brengen. De wereld is al zo verza
kelijkt en de wetenschap ver
vreemdt zich steeds verder van de
menselijkheid. Zeker in de kunstfi
losofie moeten we opnieuw aanslui
ten bij de subjectieve ervaring. We)
volgens een bepaalde methode
Maar dat gebeurt ook in mijr
proefschrift".
Niet zo uitzonderlijk
Willems wijst erop dat zijn opvat
ting over wetenschap zeker onder
filosofen niet zo uitzoncerlijk is als
het lijkt. Prof. Duintjer bijvoor
beeld, dezelfde die uit de promotie
commissie stapte omdat hij tegen
het „cummetje" was, heeft drie
jaar geleden in een interview ge
zegd, dat de filosoof „gericht is op
zelfontdekking, op de lagen in je
die je met ieder mens gemeen
hebt". En prof. dr Th. de Boer, een
van de mensen die ostentatief weg
bleven van de promotie, zei dat de
filosofie „meer wil zijn dan pure
wetenschap, en ook een culturele
functie heeft". Verder noemt Wil
lems een hele rij namen van buiten
landse kunstfilosofen, die hem
juist prijzen, omdat hij een poging
heeft gewaagd die verbinding tus
sen kunst en filosofie tot stand te
brengen en daarbij uit te gaan van
het creatieve proces naar de kun
stenaar zelf
Stoort het Willems dan niet dat
toch mensen uit de interfaculteit
der filosofie zijn proefschrift al on-
gegrijpelijk wartaal terzijde schui
ven? Willems antwoordt dan dat zij
die zeggen het boek niet begrijpen
gewoon niet willen begrijpen. Hij
ziet wel het gevaar, dat de universi
teit zich opsplitst in kleine groepjes
die eikaars taal niet meer spreken.
Het zogenaamde „forum" waar
voor de wetenschapsbeoefenaar
zijn theorie moet verdedigen valt
dan uit elkaar in clubjes, die ver
schillende normen aanleggen en de
onderlinge discussie mijden. Maar
Willems vindt niet dat hij om die
reden zijn proefschrift had moeten
inslikken.
Zijn de Russen onze broeders of
onze vrienden? vraagt de leraar.
De leerling: „Ze moeten onze
broeders wel zijn, want je vrien
den kies je zelf uit".
Een mop die het veiligst aan deze
kant van het IJzeren Gordijn ver
teld zou kunnen worden, maar
die niettemin de ronde doet in
Oost-Duitsland. Net als in de an
dere Oosteuropese landen wordt
er meestal zachtjes gegniffeld,
maar soms ook openlijk gelachen
om politieke moppen, waarin het
eigen systeem, de eigen leiders of
de Russen aan de kaak worden
gesteld. Het Westduitse „Han-
delsblatt" heeft een aantal van
die politieke moppen op een rij
tje gezet, ter geruststelling van
diegenen die menen dat er in een
land als de DDR nooit gelachen
wordt, ook al hebben alle mop
pen een nogal wrange nasmaak
Nog een vraag van een leraar op
een cursus, ditmaal van een luite
nant voor een klas vol recruten:
„Schulze, waarom zijn wij zo ge
steld op vriendschap met de Sow-
jet-Unie?" Schulze springt in de
houding en zegt .Dat vraa ik
me nou ook al zo lang af, h. -
nant"
Een Oostduit-se soldaat en zijn
Russische collega vinden samen
een goudstuk. Laten we het broe
derlijk delen, stelt de Rus voor.
Als je 't niet erg vindt, antwoordt
de Duitser, ik voel meer voor
fifty-fifty.
De Sowjet-Unie wil zich eindelijk
met zijn aartsvijand China ver
zoenen. Brezjnew maakt daarom
een vriendelijk gebaar naar de
andere partij en biedt partijlei
der Hoea aan drie wensen voor
hem te vervullen. Eerste wens:
hondderdduizend fietsen. Dat
kan gebeuren. Tweede wens:
honderdduizend transistorra
dio's Akkoord, zegt Berzjnew,
maar de derde wens geeft proble
men. Hoea heeft ditmaal gewoon
honderdduizend ton rijst ge
vraagd, maar Brezjnew schudt
zijn hoofd: „Onmogelijk, kame
raad Hoea; in de DDR wordt
geen rijst verbouwd".
Toen Walter Ulbricht nog staats
hoofd was, gingen de meeste
moppen over hem. Deze bij voor
beeld: er is een vliegtuig neerge
stort Aan boord bevonden zich
rnder meer Chroestsjow van de
Sowjet-Unie, Novotny van Tsje-
;oslowakije, K£dar van Honga
rije en Gomoelka van Polen, die
iil^n zijn omgekomen. In welk
iand wordt het meest gerouwd?
Antwoord: in Oost-Duitsland,
omdat Ulbricht er niet bij was.
Een raadsel: waarom kun je Ul
bricht de grootste veldheer uit de
geschiedenis noemen? Ant
woord: omdat hij zonder één
schot te lossen drie miljoen men
sen op de vlucht heeft gejaagd en
zeventien miljoen gevangenen
gemaakt heeft.
En dit is er weer een van deze
tijd: een 65-plusser stapt een deli-
catessenwinkel binnen en vraagt
naar Hongaarse salami. Die is
niet in voorraad. Gerookte paling
dan. Helaas. Als de klant teleur
gesteld weggaat, merkt een ver
koopster tegen haar collega op:
„Wat hebben die oude mensen
toch een voortreffelijk ge
heugen".
Tot slot een andere moderne
mop, die het helaas nog wel lang
zal doen: wat moet je doen als je
een vriend wilt bellen, maar
Erich Honecker (opvolger van Ul
bricht - red.) aan de lijn krijgt?
Dé oplossing van dit raadsel: op
hangen en opnieuw kiezen.
Vijf jaar hadden ze gespaard, Pe
ter Reussner uit Stuttgart en zijn
vrouw om hun Amerikaanse
droom waar te maken. Vanaf dat
ze allebei achttien waren, hebben
ze elke cent opzij gelegd tot zo
vijftienduizend gulden bij elkaar
hadden. Toen zegden ze de huur
van hun huis op. hun baan gaven
ze er aan, ze namen voorgoed
afscheid van vrienden en familie
en stapten op de trein naar Ne
derland om vandaar uit naar Los
Angeles te vliegen. Amerika,
daar zouden ze het maken. Ze
wilden alles aanpakken om daar
een nieuw bestaan op te bouwen.
Hun droom ligt nu aan stukken:
ze hebben geen huls gevonden en
geen vast werk, hun visum loopt
op 6 Januari af en als ze voor die
tijd nog niets hebben, moeten ze
terug naar Duitsland waar ze ook
niets meer bezitten. De pech be
gon al vroeg: nog voordat ze de
Nederlandse grens bereikt had
den, bleken ze van tweeduizend
gulden aan reischeques beroofd
te zijn, maar toen gaven ze de
moed nog niet op. Ze vlogen toch
naar hun droomland, tikten in
Los Angeles een tweedehands
auto op de kop en begonnen te
zoeken.
Dat viel ook tegen, want
ze hadden helemaal vergeten En
gels te leren en niemand bleek
hun taal machtig te zijn. Op me
vrouw Nikki Furr na, die ze in
Memphis onderdak bood toen ze.
berooid en opnieuw beroofd (hun
kleren waren gestolen i al van el
lende in hun auto sliepen. Me
vrouw Furr is nog voor hen op
jacht naar een baan en als dat
niet gauw lukt moeten ze toch
weer naar Stuttgart terug. „Maar
we houden vol", zegt Peter
Reussner. „We zullen opnieuw
gaan sparen, maar dan zullen we
de zaak wel beter voorbereiden."
Is dit de koningin? In het geheel
niet. Hoe komt deze onbekende
dame dan op een postzegel te
recht? Deze onbekende dame is
helemaal niet op een postzegel
terechtgekomen. Maar de PTT
heeft wel gedaan alsof? Inder
daad. De PTT heeft niet ontdekt
dat deze „postzegel"een eigenge
maakte versiering was, geplakt
op een kerstwens voor een
Trouw-medewerker. Het leek er
wel een beetje op: het hoofd van
de onbekende heeft het juiste for
maat voor een postzegel, het
draagt zo'n beetje hetzelfde kap
sel als de koningin en wat er aan
het rechthoekje ontbrak is netjes
tot postzegelformaat bijgete
kend, compleet met kartelrand
je. Alleen: dat randje is er met
blauwe inkt omheen gezet, en dat
lijkt dus nergens meer naar. Bo
vendien staat er een prijs van 65
cent op deze „zegel". 20 cent te
veel voor een open envelop met
kerstwens, en het geheel is uitge
voerd in een soort grijs dat wel
duidelijk aan een knipseltje uit
een weekblad, maar allerminst
aan een normale postzegel doet
denken. Desondanks werd het
geval keurig afgestempeld en
netjes in de Wibautstraat afgele
verd. Je kunt een stempelauto
maat eigenlijk ook niet kwalijk
nemen dat die het verschil tussen
de koningin en een willekeurige
leeftijdgenoot niet ziet, maar tot
nog toe dachten we dat er toch
ook nog wat mensen op een post
kantoor werkten. Postcodeoh
ja'" stempelde de automaat er
vrolijk naast Als we daar nou
maar aan denken is er blijkbaar
geen vuiltje aan de lucht
De voor een werknemer bereik
bare functies in een ziekenhuis
zijn voor een leek nogal ondoor
zichtig. Hoewel een firma in me
dische artikelen (uit Dordrecht)
toch niet helemaal een leek ge
noemd kan worden, presteerde
die het wel om een afdelingschef
van het Diakonessenhuis Leeu
warden diverse functies in de
schoenen te schuiven. Volgens
het personeelsblad „Singel 88"
kreeg de man die in werkelijk
heid niet minder, maar ook niet
meer dan „hoofd medische tech
niek" is zijn post van het
Dordtse bedrijf achtereenvol
gens aldus geadresseerd op zijn
bureau chirurg, inkoper, direc
teur-econoom. internist, anesthe
sist, cardioloog, longarts. „Je zult
maar een verbanddoos bij die fir
ma bestellen", grapt het perso
neelsblad. „De kans is groot dat
ze je een complete operatiekamer
sturen"
Op de kop af drie jaar na de
geboorte van de oudste zoon
heeft mevrouw Devienne in het
Franse Lille (Rijssel) tijdens de
kerstdagen haar vierde kind ge
kregen; een tweeling komt in het
gezin niet voor Ook met Kerst
kreeg een Newyorkse moeder een
drieling: drie dochters, die ze
Laurine, Lisa en Linda noemde
De moeder die een tweeling
dacht te krijgen, is van Chinese
afkomst en heet van achteren
Ho.