I J|É [een hoogbejaarden kunnen l nog uit eigen herinnering we ll: het jaar 1918 met zijn zorgen 1 hongersnood en de oorlog aan grenzen. Een oorlog die Euro- uit zijn voegen rukte en de reld in een nieuw tijdperk icht, een eeuw van spanning en warring. tig jaar geleden reden om er ook ers in deze bijlage uitvoerig over te rijven waren nog maar net de wa- is neergelegd aan het laatste, het wes- jke front. Overwinnaars en verliezers akten de balans op. Wat lang verbor- was gehouden, werd langzaam duide- nooit eerder had zo'n militaire vemie- ngsmacht over het werelddeel ge- ald, nooit eerder ook waren de mensen het thuisfront zo emotioneel bij de jd betrokken geweest. verschrikkingen van de Grote Oorlog die de Duitsers in hun waan Weltkrieg ren gaan noemen vonden hun neer- g in getallen. Tien miljoen doden aan fronten, twintig miljoen gewonden. Tweede Wereldoorlog zou aan 17 mil- n militairen en 20 tot 30 miljoen hur ts het leven kosten). In grote, langduri- veldslagen waren ze gevallen. In mei- li 1915 rukten de geallieerden bij Artois woord-Frankrijk vijf kilometer op. Vijf imeter, en dat kostte 400.000 man het en. Bij het offensief aan de Somme, juli 6, verloren de Britten op één dag 60.000 n. Bij Verdun in 1916 sneuvelden 000 Fransen en 300.000 Duitsers. In rember 1916 telden de Engelsen 400.000 len, de Fransen 200.000, de Duitsers .000. In juli 1917 woedde de slag bij ter in België; er vielen 400.000 man. En 5 in 1918 verloor alleen het Franse leger na evenveel mannen als in 1916. Nog tot p in 1918 dachten de Duitse militaire Iers de oorlog te zullen winnen. In dat stak in Spanje een ziekte op, die in en 1919 nog veel meer slachtoffers vergen dan heel de oorlog: 17.000 nsen bezweken in Nederland aan de aanse griep, 2,6 miljoen in Europa, 20 Ijoen in de wereld, tot in Noord-Ameri- en de Aziatische koloniën toe. „Zó latte Je met de mensen, en zó hoorde je ze dood waren", zeggen bejaarde men- nu. De dood, het graf en het verderf iden tevreden zijn, schreef een krant 2 januari 1918. oorlog was gevoerd tussen twee blok- i: de Centralen enerzijds en de Gealli- den en Geassocieerden anderzijds. In ene kamp het Duitse keizerrijk, de stenrijks-Hongaarse dubbelmonarchie, lgarije en Turkije. Aan de andere kant ankrijk, Groot-Brittannië, België, Rus- id, Japan, Italië, 8ervië, Montenegro, emenië, Portugal, Griekenland, de Ver gde Staten, Cuba, Slam, China, Brazi- de Middenamerikaanse staten. Neu- al bleven Noorwegen, Zweden. Dene- irken, Spanje, Zwitserland en Neder- d. (Afrika en grote delen van Azië wa- 1 nog koloniaal bezit van Europese iten). de oorlog, die met de vrede van Versail- in 1919 officieel werd afgesloten, bleek wereldkaart grondig te zijn veranderd, laatste Europese keizers waren van het leel verdwenen, in Rusland vestigde en stevigde zich de bolsjewistische revo- 'e. nieuwe onafhankelijke staten ont- 'nden in het Oosten: Polen, Litouwen, Letland, Estland, Oekraïne, (korte tijd), Finland, Tsjechoslowakije, en Joegosla vië. Oostenrijk en Hongarije werden ge splitst in afzonderlijke republieken. Pales tina werd na de terugtocht van de Turken een Brits mandaatgebied en werd door de Balfour-declaration van 1917 beloofd land voor de joden. Het oude Europa had zijn centrale positie vernietigd en begon zijn koloniale bezit te verliezen. Dat werd in 1918 en in Versailles nog niet ingezien. Er volgden nog twee decennia van Europa's bijna-almacht, schijnmacht en niettemin onmacht. f Maar dat is nakaarten, een mensenleeftijd later liefst. De wereld van 1918 is ons vreemd geworden. Niet de oorlogsellende, die is ons door de tweede oorlog nog maar al te zeer bekend. Maar wel „de koningen en keizers van Europa die op hun kastelen over een verdeling van Afrika praten", zoals de historicus Golo Mann opmerkt. Evenals trouwens het ongewapende, ge ïsoleerde Amerika van na 1918. Wat een verdwenen wereld! Wel is elke mijlpaal in de geschiedenis, ook die van 1918, dit slechts vergelijken derwijs en nooit in absolute zin. Continu ïteit, aldus Mann, het dichte weefsel van, het lot, het later betalen van de zonden der vaderen is er altijd; het nieuwe, de afrekening, de vrijheid, de schuld van de levenden is er ook altijd. Mannen van toen noem de Indische revolutionair Mahat- ma Gandhi, de Amerikaanse autofabri kant Henry Ford, de Weense psychiater Sigmund Freud hebben hun invloed tot op vandaag, zij behoren tot het heden. Soms worden oude stukken gebruikt voor een nieuw decor. De spiegelzaal van Ver sailles, waar op 28 juni 1919 het verdrag gesloten werd, is dezelfde waar in 1871, na de Frans-Duitse oorlog, het Duitse keizer rijk was uitgeroepen. De spoorwagon waarin op 11 november 1918 in het bos van CompaniègnesbijParijsde wapenstilstand werd getekend, zou op 22 juni 1940 door Adolf Hitler opnieuw worden gebruikt, nu om de Fransen de capitulatie te dicteren. Deze bijlage vestigt de aandacht op een jaartal dat als een van de mijlpalen van onze tijd bekend is: 1918. Een aantal artikelen en reportages over wat er zestig jaar geleden gebeurde, wat er eindigde en wat er begon. Samen met bijdragen uit foto-albums van onze lezers geven ze een beeld van een tijd, die nog niet voltooid verleden is. Vormgeving: Peter Dekkers Onmacht, schijnmacht, bijna-almacht; moet het toch liever in die volgorde wor den gezegd? Het is Hitiers macabere droom geweest, en het is langs de afgrond gegaan. De sporen van twee oorlogen heb ben zich dooreengemengd. Twintig jaar heeft de vrede, of de verlengde wapenstil stand, geduurd. De strijd had overal ge woed, behalve op het land van de Duitse verliezer, en wat vormde dat een contrast met de aaneenschakeling van puinhopen tussen leper en Verdun. Duitsland zou dan ook moeten boeten. Vernederd werd het en uitgekleed, maar economisch niet op de been geholpen. Het Rijnland werd door vreemde troepen bezet. De helft van de ijzermijnen werd afgenomen, plus drie kwart van de kolenmijnen, een groot deel van de treinstellen, de hele handelsvloot en alle koloniën. De jonge republiek kwam voor de onmogelijke taak te staan een buitensporige oorlogsschuld te beta len. Binnen de kortste keren woedde er een waanzinnige waardedaling van de Mark. De valuta's in Italië, Oostenrijk, België, Frankrijk, Engeland, volgden op afstand. Overal crisis: loonsverlaging, be zuiniging, verarming. Want wel had de oorlog, had de griep-pandemie toegesla gen, maar niettemin waren de bevolkin gen gegroeid, meer monden moesten ge voed, meer mensen worden gehuisvest. Dat leidde in de jaren twintig tot moderni sering, mechanisatie, van de industrie enerzijds, tot versterking van de socialisti sche tendensen in vele landen anderzijds, en ook tot broze, al te broze plannen en pacten om oorlog uit te sluiten. Tot de oprichting ook van een onmachtige Vol kenbond, waarvan Duitsland en Rusland pas later, en de Verenigde Staten nooit lid zouden worden. De Amerikanen trokken zich na hun Europese kruistocht terug bruisende Jaren twintig braken er los, tijd van Jazz en Hollywood en T-Fords. Tot de economische ontgoocheling van 1929. Nederland. Vreemder nog dan het Euro pees decor lijkt ons nu het nationale. Een land dat in de negentiende eeuw van de staatkundige werkelijkheid was ver vreemd geraakt. Alsof het vanzelf sprak dat men Nederland wel met rust zou laten. Al lang bestond er een algemene tegenzin tegen militaire zaken. Sommigen zeggen dat vóór 1914 maar weinig mensen zich voor de openbare zaak inzetten. De Belgi sche gezant noemde in 1906 een paar gunstige uitzonderingen: de oude Van Karnebeek, De Beaufort, Kuyper en Ka mervoorzitter Röell; „de rest denkt alleen aan geldverdienen en aan hun wollen sok". Toch is er in die jaren een levendige politieke gedachtenwissellng, die pas na 1920 blijkt weg te ebben, een hartstochte lijke strijd om algemeen kiesrecht, om de achturige werkdag, om de gelijkstelling van de bijzondere scholen. Als dan de oorlog toch gekomen is, balan ceert de Nederlandse regering op de rand van de neutraliteit. De politiek wordt dan bepaald door de wil om hoe dan ook buiten de strijd te blijven. Zowel Enge land als Duitsland hebben trouwens be lang bij Nederlands onafhankelijkheid, zo lang de strijd duurt tenminste. De schaarste aan brood en brandstof, ge volg van blokkade ter zee en andere han delsbeperkingen, gaat spoedig nijpen. In de winter van 1917-1918 zijn de kolen zo schaars dat de minister het middelbaar onderwijs moet verbieden huiswerk op te geven. Distributie en mobilisatie grijpen dieper in het leven in dan de generatie die 1940-'45 meemaakte, nu kan geloven. Er is sprake van aardappelrelletjes, van smok kelarij, en ook het scheldwoord OW'er is niet van '40 maar van '14-'18: er is veel armoe, maar er zijn ook oorlogswinstma kers. De regering wist in de oorlog menigmaal terdege op te treden, en heeft zowel poli tiek als economisch vaak scherp en met succes gemanoeuvreerd, heeft de histori cus Smit geconcludeerd. Soms was de regering wel héél slagvaardig. Bekend is het verhaal van minister Treub, die in 1914 in twee dagen tijd een wet tegen de prijsopdrijving door de Kamer Joeg. Wan delend naar zijn departement had hij de wet bedacht, de ambtenaren werkten het ontwerp dezelfde zaterdag nog uit, 's nachts bekeek de Raad van State het, maandagmiddag namen de Tweede en de Eerste Kamer het aan en 's avonds stond de wet in het Staatsblad. 'Ergens in Nederland' stellen de gemobiliseerden zich op, ditmaal voor een foto. (1914) Foto Ingezonden door r Van der Valk-Blok, Almelo Het vuur van de revolutie had al eerder in Europa gewoed de eerste helft van de negentiende eeuw was er vol van geweest. Ook de jaren rondom 1918 waren een tijd van omwenteling. Na het tsarenrijk in 1917 moest ook het Duitse keizerrijk ver dwijnen. Wilhelm II vluchtte naar Neder land, en werd er tot verbazing der gealli eerden ook nog gastvrij, zij het met beper kingen, ontvangen. De keizer wou wel als gewoon soldaat de Koningin dienen tegen de bolsjewisten, zei hij; hij had toch ook enkele druppels Oranjebloed in de aderen. v Toen hij Limburg binnenkwam, had hij voor het eerst alle Duitsers achter zich, spotte men. In Kiel, in Berlijn, in MÜnchen breekt in 1918 de revolutie uit. Er waait een bries van naar Nederland. Troelstra, de leider der sociaal-democraten, ziet in een solda- tenoproer in de Harskamp het teken dat ook in Nederland de tijden rijp zijn. HIJ vergist zich echter in de mentaliteit van de eigen aanhang en ontketent in plaats van de revolutie een massale reactie van katholieken, protestanten en liberalen, verenigd in een spontane betuiging van liefde voor vorstenhuis en vaderland. De schrik voor de 'socialen' zit er diep in. Toch worden er in die tijd lang bepleite politieke en sociale verbeteringen en her vormingen ingevoerd. In 1917 maakt het districtenstelsel plaats voor evenredige vertegenwoordiging en algemeen kies recht voor mannen, in 1919 ook voor vrou wen. „Met begrip voor de polsslag van de tijd" komen sociale maatregelen tot stand: een arbeidswet, een invaliditeits wet, een ouderdomswet. Ambtenarensala rissen worden verbéterd, de overheid sub sidieert woningbouw, de achturige werk dag komt er. een verbod van kinderar beid beneden de 14 Jaar. En een einde aan de schoolstrijd. Twee Jaar later is het geld voor verdere maatregelen op: de economische crisis die Europa teistert maakt verdere hervormin gen onmogelijk. Nederlands grote afzetge bied Duitsland is Immers lamgesla gen. De Jaren twintig zullen bij ons niet de „roaring twenties" worden. Eerder de tijd van verzakelijking in de politiek, slinken de interesse, scherts- en rapaillepartljen, verzuiling en versnippering. Verwarring en spanning maar daarmee zijn we terug bij het begin van dit artikel. Voor dit artikel zijn o.m. geraadpleegd: PJ. Bouman, Cultuurgeschiedenis van de twintigste eeuw; H. Contamine, De Grote Oorlog 1914-1918; J. de Rek, Konin gen, kabinetten en klompenvolk; C. Smit, Nederland in de Eerste Wereldoorlog; Gerlof Verwey, Geschiedenis van Neder land; Universele Wereldgeschiedenis; Winkler Prins Grote Wereldgeschiedenis; HJ. Scheffer, November 1918; J. en A. Romein, De lage landen bij de zee; A.C. de Gooyer, De Spaanse griep van '18.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1978 | | pagina 19