Bouwprogramma zal niet worden gehaald }een sprake van verkoop rinancieele Dagblad Strand kan nu in bad Soort mest heeft geen invloed op kwaliteit voedsel jbrek aan vaklui belangrijkste oorzaak Tachtig minder ontslagen bij Stokvis-Kelly OR Hoogovens in protest tegen uitsluiting Duitse collega's Ie* ionder kunstmest onmogelijk wereldbevolking te voeden IDAG 9 DECEMBER 1978 FINANCIEN EN ECONOMIE TROUW/KWARTET 31 [RECHT Het woningbouwprogramma tot 1983, dat de overheid voor ogen staat, zal niet orden gehaald. Zou dat, tegen de verwachting in, wel worden gerealiseerd, dan zullen er tot 90 nog elk jaar 97.000 woningen moeten worden gebouwd. Isei voorzitter S. J. van Eijkelen- g van het Algemeen Verbond AantlWinning ^edriJUAVBB) gisteren, op de somber was ook directeur ing. C. rlijkse betondag van de Betonver- souwerbren van de Betonverenlging. ®-J-g m Utrecht. Hij weet dit ach- ging blljvi Jven van de bouw voornamelijk gebrek aan vaklieden, die weer Dreen belangrijk deel het gevolg is ''-de discontinuïteit (schommelin- in de bouw. heer Van Eijkelenburg wees er in verband op dat een regelmatige ortgang in de bouwproduktie een reiste is voor de bedrijfstak, om slissingen over investeringen in snsen en materiaal de beste kans te ven rendabel te zijn. iet meer ens hem mag het dan niet voor in. da het aantal voltooide wo- igen van 1973 tot 1976 daalde van S.OOO naar 107.000 en er thans weer t woningtekort is, dat in januari 15 in de bouw een werkloosheid trad van 55.000 man terwijl er ins geen mensen te krijgen zijn en t mensen in grote getale zoals in jaren zestig naar de bedrijfstak orden getrokken om er na een aan- I jaren weer uitgestoten te worden. fB discontinuitelt leidt tot verspil- Ien schrikt mensen af om een i binnen de bouwnijverheid te Met name jongeren willen wel zekerheid, aldus de heer Van mburg. worden afgegeven en de concessies uitgeput raken, over hooguit drie jaar met de zandwinning en over zes jaar met de grindwinning in ons land zijn gebeurd. Aan grind wordt in ons land jaarlijks 17.5 miljoen ton verbruikt. Hiervan wordt (nog) 9.6 miljoen ton in eigen land gewonnen, zodat de rest moet worden geïmporteerd. De dreigende noodsituatie moet vol gens hem veroorzaakt'zijn door het ontbreken van een nationaal beleid voor ontgrondingen, hetgeen een evenwichtige afweging van belangen vereist. Dat zal moeten leiden tot een nationale coördinatie van beslissin gen op provinciaal en gemeentelijk niveau. Puingebruik ,JStop maar jongens, we gaan het anders doen!" Volgens hem zal het, omdat er al jaren vrijwel geen nieuwe vergunnin gen voor zand- en grindwinning meer Sprekende over andere mogelijkhe den, wees.de directeur op het gebruik van puin, dat moeilijk is en niet de kwaliteit van grind zal opleveren. Huisvuil kan in bepaalde materialen worden verwerkt, maar niet dienen als vervanger voor zand en grind in beton. Lichte toeslagmaterialen zijn wel te vervaardigen, maar dat vereist veel energie. Gebroken natuursteen stuit op problemen bij de buitenlandse steengroeven, en het materiaal is ook niet voor beton geschikt. een onzer redacteuren STERDAM Zowel V D als Hendrik Sijthoff, eigenaar van het Financieele Dagblad, :ennen geruchten dat de laatste de krant aan de eerste wil verkopen. ^■oordvoerder van V D, dat 1 buiten de warenhuissector uit- en zich in bankierszaken be jel nadrukkelijk, dat niet met aff over het Financieele Dag- dwerd onderhandeld en dat dit li nooit is overwogen. Over het ge- lebt, dat V D geïnteresseerd zou in de Amstelveense uitgeverij - terdijk zei hij: „Ik weet zelfs niet .ïj ii het bestaan van die uitgeverij het Financieele Dagblad van van- ïg verklaart eigenaar H. A. H. Sijt- II, dat „de verkoop van de onderne- tng die het Financieele Dagblad Igeeft, niet aan de orde is". Hij wijst a op, dat zeer onlangs overeenstem- j is bereikt tussen personeelsver- [enwoordigers en hem over de ofdlijnen van een structuur, die het zelfstandig en onafhankelijk bestaan van de krant garandeert. KON. ADRIAAN VOLKER en VERENIGDE H VA-MAATSCHAP PIJEN zien af van permanente sa menwerking in de agro-industriële sector. Over de voorwaarden van die samenwerking kon geen akkoord worden bereikt. VOLKER STEVIN verwacht het komende jaar een stijgende omzet en een winst, die op zijn minst gelijk is met het huidige niveau. De onderne ming, ontstaan door samenvoeging van Adriaan Volker en Stevin, heeft 22.000 mensen in dienst, een omzet van drie miljard en een eigen vermo gen Van ruim 615 miljoen. SUIKER UNIE: de coöperatie heêft in het boekjaar 1977/78 een voordelig saldo behaald van 10,8 mil joen gulden tegen 12 miljoen gulden in het voorgaande jaar. Van de sui- kerbietenproduktie in Nederland, 6,3 miljoen ton, verwerkte Suiker Unie 3,6 miljoen ton tot 503.900 ton witsui- ker. De binnenlandse afzet lag op een iets hoger niveau, deels als gevolg van de daling van de koffie- en thee- prijzen. Het sulkerverbruik per hoofd van de bevolking bedroeg 41,3 kilo. HOECHST-HOLLAND wU doch ter Wagemakers-Veluvine Lakfabrie ken in Breda overdoen aan een doch ter van Hoechst-Duitsland. Die Duit se dochter wil, als voorwaarde voor overname, de produktie van natte lakken stopzetten waardoor het aan tal arbeidsplaatsen binnen drie jaar zal teruglopen van 250 naar 150. UTRECHT Het strand moet in bad, vindt het Hoomse baggerbedrijf Konijn, dat nu in staat is die wasbeurt te verrichten. Het Hoornse baggerbedrijf, dat hiervoor in drie jaar tijd een om vangrijk apparaat heeft ontwik keld, stelt, dat bodem en strand van meren en plassen, die 's zomers druk worden gebruikt door tiendui zenden recreanten, regelmatig ge reinigd dienen te worden om voor de gezondheid gevaarlijke veront reiniging tegen te gaan. Een reuze schildpad heeft model gestaan voor de Hoornse uitvinding, die in staat is per uur bijna 30 kubieke meter zand volledig te reinigen. Grote overeenkomst met de schildpad is vooral de manier, waarop de con structie van het baggerbedrijf van uit het water het strand opwandelt. Poten, drijvers en beweeglijkheid van de machine stellen het bedrijf in staat zelfs in plasjes van 30 centi meter water aan het werk te gaan. De recreatiebehoeften in Nederland zijn volgens het baggerbedrijf voor meer dan 75 procent gericht op wa ter. Met name is het gevaar voor de volksgezondheid volgens het be drijf aanzienlijk in water en op stranden van meertjes en plassen, die niet in open verbinding staan met ander water. Ons land kent ongeveer honderd van dergelijke strandbaden, die voor wat betreft de hygiëne voortdurend onder con trole staan van rijks-, gemeentelij ke- en provinciale overheden en die in de zomermaanden door vele hon derdduizenden recreanten worden bezocht. De verontreiniging van deze strandbaden, die tot nu toe alleen kon worden tegengegaan door drooglegging van de Plas door het vervangen van een laag zand, wordt vooral veroorzaakt door zwerfvuil, voedselresten, zon nebrandolie, uitwerpselen en orga nisch vuil zoals huidschilfers en haren. Zandkastelen Het baggerbedrijf vindt dat de meeste aandacht moet uitgaan naar het natte stukje strand vlak voor de waterlijn. Niet alleen omdat door de warmte en het vocht bacte riën daar het meest kunnen gedijen, maar vooral ook omdat dat de plek is, waar kinderen hun zandkastelen bouwen. „Het meest gebruikte stukje strand." zegt directeur N. G. Konijn. Om dat stuk strand te reinigen, moeten bulldozers het ZEtnd in het water, schuiven. De „reuze-schild- pad" wandelt het water in, trekt de poten op en laat zijn zuigslang in het water zakken. Aan het einde van die slang zit een zuigmond met grote borstels, die de bodem en het zand dat van het strand het water in is geschoven, omwoelt en naar bin nen zuigt. Op het strand zelf staat de reinigingsmachine, die in zijn „bulk" een cycloon kan nadoen, waardoor zand en vuil gescheiden worden. Het bijna witte en voor 95 procent schone zand wordt daarna weer op het strand gespoten. Het vuil wordt, vermengd met wa ter, als slib in een speciaal daarvoor gegraven bezinkput gestort. Dat vuil is in concentratie als slib zo gevaarlijk, dat het zo gauw moge lijk moet worden verbrand. Omdat het apparaat kan werken in zeer ondiepe plasjes water, is het praktisch overal inzetbaar, aldus het bedrijf. Behalve aan plassen en meren kan daarbij volgens direc teur Konijn gedacht worden aan vijvers, sloten, kanaaltjes en ook aan bezinkbakken van waterzuive ringsinstallaties. Nu moeten die bakken nog regelmatig met hand- kracht van vuile drab worden verlost. Behalve in het water geschoven strand kan de machine ook de hele bodem van een meer of plas zuive ren. Na een behandeling kunnen bodem en strand er volgens het baggerbedrijf weer een jaar of vijf tegen. Volgens directeur Konijn is er al grote belangstelling voor de capaciteiten van zijn „reuze-schild pad". Ingrijpen bonden: Van een onzer verslaggevers LEEUWARDEN Het alternatief van de vakbonden, om uit de proble men bij Stokvis-Kelly in Kootstertil- le te komen, is grotendeels door hef Ogem-concern (het moederbedrijf van Stokvis-Kelly) overgenomen. Dat betekent dat er tachtig man meer aan het werk kunnen blijven, dan in de opzet van het bedrijf het geval was In oktober kwam de directie van Stokvis-Kelly zonder dat daarover overleg was geweest met de vakbon den, met een plan, dat tot ontslag van 120 mensen zou leiden. De vakbon den namen dat niet en eisten overleg, met als resultaat dat er gepraat werd en het plan werd teruggebracht tot een „voorlopig" plan. Daarna stelden de vakbonden een alternatief plan op. dat gisteren gro tendeels door de directie is overgeno men. Het aantal ontslagen zal nu beperkt blijven tot 40 man, waarvan er 35 werken in de indirecte sfeer. Volgens districtsbestuurder P. Bos- ma van de Industriebond CNV heeft de vakbeweging nog geen definitief oordeel over deze nieuwe opzet waarin werk blijft bestaan voor 110 mensen uitgesproken. Intussen be staat wel het streven, op bepaalde onderdelen van het besluit nog wat te veranderen. UTRECHT (ANP) Een meerder heid van de gekozen leden van de centrale ondernemingsraad van Hoogovens heeft geprotesteerd tegen de uitsluiting van niet-stakende werknemers bij Hoesch, de partner van Hoogovens in Estel. In een verklaring aan onder meer de raden van bestuur van Hoogovens en Estel schrijven de OR-leden. dat door de uitsluiting van de niet-sttikende werknemers „ernstige afbreuk wordt gedaan aan het sociaal klimaat" In een reactie op de verklaring zegt de raad van bestuur van Hoogovens, dat de OR-leden aan het verkeerde adres zijn. Ze hadden zich niet tot Estel moeten wenden, maar tot de centrale werkgeversorganisaties in de Duitse ijzer- en staalindustrie. De staking in de Bondsrepubliek duurt nu anderhalve week. Gestaakt wordt om een werkweek van 35 uur en vijf procent loonsverhoging. ADVERTENTIE Royementsverklaring no-claim nieuw waardepapier voor autoverzekering Van een onzer verslaggevers AMSTERDAM Met ingang van 1 januari verstrekken autoverzeke raars aan hun verzekerden bij beëin diging van de verzekeringsovereen komst een nieuw document, de zoge naamde royementsverklaring no- claim. In deze royementsverklaring is ver meld op welke no-claim de verzeker de bij verlenging van zijn autoverze kering recht zou hebben gehad. De verklaring, die als een waardepapier dient te worden beschouwd af schriften ervan worden niet verstrekt dient bij het sluiten van nieuwe autoverzekeringen na 1 januari a.s. te worden overlegd om in aanmerking te komen voor een no-claimkorting. Indien geen verklaring kan worden overlegd, zal de no-claimkorting ge heel opnieuw moeten worden opge bouwd. oor ir H. van der Molen t modernisering van de landbouw heeft bulten de landbouw hier en lar weerstanden opgeroepen. Natuurbeschermers protesteren tegen de grepen op natuurlandschap, voorstanders van de „alternatieve" land ouw tegen het gebruik van chemicaliën en het grote publiek, dat het iet allemaal kan volgen, krijgt meer en meer de indruk dat er aan die indbouw van alles mankeert. Ja, dat die zelfs een bedreiging vormt voor et welzijn van mens en dier. Om deze kritiek tot zijn ware proporties erug te brengen, hebben de schrijvers „Omstreden landbouw" samen- teld. Tegenover de vaak ongefundeerde beweringen, worden de ttenschappelijk vastgestelde feiten geplaatst. egonnen wordt met een beschrijving van vele veranderingen, die zich na de Twee- Wereldoorlog in de structuur, organisatie omvang van de produktie hebben voor baan. j arbeidsproduktiviteit blijkt te zijn ver- gervoudigd. Dit door het gecombineerd ef- van de verdubbeling van de produktie 1 door de mechanisatie mogelijk ge- 'aakte halvering van het aantal arbeids- fechten. (unst)mest 'produktiestijging is voor een belangrijk «1 toe te schrijven aan de sterke stijging u het kunstmestgebruik. De voorstan- van uitsluitend organische bemesting fbben veel kritiek op het gebruik van •kistmest, die volgens hen grond en gewas- (n zou verzieken. De schrijvers geven, SnrOOki6 I °ordat zij op die kritiek ingaan, een uiteen- «'.ting over de voeding van de plant: de ®odigde voedingsstoffen, de herkomst en opneming daarvan. Kunstmest geeft echter minder uitspoeling naar het oppervlaktewater en daardoor minder algengroei. Ten aanzien van de kwaliteit van het voed sel bestaat er volgens de schrijvers niet het geringste bewijs voor het geloof, dat er ten behoeve van de gezondheid een kracht uit gaat van gewassen die met alleen organi sche mest zijn opgekweekt. Een gecombi neerd gebruik van beide mestsoorten geeft in het algemeen de beste resultaten. Verder wordt duidelijk gemaakt, dat bij weglating van de kunstmest de landbouwproduktle sterk zou dalen, in Nederland wel met 40 50 procent. Zonder kunstmest zou het dan ook onmogelijk zijn de groeiende wereldbe volking te voeden. Hetzelfde geldt ook voor de gewasbeschermingsmiddelen, die daar na aan de orde komen. M lijkt nu. dat het voor de planten geen tohil maakt of de voedingsstoffen uit >®stmest dan wel uit organische mest «jvoorbeeld stalmest) worden opgenomen, •[blijken tussen de beide mestsoorten ïen of slechts graduele verschillen te be- als het gaat om de invloeden van (|de mestsoorten op de bodemVruchtbaar- hd. de weerstand tegen ziekten en plagen. kwaliteit van het voedsel en de verontrei- van het milieu. Wat de invloed op de «uctuur van de grond betreft, is de organi- W mest in het voordeel. Volgens de schrijver van dit artikel is het een sprookje, dat de ziekten en plagen pas een probleem zijn geworden na de invoering van de modeme landbouwmethoden. Men denk? slechts aan de aardappelziekte van 1845, die, behalve in Ierland, ook in bepaal de streken van ons land hongersnood heeft veroorzaakt. Van de bestrijdingsmethoden, die in de loop der tijd in zwang zijn geko men, is alleen de chemische een omstreden zaak. De pesticiden zijn namelijk dikwijls giftige en in de grond moeilijk afbreekbare stoffen. Ze hebben vaak een breed spec trum. Dat wil zeggen dat, behalve het te bestrijden insekt, ook andere soms heel muttige insekten worden gedood. Er moet dan ook zeer voorzichtig mee worden omge- gaan en toelating en gebruik ervan zijn dan ook gebonden aan strenge voorschriften. Het streven blijft er echter op gericht, de belasting van het milieu met giftige stoffen zoveel mogelijk te beperken. Dit is al ten dele gelukt: de kwikhoudende zaadont smettingsmiddelen en de persistente (niet of moeilijk afbreekbare) chloorhoudende koolwaterstoffen als DDT zijn reeds van het toneel verdwenen. Verder tracht men het aantal bespuitingen en de dosering van de pesticiden te verminderen. Dit kan onder andere door de prognose van het optreden der ziekten en plagen te verbeteren. Bespui tingen onder het motto: „Baat het niet, dan schaadt het ook niet", komen dan te verval len. Ook de resistentieveredeling en het bestrijden van ziekten en plagen, met de natuurlijke vijanden van hun verwekkers, kunnen bijdragen tot het terugdringen der pesticiden. Deze kunnen echter volgens de schrijver thans niet, en misschien wel nooit geheel worden gemist. In het hoofdstuk over de fossiele energie blijkt dat de landbouw ongeveer tien pro cent van het Nederlands verbruik aan fos siele energie voor zijn rekening neemt. Dit is voor een bedrijfstak, die de gehele voed selvoorziening verzorgt en bovendien nog 25 procent bijdraagt in de export, zeker niet veel. Het grootste deel van de energie in de land- en tuinbouw wordt besteed aan de verwarming in de tuinbouw (51 procent), daarop volgt kunstmest (22 procent) en vervolgens motoren, machines e.d. (15 pro cent). De overige 12 procent wordt besteed aan gewasbeschermingsmiddelen, tuinbouwg- las en veevoer. Vermeldenswaard is nog, dat voor het voortbrengen van een bepaalde hoeveelheid produkt bij een intensief sys teem van bedrijfsvoering (hoge opbreng sten van een beperkt areaal) minder energie nodig is dan bij een extensief systeem (lage re opbrengen van een groter areaal). Veehouderij In de bijdrage, die handelt over de invloed van de intensivering op de gezondheid en het welzijn der landbouwhuisdieren, wor den onder andere twee in de emotionele sfeer gelegen vraagstukken aan de orde gesteld. Het eerste is de vraag of het ethisch verantwoord is om. in een wereld waarin nog zoveel honger wordt geleden, granen en andere voor de mens eetbare produkten als veevoer te gebruiken. Het blijkt nu. dat aan dit vraagstuk veel meer kanten zitten dan gewoonlijk wordt aangenomen. Het tweede betreft de huisvesting van kip pen, varkens en kalveren in de modeme systemen. De schrijver van dit hoofdstuk is van mening, dat opheffing van de bedrijfs tak onmogelijk is, hoewel opheffing van bepaalde zijde wordt gepleit. Een betere huisvesting moet volgens hem gebaseerd zijn op gedragsonderzoek van dieren. De eventuele kosten daarvan moeten door de prijs van het produkt worden gedragen, hetgeen slechts door internationale regelin gen kan worden gerealiseerd. Voedsel In het artikel over voeding, gaat het onder andere bm de beïnvloeding van de kwaliteit van het voedsel door het gebruik van kunst mest en bestrijdingsmiddelen bij de ver bouw van gewassen en om het toevoegen van conserveringsmiddelen, smaak- en reukstoffen e.d. bij de industriële verwer king daarvan. De conclusie is, dat het met ons voedsel nogal losloopt. Gezondheidsrisico's bestaan in dit verband voornamelijk in het overmatig eten in rijke landen en de onvoldoende voeding in vele ontwikkelingslanden. Daarbij vergeleken zinken de risico's voortvloeiend uit het ge bruik van chemicaliën in het niet. In het hoofdstuk over Cultuurtechniek blijkt de ruilverkaveling in onze tijd het meest spectaculair. Een groot deel van onze cultuurgrond is, wordt of zal worden verka veld. Aanvankelijk vooral bedoeld om on doelmatige versnippering der percelen te gen te gaan, werden al spoedig ook de ontwatering en de ontsluiting van het ver- kavelingsblok ter hand genomen. Later vonden in ruilverkavelingsverband ook herontginning en verplaatsing van boerderijen plaats. Behalve als Instrument voor de verbetering van de landbouwstruc tuur. is het ook dienstig aan de ruimtelijke ordening. Er wordt namelijk, behalve met de landbouwbelangen, ook terdege reke ning gehouden met die van de recreatie en Het boek „Omstreden landbouw"*, dat onlangs is verschenen, lijkt ons een belangrijke bijdrage aan de dis cussies die in en buiten deze sector worden gevoerd. Het boek is geschreven door een aan tal vooraanstaande Wageningse des kundigen, die een aantal kanten be handelen van de modernisering in de landbouw, die na de tweede wereld oorlog in een hoog tempo heeft plaatsgevonden. Vele omstreden technische en ecologische vraagstuk ken worden daarbij aan de orde gesteld. Wij vonden de initiatiefnemer en be langrijkste auteur van het boek, ir. M van der Molen, bereid voor deze krant een korte samenvatting van de in houd te geven. ♦„Omstreden landbouw" is versche nen bij Uitgeverij Het Spectrum in Utrecht. De prijs is 12,50 die van natuur en landschap. Nog sterker gezegd: ruilverkaveling en morderne land bouwmethoden openen de deur naar méér bestemmingen van landbouwgrond voor re creatie en natuur en landschap. In het laatste hoofdstuk wordt een uiteen zetting gegeven over de wereldvoedselvoor ziening. Er is wel voldoende voedsel, maar het schort aan de verdeling. Het probleem kan echter niet blijvend worden opgelost door voedselhulp, hoe noodzakelijk die in hongergebieden ook is en helaas voorlopig nog wel zal moeten blijven. Natuurbehoud is behalve uit esthetisch en ethisch ook uit economisch oogpunt van belang. Dat geldt niet alleen voor de ont wikkelingslanden, waar de bevolking voor zijn bestaan afhankelijk is van de natuurlij ke levensgemeenschappen (Sahel) maar ook voor ons land. Het opdoeken van onze laatste natuurter reinen zou weliswaar onze welvaart niet onmiddellijk in gevaar brengen, maar met iedere uitstervende soort, verdwijnt een po tentiële hulpbron De be3te bescherming hiervoor is de in standhouding van de leefgemeenschappen, waarin ie voorkomen. Alle organismen die deel uitmaken van zo'n ecosysteem (leefge meenschap) worden dan behouden, ook de bodembacteriën en schimmels, die bijvoor beeld voor de stikstofverbinding of voor de bereiding van geneesmiddelen (penicilline!) van belang zouden kunnen zijn. De landbouw is uit de aard der zaak een bedreiging van de natuurlijke ecosystemen. Alle cultuur richt zich in principe tegen de natuur. Cultiveren is ingrijpen in het na tuurlijke. De schrijver behandelt de rol die de verschillende vormen van bodemcultuur en veeteelt in dit verband in de loop der tijden hebben gespeeld. Daarnaast komt ook de Invloed van moderne ontwikkelin gen in en buiten de landbouw aan de orde. Er moeten speciale maatregelen worden getroffen voor het behoud van landschap pen en ecosystemen. Hierbij komen behalve de natuurreservaten ook de landschapspar ken aan de orde. Snelle opvoering van de landbouwproduk tle in de desbetreffende gebieden is hier voor noodzakelijk. De nog grotendeels tra ditionele landbouw in de ontwikkelingslan den zal gebruik moeten maken van de mo derne produktieverhogende technieken. Ondanks de sombere voorspellingen van de Club van Rome zijn er nog grote mogelijk heden voor de opvoering van de produktie. De FAO onderneemt pogingen, die. on danks de ondervonden teleurstellingen, worden voortgezet. Naast een technisch vraagstuk is de wereldvoedselvoorziening ook een uitdaging in het sociaal-economi sche vlak. Het is een dringende noodzaak om niet alleen de welvaart tussen de landen beter te verdelen, maar eveneens die tussen de be woners van eenzelfde land. Het voorgaande is slechts het aanstippen van enkele aspecten van de omvangrijke en wetenschappelijk behandelde stof. die in de publikatie naar voren komt. De bedoeling van de schrijvers is niet meer en niet minder dan om de discussie over deze omstreden onderwerpen een objectieve basis te geven. Het kennis nemen van de Inhoud gaat niet zonder moeite, maar de beloning van het lezen heeft, behalve het kennis nemen van de feiten, een betere gespreksbasls met anderen. 1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1978 | | pagina 31