Bouwprogramma zal
niet worden gehaald
}een sprake van verkoop
rinancieele Dagblad
Strand kan nu in bad
Soort mest heeft geen invloed op kwaliteit voedsel
jbrek aan vaklui belangrijkste oorzaak
Tachtig minder
ontslagen bij
Stokvis-Kelly
OR Hoogovens in
protest tegen
uitsluiting
Duitse collega's
Ie*
ionder kunstmest onmogelijk wereldbevolking te voeden
IDAG 9 DECEMBER 1978
FINANCIEN EN ECONOMIE
TROUW/KWARTET
31
[RECHT Het woningbouwprogramma tot 1983, dat de overheid voor ogen staat, zal niet
orden gehaald. Zou dat, tegen de verwachting in, wel worden gerealiseerd, dan zullen er tot
90 nog elk jaar 97.000 woningen moeten worden gebouwd.
Isei voorzitter S. J. van Eijkelen-
g van het Algemeen Verbond AantlWinning
^edriJUAVBB) gisteren, op de somber was ook directeur ing. C.
rlijkse betondag van de Betonver- souwerbren van de Betonverenlging.
®-J-g m Utrecht. Hij weet dit ach-
ging
blljvi
Jven van de bouw voornamelijk
gebrek aan vaklieden, die weer
Dreen belangrijk deel het gevolg is
''-de discontinuïteit (schommelin-
in de bouw.
heer Van Eijkelenburg wees er in
verband op dat een regelmatige
ortgang in de bouwproduktie een
reiste is voor de bedrijfstak, om
slissingen over investeringen in
snsen en materiaal de beste kans te
ven rendabel te zijn.
iet meer
ens hem mag het dan niet voor
in. da het aantal voltooide wo-
igen van 1973 tot 1976 daalde van
S.OOO naar 107.000 en er thans weer
t woningtekort is, dat in januari
15 in de bouw een werkloosheid
trad van 55.000 man terwijl er
ins geen mensen te krijgen zijn en
t mensen in grote getale zoals in
jaren zestig naar de bedrijfstak
orden getrokken om er na een aan-
I jaren weer uitgestoten te worden.
fB discontinuitelt leidt tot verspil-
Ien schrikt mensen af om een
i binnen de bouwnijverheid te
Met name jongeren willen wel
zekerheid, aldus de heer Van
mburg.
worden afgegeven en de concessies
uitgeput raken, over hooguit drie jaar
met de zandwinning en over zes jaar
met de grindwinning in ons land zijn
gebeurd.
Aan grind wordt in ons land jaarlijks
17.5 miljoen ton verbruikt. Hiervan
wordt (nog) 9.6 miljoen ton in eigen
land gewonnen, zodat de rest moet
worden geïmporteerd.
De dreigende noodsituatie moet vol
gens hem veroorzaakt'zijn door het
ontbreken van een nationaal beleid
voor ontgrondingen, hetgeen een
evenwichtige afweging van belangen
vereist. Dat zal moeten leiden tot een
nationale coördinatie van beslissin
gen op provinciaal en gemeentelijk
niveau.
Puingebruik
,JStop maar jongens, we gaan het
anders doen!"
Volgens hem zal het, omdat er al
jaren vrijwel geen nieuwe vergunnin
gen voor zand- en grindwinning meer
Sprekende over andere mogelijkhe
den, wees.de directeur op het gebruik
van puin, dat moeilijk is en niet de
kwaliteit van grind zal opleveren.
Huisvuil kan in bepaalde materialen
worden verwerkt, maar niet dienen
als vervanger voor zand en grind in
beton.
Lichte toeslagmaterialen zijn wel te
vervaardigen, maar dat vereist veel
energie. Gebroken natuursteen stuit
op problemen bij de buitenlandse
steengroeven, en het materiaal is ook
niet voor beton geschikt.
een onzer redacteuren
STERDAM Zowel V D als Hendrik Sijthoff, eigenaar van het Financieele Dagblad,
:ennen geruchten dat de laatste de krant aan de eerste wil verkopen.
^■oordvoerder van V D, dat
1 buiten de warenhuissector uit-
en zich in bankierszaken be
jel nadrukkelijk, dat niet met
aff over het Financieele Dag-
dwerd onderhandeld en dat dit
li nooit is overwogen. Over het ge-
lebt, dat V D geïnteresseerd zou
in de Amstelveense uitgeverij
- terdijk zei hij: „Ik weet zelfs niet
.ïj ii het bestaan van die uitgeverij
het Financieele Dagblad van van-
ïg verklaart eigenaar H. A. H. Sijt-
II, dat „de verkoop van de onderne-
tng die het Financieele Dagblad
Igeeft, niet aan de orde is". Hij wijst
a op, dat zeer onlangs overeenstem-
j is bereikt tussen personeelsver-
[enwoordigers en hem over de
ofdlijnen van een structuur, die het
zelfstandig en onafhankelijk bestaan
van de krant garandeert.
KON. ADRIAAN VOLKER en
VERENIGDE H VA-MAATSCHAP
PIJEN zien af van permanente sa
menwerking in de agro-industriële
sector. Over de voorwaarden van die
samenwerking kon geen akkoord
worden bereikt.
VOLKER STEVIN verwacht het
komende jaar een stijgende omzet en
een winst, die op zijn minst gelijk is
met het huidige niveau. De onderne
ming, ontstaan door samenvoeging
van Adriaan Volker en Stevin, heeft
22.000 mensen in dienst, een omzet
van drie miljard en een eigen vermo
gen Van ruim 615 miljoen.
SUIKER UNIE: de coöperatie
heêft in het boekjaar 1977/78 een
voordelig saldo behaald van 10,8 mil
joen gulden tegen 12 miljoen gulden
in het voorgaande jaar. Van de sui-
kerbietenproduktie in Nederland, 6,3
miljoen ton, verwerkte Suiker Unie
3,6 miljoen ton tot 503.900 ton witsui-
ker. De binnenlandse afzet lag op een
iets hoger niveau, deels als gevolg
van de daling van de koffie- en thee-
prijzen. Het sulkerverbruik per hoofd
van de bevolking bedroeg 41,3 kilo.
HOECHST-HOLLAND wU doch
ter Wagemakers-Veluvine Lakfabrie
ken in Breda overdoen aan een doch
ter van Hoechst-Duitsland. Die Duit
se dochter wil, als voorwaarde voor
overname, de produktie van natte
lakken stopzetten waardoor het aan
tal arbeidsplaatsen binnen drie jaar
zal teruglopen van 250 naar 150.
UTRECHT Het strand moet in bad, vindt het Hoomse baggerbedrijf Konijn, dat nu in
staat is die wasbeurt te verrichten.
Het Hoornse baggerbedrijf, dat
hiervoor in drie jaar tijd een om
vangrijk apparaat heeft ontwik
keld, stelt, dat bodem en strand van
meren en plassen, die 's zomers
druk worden gebruikt door tiendui
zenden recreanten, regelmatig ge
reinigd dienen te worden om voor
de gezondheid gevaarlijke veront
reiniging tegen te gaan. Een reuze
schildpad heeft model gestaan voor
de Hoornse uitvinding, die in staat
is per uur bijna 30 kubieke meter
zand volledig te reinigen. Grote
overeenkomst met de schildpad is
vooral de manier, waarop de con
structie van het baggerbedrijf van
uit het water het strand opwandelt.
Poten, drijvers en beweeglijkheid
van de machine stellen het bedrijf
in staat zelfs in plasjes van 30 centi
meter water aan het werk te gaan.
De recreatiebehoeften in Nederland
zijn volgens het baggerbedrijf voor
meer dan 75 procent gericht op wa
ter. Met name is het gevaar voor de
volksgezondheid volgens het be
drijf aanzienlijk in water en op
stranden van meertjes en plassen,
die niet in open verbinding staan
met ander water. Ons land kent
ongeveer honderd van dergelijke
strandbaden, die voor wat betreft
de hygiëne voortdurend onder con
trole staan van rijks-, gemeentelij
ke- en provinciale overheden en die
in de zomermaanden door vele hon
derdduizenden recreanten worden
bezocht. De verontreiniging van
deze strandbaden, die tot nu toe
alleen kon worden tegengegaan
door drooglegging van de Plas
door het vervangen van een laag
zand, wordt vooral veroorzaakt
door zwerfvuil, voedselresten, zon
nebrandolie, uitwerpselen en orga
nisch vuil zoals huidschilfers en
haren.
Zandkastelen
Het baggerbedrijf vindt dat de
meeste aandacht moet uitgaan
naar het natte stukje strand vlak
voor de waterlijn. Niet alleen omdat
door de warmte en het vocht bacte
riën daar het meest kunnen gedijen,
maar vooral ook omdat dat de plek
is, waar kinderen hun zandkastelen
bouwen. „Het meest gebruikte
stukje strand." zegt directeur N. G.
Konijn.
Om dat stuk strand te reinigen,
moeten bulldozers het ZEtnd in het
water, schuiven. De „reuze-schild-
pad" wandelt het water in, trekt de
poten op en laat zijn zuigslang in
het water zakken. Aan het einde
van die slang zit een zuigmond met
grote borstels, die de bodem en het
zand dat van het strand het water in
is geschoven, omwoelt en naar bin
nen zuigt. Op het strand zelf staat
de reinigingsmachine, die in zijn
„bulk" een cycloon kan nadoen,
waardoor zand en vuil gescheiden
worden. Het bijna witte en voor 95
procent schone zand wordt daarna
weer op het strand gespoten.
Het vuil wordt, vermengd met wa
ter, als slib in een speciaal daarvoor
gegraven bezinkput gestort. Dat
vuil is in concentratie als slib zo
gevaarlijk, dat het zo gauw moge
lijk moet worden verbrand.
Omdat het apparaat kan werken in
zeer ondiepe plasjes water, is het
praktisch overal inzetbaar, aldus
het bedrijf. Behalve aan plassen en
meren kan daarbij volgens direc
teur Konijn gedacht worden aan
vijvers, sloten, kanaaltjes en ook
aan bezinkbakken van waterzuive
ringsinstallaties. Nu moeten die
bakken nog regelmatig met hand-
kracht van vuile drab worden
verlost.
Behalve in het water geschoven
strand kan de machine ook de hele
bodem van een meer of plas zuive
ren. Na een behandeling kunnen
bodem en strand er volgens het
baggerbedrijf weer een jaar of vijf
tegen. Volgens directeur Konijn is
er al grote belangstelling voor de
capaciteiten van zijn „reuze-schild
pad".
Ingrijpen bonden:
Van een onzer verslaggevers
LEEUWARDEN Het alternatief
van de vakbonden, om uit de proble
men bij Stokvis-Kelly in Kootstertil-
le te komen, is grotendeels door hef
Ogem-concern (het moederbedrijf
van Stokvis-Kelly) overgenomen. Dat
betekent dat er tachtig man meer aan
het werk kunnen blijven, dan in de
opzet van het bedrijf het geval was
In oktober kwam de directie van
Stokvis-Kelly zonder dat daarover
overleg was geweest met de vakbon
den, met een plan, dat tot ontslag van
120 mensen zou leiden. De vakbon
den namen dat niet en eisten overleg,
met als resultaat dat er gepraat werd
en het plan werd teruggebracht tot
een „voorlopig" plan.
Daarna stelden de vakbonden een
alternatief plan op. dat gisteren gro
tendeels door de directie is overgeno
men. Het aantal ontslagen zal nu
beperkt blijven tot 40 man, waarvan
er 35 werken in de indirecte sfeer.
Volgens districtsbestuurder P. Bos-
ma van de Industriebond CNV heeft
de vakbeweging nog geen definitief
oordeel over deze nieuwe opzet
waarin werk blijft bestaan voor 110
mensen uitgesproken. Intussen be
staat wel het streven, op bepaalde
onderdelen van het besluit nog wat te
veranderen.
UTRECHT (ANP) Een meerder
heid van de gekozen leden van de
centrale ondernemingsraad van
Hoogovens heeft geprotesteerd tegen
de uitsluiting van niet-stakende
werknemers bij Hoesch, de partner
van Hoogovens in Estel.
In een verklaring aan onder meer de
raden van bestuur van Hoogovens en
Estel schrijven de OR-leden. dat door
de uitsluiting van de niet-sttikende
werknemers „ernstige afbreuk wordt
gedaan aan het sociaal klimaat"
In een reactie op de verklaring zegt
de raad van bestuur van Hoogovens,
dat de OR-leden aan het verkeerde
adres zijn. Ze hadden zich niet tot
Estel moeten wenden, maar tot de
centrale werkgeversorganisaties in
de Duitse ijzer- en staalindustrie. De
staking in de Bondsrepubliek duurt
nu anderhalve week. Gestaakt wordt
om een werkweek van 35 uur en vijf
procent loonsverhoging.
ADVERTENTIE
Royementsverklaring no-claim nieuw
waardepapier voor autoverzekering
Van een onzer verslaggevers
AMSTERDAM Met ingang van 1
januari verstrekken autoverzeke
raars aan hun verzekerden bij beëin
diging van de verzekeringsovereen
komst een nieuw document, de zoge
naamde royementsverklaring no-
claim.
In deze royementsverklaring is ver
meld op welke no-claim de verzeker
de bij verlenging van zijn autoverze
kering recht zou hebben gehad. De
verklaring, die als een waardepapier
dient te worden beschouwd af
schriften ervan worden niet verstrekt
dient bij het sluiten van nieuwe
autoverzekeringen na 1 januari a.s. te
worden overlegd om in aanmerking
te komen voor een no-claimkorting.
Indien geen verklaring kan worden
overlegd, zal de no-claimkorting ge
heel opnieuw moeten worden opge
bouwd.
oor ir H. van der Molen
t modernisering van de landbouw heeft bulten de landbouw hier en
lar weerstanden opgeroepen. Natuurbeschermers protesteren tegen de
grepen op natuurlandschap, voorstanders van de „alternatieve" land
ouw tegen het gebruik van chemicaliën en het grote publiek, dat het
iet allemaal kan volgen, krijgt meer en meer de indruk dat er aan die
indbouw van alles mankeert. Ja, dat die zelfs een bedreiging vormt voor
et welzijn van mens en dier. Om deze kritiek tot zijn ware proporties
erug te brengen, hebben de schrijvers „Omstreden landbouw" samen-
teld. Tegenover de vaak ongefundeerde beweringen, worden de
ttenschappelijk vastgestelde feiten geplaatst.
egonnen wordt met een beschrijving van
vele veranderingen, die zich na de Twee-
Wereldoorlog in de structuur, organisatie
omvang van de produktie hebben voor
baan.
j arbeidsproduktiviteit blijkt te zijn ver-
gervoudigd. Dit door het gecombineerd ef-
van de verdubbeling van de produktie
1 door de mechanisatie mogelijk ge-
'aakte halvering van het aantal arbeids-
fechten.
(unst)mest
'produktiestijging is voor een belangrijk
«1 toe te schrijven aan de sterke stijging
u het kunstmestgebruik. De voorstan-
van uitsluitend organische bemesting
fbben veel kritiek op het gebruik van
•kistmest, die volgens hen grond en gewas-
(n zou verzieken. De schrijvers geven, SnrOOki6
I °ordat zij op die kritiek ingaan, een uiteen-
«'.ting over de voeding van de plant: de
®odigde voedingsstoffen, de herkomst en
opneming daarvan.
Kunstmest geeft echter minder uitspoeling
naar het oppervlaktewater en daardoor
minder algengroei.
Ten aanzien van de kwaliteit van het voed
sel bestaat er volgens de schrijvers niet het
geringste bewijs voor het geloof, dat er ten
behoeve van de gezondheid een kracht uit
gaat van gewassen die met alleen organi
sche mest zijn opgekweekt. Een gecombi
neerd gebruik van beide mestsoorten geeft
in het algemeen de beste resultaten. Verder
wordt duidelijk gemaakt, dat bij weglating
van de kunstmest de landbouwproduktle
sterk zou dalen, in Nederland wel met 40
50 procent. Zonder kunstmest zou het dan
ook onmogelijk zijn de groeiende wereldbe
volking te voeden. Hetzelfde geldt ook voor
de gewasbeschermingsmiddelen, die daar
na aan de orde komen.
M lijkt nu. dat het voor de planten geen
tohil maakt of de voedingsstoffen uit
>®stmest dan wel uit organische mest
«jvoorbeeld stalmest) worden opgenomen,
•[blijken tussen de beide mestsoorten
ïen of slechts graduele verschillen te be-
als het gaat om de invloeden van
(|de mestsoorten op de bodemVruchtbaar-
hd. de weerstand tegen ziekten en plagen.
kwaliteit van het voedsel en de verontrei-
van het milieu. Wat de invloed op de
«uctuur van de grond betreft, is de organi-
W mest in het voordeel.
Volgens de schrijver van dit artikel is het
een sprookje, dat de ziekten en plagen pas
een probleem zijn geworden na de invoering
van de modeme landbouwmethoden. Men
denk? slechts aan de aardappelziekte van
1845, die, behalve in Ierland, ook in bepaal
de streken van ons land hongersnood heeft
veroorzaakt. Van de bestrijdingsmethoden,
die in de loop der tijd in zwang zijn geko
men, is alleen de chemische een omstreden
zaak. De pesticiden zijn namelijk dikwijls
giftige en in de grond moeilijk afbreekbare
stoffen. Ze hebben vaak een breed spec
trum. Dat wil zeggen dat, behalve het te
bestrijden insekt, ook andere soms heel
muttige insekten worden gedood. Er moet
dan ook zeer voorzichtig mee worden omge-
gaan en toelating en gebruik ervan zijn dan
ook gebonden aan strenge voorschriften.
Het streven blijft er echter op gericht, de
belasting van het milieu met giftige stoffen
zoveel mogelijk te beperken. Dit is al ten
dele gelukt: de kwikhoudende zaadont
smettingsmiddelen en de persistente (niet
of moeilijk afbreekbare) chloorhoudende
koolwaterstoffen als DDT zijn reeds van het
toneel verdwenen. Verder tracht men het
aantal bespuitingen en de dosering van de
pesticiden te verminderen. Dit kan onder
andere door de prognose van het optreden
der ziekten en plagen te verbeteren. Bespui
tingen onder het motto: „Baat het niet, dan
schaadt het ook niet", komen dan te verval
len. Ook de resistentieveredeling en het
bestrijden van ziekten en plagen, met de
natuurlijke vijanden van hun verwekkers,
kunnen bijdragen tot het terugdringen der
pesticiden. Deze kunnen echter volgens de
schrijver thans niet, en misschien wel nooit
geheel worden gemist.
In het hoofdstuk over de fossiele energie
blijkt dat de landbouw ongeveer tien pro
cent van het Nederlands verbruik aan fos
siele energie voor zijn rekening neemt. Dit
is voor een bedrijfstak, die de gehele voed
selvoorziening verzorgt en bovendien nog
25 procent bijdraagt in de export, zeker niet
veel. Het grootste deel van de energie in de
land- en tuinbouw wordt besteed aan de
verwarming in de tuinbouw (51 procent),
daarop volgt kunstmest (22 procent) en
vervolgens motoren, machines e.d. (15 pro
cent).
De overige 12 procent wordt besteed aan
gewasbeschermingsmiddelen, tuinbouwg-
las en veevoer. Vermeldenswaard is nog, dat
voor het voortbrengen van een bepaalde
hoeveelheid produkt bij een intensief sys
teem van bedrijfsvoering (hoge opbreng
sten van een beperkt areaal) minder energie
nodig is dan bij een extensief systeem (lage
re opbrengen van een groter areaal).
Veehouderij
In de bijdrage, die handelt over de invloed
van de intensivering op de gezondheid en
het welzijn der landbouwhuisdieren, wor
den onder andere twee in de emotionele
sfeer gelegen vraagstukken aan de orde
gesteld. Het eerste is de vraag of het ethisch
verantwoord is om. in een wereld waarin
nog zoveel honger wordt geleden, granen en
andere voor de mens eetbare produkten als
veevoer te gebruiken. Het blijkt nu. dat aan
dit vraagstuk veel meer kanten zitten dan
gewoonlijk wordt aangenomen.
Het tweede betreft de huisvesting van kip
pen, varkens en kalveren in de modeme
systemen. De schrijver van dit hoofdstuk is
van mening, dat opheffing van de bedrijfs
tak onmogelijk is, hoewel opheffing van
bepaalde zijde wordt gepleit. Een betere
huisvesting moet volgens hem gebaseerd
zijn op gedragsonderzoek van dieren. De
eventuele kosten daarvan moeten door de
prijs van het produkt worden gedragen,
hetgeen slechts door internationale regelin
gen kan worden gerealiseerd.
Voedsel
In het artikel over voeding, gaat het onder
andere bm de beïnvloeding van de kwaliteit
van het voedsel door het gebruik van kunst
mest en bestrijdingsmiddelen bij de ver
bouw van gewassen en om het toevoegen
van conserveringsmiddelen, smaak- en
reukstoffen e.d. bij de industriële verwer
king daarvan. De conclusie is, dat het met
ons voedsel nogal losloopt.
Gezondheidsrisico's bestaan in dit verband
voornamelijk in het overmatig eten in rijke
landen en de onvoldoende voeding in vele
ontwikkelingslanden. Daarbij vergeleken
zinken de risico's voortvloeiend uit het ge
bruik van chemicaliën in het niet.
In het hoofdstuk over Cultuurtechniek
blijkt de ruilverkaveling in onze tijd het
meest spectaculair. Een groot deel van onze
cultuurgrond is, wordt of zal worden verka
veld. Aanvankelijk vooral bedoeld om on
doelmatige versnippering der percelen te
gen te gaan, werden al spoedig ook de
ontwatering en de ontsluiting van het ver-
kavelingsblok ter hand genomen.
Later vonden in ruilverkavelingsverband
ook herontginning en verplaatsing van
boerderijen plaats. Behalve als Instrument
voor de verbetering van de landbouwstruc
tuur. is het ook dienstig aan de ruimtelijke
ordening. Er wordt namelijk, behalve met
de landbouwbelangen, ook terdege reke
ning gehouden met die van de recreatie en
Het boek „Omstreden landbouw"*,
dat onlangs is verschenen, lijkt ons
een belangrijke bijdrage aan de dis
cussies die in en buiten deze sector
worden gevoerd.
Het boek is geschreven door een aan
tal vooraanstaande Wageningse des
kundigen, die een aantal kanten be
handelen van de modernisering in de
landbouw, die na de tweede wereld
oorlog in een hoog tempo heeft
plaatsgevonden. Vele omstreden
technische en ecologische vraagstuk
ken worden daarbij aan de orde
gesteld.
Wij vonden de initiatiefnemer en be
langrijkste auteur van het boek, ir. M
van der Molen, bereid voor deze krant
een korte samenvatting van de in
houd te geven.
♦„Omstreden landbouw" is versche
nen bij Uitgeverij Het Spectrum in
Utrecht. De prijs is 12,50
die van natuur en landschap. Nog sterker
gezegd: ruilverkaveling en morderne land
bouwmethoden openen de deur naar méér
bestemmingen van landbouwgrond voor re
creatie en natuur en landschap.
In het laatste hoofdstuk wordt een uiteen
zetting gegeven over de wereldvoedselvoor
ziening. Er is wel voldoende voedsel, maar
het schort aan de verdeling. Het probleem
kan echter niet blijvend worden opgelost
door voedselhulp, hoe noodzakelijk die in
hongergebieden ook is en helaas voorlopig
nog wel zal moeten blijven.
Natuurbehoud is behalve uit esthetisch en
ethisch ook uit economisch oogpunt van
belang. Dat geldt niet alleen voor de ont
wikkelingslanden, waar de bevolking voor
zijn bestaan afhankelijk is van de natuurlij
ke levensgemeenschappen (Sahel) maar
ook voor ons land.
Het opdoeken van onze laatste natuurter
reinen zou weliswaar onze welvaart niet
onmiddellijk in gevaar brengen, maar met
iedere uitstervende soort, verdwijnt een po
tentiële hulpbron
De be3te bescherming hiervoor is de in
standhouding van de leefgemeenschappen,
waarin ie voorkomen. Alle organismen die
deel uitmaken van zo'n ecosysteem (leefge
meenschap) worden dan behouden, ook de
bodembacteriën en schimmels, die bijvoor
beeld voor de stikstofverbinding of voor de
bereiding van geneesmiddelen (penicilline!)
van belang zouden kunnen zijn.
De landbouw is uit de aard der zaak een
bedreiging van de natuurlijke ecosystemen.
Alle cultuur richt zich in principe tegen de
natuur. Cultiveren is ingrijpen in het na
tuurlijke. De schrijver behandelt de rol die
de verschillende vormen van bodemcultuur
en veeteelt in dit verband in de loop der
tijden hebben gespeeld. Daarnaast komt
ook de Invloed van moderne ontwikkelin
gen in en buiten de landbouw aan de orde.
Er moeten speciale maatregelen worden
getroffen voor het behoud van landschap
pen en ecosystemen. Hierbij komen behalve
de natuurreservaten ook de landschapspar
ken aan de orde.
Snelle opvoering van de landbouwproduk
tle in de desbetreffende gebieden is hier
voor noodzakelijk. De nog grotendeels tra
ditionele landbouw in de ontwikkelingslan
den zal gebruik moeten maken van de mo
derne produktieverhogende technieken.
Ondanks de sombere voorspellingen van de
Club van Rome zijn er nog grote mogelijk
heden voor de opvoering van de produktie.
De FAO onderneemt pogingen, die. on
danks de ondervonden teleurstellingen,
worden voortgezet. Naast een technisch
vraagstuk is de wereldvoedselvoorziening
ook een uitdaging in het sociaal-economi
sche vlak.
Het is een dringende noodzaak om niet
alleen de welvaart tussen de landen beter te
verdelen, maar eveneens die tussen de be
woners van eenzelfde land.
Het voorgaande is slechts het aanstippen
van enkele aspecten van de omvangrijke en
wetenschappelijk behandelde stof. die in de
publikatie naar voren komt. De bedoeling
van de schrijvers is niet meer en niet minder
dan om de discussie over deze omstreden
onderwerpen een objectieve basis te geven.
Het kennis nemen van de Inhoud gaat niet
zonder moeite, maar de beloning van het
lezen heeft, behalve het kennis nemen van
de feiten, een betere gespreksbasls met
anderen.
1