en boek schrijven over mijn
an zag ik als een opdracht'
Tamtam
OOK HET ONZE
5 Verkade: 'Met anekdotes kom je niet veel verder'
.tS CELEN „Ik heb een
tenschappelijk boek
Jduard Verkade willen
W/KW»A(
G 20 NOVEMBER 1978
TROUW/KWARTET 7
Pauli
e aar
uliere
oek e<
«fèbvr
in Alt
en van
een ei|
^ch°Pfrecj Lammers
e heel
result
coi
lit zou
len vai
huwde -n* dat ook nog lees'
vrijn, i. Er zijn mensen die
erhaal dat ik er meer anekdo-
?.kfn 4'ad moeten verwerken,
ewust heb ik daarvan
n. Een boek vol anek-
leuk, maar je komt er
nmissij®1 verder mee Wat mij
te R„ voor ogen heeft ge-
i het ois een boek waar men-
in theater zijn getate
rd later ook nog iets
rbben als naslagwerk,
ons land veel te weinig
t gebeid. Dat wreekt
aam a >oral nu de theaterwe-
"Jap een aparte studie-
en col
ilijk oife 15 geworden.
w dr. Eline Verkade-Cartier
'1, de weduwe van de in 1961
regisseur en toneelspeler,
in zij zes jaar geleden begon
in van haar man te boek te,
iduidelijk voor ogen wat ze
;e maand is het resultaat
at werk, neergelegd in ruim
rd bladzijden, verschenen,
j het als een opdracht gezien
l te schrijven en ben dolgeluk-
jhet er nu ligt. Daarmee wil ik
;en, dat ik blij ben er vanaf te
die jaren ben ik dagelijks
•eest met Eduard en dat was
n. omdat ik zielsveel van hem
t «erhl10110611- Ik heb me Wel 66115
1 afgevraagd hoe het zou moe-
t dat boek als ik een hartin-
iets anders zou krijgen. Als je.
|c, 72 bent kan er van alles
E. Niemand anders had dit
nnen schrijven. Dat moest
I doen die deel heeft uitge-
van zijn wereld en dat laatste
j_ „.Joch wel van mezelf zeggen. Ik
rink"'^guard vanaf miJn HBS-tijd in
n ben 26 jaar met hem ge-
i zal
om 1'
fde.
I geweest."
ioires
leelgebie
00 uur.1 bli df
Eduard Verkade zelf die met
k begon, in de oorlog toen er
•elgebied voor degenen die
Cultuurkamer wilden
weinig was te doen. „Hij
heel enthousiast aan.
a een poosje ging het plezier er
■■■Metje af. Hij was nu eenmaal
:hriiver. Na de oorlog verhuis-
honderd vel die hij van die
■■"■tes had getikt naar de zolder.
i<= „vjZÜn dood kwam ik dat manus-
'eer tegen. Het ging uitgebreid
;jn jeugd, té uitgebreid. Fami-
h en goede vrienden die ik het
1 en waren het er unaniem over
at het in een dergelijke vorm
loest worden uitgegeven. Om-
luard Verkade voor het Neder-
Noord» toneel zo n belangrijke figuur
»est. vond ik echter dat er toch
tek over hem moest komen en
i ik eraan begonnen."
I aantekeningen van haar man|
roi^s Eline °P zoek naar.
straatlaal- »Dat ieek eerst een moei"
ipgave. Eduard had zelf vrijwel
n 16 gewaard op twee brieven na:
,p din#n Wibaut. op wie hij erg was
jaroclf' en 660 van de kunstschilder
,eg> (onijnenburg. Maar na enig zoe-
bnd ik bij anderen wel brieven:
de euf13^15 zelfs Een hoofdstuk
jwaren de illustraties. Eduard
estellifn oude schoenendoos vol foto's
chter niets achterop stond, en
iald tussen boeken kwamen we
het nodige tegen. Het is een
jke uitzoekerij geweest. Er wa-
;e interessante opnamen bij
Eline Verkade-Cartier van Dissel toneel is een vreemd vak hoor
(foto: Dirk Ketting)
dat de uitgever het aantal fotopagi
na's verdubbelde."
Eline Verkade kreeg de vrije hand
wat betreft de omvang van haar
boek. ..Ik krijg nu reacties van men
sen die zeggen: kon dat boek niet wat
dunner? Dat had best gekund, alleen
ik kon het niet. Degenen die het te
dik vinden moeten dan alleen het
begin en het eind maar lezen."
Oude dag
Eline is heel uitvoerig geweest over
de jeugd van haar man. Over zijn
laatste levensjaren lezen we niets.
Was zij bang te onbescheiden te wor
den? Als ik haar dat vraag is het
antwoord ontkennend. „De jeugd van
een mens is belangrijker dan zijn
oude dag. omdat in de jeugd een
persoonlijkheid wordt gevormd. Men
sen willen graag weten waar een vent
vandaan komt. maar de ouderdom,
de aftakeling is niet zo boeiend. Ik
heb het boek genoemd „Eduard Ver
kade en zijn strijd voor een nieuw
toneel". Daarom ben ik geëindigd
met zijn laatste optreden in het open
baar. bij de onthulling van zijn borst
beeld in de Amsterdamse Stads
schouwburg. Wat er daarna privé nog
gebeurde vond ik niet belangrijk
meer De strijd voor een nieuw toneel
was toen gestreden."
Dat neemt niet weg dat Eline Verka
de best over de laatste levensfase van
haar man wil praten. Die levens
avond op het buiten „Klein Boom en
Bosch", prachtig gelegen aan de
Vecht, waar Eduard in zijn jonge ja
ren als kleuter speelde en door een
gelukkige samenloop van omstandig
heden in 1938 samen met zijn vrouw
weer terechtkwam, werd gekenmerkt
door een steeds slechter worden van
het geheugen, waarvan Eduard Ver
kade grote hinder had.
„Toch verzuurde hij er niet door. Hij
is lang doorgegaan met het geven van
voordrachten, voornamelijk Hamlet
en Macbeth. Enige jaren voor zijn
dood heb ik hem gezegd dat hij het
maar niet meer moest doen. Ik wilde
hem ervoor behoeden dat hij midden
in een programma zou blijven steken,
omdat ik wist hoe vervelend hij dat
zou hebben gevonden. In de huiselij
ke kring heeft hij ook na dat moment
nog wel fragmenten voorgedragen.
Echt ziek is hij niet geweest, al moest
hij de laatste twee maanden van zijn
leven wel worden verpleegd. Geluk-
Religieus
„Hij was als man van 82 niet bang om
dood te gaan. Als Hamlet en ook als
Macbeth was hij trouwens al wel dui
zend keer doodgegaan. Nu kun je
zeggen dat het wel even anders is
wanneer je op een toneel sterft en
weet dat je even later weer op kunt
staan, of dat de dood werkelijk aan
de deur klopt. Maar hij bleef er kalm
onder. Dat had ook te maken met zijn
religieuze overtuiging. Zoals trou
wens alle Verkades is Eduard zijn
hele leven een religieus mens ge
weest. Zijn ouders, die doopsgezind
waren, lieten hun kinderen in gods
dienstig opzicht vrij, maar langs al
lerlei omwegen kwamen ze allemaal
toch weer bij de religie terecht. Jan.
een van Eduards broers, werd zelfs
monnik in Frankrijk. Hij heeft zijn
best gedaan Eduard over te halen ook
door Mink van Rijsdijk
Jaren geleden, toen homofilie nog helemaal on
dergespit zat in de taboesfeer, stapte er eens een
jongen in grote nood naar zijn huisarts. In die tijd
waren artsen nog niet zo toegerust als nu om zo'n
„probleemgeval" op te lossen. Toen het spreek
uur voorbij was, voelde die arts zich dan ook niet
veel minder ontredderd dan de jongeman die hij
met het bekende kluitje het riet had ingestuurd.
Hij vond het allemaal verbazend moeilijk, dc
jongen in kwestie was bovendien niet de eerste de
beste en zou in zijn eigen kring met zijn seksuele
voorkeur stellig niet worden geaccepteerd.
Tijdens de koffie zat de manier waarop hij met de
jongen had gepraat hem zo dwars dat hij er
belabberd van werd en zijn hart uitstortte bij zijn
vrouw. Dat loste de problemen niet op natuurlijk,
maar gaf wel een kleine compensatie voor de
dokter, wel te verstaan. Want op het moment dat
bij hem de stoom wat van de ketel was, zat zijn
vrouw danig omhoog met het verhaal. Sjonge, wat
erg voor die jongen en wat vreselijk voor zijn
ouders en hoe moest dat nou verder? Haar
benauwdheid om de feiten werd zo groot dat ze
die deelde met een goede vriendin, met mij om
precies te zijn. En aangezien ik ook nogal ontdaan
was, praatte ik op mijn beurt een beetje de
spanning van me af bij weer een ander.
Ondertussen fietste de jongeman, niet vermoe
dend dat zijn geheim al overal was doorgedron
gen,, onbevangen door het dorp. Iedereen praatte
over hem, niemand praatte met hem over „dat".
Veel later heb ik pas begrepen hoe eenzaam hij
was en hoe opstandig vaak. Zo ging dat toen. Nu
trouwens nog.
Neem nou dat meisje dat vreesde dat ze zwanger
was. Net zeventien was ze en nog op de Havo. Een
ding wist ze in het tumult van emoties heel zeker:
ze wilde geen kind. Al haar gedachten balden
samen op dat ene punt: geen kind. Maar abortus?
Met haar ouders kon ze niet praten en zo vluchtte
ze op een avond ontdaan en overstuur naar de
dominee. Hij adviseerde het meisje voor zeker
heid naar een arts te gaan. Dit kleine drama loopt
verder parallel met het voorafgaande. Aan hel
eind van de avond vertelde de predikant het
verhaal was hem ook niet in zijn koude kleren
gaan zitten zijn vrouw wat hij had moeteij
aanhoren. Zij nam de volgende dag een goede
vriend in vertrouwen en zo hoorde ook ik ervan.
Toen het meisje vier dagen later opgelucht dc
predikant opbelde met de mededeling dat toch
..alles" nog goed was gekomen, waren al tientah
len mensen op de hoogte van de problemen.
Daarna werkte de tamtam even voortreffelijk, ze
was dus niet in verwachting, maar ze had „het"
toch wel gedaan en dat was ook niet best. Onuit
roeibaar lijkt de behoefte van volwassen mensen
kwalijke zaken van een mcdeburgcr(es) door te'
vertellen. Het is niet eens altijd pure sensatielust,
soms is het zelfs bewogenheid, hoewel de drift om
een primeur te kunnen lanceren goede intenties
toch vaak vertroebelt.
Het is een verpletterende gedachte dat je eigenlijk
nergens veilig bent met een probleem dat je niet
alleen kunt dragen. Beloften over niet verder
vertellen, zwijgplicht en beroepsgeheim ten spijt
zijn er meer mensen zo lek als een mandje in
plaats van dicht als een pot.
Op cursussen, scholing, herscholing, training, en
weet ik waar is men tegenwoordig druk in de weer.
met persoonlijkheidsvorming. Uitstekend. Timide;
mensen moeten leren assertief te zijn. Erg goed.*
Maar waar leren mannen en vrouwen nou einde-.
lijk eens zwijgen? Zo'n cursus bestaat niet eens.'
Gek is dat, want alle Pieternellen Pietjes. Pieten;
en hoge Pieten hebben daar slaande behoefte aan.;
Als het gewoon bij onze opvoeding en algemene;
ontwikkeling zou horen dat wc wisten wanneer het-
nodig was onze kiezen op elkaar te houden, zoul
men in Den Haag nooit in de beruchtel
„STROOMVERSNELLING" zijn gekomen. TjaJ
er zat ergens een lek, zegt men nu schijnheilig.
Wat een flauwekul -lek, het mocht wat, iemand-
heeft gewoon gekletst inplaats van gezwegen.In'
dat licht verklaart men dan de primeur van een.'
krant nog bijna heilig. En dan zwijg ik nu maar;
over de gevolgen van niet kunnen zwijgen.
kig kon dat hier gebeuren op de plek
waaraan voor hem zoveel goede her
inneringen waren verbonden. Drie
dagen voor zijn dood keek hij nog in
de kamer hier boven uit het raam en
zei: 'Wat wonen wij hier toch prach
tig.' Hij wist toen al dat hij niet meer
lang had te leven. Dat had hij aan
vaard".
rooms-katholiek te worden door een
aardige vriend op hem af te sturen
om met hem te praten. Hoewel Edu
ard naar mijn gevoel In religieus op
zicht vlak achter broer Jan lag, een
tijdlang zelfs in het voorportaal van
het katholicisme heeft gezeten, wilde
hij zich uiteindelijk kerkelijk toch
niet binden. Het was bij hem een
beetje van: iedereen heeft gelijk".
Eduard Verkade is volgens zijn wedu
we blijven zoeken „naar het Licht
met een hoofdletter, maar los van
kerkelijke groeperingen". Dat kwam
naar voren in zijn werk. „Bij mijn
man moest er iets van geestelijke
waarde in zitten. Anders vond hij er
niets aan. Sociale problemen vond hij
niet belangrijk. Dat verklaart dat hij
zich niet tot Heyermans voelde aan
getrokken. slechts één keer een stuk.
dat was Uitkomst', van hem heeft
geregisseerd".
Royaards
In haar boek vertelt Eline dat haar
man evenmin met Willem Royaards
overweg kon. „Ons scheiden werel
den". verzuchtte Royaards eens op
een landweggetje bij Hattem na een
diepgaand gesprek met Verkade.
Waaruit die „werelden" dan wel be
stonden?
„Royaards was om te beginnen tien
jaar ouder dan mijn man. Hij kende
toen Eduard begon het vak al hele
maal en ieder mens zit vast aan zijn
eigen tijd. Royaards tilde zwaar aan
de taal en de klank. Hij was erg op
Vondel, gaf prachtige voorstellingen
van de Gijsbrecht, terwijl mijn man
eigenlijk niet zo van Vondel hield.
Voor hem was het Shakespeare. Roy
aards hield van krullen, mijn man
voelde zich aangetrokken tot het uit
beelden van karakters. Hij had iets
van de psycholoog in zich. Daar komt
bij dat Royaards egocentrisch was.
maar dat was Eduard ook. Dat zijn
dingen waar je niet tragisch over
moet doen. Het ls nooit goed als twee
regisseurs hand in hand door het le
ven gaan."
Een kwestie waaraan Eline Verkade
in haar boek maar een paar regels
wijdt zijn de drie mislukte huwelij
ken van Eduard Verkade (met Johan
na van Wulfften Palthe. de actrice
Enny Vrede en de illustratrice Rie
Cramer) die vooraf gingen aan het
ogenblik waarop zij hem haar ja
woord gaf. Wat Verkade zo'n moeilijk
mens om mee samen te leven? „Nee.
beslist niet. Hij was een vriendelijke
man met begrip voor anderen. Maar
toneel is een vreemd vak hoor." zegt
mevrouw Verkade als ik dit aan de
orde stel.
Fantasie
In de toneelwereld, waar alles draait
„om de fantasie, loop je snel de kans
dat het in een huwelijk misgaat. Je
hebt daar zo nauw met elkaar te
maken en als je dan de fantasie niet
meer van de werkelijkheid weet te
scheiden. Bovendien was Eduard veel
van huis. Dat allemaal bij elkaar was
de reden dat ziin eerste huwelijk
strandde. Enny Vrede werd verlfefd
op een ander en de uiterst begaafde
Rie Cramer had een fantasie die jin-
ders was gericht dan bij Eduard^en
dat ging ook verkeerd, al bleven bei
den bevriend. Rie Cramer heeft tiier
na haar scheiding nog wel gelogeerd
Mijn man had een hekel aan onenig
heid. Hij hield van mensen. Daarom
reisde hij ook zo graag met de treitj en
de bus. Dan kwam hij vaak enthousi
ast thuis en was het: „O. ik heb weer
zulke leuke mensen ontmoet" Dat
waren bijvoorbeeld boeren uit Koe
kengen, interessante karakters zon
der poeha, want daar moest Eduard
niets van hebben. Hij was wel ijdel.
Dat is iedere acteur in zekere zin,
anders kom je er niet, maar hij was
niet pedant en dat maakt een groot
verschil. Verkade was een gentleman
en dat hield meer in dan een jtsje
voor iemand ophouden."
Ik het boek staat geen kritiek op de
man die ons toneel wilde vernieuwen
Een mens zonder tekortkomingen
doet nogal ongeloofwaardig aam Eli
ne Verkade begint te lachen als ik dat
constateer. „Mijn man zal ook' wel
zijn fouten hebben gehad, maar ik
heb daar nooit iets van gemerkt,;het
in elk geval nooit als hinderlijk er
varen"
Op het dorpskerkhof van Breukelen
temidden van de mensen met wi^ hij
zich. naar Eline vertelt, zo nauw ver
bonden voelde, rust Eduard Verkade
onder een zwarte zerk. waarin fcijn
weduwe de woorden uit Hamlet heeft
laten beitelen: „Gereed zijn is allés'
1st Ml
t J
i
jpricll
Onder redactie van
mevrouw J. Wentmk-Frumau
en mr. J. J. Wentink
Vragen uitsluitend in envelop sturen naar postbus 507, 2270 AM
Voorburg. Per vraag een gulden in postzegels, het liefst in waarden
van 55 en 45 cent bijvoegen. Beslist niet aan da buitenkant opplakken.
Geheimhouding verzekerd. Briefkaarten worden terzijde gelegd
;ter
retariè:
G: In sommige kerken wordt
lags gelezen volgens het roos-
i het klassieke kerkelijke jaar
e Romanum). In onze kerk ge-
Jat niet (zie compendium Lied-
ip de 5de Zondag na Pinkste-
attheüs 5. de verzen 20—24 en 1
3 de verzen 815. Er bestaat
irgelijk rooster van de Raad
ïrken. dat als ik het goed heb.
anders is. Zoudt u mij een
rillen noemen, waar deze lezin-
an 11
de
ndei
Kerk
graft
afpla
legen
«'OORD: Het meest gebruikte
werd uitgegeven door de Prof.
Leeuwstichting (Louis Bouw-
erstr. 7. Amsterdam): adem van
Ik meen dat deze adem drie
g lestrijkt. De raad van kerken
ten uitgave (Bij Pluriform. Par-
20b. Voorburg). De eerste dag
gulden voor vier afleveringen
jaar '78) Elk jaar komt een
jaargang en daarbij is een
lijn waar te nemen Ik weet
[aar deze gegevens voor ge-
zullen worden, maar voor de
en dames theologen en predi-
is deze zaak nog lang niet
1 rond. Voor een buitenstaan
<t *l.J
r. «d€ 1
i- raar
der zal het bestuderen van deze stof
nog ingewikkelder zijn.
VRAAG: Als ik de kinderen naar
school breng, zie ik ontzettend veel
mooie rozebottels en zou daar wel
jam van willen maken. Kan dat?
ANTWOORD: Inderdaad is het een
heel aanlokkelijk gezicht, maar weet
u öf en waarmee de plantsoenen
dienst wel eens spuit tussen de bosjes
en hoeveel hondjes daar uitgelaten
worden? Wat de jam betreft, dat
staat wel in uw kookboek onder „Al
gemeen recept voor jam. gelei en
vruchtensap". De kroontjes en steel
tjes moeten eraf gehaald. Doorsnij
den en haartjes en pitjes verwijderen
(heel naar werk). Wegen, met een bo
dempje heet water tot moes koken, of
kroontjes en steeltjes eraf halen,
kneuzen en met bodempje heet water
opzetten en tot moes koken. Dan
zeven, (niet in metalen zeef). Ook dit
is vervelend werk met al die pitjes en
haartjes, wegen. Verder in beide ge
vallen afwerken waarbij men moet
zorgen dat alles vlot achter elkaar
geschiedt. Het resultaat is heerlijk,
maar u moet wel goed weten waar u
uw bottels vandaan haalt.
REKATIE van een van de tachtigers
Het gebeurt niet zo vaak dat we een
bedankje krijgen. Dat hoeft ook niet.
maar soms is zoiets wel vertederend.
Een 86 jarige dame zond ons. toen zij
haar wens vervuld zag. een lang ge
dicht. Dit is ons nog nooit overko
men. buiten Sinterklaastijd en we
zullen dat vers trouw bewaren. Het
eind was indrukwekkend: Ik neem de
brief mee naar de Soos en ik lees hem
voor. Zodat iedereen het hoort, het
hele koor En gelooft u maar. het is
gewis: Ieder wordt abonnee van
Trouw, die 't nog niet Ls
VRAAG: Hoe kwam de Zwitserse
garde bij het Vaticaan en wat is daar
verder van bekend?
ANTWOORD: In 1506 stelde paus
Julius 2 een garde samen uit alle
Zwitserse kantons, behalve Ticino.
(Dat was toen nog geen kanton). In
1540 zou Michel Angelo het geeL-
blauw rode uniform ontworpen heb
ben. dat op feesten gecompleteerd
werd met een ijzeren kuras, helm en
hellebaard. In '65 bestond de garde
uit vier officieren, èèn kapitin, drie
onderofficieren, acht tot tien korpo
raals. zes tot acht vice korporaals,
zestig tot honderd hellebaardiers. Er
is altijd wel liefhebberij voor om er
bij te komen, maar hoeveel deze he
ren verdienden, kon ik niet te weten
komen. Het is niet zo heel bijzonder,
dat deze garde een Zwitserse was. De
Zwitserse huursoldaten hadden een
heel goede naam en stonden bekend
als zeer betrouwbaar, zolang ze hun
soldij op tijd ontvingen (geen geldig-
geen Zwitsers). Op Ceylon hadden de
Nederlanders in de Franse tijd een
detachement Zwitserse soldaten.
Toen ze niet betaald werden, gingen
ze in Engelse krijgsdienst over. Ech
ter is bekend, dat de Zwitserse garde,
tot de laatste man vocht ter verdedi
ging van Lodewijk XVI hoewel het
salaris beslist niet tot die fatale dag
geheel uitbetaald was.
Soldaten en officieren werden overal
gevonden. Omstreeks de eeuwwisse
ling werd de Zwitserse officier Chris-
toffel. wegens zijn heldhaftig gedrag
in de Atjehoorlog onderscheiden Wij
lazen eens dat in 1776 in Westkapelle
Zwitserse soldaten werden ingezet,
toen daar opstootjes waren vanwege
de invoering van een nieuwe psalm
berijming. inplaats van die van
Datheen.
VRAAG: Waar blijven toch alle dode
kleine vogels? Men ziet wel eens een
dode spreeuw of merel ligen. maar
van deze mezen of mussen vindt men
geen spoor.
ANTWOORD: Ze zijn dan ook wel
erg klein, die dode vogeltjes, vooral
als de regen er eens over ging en wat
in de tuinen ligt. raakt wel tussen het
blad en de kevers en torren zorgen
wel dat ze wegkomen. Wat er onder
de dakpannen ligt voor resten van
nesten, dode vogeltjes en ander za
ken, droogt uit en ook daar zorgt de
natuur wel dat er veel verdwijnt. De
meeltorren, die men op hete zomerda
gen in trappen huizen en op zolder
ruimten vindt, zijn goede opruimers
en de paniek die er wel eens is als men
een paar van die torretjes door een
verder onberispelijk huis ziet scharre
len. is dan ook wel overdreven. Ze
kunnen het niet uithouden onder de
hete pannen en laten zich naar beden
vallen.
VRAAG: Wij erfden gedeelten van
een Lange Lijzenservies. dat men on
geveer zeventig jaar geleden regelma
tig als keukenservies gebruikte. Waar
kan ik iets meer over dergelijke ser
viezen te weten komen0
ANTWOORD: De naam L L slaat op
de slanke figuren van Mei Jen. mooie
jonge vrouwen, soms vergezeld door
een klein knulletje (onze voorouders
noemden dat „het zotje"). We vinden
ze al eind 17de eeuw. Deze decoratie
is nog steeds populair, zodat namaak
in allerlei vorm en kwaliteit te koop
geboden wordt. U schrijft dat dat u
niet veel literatuur over dit soort por-
celein heeft gevonden, maar ik ver
moed dat er in de Openbare en grote
Bibliotheken heus wel het een en
ander te vinden is over Nedrlands
porcelein en aardewerk en over het
gebruik van Chinees servieswerk
Vraag eens naar het boekje van F F
Lunsingh Scheurleer. Delfts Blauw
(Unieboek Bussum ISBN 90 228 4256
8). Als men belangstelling voor een
dergelijk onderwerp heeft, moet men
niet verwachten kant en klaar uitge
werkte studies ergens op een rijtje te
vinden, maar als men diverse hand
boeken eens doorkijkt en vergelijkt,
wordt het steeds merkwaardiger
overeenkomsten te zien en grote lij
nen te ontdekken
VRAAG: Waar kan ik de Riwa dui-
venstrips bestellen? In Hilversum
klopte het door u opgegeven adres
niet
ANTWOORD: Jammer dat u niet
even de telefoon greep Inderdaad is
de Riwa verhuisd naar Breda. Mathe
nessestraat 27-29. 4834 EA Op het
oude telefoonnummer te Hilversum
worden deze nieuwe gegevens via een
bandje meegedeeld
VRAAG: Is er geen uitgever te vin
den. die het boekje „Kleine Kroniek'
van AM Bach nog eens zou kunnen
uitgeven Ik vond het wel In een
stadsbibliotheek, maar ieder zou het
toch moeten kunnen bezitten, mét de
muziek van Bach?
ANTWOORD: Tot mijn grote vreug
de was onder de weinige boeken, die
we na de japanse bezetting uit onze
eigen bibliotheek terugvonden. Die
Kleine Chronik der Anna Magdalena
Bach (wieder aufgeleegt AD 35 Bei
Koehler. Leipzig). Het is inderdaad
wel een juweeltje en onder geen voor
wendsel lenen we het dan ook uit
Fijn dat u een vertaling in uw bibliot
heek vond. Dan zullen er ongetwijfeld
meer exemplaren zijn en die duiken
altijd wel weer op op een onverwach
te plaats. Ik heb geen contacten met
uitgevers, die ik op de een of andere
manier zou kunnen beïnvloeden
VRAAG: wat mag een hoogbejaarde
logé. die zoutarm, velloos moet eten
en bovendien suikerziekte heeft nu
eigenlijk wel eten? Graag zou ik een
zo uitgebreid mogelijke lijst van het
toegestane ontvangen
is er in
angar
-ylind.
ANTWOORD: Het beste en het enige
dat ik u kan adviseren is. via de
huisarts contact op te nemen met de
diètiste van uw rayon Ook de Wijk
zuster in het dienstencentrum kan u
helpen aan de folders van het voor
lichtingsbureau voor de voeding en
aan het adres van de Nederlandse
Diabetesvereniging. De combinatie
van de door u aangegeven dieeteri-zal
ook de diëtisfte) wel enige mérite
kosten, maar dat is ook een vah de
uitdagingen van een moeilijk vak.
„BLANKE SLAVEN in Amerika
Een paar maanden geleden was
deze rubriek een vraag over dwan
beiders in Virginia en Maiyrai
..waar zijn ze gebleven?" Hoewefwe
heel wat vonden over veroordelirt|en.
vervoer enz., van wat men als zware
misdadigers beschouwd kwam^ er
geen bevredigend antwoord op deze
vraag Heel toevallig kregen we verle
den week een pas verschenen boek
van James A Michener (The source
onder ogen. dat een vriend in New
York had gekocht en dat waarschijn
lijk binnenkort ook wel hier te kéop
zal zijn Chesapeake, een geweldig
dikke turf. handelend juist over'.dit
onderwerp de integratie van de vrij
gekomen dwangarbeiders en hunlna-
kroost Het is een roman en dat ligt er
dan ook dik op De veertien hoofd
stukken zijn vrijwel los van elkaar
verhalen, die alle op dezelfde manier
worden ingeleid en daardoor aan. el
kaar verbonden: een reis over de Che
sapeake Bay en de Choptankriver.
volgens een systeem dat men bij JAM
vaak meemaakt, maar voor iemand
die belang steli in de geschiedwus
van de Engelse dwangarbeiders, zoals
onze vragensteller dat is. is de bron
vermelding van Michener in ditnieu
we boek een grote verrijking (Rand
om House Ine N York N Y 7 78 ISBN
Q-394 50079 2S12 95I.