'Geen volksgericht, maar recht'
Tekening van een lezer
in -
Commentaar
Van Agt zoekt steun
e^Sl
italiaanse post neemt de tijd
IIS
7UW
SOftrieste zaak
sa
Voormalig verzet wil opening dossiers gezagsdragers
d van Aantjes
ige
ie jf
olePë
ni
onheil
Monster tegen dolfijnen
discriminatie
slapeloos
muis
!DAG 15 NOVEMBER 1978
BINNENLAND
TROUW/KWARTETRH S 5
itei
risteravond door de beant-
van de vragen uit de
Kamer, de mededelingen
lici en de publikatie van de
rteb* eling uit 1967 tussen Berg-
l in b Aantjes een indrukwek-
P Wii< hoeveelheid aanvullende
i over ons uitgestort.
pop
Davi| we beginnen met vast te
:onneqdat er ook nu nog .aller-
iakt i js van een volledig
tel°de ,aar r^gelijk ook constate-
de nu bekend geworden
k het beeld voor Aantjes
;avondj njet ongustiger maken.
Mtp ons een lief ding waard
in Ni| zijn als de officiële be-
muzie ng in de vorm van Kamer-
72dh 2van bet be&in a* aan een
verbrokkeld beeld zou
;pil va opgeleverd. In dat geval
hoofd >etrokkene meer recht ge-
1 en de discussie zou een
mïÏi emotioneel verloop heb-
ook pd. Er zijn in de afgelopen
iar-ho^or een onzorgvuldig optre
de regering en de onder
jr de l ïrantwoordelijkheid wer-
de bi jksambtenaren zoveel ern-
en landen in de zielen en repu-
dat i mensen aangebracht, dat
'n'en8 'cens waarschijnlijk nog
ist Rty'misschien wel altijd
link s - zullen blijven, terwijl dat
10516i niet nodig was.
voor] b
>ep. ei
jkstefemeer reden deze verant-
ïL jkheid met zoveel nadruk
tellen, omdat het kabinet
eens het gisteren gepubli-
ntwoord met een wat al te
drljvi lijke en lichtvoetige argu-
legroq van zijn verantwoorde-
Men «Probeert te onldoen-
iargea
TaCl^l ^omt bet eroP neer> dat
olo'sfcPtwoordehjke bewindslie-
compfiet bewustzijn van de on-
paarzéeid van het door haar te
n«B*n
rapport, geen weer-
dsvarfbben kunnen bieden aan
of <tej die op hen werd uitgeoe-
üwn.Jör twee opgewonden en
mogen aannemen zonder
ir de doofpot bevreesde
:naren-onderzoekers en
,|ld van de zaak-Aantjes is
inri» et de nu bekend gewor-
|evens nog allerminst
am maar toch willen wij even
pgaan op de hierboven ge-
aorlopige conclusie, dat
i0| lekend geworden materiaal
[ontlastend dan belastend
t Aantjes.
door een dagblad, dat over enkele
gegevens beschikte. Het is spijtig
te moeten concluderen, dat de be
trokken bewindslieden tegen een
dergelijke gang van zaken niet op
gewassen blijken te zijn.
Het moet de ministers ook daar
om kwalijk genomen worden, om
dat zich in het verleden een soort
gelijke zaak heeft voorgedaan, na
melijk bij het onderzoek in de
zaak-Weinreb. Het mag waar zijn,
dat de conclusies uit het toen on
dernomen onderzoek politiek en
emotioneel heel wat minder draag
wijdte zouden hebben (hoewel ze
de betrokkene natuurlijk ook
zwaar zouden kunnen treffen),
maar voor de rest zijn de overeen
komsten frappant. Er is één essen
tieel onderscheid: de toen verant-.
woordelijke bewindslieden (en de
onderzoekers, dat moet erbij ge
zegd worden) hebben heel wat
koelbloediger en daardoor ook za
kelijk en menselijk correcter gere
ageerd, toen dwars door dat on
derzoek heen een dagblad de voor
naamste conclusies uit een tussen
rapport publiceerde Desondanks,
werd met een souvereine mi
nachting van deze verwikkeling,
besloten het onderzoek on
verkort en zonder tussentijds com
mentaar voort te zetten. Dat heeft
geresulteerd in een indrukwek
kend rapport, waarvan je alleen
maar kan hopen dat er nog eens
zo'n gedegen werkstuk over de
zaak-Aantjes komt. Dat Weinreb-
rapport is indertijd terecht en
net als het voorlopige rapport-
Aantjes zonder commentaar
van de regering, maar verder ook
zonder poespas van de zijde van de
samenstellers aan de Kamer aan
geboden.
Er is uit dit alles eigenlijk maar
één conclusie mogelijk: de rege
ring is in paniek geraakt zelfs
zodanig dat pas op het allerlaatste
nippertje de voorzitter van het par
lement werd ingelicht, terwijl het
toch om een zaak ging die hem en
de hele Kamer in hoge mate aan
ging. Een trieste zaak.
van Aantjes aan Berghuis
het beeld dat Aantjes zelf
nzan>- in interviews en ook in
'n bee rsconferentie van vorige
orbth 'nsda8 heeft opgeroe-
gezuifnicuw moet worden vast-
l Hij flat dit verhaal allerminst in
ihn met de door De Jong/Van
ietkn uw Be8even fe»ten' maar
r, ma) e verhalen juist op elkaar
t ijs lienen te worden om er op
jk w|ier achter te komen wat er
iuicl k gebeurd is.
rt m
n dit teds is ook de vraag onbe-
trokJffd of Aantjes nu daadwer-
detil na aanme'ding
ilgem 's van de SS- Het ant-
:ijn zop die vraag is niet belang
en njde smet op die aanmelding
uchteP te nemen' maar wel voor
erin
door Huib Goudriaan
DEN HAAG In kringen van het voormalig verzet klemt de
vraag welke politici het verleden van mr Aantjes hebben
toegedekt. Verontrusting over de zuiverheid van ons politieke
systeem en de toekomst van de parlementaire democratie,
brengt twee voormannen van het voormalig verzet tot de
uitspraak dat het oorlogsverleden van publieke figuren moet
worden onderzocht. Hans Teengs Gerritsen, voorzitter van
het Centraal Orgaan Verzets- en Vervolgingsslachtoffers:
„Om te voorkomen dat er ooit weer zoiets gebeurt als de zaak-
Aantjes zullen de dossiers van politici en gezagsdragers
moeten worden geopend".
De Amsterdammer S. Korper, voor
zitter van het Verenigd Verzet en van
het Herdenkingscomité Februarista
king, voegt hieraan toe: „De algeme
ne opvatting van het publiek is dat de
kleintjes worden gepakt en de groten
worden gedekt; deze opvatting tast
de parlementaire democratie aan. Be
langrijk is ook dat de vaste Kamer
commissie voor de zaak-Aantjes dr
De Jong hoort. Hij heeft daar recht
op".
In ons gesprek onderstrepen beide
oud-verzetsmensen, dat de discussie
van de laatste dagen over presentatie
en inhoud van het rapport over Aan
tjes de aandacht afleidt van de essen
tie van de zaak: „Mr Aantjes, een
vooraanstaand politicus, kon worden
gecharteerd op grond van zijn
verleden,had daarom nooit politicus
moeten worden.
Ais er iets te verwijten valt,
moet er geen verwijt worden gericht
aan dr De Jong, maar aan de voor de
loopbaan van Aantjes verantwoorde
lijke politici, die hiervan moeten heb
ben geweten. Hierbij komt stellig niet
alleen de houding van de vroegere
ARP-top in het geding, maar ook van
anderen".
Als u spreekt over opening van „dos
siers", waarop doelt u dan precies?
„De MilitaireInlichtingendienst
heeft dossiers, de BVD heeft dossiers
en het Rijksinstituut voor Oorlogsdo
cumentatie beschikt over een schat
,van gegevens. Dr De Jong moet bij
voorbeeld de kans krijgen zijn kennis
op dit gebied te spuien om opening
van zaken te kunnen krijgen. De ge
gevens over het gedrag van politici en
gezagsdragers Kamerleden, minis
ters, burgemeesters en commissaris
sen van dè Koningin moeten be
kend worden. Daarbij is men natuur
lijk gebonden aan een bepaalde leef
tijdsgroep".
Kan dit niet leiden tot een heksen
jacht? En het lijkt me dat het nogal
een klus kan worden.
„Het belangrijkste fenomeen van de
zaak-Aantjes is, dat hu weer blijkt
dat de na-oorlogse zuivering niet
goed is afgerond. Wij, mensen van het
verzet, dachten na de oorlog invloed
te zullen krijgen op de totstandko
ming van een nieuwe maatschappij,
maar die verwachting is nooit geho
noreerd. Dat kwam doordat wij weer
moesten gaan werken; de oude top
greep toen de kans om de dingen uit
te vlakken, die in onze ogen fout
waren. Het is nu natuurlijk de vraag
of nu we alles open moeten gooien, of
dat het stukje bij beetje gebeurt en
verder moet worden gewacht tot een
komende generatie de dossiers kan
openen. Moet je het nu doen of moet
je wachten tot de nu nog levende
generatie, die bewust de oorlog mee
maakte, geheel weg is? En als nu d*
dossiers worden geopend hoever
moeten we dan gaan? Op deze vragen
hebben we nog geen bevredigend ant
woord. Wat betreft uw vraag: een
heksenjacht kan worden voorkomen
als een onderzoek duidelijk beperkt
wordt tot gezagsdragers in het alge
meen en Kamerleden. Het Rijksinsti
tuut voor Oorlogsdocumentatie moet
dan maar mensen aantrekken om de
klus op te knappen".
„Het verzet heeft direct na de oorlog
overigens nooit een Bijltjesdag ge
wild. De haren van meisjes, die met
Duitsers waren omgegaan, werden af
geknipt; dat soort zaken gebeurde
wel. Maar dat is niet door verzets
mensen gedaan. We wilden geen
volksgericht, maar recht".
Een argument dat ervoor pleit nu de
dossiers te openen is dat mr Van
Heijningen, de man die Menten ver
dedigde, nu met de mededeling is
gekomen: „Ik heb al tien Jaar gewe
ten, dat het oorlogsverleden van Aan
tjes niet goed was".
Hoe kan dit? Wie hebben nog meer
ervan geweten? Aan een onderzoek
waarbij de dossiers worden geopend,
zouden wèl alle partijen moeten mee
werken in het belang van de demo
cratie. Anders ontstaat er inderdaad
een heksenjacht en zullen er over en
weer valse beschuldigingen worden
gelanceerd. Het is direct na de bevrij
ding, en ook nu niet, nimmer de be
doeling van het verzet geweest een
Teengs Gerritsen:
verontrusting over zuiverheid politieke systeem
chaos te veroorzaken, maar wel om
zuiverheid van ons politieke systeem,
waarbij de zaken zoals dat in een
rechtsstaat past op een eervolle
wijze wordt aangepakt".
Mr. J. A. W. Burger, minister in Lon
den in oorlogstijd, thans minister
van staat, had in 1945 kritiek op de
toenmalige zuivering. Hij zei dat met
de portier was begonnen in plaats
van de directeur. Maar de toen jonge
portiers die fout waren, kunnen nu
belangrijke openbare functies heb
ben. Wat moet je daarmee aan? Moet
na ruim dertig jaar die periode niet
een keer worden afgesloten? Men
sen. die toen ideologisch fout waren
kunnen zich inmiddels hebben gere
habiliteerd.
„Hiermee komen we bij het begrip
„barmhartigheid". Toen het verzet
zich uitsprak tegen de vrijlating van
de drie van Breda, werd ons verweten
dat wij onbarmhartig waren, maar
wij zeggen (hier staat Aantjes buiten,
omdat hij geen oorlogsmisdadiger
was): barmhartigheid jegens de drie
van Breda is onbarmhartigheid té
genover de slachtoffers. Wat mr. Aan
tjes betreft, hij had op alle moge-'
lijke manieren een
loopbaan kunnen kiezen, maar niet
die van politicus. Als de gemeen
schap de misstap van Aantjes had
geweten en zou hebben geaccepteerd
was het wellicht wat anders geweest.
Maar een politicus die op grond van
zijn verleden af en toe over zijn
schouder moet kijken, loopt kans te
worden gechanteerd. En als die kans
bestaat mag Je noch Jezelf, noch Je
partij noch het volk daaraan bloot
stellen."
Kan zomaar aan het verweer van
Aantjes, dat hij zijn aanmelding (In
lijving bij de SS is nog onzeker en
bestrijdt Aantjes) een middel was
om naar Nederland te komen, wor
den voorbijgegaan?
„Al in Januari 1941 was er in Amster
dam een grote staking in het metaal,
omdat men weigerde in Duitsland te
gaan werken. Aantjes is vrijwillig ge-
gaan.Als je zo'n aanmelding als tak-
tiek ziet. dan smeer Je 'm (dus uit Port
Natal) en blijf Je daar niet zitten.
Daarbij komt dat hij zich aanmeldde
na Dolle Dinsdag, toen iedereen
Duitsers zowel als Nederlanders
wist dat Duitsland de oorlog prak
tisch had verloren. Er wordt gezegd
dat hij zo jong was; maar mensen van
diezelfde leeftijd hebben voor het
vuurpeleton van de vijand gestaan.
Alle verzetskringen hadden jonge
mensen en zeker in die periode. Ruim
300.000 mensen, merendeels jonge
ren, waren ondergedoken met age
gevolgen vandien.
Naar ons aller mening heeft Aan
tjes toen een verkeerde houding aah-
genomen, maar degenen die het heb
ben geweten en Aantjes naar voren
hebben gehaald, hebben de kuil ge
graven waarin hij nu is gevallen."
Vervolg van pagina 1
een rechtvaardige en juiste beoor
deling van de door Aantjes zelf
aangevoerde rechtvaardiging van
die aanmelding (en de daarop vol
gens Aantjes eigen getuigenis ge
volgde weigering om de conse
quenties van die aanmelding te
trekken).
Dat is een heel belangrijk gegeven,
waarover hoe dan ook uitsluitsel
moet komen. Maar ook dan nog
moet in het eindoordeel betrokken
worden dat Aantjes' eigen recht
vaardiging van zijn optreden (het
gebruiken van de Germaansche SS
als „transportmiddel" om naar
Nederland te komen) sinds giste
ren aanzienlijk minder fantastisch
blijkt te zijn dan menigeen had
gemeend. Het is jammer om het
maar zo voorzichtig te formuleren
dat de .onderzoekers de gege
vens hierover in hun eigen instituut
niet hebben verwerkt in hun rap
port van vorige week maandag.
Concluderend: wat Aantjes' rol
betreft is er nog steeds sprake van
een ten dele kennen, dat ons
dwingt tot een ten dele oordelen.
Tekeningen, bij voorkeur in liggend for
maat, sturen aan Trouw, jury politieke
prent, postbus 859, 1000 AW Amster
dam. Naam en adres aan de achterzijde
vermelden. Voor geplaatste prenten is er
een boekenbon
Het kabinet aanvaardt echter geen
verantwoordelijkheid voor de wijze
waarop de onderzoekers het rapport
maandagavond op een persconferen
tie hebben toegelicht. Die persconfe
rentie heeft als een schokgolf ge
werkt. Zij vormde mede de aanlei
ding tot de kritiek die later op het
regeringsoptreden werd uitgeoefend:
had het niet anders gekund. Had bij
voorbeeld de Kamervoorzitter niet
eerder ingelicht kunnen worden.
Hadden geen andere procedures ge
volgd kunnen worden?
In hun brief aan de Kamer zeggen de
ministers dat ook zij van oordeel wa
ren, dat zo spoedig mogelijk de voor
zitter van de Kamer Ingelicht diende
te worden. Zij wilden echter eerst de
heer Aantjes in de gelegenheid stel
len zijn zienswijze op de gerappor
teerde gegevens kenbaar te maken-
Maandag was echter aan publicatie
niet meer te ontkomen in verband
met het toen al bevestigde nieuws in
het Nieuwsblad van het Noorden.
Vondeling
DE UftL
Kamervoorzitter Vondeling is het
niet eens met dit verweer. Hij vindt
dat de regering en in het bijzonder
premier Van Agt zich niet Juist heb
ben opgesteld bij de procedurele
gang van zaken in de zaak Aantjes.
Hij verwijt de regering in het bijzon
der dat hij als Kamervoorzitter niet
direct op de hoogte is gebracht van
het onderzoek van het RIOD.
Het niet-Nederlander zijn heeft direc
te gevolgen voor het lidmaatschap
van de Tweede Kamer en het is de
vooreitter van de Kamer die in zo'n
•geval in actie moet komen, aldus
Vondeling. Hij vindt ook dat persoon
lijke zaken die het functioneren van
een Kamerlid als zodanig, als politi
cus dus, zaken zijn waarmee de rege
ring zich niet zou moeten bemoeien.
Met persoonlijke zaken die het func
tioneren van een Kamerlid, als politi
cus dus. betreffen. Het tijdstip van
publicatie had volgens Vondeling oqk
door de Kamervoorzitter moeten
worden bepaald.
In een brief aan de bijzondere Kamer
commissie die zich met de zaak Aan
tjes bezighoudt zegt Vondeling 3e
onderzoekers meteen al de Kamer
voorzitter op de hoogte hadden moe
ten stellen. De regering had hetzelfde
moeten doen van het moment af dat
zij van het onderzoek kennis droeg.
„In plaats daarvan werd ik eerst
maandagmiddag om één uur door
premier Van Agt op de hoogte ge
steld, en die vertelde me alleen nog
maar dat er in de loop van de dag
enkele vervelende dingen over Aan
tjes bekend zouden worden Eerst
's avonds toen ik de tv aanzette wist
ik wat er aan de hand was," aldus de
Kamervoorzitter gisteren op een
persconferentie. Overigens meent
Vondeling ook dat het „het meest en
het eerst" op de weg van Aantjes lag
om de Kamervoorzitter in te lichten.
Debat
De verantwoordelijkheid van het ka
binet in de zaak Aantjes zal met deze
kritiek ongetwijfeld het hoofdthema
vormen van het Kamerdebat morgen.
De kans bestaat dat de oppositiepar
tijen het regeringsoptreden ter zake
zullen afkeuren. De CDA-fracti'e
komt hiermee in een netelige positie.
Enerzijds kan zij de regering niet al te
hard laten vallen. Anderzijds wil zli.
door tegen een motie van de opposi
tie te stemmen, ook niet de indruk
wekken, de regering al te zeer en ten
nadele wellicht ook van Aantjes de
hand boven het hoofd te houden.
T
uitJL
dien®
'Mie
ens g O
:opei
stel,
een
is in V
„Volgende maand kom ik",
schreef een man aan zijn vrien
den in Italië, „en dan blijf ik een
dag of tien. Zonder tegenbericht
reken ik er op dat jullie me kun
nen hebben". Er kwam geen reac
tie en een paar weken later arri
veerde de man dan ook bepakt en
gezakt op zijn logeeradres. Nie
mand deed open. Pas in de avond
trof hij het echtpaar thuis, dat
hem helemaal niet verwacht had.
Een brief? Nooit gezien. En wat
was dat nou vervelend, maar
morgen moesten ze zelf op reis.
Nu had die man ook zo verstan
dig moeten zijn er voor alle zeker
heid een telefoontje aan te wa
gen. Iedereen die met Italië te
maken heeft, weet dat de Itali
aanse posterijen al een poosje
en zeker niet voor het eerst in
een slakkegangetje werken. Wie
nu vanuit het buitenland een
brief naar Rome stuurt moet er
rekening mee houden dat zijn
post wel zes weken onderweg kan
zijn als hem tenminste het
buitengewone geluk ten deel valt
dèt de brief of kaart bezorgd
wordt. Voor de Italianen zelf lig
gen de zaken al niet beter. Een
Italiaan die een maand met va
kantie op Sardinië was. gooide de
eerste de beste dag een stapeltje
ansichtkaarten op de bus, maar
zijn moeite was vergeefs. Ieder
een was bij zijn thuiskomst nij
dig. want „een kaartje kon er
zeker weer niet af". De kaarten
kwamen wel aan, maar toen was
hij zelf alweer een paar weken
terug van vakantie.
De problemen hebben overigens
niets te maken met die van de
Franse en Duitse postbodes die
zo vaak door honden gebeten
worden. Het gaat de Italianen om
loonsverhoging en verbetering
van de arbeidsvoorwaarden, za
ken waar al lang over gepraat
wordt zonder dat iemand er iets
aan doet. Vandaar dat de onte
vreden postbeambten een lang-
zaam-aan-actie houden, en door
dat alles zo langzaam gaat duurt
de actie ook al zo lang.
Toch gaat het echt al beter vol
gens postdirecteur Ugo Monaco.
„Laat iemand me maar eens een
briefkaart tonen die vandaag is
aangekomen en langer dan twee
maanden onderweg is geweest",
zegt hij opgewekt. Twee maan
den vindt meneer Monaco dus
niet te lang. hoewel hij wel be
grijpt dat dat voor kerst- en
nieuwjaarsgroeten wel een beetje
vervelend is. Daar wordt dan ook
wat aan gedaan: volgens hem zul
len er rond de kerstdagen geen
vertragingen zijn. Maar wie het
zekere voor het onzekere wil ne
mén kan hem beter niet op zijn
woord geloven. Wie kerstgroeten
naar relaties in Italië moet ver
sturen doet er verstandig aan ze
onmiddellijk op de bus te doen.
Dan zit er tenminste nog een
kansje in dat ze vóór half januari
aankomen. Want aankomen
doen ze in elk geval, zegt direc
teur Monaco troostend: „Hoe
lang ie ook onderweg is, bezorgd
wordt de post altijd", zegt hij, en
daar is hij nog trots op ook.
Wat was dat nou voor een won
derlijk soort wolk boven Rome?
Talloze Romeinen zagen 'm en
voelden 'm ook, want het bleek
een gifwolk te zijn, die kriebelke
len en hoestbuien veroorzaakte.
Vroeger, weet De Limbuger, za
gen de mensen een voorbode van
naderend onheil in zo'n myste
rieuze wolk. maar nu alleen nog
maar de nabijheid van een che
mische fabriek. Ook onheil dus.
De massale protesten uit heel de wereld tegen de slachting die
vissers van het Japanse eiland Iki onder vis verslindende dolfijnen
hebben aangericht, hebben de Japanners zelf ook aan het denken ên
aan het werk gezet. De overheid heeft een mechanische walvis laten
maken, die vanuit zijn elektronische binnenkamer zulke ijselijke
kreten slaakt, dat de dolfijnen er wel voor op de vlucht zullen
moeten. Dat mag ook wel, want het plastic monster heeft al
veertigduizend gulden gekost. Op de foto wordt de vier meter lange
„walvis" in Wakayama aan de Japanse westkust naar het water
gebracht. Als de daar speciaal samengebrachte dolfijnen genoeg
van hun elektronische vijand schrikken, verhuist het monster begin
volgend jaar naar de visgronden bij Iki. Daar zal het dan de
dolfijnen vér moeten houden van de vissers, die er dit jaar februari
uit boosheid en uit angst voor hun vangsten wel duizend hebben
afgeslacht.
Is het echt zo erg met de discrimi
natie in ons land? Actrice Cocki
Boonstra weet er alles van. Ze is
getrouwd met decorontwerper
Frank Raven, „gekleurd, lichte
lijk". zoals ze in de Varagids ver
telt. Maar „daar gaat het niet om.
Het gaat om het denken in Ne
derland. De discriminatie
van beide kanten wordt steeds
groter. Als er iets aan de hand is
met de Molukkers, dan kan
Frank bij wijze van spreken de
straat niet op. Hij ervaart die
trouwens dagelijks. Mensen die
zeggen dat er geen discriminatie
is zijn hypocrieten. Bij de blan
ken is die zelfs een gegeven. Men
kijkt argwanend aan tegen het
vreemde, en geeft de schuld van
de economische situatie aan alle,
al of niet geïmporteerden Aan de
andere kant wekt dat bij bepaal
de mensen de veronderstelling
dat ze sowieso gediscrimineerd
zullen worden, bij voorbaat al
agressie op".
Bijna tien procent van de bevol
king van de Verenigde Staten
lijdt aan chronische slapeloos
heid. meldt het weekblad van de
American Medical Association,
de landelijke club van medici.
Twee medewerkers van de Stan-
ford-universiteit in Califomië, dr.
Thomas Coates en dr. Carl Tho-
resen, schrijven daarin dat tus
sen de vijftien en twintig miljoen
Amerikanen wat nachtrust pro
beren te krijgen door slaaptablet
ten te slikken of alcohol te drin
ken. Maar slaaptabletten geven
maar tijdelijk soelaas en aan al
cohol zitten te veel risico's vast.
aldus de schrijvers.
„Mijn kantoor," liet de Ameri
kaanse senator William Proxmlre
zich onlangs middenin een toe
spraak ontvallen, „is vergeven
van de muizen. Ik wou dat ik
daar wat op wist." Onmiddellijk
droegen hulpvaardige landgeno
ten oplossingen aan. „Een pro
baat middel is popcorn die naar
kaas smaakt," schreef er een. „De
muls eet er van en gaat dan dood,
omdat zijn spijsverteringssys
teem daar niet op berekend is".
Een ander adviseerde mousse
rende dranken („de muis zwelt
daarvan op. waarna hij dood
gaat"). nog een ander kwam met
het voorstel om lijm op de plek
ken te smeren waar de muizen
langs lopen: „Ze moeten dan wel
hun kleverige pootjes aflikken en
vergiftigen zo zichzelf". De sena
tor vond het erg sympatiek dat
zoveel mensen hem probeerden
te helpen, maar hij heeft toch
maar gewoon muizevallen aange
schaft.