g 'Op het toneel kun je iemand eens heerlijk de waarheid zeggen.' 1*1 Ij ue uitzet Mi 1 T Bt Rike Spannenburg: na 61 jaar amateur-toneelnu op de tv Br j a ut: De kat van het jaar Di Cl ce MAANDAG 6 NOVEMBER 1978 TROUW/KWARTET ma; door Fred Lammers '_EIEN Alle Inwoners rvan Rlen gaan woens dagavond televisie kij ken om te zien hoe hun 76-jarige dorpsgenote Rike Spannenburg het er afbrengt in haar eer ste televisie-optreden. Dat gebeurt in het stuk dat de NCRV on der het motto „Boete dwaen" („Boete doen") uitzendt. Het is een be werking van een kort verhaal dat de in 1962 overleden Friese schrijfster Teatske Al- zum uit Morra jaren geleden schreef. Het is voor de eerste keer dat een omroepvereniging het aandurft een toneelstuk in een streektaal op het scherm te brengen. Het zal, is de bedoeling, niet bij dit experiment blijven. In de toekomst volgen een Zeeuws en een Achterhoeks stuk. Evenals bij „Boete dwaen" het geval was, wil men die stukken gaan opnemen met amateurs. Rike Spannen burg is ook amateur, maar wel een met veel ervaring." Ik speel al 61 jaar toneel. Als meisje van vijftien stond ik voor het eerst op de planken. Dat was toen de plaatselijke toneelvereniging in Warre- ga. waar ik destijds woonde, k voor een rol iemand van die leeftijd nodig had en bij het zoeken ernaar terecht kwam bij de gymnastiekvereni ging. waarvan ik lid was. Sindsdien ben ik blijven to neelspelen en ik vind het nog steeds heerlijk," vertelt Rike. bij haar thuis, midden in het Friese polderland. Rien is een dorpje met nau welijks een paar honderd In woners. Het staat niet op de wegwijzers. „Van Sneek uit moet Je in de richting van Schamegoutum rijden en dan de borden naar Wom- mels volgen. Je komt dan vanzelf door Rien. Ik woon op de Draversdijk, maar vraag maar naar vrouw Spannenburg, dan kan le dereen je vertellen waar je moet zijn," heeft Rike me door de telefoon gezegd. Het dorpje waar zij woont is in derdaad een illustratie van het begrip: met bordpapier dichtgeplakt, wat niet wil zeggen dat het onaantrekke lijk is Koeien en schapen „Het is hier nog een stukje onbedorven Nederland. Als je uit het raam kijkt zie je de koelen en de schapen in het weiland lopen. Vandaar dat ik er geen enkele behoefte aan heb op vakantie te gaan. Als Je de deur uitstapt ben je in de natuur." zegt Rike, ter wijl ze de kamer uitgaat om theewater op te zetten. In huls staat het vol planten, vooral met gloxinia's." Die zijn mijn trots. Ik kweek ze zelf. In het voorjaar is het een hele uitwisseling van planten met andere mensen in het dorp en op deze ma nier heb ik ook altijd wat achter de hand als ik op zie kenbezoek ga. Want dat is hier vaste prik. Als er hier iemand ziek is krijg je het hele dorp aan Je bed. Dat is de grote charme van het wo nen in zo'n kleine gemeen schap. Je bent hier geen nummer." Vandaar ook dat heel Rien zich erbij betrokken voelt dat Rike op het scherm komt. „Natuurlijk vind ik het zelf ook prachtig. Dit was het enige wat er nog aan ontbrak. Ik ben al voor de radio geweest, bij de RONO in hoorspelen, maar televisie is toch weer iets heel anders. Ik heb nu alles bereikt wat ik wilde. Ik begrijp best dat ze mij hebben genomen om dat ze een oude vrouw nodig hadden, maar er waren meer kandidaten." Toneelfoto's Al heel jong droomde Rike van het toneel. In het boe rengezin, waarin zij als een van de acht kinderen, op groeide, was dat hoogst on gebruikelijk." Als de lees portefeuille werd bezorgd met „Het Leven" en „De Prins" vloog ik altijd meteen op de toneelfoto's af van al die beroemdheden uit die tijd zoals Jan Musch en Rika Hopper, die mijn grote favo riete was. Je had bij ons in het dorp een toneelvereni ging, zoals elk dorp in Fries land, dat zichzelf respecteer de een toneelclub rijk was. Dat is trouwens nog zo. Op het ogenblik zijn er zo'n hon derd toneelverenigingen in onze provincie aangesloten bij de Friese bond van to neelgezelschappen. Wij Frie zen houden van toneelspe len. Dat is niet veranderd door de opkomst van de tele visie. Toen de radio kwam hebben we het er veel moei lijker mee gehad. We hebben toen wel eens voor zestien mensen gespeeld. Dan was het: even wachten, want er komen er nog twee de trap op. Alles was meegenomen! Vroeger gaven we jaarlijks drie voorstellingen: een voor de ouderen, een voor de jeugd en een voor de arbei ders. Die was gratis. Zo ging dat in die tijd." Regiecursus Voor Rike was het geen to neelspelen zonder meer. Ze door Mink van Rijsdijk Hannie en Bert trouwden in 1943. Van een echte bruiloft was geen sprake, alles werd zo stilletjes mogelijk gere geld. De huwelijksreis van het jonge paar was naar een klein Fries dorp, waar geen bruidssuite was gereser veerd, maar een duikadres bij boer Tjepkema, dat veilig en warm was. Het waren nogal onwezenlijke jaren, die volgden en Hannie realiseerde zich nauwelijks dat ze mevrouw Van der Woudt was. Beiden ervoeren ze het als gunstig dat er zich in die tijd geen baby aankondigde gezinsplanning zat toen nog wat anders in elkaar dan tegenwoordig. Na de oorlog leek het Hannie of ze pas werkelijk getrouwd was. Ze kregen twee kamers met gebruik van keuken ergens in de randstad en dat was meer dan menig jong echtpaar veroveren kon. Wat Hannie echter onnoemelijk dwars zat was dat alles met de inrichting van hun etage zo op een schoen en een slof moest. In de voorbije oorlogssituatie gold alleen hun beider veiligheid, maar nu voelde ze zich zonder echte „uitzet" verre van gelukkig. Lieve tantes stopten haar wel het een en ander toe, maar bij het begrip linnenkast, zoals dat in haar familie gold, staken de niet op elkaar afgestemde onontbeerlijkheden schamel en armoedig af. Bovendien waren de krijgertjes natuurlijk tweedehands en meestal niet haar smaak. Het vergalde haar leven niet echt, ze vond het alleen bar hinderlijk en ook wat beneden haar stand. Bert en Hannie waren gelukkig en toen hen in de jaren vijftig ook nog dochter Bertien werd geboren voelden ze zich bijzonder rijk. In diezelfde periode heeft Hannie zich ze woonden inmiddels in een echt huis helemaal kunnen uitleven in de sector van huishoudtextiel en kreeg ze een goed gevulde linnenkast. Hoewel ze in gezelschap vol zelfspot grappen kon maken over de theedoeken, washandjes en lakens van de tantes, hield ze er toch een tic van over. Bertien zal een jaar of veertien zijn geweest, toen haar moeder heel bewust een linnenuitzet begon te kopen. Niet omdat ze eens wat anders wilde, noch omdat haar spullen al versleten waren de keurige stapeltjes in uitgekiend mooie kleuren waren voor Bertien bestemd. Voor later. Je wist maar nooit. Dat armoe troef gedoe van-na de oorlog, dat ze zich maar al te goed herinnerde, zou Bertien nooit overkomen. Hoe haar omstandigheden ook zouden zijn, ze zou een piekfijne uitzet hebben. De trots van elke huisvrouw, zoals Hannie meende, lag al geheel compleet veilig verpakt in een hutkoffer op zolder op Bertien te wachten toen het meisje amper zestien jaar was. Het strootjesdragen voor het nestje van haar dochter had Hannie toen al zo te pakken dat ze met zilveren lepeltjes en taartvorkjes begon. Bert noch Bertien wist van deze dingen. Het was haar geheim en zou haar grote verras sing worden zodra er van een verloving sprake was. Bertien deed eindexamen, ging studeren, had vriendin nen en vriendjes, maar geen verloofde, ook niet toen ze vijfentwintig was. Er hing wel iets in de lucht met een vage figuur, van wie Hannie de naam niet eens wist en die aangeduid werd als een vriend die in Zoetermeer woonde. De klap kwpm hard aan. De vriend heette Fred, was tien jaar ouder dan Bertien en vader van drie kinderen. Zijn vrouw zat al jaren in een psychiatrische inrichting. Bertien trok bij hem en zijn gezin in. Hannie en Bert waren verbijsterd. Ze zagen wel dat Fred en Bertien gelukkig waren samen, maar het was allemaal zo anders dan ze zich hadden voorgesteld. Het toekomstbeeld van hun dochter, zoals ze zich dat hadden gedroomd, klopte helemaal niet met de werkelijkheid. Ik voel me verwant met Hannie. Weliswaar heb ik op zolder geen gehamsterde uitzetten en cassettes in voor raad, maar ik heb ook lang gedacht dat materiële zaken waaraan ik gehecht was voor onze kinderen even gewich tig zouden zijn. Dat liep anders. Verder heb ik net als Hannie gemeend dat onze kinderen gelukkig zouden moeten worden met mijn geestelijke bagage van waar den en normen. Ook dat liep anders en om het nu maar luchtigjes af te doen dat was best even wennen. Hannie zal het wel redden, straks zal ze glimlachend kunnen kijken naar het winkeltje óp zolder een beetje ouder en veel wijzer. Vai lem veri ver en Drs zate die wijs lege besl voo: naa tam L. 7 De voori bego eensi In 1! slag mini tevei het Nad G. E nieu1 Cals disci wets had er alles voor over, ging jarenlang zomers naar de to neelkampen van Aafje Top op Terschelling en greep als vrouw van 58 de mogelijk heid een regiecursus te vol gen met beide handen aan. Drie jaar lang ging zij elke dinsdagavond op het fietsje naar Ittens en vandaar per bus naar Leeuwarden. „Met de laatste bus kwam ik te rug. Tegen enen stapte ik 's nachts weer de drempel van mijn huls over. Het was wel eens eng die fietstocht in het donker, maar ik heb doorgezet. Een keer toen er een vreselijke sneeuwjacht was heb ik de chauffeur ge vraagd of hij even door wilde rijden naar Rien. Dat heeft hij gedaan. Ik heb hem een flinke fooi gegeven. Dat was het me wel waard." Als ze aan de periode terug denkt constateert Rike Spannenburg dat veel jon geren van tegenwoordig doorzettingsvermogen mis sen. „Ik heb er wel begrip voor. Er is nu veel meer dat de aandacht opeist. Vroeger was er nauwelijks iets an ders dan die toneelclub." Haar regiediploma heeft Rike niet onder de koren maat gezet. Sindsdien is zij de regisseuse van Rien. Van de vorig jaar opgerichte to neelvereniging in Oosterend heeft zij eveneens de leiding op zich genomen. In februari gaan er twee nieuwe stuk ken in première. „Ik heb het er druk mee. maar o. wat doe ik het graag en: als ik heel eerlijk ben in Oosterend met nóg meer plezier dan hier in het dorp. Het gezegde dat een profeet in zijn .eigen om geving niet wordt geëerd heeft een kern van waarheid. Ze denken hier wel eens: laat haar maar praten. Dat komt denk ik omdat het te „eigen" is." Wat dat televisiestuk betreft zit Rike in even grote span ning als haar mede-dorpsbe woners." In al die zestig ja ren dat ik toneel speel heb ik mezelf nooit zien optreden. Nu dat eindelijk gaat gebeu ren ben ik er wel een beetje zenuwachtig van. Voor de te levisie spelen ls heel iets an ders dan gewoon op de plan ken staan in een dorpscafé in Friesland. Moeilijker vind ik het doordat alles door el kaar wordt opgenomen. Net als je denkt dat iets heel goed is vastgelegd krijg je te horen dat het over moet om dat er een storend bijgeluid is te horen." Gordijntje Nadat Rike een Beerenbur- ger heeft ingeschonken zegt ze: „Ik ben ook een beetje bang hoe de Friezen het stuk zullen ontvangen want er zijn een paar dingen die niet kloppen. Zo schenk ik er gens koffie, maar vergeet de suiker en de melk en toen ik in de bedstee als oude moe der van de boer. lag te ster ven, bedacht ik Ineens dat er geen gehaakt gordijntje voor de bedsteerand hing. Dat is een fout, want vroeger ontbrak dat gordijntje in geen bedstee in Friesland. Ik heb het nog gezegd, maar toen was het te laat om er nog iets aan te doen. Dat is jammer, ik had er best een mee kunnen nemen. Gelukkig heb ik ergere fou ten kunnen voorkomen. Zo wilden ze eerste een opname van me maken terwijl ik in de mooie kamer van een boerderij aan het aardappe len schillen was. Ik heb ze verteld dat zoiets onmoge lijk was. Die mooie kamer werd alleen gebruikt bij hu welijken en begrafenissen. Stel je voor: een boerin die daar aardappels gaat schil len. Ja, ik ben op die punten niet zo gemakkelijk. Maar je moet kritisch zijn bij het to neel, wil je de werkelijkheid zo veel mogelijk benaderen. Toen ik vroeger in de provin cie optrad kreeg mijn man, die veekoopman was, vaak te horen: „O, wat zal jij het moeilijk hebben met zo'n vrouw." Ze hadden me dan kort tevoren zien optreden. Daar moesten we samen dan hartelijk om lachen. De mensen vergeten (Jat de ka rakters die je op het toneel zet maar gespeeld zijn. Dat is juist wat mij zo aantrekt in dat toneelspelen. Je kunt er iemand eens heerlijk de waarheid zeggen, hoeft Je door niets te laten af remmen." Triest Het Friese drama zoals dat nu op de televisie komt vindt Rike niet het plezierig ste stuk waarin ze heeft ge speeld." Het is wel triest. Ik geloof best dat er vroeger zulke boeren geweest zijn maar het beeld dat veel mensen buiten onze provin cie van ons hebben, van die stugge Friezen wordt hier door versterkt en dat klopt niet helemaal. Ze hadden wat mij betreft een vrolijker stuk mogen nemen, maar we zullen zien." Als ze me uit zwaait zegt Rike nog: „Och, als ze nou maar niet vallen over dat gordijntje dat niet voor de bedstee hangt. Dat zit me echt dwars." Gisteren is op de 53ste Felikattentoonstelling in de RAI te Amsterdam de mooiste kat gekozen. Een international jury bepaalde welke van de ruim 900 katten de mooiste was. Winnaar werd de Silverterry Coundersborgh's call w Cattopardo (dat is de naam van het dier). De kat is 17 maanden oud en eigendom van de familie B. de Graaf ui Wildervank. Het dier kreeg de prijs van de stad Amsterdam, de prijs van de RAI en de medaille van de Koningir Op de foto: Lideke en Bart de Graaf met hun winnende kat. enig Mini regit in 1 alle< stan voni Vragen uitsluitend in envelop sturen naar postbus 507, 2270 AM Voorburg. Per vraag een gulden in postzegels, het liefst In waarden van 55 en 45 cent bijvoegen. Beslist niet aan de buitenkant opplakken. Geheimhouding verzekerd. Briefkaarten worden terzijde gelegd. UTI bom zate den beid sch£ het beid best van len tots kooi Ind het gam opei ovei De. gin( het met ink< die vrai nalt looi leer gen gen zwa ben De net ver] ren zou nen hog Vraag: Er heeft In Trouw een boekbe spreking gestaan over mensen die van alles van de diaconie kregen en er stonden plaatjes bij. Hoe heet het betreffende boek? Antwoord: BIJ vragen als deze schudt de ene helft van de redactie van deze rubriek somber het hoofd: „Dat kón gewoonweg niet." De ande re helft zegt: „Plaatjes bij een groot artikel: dat moet te vinden zijn." Na lange uren van naarstig zoeken, kreeg de betere helft van de redactie gelijk. Zaterdag 18 februari '78 bladzij 2: Heb JIJ Je hoedje op van de bede ling?" Artikel van dr. C. Rijnsdorp over een door dr. P. A. C. Douwes opgezette studie, met veel documen tatie en illustratie: Armenkerk, Uit gegeven door Interbook Internatio nal BV. Schiedam. 320 blz. met een Engelse samenvatting en aanteke ningen register aan het slot. Kosten 85 gulden. Als men de bespreking leest, ls de volgende gedachte: dat boek moeten we toch echt eens lezen. Vraag: Enige weken geleden werd in Trouw een boekje besproken van drs. P. Langendijk. leren studeren, uitge- geven bij de uitgeverij Nieuwkoop. Wil u deze onvindbare uitgeverij voor mij opzoeken? Antwoord: Deze vraag en dit ant woord zijn wel een mooi pendant van de vorige: Er worden in onze krant heel wat boeken en boekjes aange kondigd of besproken Een bespre king is. als men iets meer van schrij ver. titel en uitgever weet. niet zo heel ingewikkeld, maar bij een aankondi ging zonder meer is dat wel moeilijk, vooral als men van de datum van verschijnen niets weet. Dan ls het onbegonnen werk. Gelukkig was er een bespreking van een ander boekje van Laneendllk Vonrbeüw- ding tot Studie, uitgeverij Ankh Her mes te Deventer. Daar verwees men ons naar de uitgeverij Zom te Nieuw koop ('t had dus wel iets met Nieuw koop te maken!) Inmiddels is deze uitgeverij verhuisd naar Alphen aan den Rijn. Kalkovenweg 10. WIJ hopen dat in het gezochte boekje een aan sporing voorkomt: Zorg dat u altijd een potloodje bij de hand heeft om te noteren wat u interesseert. Vraag: Ik heb een oud ivoren waaier tje uit 1825. Van de steel is een stukje afgebroken, maar ik heb het stukje nog wel. Graag een adres waar men zulke dingen repareert. Antwoord: Waarom doet u dat niet zelf? Er ls superlljm te koop, waarvan u de gebruiksaanwijzing heel goed van te voren moet lezen: een oude krant op tafel leggen en een pincet bij de hand houden. Heeft u geen vaste hand. dan kan iemand anders u wel helpen. Niet knoeien, want die rom mel krijgt u niet gemakkelijk van uw vingers af. Pessimisten zeggen dat het er helemaal niet afgaat, maar dat valt wel mee. Van uw kleren In elk traval niet Vraag: Wij hebben een schilderij (boerderij in landschap) getekend met de naam Delcour. Is dat een bekende schilder? Antwoord: Johanna Margaretha Ni- colai Delcour werd in 1786 te Delft geboren en stierf in 1851 te Den Haag. Ze schilderde stillevens en hield in 1849 een expositie in Den Haag. Wij vonden niets over werken van haar in musea. Vraag: Als ik een zuiver wollen-mot- vrij-vloerbedekking laat schoonma ken. blijft het tapijt dan motvrij? Antwoord: Natuurlijk hebben we uw vraag voorgelegd aan een beroeps „kliener" Uw kleed blijft anti-mot, maar een „geschoond" kleed trekt sneller vuil aan dan een niet behan deld kleed en over een jaar of twee moet de behandeling herhaald wor den. Fijn, dat men zoiets thuis kan laten doen. In uw beroepengids van de PTT vindt u adressen bij u in de buurt. Vraag: In Spanje kocht ik een zwart suède jasje. Het geeft steeds heel erg zwart af, hoewel de verkoper zei, dat het op den duur wel over zou gaan. Kan ik dit euvel alsnog opheffen? Antwoord: Van harte hoop ik, dat u niet te veel geld voor dat jasje moest betalen. Er valt niets aan te doen: alleen goede voering, maar die zit er waarschijnlijk al in en een sjaaltje. Vraag: Dit voorjaar heb ik In een folder van een uitgever gelezen, dat er een boek is met anecdotes over Ne derlandse schrijvers. Ik wil het graag kopen, maar kan niet achterhalen waar ik deze mededeling gelezen heb. Antwoord: In uw openbare biblio theek zou men het geweten hebben: J Brouwers- Zachtjes knetteren de letteren, Arbeiderspers Amsterdam 1975. Vraag: In een oude stoof is een laatje. Dat heb ik nog nooit gezien. Wat ging daarin? Kerkboek? Naaigerei? Dove- kooltjes? Zwavelstokken? Wat was de bedoeling? Antwoord: Ik kan me niet voorstel len, dat het kostbare kerkboek onder die hete test bewaard zou worden. Ik herinner me dat in een dorp in Zee land waar we vroeger wel logeerden, de boerinnen hun kerkboeken „stal den" bij een bakkersvrouw, vlak bij de kerk. Voor en na de dienst kwa men ze daar even aanwippen, om de bandjes of elastiekjes, tussen de „stikken" (de gouden platen, waar aan de grote Bevelar.dsche kanten mutsen vastgespeld zaten) los te ma ken. Onderweg was dat heel handig bij sterke wind, maar in de kerk stond dat niet netjes. De bakkersvrouw had de boeken al klaar liggen; ook de stoven met een kooltje stonden klaar. Als kind vond je het een feest als die kooltjes te hard gloeiden en de bo venkant van de stoof begon te wal men en te stinken. De koster schoot er dan op af en de stoof werd van hand tot hand doorgegeven en de kerk uitgedragen. Naaigerei zal men niet nodig gehad hebben, evenmin als zwavelstokken. Ik vermoed dat er warme handschoenen zonder vingers (mitaines) in bewaard werden. Het is geen rijtuigstoof, want die hebben een ander model: de koperen stoof is daarbij gemonteerd op een koperen plaat, waarop men de voeten ter weerszijden van het vuurtje plaatst. Het vuurpotje heeft geen test, maar wordt aan het oog onttrokken door een eikenhouten kistje met gaatjes. Uw stoof is een meeneemexemplar: de gewone stoven, die men thuis ge bruikte, hadden dat koperen hengsel niet. Vraag: Ik heb een snoertje geculti veerde parels. Ze zijn erg mooi en geregen met een knoopje tussen alle kralen. Hoe moet ik deze ketting nu zelf overrijgen, want dat is wel nodig. Antwoord: Een Juwelier kan dat voor u doen, maar met enige oefening kunt u dat zelf ook. Er is speciaal kralen- rijgdraad te koop heel lang, met aan het eind een stukje in elkaar gedraaid fijn metaaldraad, zodat u daarmee de fijnste gaatjes vinden kan en de pareltjes rijgen. Probeer het gerust een paar keer, het is lang genoeg. Het rijgen met knoopjes voor mooie snoeren is daarom belangrijk, omdat men op die manier nooit meer dan een kraal kan kwijtraken. Ik heb wel eens gelezen, dat de colliers van de Koningin elke keer grondig nage keken en overgeregen worden als men slijtage vermoedt. Het zou toch wel een sfeer van grote verbroedering scheppen, als zoiets b.v. op Prinsjes dag brak: alle ministers en Kamerle den op hun knieën aan het zoeken en de dames met het haar in de war! Jaren geleden gebeurde het op een jaarvergadering van de NCVB, dat een van de Zeeuwsche aanwezigen een rijtje bloedkoralen naar beneden zag schieten en ze zat ergens op een hoge tribune! Uw juwelier zal u graag verdere inlichtingen geven. Vraag: We hebben een prachtig opge maakt bloemstuk-plastic, een lust voor het oog maar het stinkt als de Ik heb van alles geprobeerd, maar de stank gaat er niet af en die kunnen in de kamer niet verdragen. Is daar iets aan te doen? Antwoord: Plastic boeketten worden eigenlijk alleen maar buiten ge bruikt, in tuinen van hotels bij de zee, b.v., waar echte bloemen het meteen afleggen en aan balkons van hoge flats. Bij onze zuiderburen zien we ze vooral op de kerkhoven. Die vieze stank hoort bij het materiaal. (In een warenhuis ruik je ook altijd waar pantoffels en slippers verkocht w den niet te harden). Ik adviseert het bloemstuk op het balkon te ze: ten, tot in het voorjaar de echte blot men weer in de bakken kunnen. Vraag: Laatst las ik, dat in Nederlan nationale scrabblekampioenschaj pen georganiseerd worden. Wie dof dat en waar gebeurt het? Antwoord: Het is jammer, dat veren gingen, die zich met zulke prettif dingen bezig houden, niet zorgen hun gegevens te vinden zijn in Pytte sens Nederlandse Almanak. Dat dit ke boek is er voor en het heeft weini zin om alle telefoonboeken van bf hele land te gaan na zoeken. Komte een reactie op deze zaak, dan hoort r het van ons. Vraag: Een penning van koper lel meer dan 3 cm doorsnee. Aan de e» kant het wapen van Amsterdafl daaronder de naam Jacob de Bruy en het jaartal 1773. Aan de keerzijd is weergegeven de vlucht naar Eg)T te. Er onder in hoofdletters: IOSEPÉ Wat zou dit voor een penning zijn. Antwoord: Jozef, de timmerman, di' met zijn vrouw Maria en het kind? Jezus moest vluchten, was van oud de beschermheilige van timmerliede en bouwers. Uw penning is een gild? penning van de Stad Amsterdam. V als elke meester, gezel, of broeder dï ontving als lidmaats- en legitimatie teken. Jacob de Bruyn kreeg der gildepenning dus als lid van het gild St. Joseph (Oplfex- de timmerman) Vraag: De naam van de Koning! van Thailand is Sirikit. Wat beteken die naam? Antwoord: De naam betekent teg» lijk Mooi (schoon) en Bewondering

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1978 | | pagina 6