Peter Koelewijrv. 'Ik ken
mijn zwakke plekken'
Landhappertj&|
1
Spiegel van
bekende Friezen
Nieuwe
boeken
'Zanger van het Hollandse lied' krijgt onderscheiding
oi
MAANDAG SEPTEMBER 1978
TROUW/KWARTET
iG 1
door Fred Lemmers
HILVERSUM „Het streelt
mij ten zeerste dat ik volgen
de week een Edison krijg. Je
mag het zien als een erken
ning voor een bepaald ding
dat Je hebt gedaan, in mijn
geval een l p. 'Het beste in mij
IS niet goed genoeg voor jou'.
Het is een onderscheiding
met inhoud, dat wel, maar je
moet je er aan de andere kant
niet door laten verblinden, je
zelf niet op een trapje gaan
zien. Een Edison is geen pu
blieksprijs. Het is een onder
scheiding die wordt toege
kend door insiders. Dat zij
een plaat goed vinden wil nog
niet zeggen dat het publiek er
ook zo over denkt en dat het
geen je aan het doen bent
voor Jezelf de juiste weg is om
op door te gaan."
tster Koelewijn, die vroeger als rock-
and-roll-zanger van zich deed spre
ken velen kennen hem nog steeds
als de man die in het begin van de
jaren zestig veel succes boekte met
'Kom van dat dak af' heeft geleerd
te relativeren. Dat blijkt telkens als
we in zijn kantoor met elkaar aan de
praat zijn. De 37-jarige Peter zetelt
daar nu ruim een jaar als directeur
van Born Free, een platenproduktie-
maatschappij, die vrij zelfstandig on
der de vlag van Phonogram vaart.
Terwijl Peter zijn zoveelste sigaret
opsteekt hij rookt aan een stuk
rir, een leeg bierblikje als asbak in
hand zegt de directeur-zanger:
jTal van mensen zullen me wel ge
slaagd vinden nu ik een Edison krijg.
Pet is echter de vraag of ik mezelf nu
wal zo geslaagd vind. Als ik in de
$plegel kijk, kan ik mezelf niet voor
da gek houden. Ik ken mijn zwakke
punten, ik zal ze niet opnoemen maar
het is een hele waslijst. Toen ik vorig
Jaar met een gecompliceerde longont
steking in Soest in het ziekenhuis lag,
heb ik daar eens diep over nagedacht.
Daar heb je dan tijd voor als je niets
anders mag doen. Ik heb me toen
afgevraagd of mijn vroegere kamera
den in Eindhoven, mijn boezemvrien
den nog wel eens aan me denken. Het
Waren vriendschappen voor het leven
dacht je destijds, en dat zei je ook
tógen elkaar. Wat is ervan terecht
gekomen? Ik ben ze allemaal uit het
OOg verloren. Zullen ze nu ik door die
Edison weer in de belangstelling sta
denken: die Peter heeft het gemaakt,
hij is directeur van een eigen bedrijf
en hij rijdt in een mooie auto, of
zullen ze denken: mij niet gezien, laat
talj maar lekker in de plantsoenen
werken of ik weet waar en dan heb
ben ze nog gelijk ook. Een mens is
Bneigd tegen de buitenkant aan te
Iken, maar elke medaille heeft een
keerzijde en wat maakt het nu eigen
lijk uit wat Je in het leven doet en wat
voor een auto Je hebt?"
PETER KOELEWIJN niet op een trapje
Sombere bui
ïn dat ziekenhuis in Soest is ook dat
heel persoonlijke liedje ontstaan, dat
op de bekroonde plaat staat: „Ik
denk dat ik niet lang meer te leven
heb'. Peter neemt een flinke trek van
zijn sigaret, deponeert een fikse aske
gel in het blikje en vervolgt: „Het is in
een beetje sombere bui geschreven..
Bij het overlezen vond ik het later wel
erg triest klinken. Ik heb er toen maar
achter gezet..minder dan vijftig
jaar. Ik heb er wat gedachten in ver
werkt over vroeger, een tijd die je
toch niet terug kan halen, en over de
toekomst. De meeste mensen maken
zoveel plannen, dat ze, zelfs al zou je
honderd jaar worden, nooit helemaal
uitgevoerd kunnen worden. Het is
vaak allemaal onbenullig waar je je
als mens druk over maakt. Dat pro
beer ik me tegenwoordig telkens voor
te houden. Achter moet je dikwijls
constateren dat als Je je niet had
opgewonden over een zaak. niet zelf
aan het regelen was gegaan, er óók
een oplossing was gekomen, meestal
met hetzelfde resultaat."
Peter Koelewijn is zanger van het
Hollandse lied. „Niet omdat ik zo aan
mijn moedertaal vastzit, maar ik kan
me nu eenmaal erg goed uitdrukken
in het Nederland. Ik zing de taal van
de mensen op straat. Dat zo veel
Nederlandse zangers en zangeressen
hun liedjes in het Engels zingen is
volgens mij in vele gevallen uit een
soort onmacht."
Op het ogenblik zijn er echter gevor
derde plannen Peters langspeelplaat
in het Engels op te nemen. „Dat gaat
in New York gebeuren met een Ame
rikaanse producer. Dat vind ik een
vereiste. Het kost wel wat meer cent
jes. maar zo'n man kent de Ameri
kaanse sfeer. Je moet niet zo arrogant
zijn om te denken als je aardig met Je
talen overweg kunt even zo'n plaat
vol te zingen in je eigen Engels. Dan
ga Je goed de mist in."
Hollandse teksten
Op zijn Amerikaanse plaat zal Peter
zich vrijwel geheel houden aan zijn
Hollandse teksten, ook in het liedje
'Als ik God was', al is men daar van
bepaalde zijde niet zo gelukkig mee.
„De NCRV wil het bijvoorbeeld niet
draalen. Toen ze daar een poosje gele
den niet onderuit konden omdat het
op de hitparade stond, hebben ze die
zin er telkens tussen uitgeknipt. Het
resultaat was lachwekkend. Je hoor
de de plaat regelmatig een sprongetje
maken. Ik begrijp zoiets niet, de jon
gens die opdracht kregen dat te doen
trouwens ook niet. De woorden God
en hel en hemel zijn toch heel gewone
begrippen? Als ik ze nu als vloek'
gebruikte zou het wat anders zijn.
Maar op deze manier worden die be
grippen in een boemanhoekje ge
stopt, breng je ze verder van de men
sen af. Ieder mens denkt toch wel
eens bij zichzelf: als ik God was zou ik
dit of dat doen. Dat is toch heel
normaal? Je kunt ook te fanatiek
zijn. Daarmee is al heel wat ellende in
de wereld veroorzaakt. Dat zie je nu
weer met die polio, het resultaat van
mensen die hun kinderen niet willen
laten inenten."
„Er is zo weinig christelijke liefde. Ik
heb daar in mijn Jeugd ook het nodi
ge van meegemaakt. Zo zal ik nooit
vergeten dat een van rooms-katholie-
ke vriendjes in Eindhoven eens met
mij meeging naar de zondagsschool.
Je moest daar elke week een psalm
versje leren. Dat kreeg Je dan op een
papiertje mee. Dat vriendje kreeg
ook zo'n blaadje in de hand gestopt.
De volgende dag ontdekte meneer
pastoor het bij hem thuis op de kast.
Hij was razend en stond erop dat
mijn vriendje in zijn aanwezigheid
van zijn vader een flink pak rammel
kreeg."
Statenbijbel
„Het was vroeger zo vaak een moe
ten: Je moest twee keer naar de kerk
en je moest naar het bijbellezen luis
teren. Het zal me altijd bijblijven hoe
ik me voelde als vader op een mooie
zomerdag na het eten de oude Staten
bijbel te voorschijn haalde en daar
uitvoerig uit ging voorlezen in een
taal die me niet aansprak, terwijl
mijn vriendjes bulten speelden. Dat
is geloof ik de reden dat vele Jonge
volwassenen van nu zich hebben af
gekeerd van het geloof en de bedrij
vers van het geloof. Het heeft bij mij
lang geduurd eer ik daar overheen
was gegroeid. Je mag kinderen in dit
soort zaken nooit dwingen. Als ik met
mijn kinderen naar de kerk ga zeg ik
dat ook. Als ze niet willen hoeven ze
niet te gaan. Op die manier voorkom
je dat ze zich ertegen gaan afzetten.
Maar als Je al die verdeeldheid ziet bij
(foto: Dirk Ketting)
de christenen vraag je je toch wel
eens af waar dat heen moet."
„We hebben nu weer dat gedoe om
die nieuwe paus gehad. De ene dag
was hij een onbekende kardinaal uit
Venetië en de volgende dag ineens
plaatsbekleder van Christus op aar
de. Je vraagt je af: geloven mensen
dat nu allemaal. Je leest opgewonden
stukken over hoe vriendelijk hij is en
hoe vol begrip, maar wat doet een
paus in wezen? De vorige paus is naar
de sloppenwijken van Zuid-Amerika
gegaan, maar wat heeft hij er echt
van gezien? Hij was doorlopend om
ringd door autoriteiten. Jan met de
Pet, en die pet is daar heel klein, heeft
hij niet gesproken. Dat klinkt erg
socialistisch en dat ben ik niet. Ik ben
sociaal voelend, maar om echt socia
list te kunnen worden moet je vroeger
droog brood hebben gegeten."
Peter neemt een nieuwe sigaret uit
het pakje als hij vertelt hoe hij als
jongen van even in de twintig leer
ling-Journalist was bij het Eindho-
vens Dagblad".
Elke zaterdag ging ik naar Nijmegen
om daar op de Universiteit een jour
nalistieke opleiding te volgen. Daar
kwamen allerlei mensen, ook religieu
zen die missieblaadjes in elkaar
moesten zetten. Met een van hen, een
priester, reisde ik altijd samen. In de
trein hadden we lange gesprekken
over geloofszaken. Die priester had
daar heel frisse opvattingen. Op een
keer verweet ik hem min of meer dat
hij, terwijl hij zo dacht toch in pries
terkleding bleef rondlopen, de verper
soonlijking van een instelling waarte
gen hij de nodige bedenkingen had.
Hij antwoordde dat hij door gewoon
priester te blijven dacht meer te kun
nen bereiken, zijn opdracht beter te
kunnen uitvoeren, dan op een andere
manier. Ik heb vreselijk veel van die
man geleerd. Hij was iemand die
meende wat hij zei. Zo zijn er te
weinig. Hij stelde mij op een dag ook
de vraag: „Peter, je hebt nu wel kri
tiek op veel dingen, maar wat doe Je
er zelf aan? Daar had hij gelijk in. Ik
moet toegeven dat ik daar niet veel
van terecht breng".
door Mink van Rijsdijk
Wij speelden vroeger landhappertje. Je deed dat
op een stukje niet te harde grond en je had er
naast een strategisch gevoel alleen een goed
hanteerbaar en scherp mes voor nodig. Het was
natuurlijk meer een spel voor jongens, want welk
meisje kreeg ooit een eigen zakmes? Toch heeft
menig meisje met een beetje landhapperige aan
leg zich met het aardappelschilmesje van haar
moeder heel behoorlijk kunnen uitleven.
Doelbewust en slim berekend slingerde je het
mes ergens in het „land" van de tegenpartij. Van
de plek uit waar het wapen neerkwam mocht een
nieuwe grenslijn worden getrokken, die uiteraard
eigen grondgebied vergrootte. Ik had in mijn
landhappersperiode al niet een best ontwikkeld
meetkundig gevoel, zodat ik meestal het schle
mielige meisje was dat verloor. Dat zat me best
dwars, want in die jaren dacht ik nog dat een spel
alleen leuk was als je won. Eigenlijk was het een
rotspel, je werd ook agressief met dat mes in je
hand. Ik vrees dat kinderen van nu het nog steeds
spelen. Volwassen mensen zijn immers niet opge
houden met grimmige bezetenheid het slechte
voorbeeld te geven. Trefzeker wordt er nog
steeds met wapens gekletterd om bezit en macht
te vergroten en daarnaast bestrijdt men elkaar
ook te vuur en te zwaard rondom een conferen
tietafel; ik een beetje meer dan jij, is het streven.
Soms ontgaat het me helemaal waarom mensen
zo fanatiek naar méér streven. Zo is, al zal bijna
niemand dat geloven, om de weg waar ons huis
staat vijftien jaar gevochten. Twee honden voch
ten om dat been, hap mijn beurt, hap jij moet.
Het curieuze van dit landhappersduel was vooral
dat het gespeeld werd door twee kerkelijke
gemeenten. Na vijftien jaar mot kwam de vrede,
wat betekende dat de dertien gezinnen konden
blijven kerken waar zij en hun voorgeslacht dat
plachten te doen. Het had wat lang geduurd maar
het was tenslotte lief uitgepraat.
Helemaal vlekkeloos was de regeling echter niet,
want burgerlijk bleven we ingelijfd bij dat andere
dorp, waar nauwelijks enige binding mt
dat ook veel verder weg lag. Dit sooi
landhapperij wordt in ons landje op grot
uitgeoefend. Gewone stervelingen moe 'ij
maar kalm over zich heen laten gaan e
doorgaan met ademhalen, want zelfs je h;
ning op een lijst zetten of met spandoek
lopen haalt niets uit.
F elij
Maar dan ineens staat alles weer op scher
landelijke PIT-collecte wordt gehouden.
mist denk je, mooi, geen gezeur, alle kei
samen. Logisch ook. het gaat toch o JPni
bussen voor „onze jongens". Het interk
thuisfront kent geen kerkmuren en die 'kel
alleen al veroorzaakt cm warm sfeertji stel
recreatie van onze jongens. s
k d;
Ach arme, laat er nu een collectant zijd
goede doel geheel vergat en totaal bezete eer
van de gedachte dat er in zijn bus meeitca
zitten dan in welke andere ook. Een ani!"
dus dat de middelen heiligde. En jawel. u£'
al begrepen onze eigen plaatselijke colle mn
viste de dag daarna in ons buurtje achter
Wat zal een rtiens zich nou opwinden ov ld
onbelangrijke dorpsschermutselingen,
niet beter een tikkeltje meewarig glimla<
dat domme gedoe van naar ijdelheid ïn
jagende plattelandslieden? Druk in de w
de, belangrijke mensen hebben niet ee ,0O!
tijd om aan dit soort onbenullige beufcus
zelfs maar één gedachte te spenderen, olii
it l
:i chi
t v
bol
Wat zou nou een beetje getriefel met dofoj
zen bij een collecte? Kom, kom, van zo'nh t<
moet men toch geen zaak maken, eei
tolerant zijn, de dingen relativeren 2
Ik vind het alleen een angstige gedacht)
deze manier van denken alle landhappei niei
vaarlijk wordt gemaakt. We zijn al helen ve
het kleine onrecht om ons heen gewend|j£j
dat ons niet machteloos als het om veelp.kt
.onrechtvaardigheden gaat? Hen
idei
„Spiegel van bekende Friezen" be
schreven door ruim twintig auteurs.
Uitgave: VVV Friesland en B.V.
Friese Pers Leeuwarden. Prijs
27,50. Geïllustreerd met diverse te
keningen en portretten.
De Friese volksheld „Greate
Pier" ontbreekt natuurlijk niet
aan dit boek, maar wie heeft er
ooit gehoord van de kleine „Ad
miraal Tom Pouce"? Jan Hanne-
ma uit Franeker heette „Den
Kleinsten Heer van Europa" te
zijn en hij reisde als een soort
kermisattractie met zijn hoog
te van zestig centimeter door
Europa. Het boekje beschrijft in
totaal 24 Friezen. Ook Bonifacius
de in Dokkum vermoorde gees
telijke - wordt tot de Friezen
gerekend, hoewel men er vraagte
kens bij kan zetten of deze in
Engeland geboren man wel een
Fries mag worden genoemd, en
kel en alleen omdat hij op één
van zijn missietochten in Fries
land werd vermoord.
Verder wordt er een zekere
Sjoerd Sierksma (1902-1965) ten
tonele gevoerd, niet omdat hij zo
bekend is maar omdat hij zo
valt uit zijn beschrijving door G.
F. Kooyman op te maken het
verdient om bekend te worden.
Hij maakte carrière in Neder
lands Indië, wist langs avontuur
lijke en gevaarlijke wegen mili
taire documenten (die nog van
belang zouden zijn geweest voor
de ontwikkeling van de atoom
bom die een einde aan de strijd in
de Pacific maakte) door de Ja
panse linies in Amerikaanse han
den te spelen en ontving daar
voor de Militaire Willemsorde. De
Bij Kollum geboren boerenzoon
bleef vervolgens in Amerika en
werd een bekend schrijver van
science fiction.
En andere auteur, mr. H. J. van-
der Meij, komt tot de conclusie
dat het geheimzinnige,
daboek, een vervalste^
schiedschrijving (ovebag
komst waarvan al heettdh
culeerd is), van de han s;
Joost Hiddes Halbertjpe
deze zoveelste „oploierv
het mysterie heeft Hker
een boek geschreven.
Voor het overige ontb:
lei bekende namen nii
van Marijke Meu,
peus, Tjerk Hiddes,
Troelstra, gefusilleerd^
Mata Hari, Pieter S;
brandy, Bintje Jansmji'
de bekende aardapprd
naam is genoemd) en
ren. Een aardigheidjjli
boek is de spiegelen
waarin minder beki
wat niet is kan kon
hun eigen beeltenis ki
cin
id.
ënac
Mht.
»j n s
rde
ku:
lek
e)t
'Ti
Onder redaktie van mevrouw J.
Wentink-Frumau en mr. J. J.
Wentink.
Vragen uitsluitend in envelop sturen naar postbus 50;
Voorburg. Per vraag een gulden in postzegels, het liefst
van 55 en 45 cent bijvoegen. Beslist niet aan de buitenkant'
Geheimhouding verzekerd. Briefkaarten worden terzijde
Itie
i7
d
fail:
■y
lat
O'
Vraag: Gaarne zou ik voorlopige in-
formaUe willen ontvangen over tra-
pliften. Echter liever niet in een brief
naar mijn huis. maar onder mijn
sehuilinitialen in de krant.
Antwoord: Dit wordt voor ons moei
lijk: wij kunnen u zonder meer infor
matie thuis sturen, maar in de krant
worden alechta zeer algemene verwij
zingen gepubliceerd (onze rubriek Is
niet bedoeld om daarin gratis recla
me te maken). Initialen van de vra
genstellers worden niet genoemd. U
kan Inlichtingen Inwinnen bij Lift-
bouw Nederland, tel 070-888824. 3e
v.d. Kunstraat 13. Den Haag. Wij ma
ken andere lezers erop attent, dat
behalve trapliften. die niet voor elk
soort trap geschikt zijn, ook kooltjes
of cablnellften in particuliere huizen
geplaatst kunnen worden Het zijn
kleine dingen (binnen 75/75) telkens
bedoeld voor één peraoon en beves
tigd tegen een bestaande wand. Er
moet dan een gat gemaakt worden in
zoldering en vloer. Dat gat wordt af
gemaakt en de kool in zijn geheel
gemonteerd De kool Is voorzien van
eeh zgn. telefoondeur. die gesloten is
bij gebruik. Door deze lift nog een
verdieping hoger te laten doorlopen
(desgewenst) houdt men ook nog de
beschikking over de zolderverdie
ping. Zoiets kost natuurlijk wel een
heleboel, maar een eenvoudige ver
bouwing gelijkvloers met aansluiting
op het verwarmingssysteem is ook
geen kleinigheid.
Hulp inzake Friese pop: Van ver
schillende zijden ontvingen we de
mededeling: In het septembernum
mer van het blad Handwerken, blz 62,
staat een artikel over poppen in kle
derdracht en knippatronen, die ook
los daarvan te bestellen zijn. Het ad
res van de vragenstelster is onvind
baar en nu hopen we, dat ze deze
rubriek onder oog zal krijgen. Tevens
ontvingen we een paar adressen, die
bruikbaar zijn voor de vervaardig-
sters van deze poppenkleren: Bij fa.
De Troye te Arnemuiden zijn stoffen,
kralen, kant. slotjes, enz. te koop en
stoffen bij fa. Duyst te Spakenburg.
Vraag: Waar werd het feuilleton: De
nevels wijken uitgegeven?
Antwoord: Dit boek van Willem van
Zwol werd uitgegeven bij Uitg. West-
Friesland te Hoom.
Vraag: Wat voor waarde moet men
hechten aan het predikaat „Hofleve
rancier?" Heeft dat te maken met de
kwaliteit en worden de artikelen wer
kelijk aan het hof gebruikt. Kan iede
re firma zomaar dit predikaat voeren
of moet men hiervoor toestemming
hebben?
Antwoord: Het verzoek om hofleve
rancier te worden, moet men tot H.M.
de Koningin richten. Voorwaarden
zijn, dat de zaak honderd jaar bestaat
of langer en te goeder naam en faam
bekend staat, en een vooraanstaande
plaats inneemt in zijn bedrijfstak. De
artikelen moeten daarmee in over
eenstemming zijn, al laat elk bedrijf
wel eens een steekje vallen. Het is
niet altijd zo, dat een hofleverancier
aan het hof levert.
Vraag: Mijn man fietst als hobby en
nu hebben we dit jaar in Frankrijk
een echte wielrennersbroek gekocht,
wevenit met een zeemleren kruis. Hoe
moet men zo'n broek wassen, zonder
dat het zeemleer spijkerhard wordt?
Antwoord: Wie mijn woonplaats
Voorburg kent, weet waar de Voor-
burgse expert woont, die alles van
fietsen (en fletsbroeken) afweet en die
kennis ook in praktijk brengt. Wij
vroegen aan Ton van Herwerden raad
en dat advies moet u dus maar toe
passen: De broek kan slechts gewas
sen worden, handwarm en niet ma
chinaal met de ouderwetse groene
zeep, die hoewel onder verschillende
namen toch dezelfde is, die ons voor
geslacht vroeger gebruikte. In geen
geval dus synthetische wasmiddelen.
Niet wringen en bij de laatste spoe
ling wat azijn toevoegen. Binnenste
buiten keren en „op de wind" en niet
in de zon of bij een kachel of CV
drogen. Met de hand het zeemleren
gedeelte voorzichtig glad strijken.
Als daaraan getrokken of gewrongen
wordt, rekt het zeemleer uit en de
fletser komt op een paar rimpels te
zitten, die na een poosje als messen in
z*n zitvlak snijden.
Vraag: Uit Indonesië kreeg ik een
prachtige echt-gebatikte kaïn fWljde
overslagrok). Helaas zit er een lelijke
vlek voorop, die netjes naar binnen
was gevouwen. Het was geen wasvlek
en op allerlei manleren heb ik gepro
beerd. die lelijke vlek eruit te krijgen,
maar niets lukte. Tenslotte heb ik de
hele rok gewassen met een gedroogde
bes. die schuim maakte. Die bes had
den de schenkers bij de rok gekregen.
De stof geeft bij ai dat wassen steeds
r J7di
blauw al, dus we moeten daar niet te
lang mee doorgaan. Weet u een mid
del om die vlek weg te krijgen en wat
is dat voor een bes?
Antwoord: Over die vlekken is geen
zinnig woord te zeggen als je ze niet
gezien hebt. Het is niet onmogelijk
dat er een ongelukje bij het verven
gebeurd is en al ontkleurt die verf
door het wassen een beetje, er blijft
genoeg over. Het enige zou kunnen
zijn die overslag zo te maken dat de
vlekken naar binnen gevouwen wor
den. Bij bijzondere gelegenheden
draagt men die weggewerkte overslag
in naaldscherpe plooien geplisseerd
en op die manier is er voldoende
bewegingsvrijheid. Als de stof slap
geworden is van al dat wassen, zou u
een beetje apprêt (stijfsel) kunnen
gebruiken. En nu die bes: Het is waar
schijnlijk de vrucht van de Rerek
(Filicium declpiens van de familie
Saplndacaeen). Deze vrucht wordt
als zeepnoot gebruikt en bevat stof
fen (saponinen) die een vloeistof sterk
kunnen doen schuimen en vuil daar
door losmaken, terwijl ze geen bijten
de alkalsche werking hebben. Bij
stammen van bomen en planten van
deze familie waaraan gesnoeid is, ziet
men na tropische regenval een bergje
schuim. Dit schuim bevat veel sapo-
nlne, giftig voor mens en dier (vooral
voor vissen), want deze stof maakt de
bloedlichaampjes kapot en ontkleurt
het bloed (haemolyse). Degenen, die
in de vooroorlogse jaren lid waren
van de biologische club op het Chris
telijk Lyceum te Bandoeng, zullen
zich misschien nog wel herinneren
hoe Dr. (nu prof,) Van der Pijl die
ontkleuring demonstreerde door op
een mengsel van a gar a gar en bloed
(daartoe gaarne afgestaan door altijd
enthousiaste clubgenoten) stukjes
blad, hout en bast van de Filicium te
leggen. De bast won het. Al met al een
bron voor vergiftigingen. Enfin, u had
maar één bes.
Vraag: Hoe kom ik aan het adres van
een goede wichelroedeloper?
Antwoord: We hebben allerlei instan
ties opgebeld, waarvan we het ver
moeden hadden, dat ze u en ons zou
den kunnen helpen, en nu vragen we
het aan onze lezers, want we hebben
op deze vraag geen antwoord.
Aanvulling op verleden week gege
ven antwoord over Kaaswei: Kaaswei
moge dan niet voor ieder bereikbaar
zijn: karnemelk is dat wèl. Er is na
tuurlijk niet zoveel verschil ln de wer
king van beide. Men kan er iets inleg
gen om te weken maar met een bor
steltje kan men het koper ook bewer
ken met de karnemelk.
Vraag: Hoe komt het dat mijn Flu
weelboom (Rhus) dit Jaar geen kaar
sen maakt. Hierbij een dode bloem
van de struik.
Antwoord: Wat u mij als „bloem"
toezond, was heel erg verdroogd. Ver
moedelijk heeft uw Rhus (Fluweel of
Azijnboompje) het dit Jaar, waarin
hitte, droogte, kou en regen elkaar
afwisselden op een voor vele planten
ongunstige manier, niet kunnen bol
werken. Een Rhus groeit gemakke
lijk. Laten we hopen op een betere
bloei in het volgende jaar.
Hulp inzake het recept Eierkoeken: 8
eierdooiers met 1 kg suiker in 1 liter
melk weken (een avond of in elk geval
een paar uur voor het bakken). Op
kloppen 50 gr ammonia. Gesmeerde
met bloembestoven plaat gebruiken.
Zie verder aanwijzing in kookboeken.
Vraag: In onze keukenmuur is op
stahoogte een koelkast, merk Prest-
cold, ingebouwd. Hij doet het al te
goed, want hij is niet te regelen. Hoe
ook afgesteld hij „vriest maar an".
Geen monteur slaagde er in, dit euvel
te verhelpen. Waar kan ik voor dit
merk de juiste hulp krijgen? Wie is de
importeur?
Antwoord: Bij de handelsvoorlich
ting van de K. v. Koophandel is dit
merk niet bekend. Het apparaat is
natuurlijk uit te schakelen (het moet
toch regelmatig ontdooien) door de
stop uit het contact te trekken, maar
ideaal lijkt me dat nu niet. Volgens
mij moet dat apparaat er toch wel uit
te halen zijn om nagekeken te worden
en bijgesteld. U schrijft niet wanneer
de bungalow werd gebouwd daar
moet toch wel iets over te vinden zijn
in de papieren van het huis? Mis
schien weet een van onze lezers hier
iets op.
Ontvangen: een hele brief met cita
ten over „Werk". Hartelijk dank! Ik
wil u een tweetal hiervan niet onthou
den: Werk is het heerlijkste dat er
bestaat op de wereld. Laten we er Iets
van opsparen voor de dag van mor
gen. (Het is toch wel fijn, om op een
gegeven ogenblik: Ziezo! dat is ge
beurd, te kunnen zeggen). Stroop niet
alleen uw mouwen, maar ook uw
broekspijpen op, als uw arbeid dat
noodzakelijk maakt,
achterstand van de val
ongeveer opgeruimd: w^m
meer door de brieven te|~
slotte: Voltaire schreef f
behoedt ons voor drie f
Verveling, ondeugd
(waarvan akte).
Vraag: We hebben een j
1910 opgediept, zo een
zeildoek met schamiei
oude kleertjes (met
onze moeder genaaid) v
maal tegenaangeplakt e
hebben we ze voorzicl
gen. Trek je nu weer i
gaat het zeildoek weer k
er iets op?
Antwoord: Wij hadden!
zeildoeken tafelkleedje, f
om een stok werd gerc
plakte ook en er werdl
goed schoon en droog J
talkpoeder overheen g
hielp wel. Probeer het
ders zit er niet anders Y
soort onderpak te
oude panty en polsmol
over de armen. Het zou|
van de oude kleertjes
manier zit er in elk geval