De Gaulle werkte stimulerend op Frans-Canadees nationalisme vanderMeer's SPECIALE! i AANBIEDING! van der meer Uit brieven van lezers Nieuwe boeken 1967 was opzienbarend jaar voor Quebec Geuieldig-royaal! Extra-breed! Rijk-geplooid! 2*3-zitter in rondom-echt-leer, nu als Speciale Aanbieding: PRIJS^ CARANTIE: FIJNE MEUBELEN! SCHERPE PRIJZEN' DINSDAG 15 AUGUSTUS 1978 TROUW/KWARTET H Toen Lévesque in de politiek ging. na de staking van 1959, was er eigenlijk maar één partij waarbij hij zich kon aansluiten, namelijk de liberale. Dat was wel de oude partij van Lauvrier, van het compromis, maar zij had zich vernieuwd, in Quebec een werkelijk Franse eigenheid verworven, en alles was voor zulke progressieven als Lévesque beter dan de Union Nationale. Zo werd hij in 1960 kandidaat van de liberalen in één van de districten van Montreal en bij de verkiezingen in de herfst inderdaad gekozen tot lid van het parlement, het provinciale van Quebec wel te verstaan. De liberalen wonnen de verkiezingen, een kabinet werd gevormd en Léves que werd daarin minister van publie ke werken. Hij bracht nu zijn sociale en nationale idealen in de praktijk. In 1962 wist hij door te zetten dat alle firma's die de hydro-elektrische ener gie exploiteerden genationaliseerd werden Maar op de duur paste hij niet erg in het gematigde kabinet van Jean Lesage. Hij was een typische eenling, vaak in conflict met zijn col lega's en niet bijzonder tactisch in zijn optreden. Tenslotte kwam het tot een breuk. De liberalen wilden het compromis, het behoud van de federale unie, en Lé vesque werd meer en meer van het tegendeel overtuigd; van de onmoge lijkheid recht voor Quebec te krijgen binnen Canada. Al in 1963 verklaarde hij dat het hem moeilijk was zich Canadees te voelen: „iedere keer als ik Quebec verlaat heb ik het gevoel dat ik uit een reservaat wegga. Ik voel me dan als een buitenlander. Ik ben allereerst en voor alles een Quebecois en pas in de tweede plaats en met een toenemend gevoel van twijfel een Canadees." Toen in 1966 de liberalen de verkie zing in Quebec verloren en de Union Nationale weer de macht kreeg (met een minderheid van stemmen, maar dat gaat nu eenmaal zo in een dis trictssysteem) trok Lévesque zich te rug. De ontwikkeling verliep hem te traag. Hij wilde meer actie. Hij was eigenlijk een typische representant van de onrust die zo kenmerkend is geweest voor de jaren zestig. In heel Quebec woelde en gistte het. De onzekerheid en ontevredenheid, vooral onder de jongeren, begon zich te uiten in geweld, al in 1963 begon nen de eerste bomaanslagen. Wat aanvankelijk nog een rustig proces van veranderingen leek (de jaren 1960-1966) worden wel die van de Quiet Revolution" genoemd) dreig de te ontaarden in een gewelddadige botsing. De Gaulle Men mag het wel de grote verdienste van Lévesque noemen dat hij al die onrust wist te kanaliseren, te bunde len in de partij die hij in de jaren 1967 en 1968 oprichtte. Het jaar 1967 was opzienbarend, door het bezoek dat De Gaulle aan Quebec bracht. Zijn ongegeneerde demonstratie op het balkon van het stadhuis in Montreal. waar hij de menigte begroette met de uitroep ..Vive le Quebec libre", bracht de regering in Ottawa tot razernij, maar werd door de Quebecois met diepe instemming bejubeld. Einde lijk was er eens iemand die naar hen omzag, eindelijk kregen ze de aan dacht waar ze naar hunkerden. Lévesque's partijvorming is natuur lijk niet het gevolg van het optreden van de grote generaal, maar werd er wel door gestimuleerd. Aanvankelijk begon zijn partij als een beweging: de mouvement souverainité association, een titel die al aangaf waar hij heen wilde: souvereiniteit op eigen grond maar wel een of andere associatie met de Canadese unie. In 1968 groei de daaruit de Parti Quebecois, popu lair de péquistes genoemd. De Franse Canadezen kregen zo een nieuwe wel dra populaire naam. Voor de jaren zestig betekende een Quebecois al leen een inwoner van de stad Quebec, maar nu staat het voor alle inwoners van Frans Canada. ..Wat is Canada? Het is niets dan een gok. honderd jaar geleden begonnen. In een situatie waar ons bestaan zelf wordt bedreigd zullen wij niet berus ten in onze vernietiging." Met zulke radicale woorden bracht Lévesque de jeugd en trouwens een goed deel van de ouderen tot grote opwinding. Zijn nieuwe partij werd weldra een succes. Allerlei nationale snipperpartijtjes gingen erin op. Er leek een nieuw enthousiasme door het land van Que bec te varen. „Wij moeten ons." al weer Lévesque. „allereerst bevrijden van het volstrekt overleefde federale regime. Het probleem kan niet wor den opgelost door matiging en be houd van de status quo. Dat wil zeg gen dat wij de volledige vrijheid van Quebec moeten opeisendat wil zeggen dat Quebec een souvereine staat moet worden." Radicalisme Het nieuwe, bijzondere van de Parti Quebecois ligt zeker in haar radicalis me. Al het traditionele Frans-Cana- dese nationalisme tot nu toe was reli gieus-conservatief geweest. Maar hier was een nationale partij die nadruk kelijk progressief wilde zijn en dan ook de steun kreeg van alles wat radicaal dacht, en dat was veel in de jaren zestig. De vakbonden, de onder wijzers, de studenten, veel langharig volk, veel idealisten. Maar hoe pro gressief de partij precies was, dat is niet zo makkelijk te zeggen. Lévesque zelf hield ervan zijn ideeën te betitelen als sociaal-democratish. Hij legde en legt nog de nadruk op een democratisch proces van ontwik keling naar onafhankelijkheid. Naar mate de partij groeide won de gema tigdheid het. In een gestadig proces werden de meest radicale uitwassen uitgestoten. Een programmapunt als gezamenlijk bestuur van de universi teiten door de staf en de studenten, te vinden in het eerste program van de partij, werd later weer doorgestreept, en evenzo ging het met de eis om, eenmaal zelfstandig, het lidmaat schap van de NAVO op te zeggen. De met veel enthousiasme opgerichte eigen krant van de partij. Le Jour. werd het slachtoffer van dit conflict tussen gematigden en radicalen. Ter wijl het partijbestuur een steeds voorzichtiger koers ging varen, wer den de journalisten steeds radicaler en dat leidde ten slotte tot een breuk, die de ondergang van het blad bete kende. Te praktisch Lévesque bleek toch te praktisch voor al de radicalismen ter linker zijde. Hij begreep dat de meerderheid van het Frans-Canadese volk, kleine middenstand die groeide naar meer welvaart, van zulk utopisme niet ge diend was. Hij was helemaal niet de Robespierre waarvoor een Ameri kaans zakenman hem had uitge kreten. Toen in het najaar 1970 de grote crisis kwam, doordat een ondergrondse groep twee mensen ontvoerde, een Brits diplomaat en de liberale politi cus Pierre Laporte welke laatste ver moord werd. keerde Lévesque zich fel tegen het gebruik van geweld. Meesterlijk is de beschrijving van de dwaasheid van het ultra-linkse terro risme die hij in 1971 gaf. Hij waar schuwde dat dat moest leiden tot repressieve maatregelen van de zijde van de overheid en vervolgde: „niets zou natuurlijk onze evengelisten van de tabula rasa-theorie (de idee dat alles moet worden afgebroken om een nieuw begin te maken) beter passen, die zitten te kwaken in de zijkapellen van hun droomrevolutie, net als dat doctrinaire peloton van uiterst links dat alleen maar in beweging komt om op zulk extreem fascisme te reageren. In hun gevolg komt de hele kliek aanzetten van patriot-anarchismen en doodgewone onruststokers die al leen maar aan de oppervlakte komen als er kans is op een lange periode van zulke miserabele politiek. Zij zijn hier, net als in de meeste modeme landen, de achterhoede van een ver ouderd nihilisme, want ze hebben geen ander doel dan een volstrekt onbereikbaar utopia (want alles wat bereikt kan worden vinden ze verve lend) en geen andere methode dan eindeloze infiltratie en agitatie en geen ander plan dan de hele boel op te blazen .en daarna zien we wel weer'." Geen compromis Maar Lévesque keerde zich tegelijk fel tegen Ottawa. Met een grote groep andere Frans-Canadese leiders, waar onder velen ook uit andere partijen, protesteerde hij tegen het optreden van de federale regering in de crisis. Trudeau reageerde op de kidnap pings met grote kracht, weigerde elk compromis, elke onderhandeling met de kidnappers van de F.L.Q. (Fédéra- tion pour la libération de Quebec) en stuurde tenslotte troepen, zich beroe pend op de War Measures Act. Tru deau begreep toen al wat sindsdien vele regeringen hebben leren inzien, namelijk dat er met terroristen geen verstandhouding ven welke aard dan ook mogelijk is. Maar de Frans-Canadese leiders voel den het conflict direct als een strijd tussen Ottawa en Quebec en het op treden van Trudeau als een aanslag op de provinciale autonomie. Zij pleitten voor een compromis voor de uitwisseling van de ontvoerde man nen tegen een aantal gevangen terro risten. Toen Trudeau dat weigerde en ingreep, reageerde Lévesque met fa natieke woede, en beschuldigde de regering in Ottawa ervan dat zij de crisis uitgebuit had om Quebec te bezetten en de regering van Quebec buiten spel te zetten. „Trudeau ge droeg zich," zei hij letterlijk, „als een fascistische manipulator. Fascisme houdt een smaak in voor absolute macht die geen redelijke antwoorden verdraagt." Er is in Lévesque een dubbelheid van verbaal extremisme en politieke nuchterheid die voor buitenstaan ders nogal verbijsterend is en de vraag wettigt in hoeverre deze radi caal sprekende, gespannen man, een nerveuze kettingroker, inderdaad ge schikt zou zijn om verantwoordelijk heid te dragen als hij aan de macht kwam. Maar zover was het in 1970 nog lang niet. Dit is het zesde van een serie artike len over Canada en zijn problemen. De vijf voorgaande beschouwingen stonden in onze krant van 1, 4, 5 ,8 en 10 augustus. President De Gaulle van Frankrijk op het balkon van lk stadhuis van Montreal op 24 juni 1967. [jv Deze rubriek is uitsluitend bestemd voor korte reacties op in deze krant gelezen berichten, artikelen en commentaren, en niet voor open brieven, gedichten, oproepen of reacties op advertenties (deze laatste dienen tot de directie gericht te worden). De redactie behoudt zich het recht van bekorting voor. Hierover of over het niet plaatsen (meestal door ruimtegebrek) kunnen wij helaas niet corresponde ren. Brieven adresseren aan Secretaris hoofdredactie Trouw, Postbus 859, Amsterdam. Bij publikatie worden naam en woonplaats van de schrijver vermeld. Israël-boycot (1) De commissaris-generaal van het centrale bureau voor de boycot van Israël is er blijkens Trouw van 9 au gustus aardig in geslaagd om de twee Nederlandse parlementariërs, de he ren De Vries en Scholten, die onlangs Damascus bezochten om de tuin te leiden. De beide parlementariërs cite ren, kennelijk met instemming, de commissaris-generaal van dit Boy cot-Bureau, die zegt. dat „de boycot bedoeld is als antwoord op de voort durende Israëlische schending van het internationale recht en als verde diging van de Arabische economie tegen de Israëlische agressie." Deze fase doet het misschien goed als op pervlakkige Arabische verdediging van het boycotbeleid, maar er klopt niet veel van. In 1945, om precies te zijn op 2 december 1945, gaf the Arab Lique Council zijn eerste boycotver klaring uit. Daarin stond dat: Joodse produkten en goederen onwenselijk zullen worden beschouwd door de Arabische staten. Let wel, dit ge schiedde ruim drie Jaar voor de tot standkoming van Israël in 1948. In het begin van de vijftiger jaren werd de boycot in de wetgeving van de Arabische Liga staten opgenomen. Er bestaat dus geen enkel verband tus sen de toepassing van de boycot en de beweerde „agressie" van Israël of bijvoorbeeld het bezet houden van de westelijke Jordaanoever door Israël. De enige juiste conclusie is dan ook dat de boycot, met alle consequenties van dien voor de Nederlandse samen leving, ruim dertig jaar geleden is ingevoerd, omdat de Arabische sta- VanderMeer's Mocht u Wnnen 14 dagen na aankoop van een vanderMeer- meubei ergens anders hetzelfde meubel (onder dezelfde voor waarden betreffende levering en service) voor een lagere prijs kunnen kopen dan geeft vanderMeeru het prijsverschil terug j i roflteer van VanderMeer's f speciale aanbieding; extra-grote bankengroep In rondom-echt-leer met komfortabele hoge rug. De extra-brede armleggers hebben een fraale.gloolende' lijn en zijn net als de zitkussens afgewerkt met een sierlijke rolnaad. De rijk-geplooide over- bloezende rugkussens hebben een diepe stlknaad voor extra steun onderin de rug De kleuren: zwart, nègre, bruin, saffraan en palmengroen. Da's leer dat èlles heeftl 't is verrassend-elegant maar t heeft óók een prettig-stevlge zit.'t Past In een romantische kamer maar óók In het strakkere Interieur. Daarom gaan leerzoekers nu óp naar vanderMeer.Daarom profiteren ze van deze aanbieding In romdom-echt-leerl Pen Haag: Spui hoek Kalvermarkt Den Haag: Winkelcentrum .waldeck', einde Laan van Meerdervoort utrecht: Rijksweg Oudenrijn-Arnhem, afrit Utrecht. Rotterdam: Groothandelsgebouw. Weena 737 Amsterdam: Stadhouderskade 74. Olemen (bij Amsterdam): Rijksweg Amsterdam- t Gooi. afrit De Sniep Beverwijk: Rijksweg Haarlem-Alkmaar. Velser-tunnel.afrit Zaandam Heemskerk. Eindhoven: Noord Brabantlaan bij de Rijksweg Tiiburg-Maastricht. afrit vlieqveld Etten-Leur Rijksweg Breda-Roosendaal. Heerlen: Spoorsingel 2 Enschede: winkelcentrum ,De KlanderiJ'. Almelo: Oranjestraat 25. Dagelijks (ook op zaterdag!) geopend tot 6 uur Koopavond: donderdag In utrecht. Den Haag. Amsterdam en Almelo: vrijdag In Rotterdam. Dlemen. Eindhoven en Etten-Leur ten zich op allerlei manieren wilden verzetten tegen een Joodse aanwezig heid in het voormalige Palestina. Dat deze boycot van Israël de laatste tijd zo in de belangstelling staat, komt door de toegenomen financiële macht van de Arabische staten. Deze staten dwingen het bedrijfsleven om mee te werken aan het economische isole ment van Israël en de Joden. Hoe zwaar de Arabieren druk kunnen uit oefenen hebben wij allemaal al eens ondervonden tijdens de olieboycot van 1974. Met dit soort economische druk bege ven de Arabieren zich ver buiten de grenzen, die de Nederlandse samenle ving kan tolereren. Er is hier bepaald geen sprake meer van een „verdedi gende" Arabische actie tegen Israël's „agressie", maar een agressieve onge wenste inmenging met de bedoeling de Nederlandse buitenkant politiek en het bedrijfsleven naar de Arabi sche pijpen te laten dansen. Het wordt hoog tijd dat de ogen van Ne derlandse parlementariërs open gaan en dat zij zich gaan buigen op de ongewenste effecten van deze Arabi sche druk, in plaats van ongecontro leerd over te nemen, hetgeen men in Damascus zonodig kwijt wil. Amsterdam H. N. Wijnperle voorzitter Anti Boycot Comité. Israël-Boycot (2) In Trouw van 9 augustus heb ik gele zen dat de kamerleden, De Vries en Scholten het Arabisch boycot-bureau in Damascus hebben bezocht. Daar bij is hun verteld dat niet-jood ver klaringen alleen door Saoëdi-Arabië gevraagd zouden worden en niets met de boycot-regels te maken hebben. De heer De Vries verklaart derhalve „ik ben verheugd dat deze hatelijke implicatie van discriminatie op ras en geloof alleen door Saoedië Arabië wordt toegepast". Dit is mijns inziens de waanzin ten top. Hoe kan een Nederlands Kamer lid over zoiets verheugd zijn, terwijl hij weet dat Saoedi-Arabië Neder lands grootste handelspartner in het Midden Oosten is? Als de heren De Vries en Scholten bovendien de moei te zouden hebben genomen om de ambassades, consulaten en overige vertegenwoordigers van de Arabische staten in de Benelux te bellen, dan hadden ze kunnen weten, dat ook landen als Dubai, Koeweit, Libië en Jemen niet-jood verklaringen vragen. Irak is nog wat subtieler. Dat land weigert Joden zodra hun jood-zijn in hun paspoort vermeld staat. Amsterdam B. S. Groen Israël boycot (3) Hetzelfde kamerlid, mr. Klaas de Vries dat begin 1977 tezamen met drie andere Nederlandse leden van de zogenaamde Euro-Arabische dialoog een brief aan president Carter schreef met het verzoek om meer druk op Israël uit te oefenen, probeert zich nu op te werpen als vertolker van de Arabische boycot principes. In een artikel in Trouw zegt mr. De Vries (PvdA) die met het CDA-Kamerlid Scholten opnieuw in het kader van de Euro-Arabische dialoog in Damascus was, dat het Centrale bureau voor de boycot van Israël heeft verzekerd dat de Arabische boycot van Israël geen racistische trekken heeft. Waarom dan, zo vraag ik mij af, heeft dit boycotbureau een zwarte lijst van merendeels Amerikaans-Joodse film acteurs. Films waarin deze acteurs spelen, mogen in de meeste Arabi sche staten niet vertoond worden. Deze boycot van filmsterren ging zelfs zo ver dat de Arabier Omar Sharif in het begin van de jaren zestig in de Arabische wereld niet meer ge zien mocht worden, nadat hij op het witte doek de Joodse actrice Liz Tay lor een zoen had gegeven. Over racis me gesproken! En wat te denken van de vragenlijsten die Engelse en Ame rikaanse bedrijven van het boycotbu reau toegestuurd hebben gekregen met het verzoek op te geven of direc teuren of aandeelhouders van Jood- sen huize zijn? Epe P. van der Lelie niet hoog tijd dat alle christen! ons land massaal vooral tege| laatste gaan protesteren? En t regering zou ik willen zeggen: i nu eindelijk eens. Opdat we niet schien al heel spoedig) in een vo ge chaos terecht komen. Capelle a.d. IJssel P. DE BRj Marokkanen (7) We kunnen begrijpen dat mevj i Haars het er moeilijk mee heef de Marokkanen de deur te wijzd dat zovelen hun best doen oq mensen hier te houden, begrijpt niet. Hier is al nood genoeg,] jonge mensen zijn moedeloos e bitterd omdat ze geen ges( woonruimte en toekomstmogen den hebben. We kunnen het nief zien, dat ons land overspoeld! en er geen plek meer voor ons em kinderen is. er zijn toch nogf mogelijkheden dan hier voor 2 Marokkanen (6) Waar gaan we in vredesnaam heen? Ons land wordt al sinds lang gere geerd door vakbonden, actiegroepen e.d. Want als. volkomen terecht, tien tallen illegaal in ons land verblijven de buitenlanders worden uitgewezen, wordt dit door allerlei acties (voorlo pig?) uitgesteld. En als daarbij gees telijken de eredienst tot een aanflui ting maken door deze in die acties te betrekken, dan vraag ik me af waar we terecht zullen komen. Wordt het Rotterdam H. van E Rhodesië De Wereldraad argumenteert d feitelijke macht in handen vi blanken zou blijven, wanneer d - terne regeling" van Smith, Mo wa en Sithole zou doorgaan. 11 waar komt die macht terecht als gabe en Nkomo met hun „b dingsfront winnen? Aan het vol Simbabwe? Eén man, één stem een marxistische dictatuur!? A kerkelijke organisatie politieke menten gaat gebruiken, moet i z'n minst, zich er voor hoedei twee maten te meten. De kerl|,fj maar op een manier helpen. 1 door wonden te helen, en danz onderscheid te maken tussen (p t ke) vrienden en vijanden. Dan ze ook staan in de vrijheid on machthebbers en machtzoeke zeggen wat Jezus Christus ovd;5 heeft gezegd. Wanneer er nieti* lijk de gelegenheid tot zulk heloL de strijd is, dan moet de kerEf met haar diakonia elders Onverkort haar roeping om, or* wijze voor de armen en verdruk i<*t te komen. Landsmeer CDA-PvdA Enkele maanden geleden schrei ,n journalist dat hij vrijwel geei schillen kon ontdekken tusse programma's van het CDA )0O( PvdA. En nu de uitvoering, die verschillen oplevert: 1. een kri beleid ten aanzien van Urenco; dreiging uitwijzing van Marokk gastarbeiders. Wat punt 2 bi wat blijft over van de beroemi e wogen rede van de heer Aai Mijn vraag is: mogen wij de wo c van onze Heer Jezus Christus g ken als wij niet in staat zijn dezi politiek te praktiseren. e Alphen aan de Rijn D. L.d Paus Paulus Paus Paulus VI is dood en nu 02 wordt hij de GROTE genoemd en onverwacht is hij van ons h gaan. We waren gewaarschuwi hemzelf. Hij had zijn dood voor rjl Wij zijn blij voor hem, omdat eind is gekomen aan zijn lijden zijn pontificaat is een lijdensvi weest. Is er iemand die aan I heeft blootgestaan als hij? Is mand die oprechter voor zijn 0 ging is uitgekomen dan hij? Hi de gunst der mensen niet ge maar zich bij alles laten leide: zijn liefde tot God en Zijn Ker lichaam is dood en wacht op de zenis, maar hij leeft en zal ons ,pr Kerk niet in de steek laten. Wij ten op de eerste gebedsverho 1 bij zijn graf, die nodig zijn 0 heiligverklaring aanhangig te 1 Dat we later de hulp zullen ini c van de Heilige Paulus VI gelo vast. Hij zal in de Kerk en we schiedenis blijven voortleven, deren, die door de wereld wen roemd, al lang vergeten zijn Paulus, wij zullen u niet va Help de H. Kerk bidden opdal f Geest licht moge schenken 1 leden van het conclaaf om een 1 opvolger voor Paulus VI te ki Bussum J. A.l Serie Lichamelijke opvoed sport in de praktijk, deel 11 turnen op de evenwichtsball Hans Timmermann, prijs 1 deel 19 („Van het klimmen e" ceren tot het turnen aan wichtsbalk" door Karl Koch Timmermann, prijs 17,901^ 3: Hollandia, Baarn. De Nederlandse Aardolie schappij door Bart Tammelii boekje van de stichting IVI< bus 37, Lelystad). Prijs per (Vijftig boekjes) 45,-.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1978 | | pagina 10