Het benauwende paradijs van Fidel Castro |Ontmoeting met het swingend communisme F i hete zomeravond in Havana. Zl zon is al onder, maar de hitte Femt nauwelijks af. Iedereen, van g tot oud, is in hemdsmouwen /ei straat, in afwachting van de el igen die komen. Die avond zal er >5!i ontmoeting plaatsvinden tus- i de bijna 20.000 deelnemers aan i wereldjeugdfestival en de bur 's van de Cubaanse hoofdstad, eral staan bands en muziek- bepen opgesteld. De Cubaanse is wordt koelgehouden met grote ukken ijs. Een meters lang span- ek roept de buitenlandse gasten p hartelijk welkom toe. ERDAG 12 AUGUSTUS 1978 TROUW/KWARTET 17 Een wereldjeugdfestival, zoals dat vorige week op Cuba werd gehouden, is op het eerste gezicht een tamelijk steriele ge beurtenis. Het is een onmogelijke opgave om 20.000 jongeren uit meer dan 140 lan den met elkaar te laten praten over poli tieke en maatschappelijke vragen. Een fundamentele discussie is door de massa liteit van zo'n festival ondenkbaar. De formele bijeenkomsten, die de afgelo pen week in Havana werden gehouden, werden dan ook gevuld met monologen, waarvan de inhoud al tevoren vaststond. De standpunten van de verschillende de legaties waren voorspelbaar. De zeer gro te delegaties uit de Oosteuropese landen (uit de Sowjet-Unie 1000, uit Oost-Duits- land 800) vertolkten tot in de komma's van de formuleringen de standpunten van hun regeringen. Daartegen hadden de westerse delegaties, die veel kleiner waren, nauwelijks iets in te brengen. Voor zover ze dat probeerden, werden ze van het podium gefloten of krachtig van repliek gediend, dat ze de eenheid van het festival niet moesten verstoren. Het ging op het festival om de onderlinge solidari teit in de strijd tegen het imperialisme. En dan gaat het niet aan om in dat kader kritiek uit te oefenen op processen tegen dissidenten in communistisch geregeerde landen. Voor zover er kritische geluiden te horen zijn, dringen ze niet door tot de pers in de communistische landen, die slechts de toespraken en het grootscheepse vertoon van anti-imperialistische eenheid op het festi.yal aan de bevolking doorgeeft. De werkelijke betekenis van het festival moet niet gezocht worden in de massale bijeenkomsten of in de formele uitspra ken, maar in de informele ontmoeting tussen jongeren van Oost en West. Bij dergelijke informele contacten blijken de zwart-wit denkschema's opeens veel min der rigide, dan ze op het eerste gezicht lijken. Blote bulken De Oostduitse jeugd, gewend aan parade pas en orde, kwam met strakke gezichten op Cuba aan. In hun blauwe uniformen waren ze zichtbaar bezig de Oostduitse jongeren op waardige wijze te represen teren. Na twee, drie dagen ondergingen ze een ware metamorfose. De blauwe hemden werden opgerold, de buiken kwam bloot. Samen met de Cubanen en jongeren uit westelijke landen gingen de Oostduitsers toen swingend door de stra ten van Havana, waar overal de westerse popmuziek te horen was. Ook tijdens de ontmoetingen tussen de buitenlandse delegaties en de leden van de comités ter verdediging van de revolu tie, die vorige week dinsdag in alle delen van Havana plaatsvonden, kon er in een informele sfeer vrijuit worden gepraat, zonder dat allerlei officiële instanties op de woorden van de delegaties en de bewo ners letten. Uitwisseling Een jeugdfestival biedt een unieke kans voor de vrije uitwisseling van ideeën, zoals die wordt bepleit in de akkoorden van Helsinki. Festivals als deze kunnen bijdragen aan de afbraak van de tegen stellingen tussen Oost en West. Daarvoor is het helemaal niet noodzakelijk dat de vertegenwoordigers van de westelijke landen hun eigen overtuigingen prijs ge ven. Wanneer dat wel zou gebeuren, dan zou dat aan de bijdrage van het westen de geloofwaardigheid ontnemen. Het wes ten heeft aan aantal waarden en vrijhe den, waarop het zuinig moet zijn. Het valt daarom te betreuren dat de Nederlandse delegatie niet nog breder was samengesteld. De politieke jongeren organisaties van CDA, VVD en PvdA ontbraken. Hun bijdrage zou waardevol geweest zijn, zeker bij de informele ont moetingen met andere delegaties. Het ge tuigt van gelijkhebberij en kortzichtig heid, wanneer men deelname geheel laat bepalen door de officiële standpunten die door een dergelijk festival worden inge nomen. De conclusies van de door de communisten gedomineerde festivals staan inderdaad bij voorbaat vast. Maar daardoor bevatten ze weinig nieuws en zijn ze al vergeten voordat ze definitief op schrift zijn gesteld. De blijvende con tacten, de wederzijdse herkenning en de openheid tijdens de informele ontmoetin gen zijn van veel grotere betekenis voor wereldwijde ontspanning dan welke re solutie ook. De Nederlandse delegatie naar het elfde wereldjeugdfestival dat vorige week in de Cubaanse hoofdstad werd gehouden, kwam het stadion „Latijns-Amerika" op de fiets binnen. Dit originele gebaar, zoals de Cubaanse krant Granma het noemde, trok veel aandacht. Het merk van de fietsen (Union, Spaans voor éénheid) werd onmiddellijk symbolisch begrepen. |barst een spontaan gejuich uit als vier ;en met buitenlandse gasten de hoek jomen. De voorzitters van een aantal ienwerkenden buurtcomités schudden Ier luid applaus van de aanwezigen de iden van de leiders van de buitenlandse gaties. Dan wordt er een krakende luid- iker ingeschakeld en leest een van hen woord van welkom voor in het Spaans, ondertussen in een Engelse vertaling de gasten wordt uitgedeeld. „Namens leden van de Federatie van Cubaanse iwen en namens de comités ter verdedi- van de revolutie in deze zone, willen wij Jrukking geven aan de solidariteit en tenschap van ons volk met jullie, die de vaitegenwoordiging vormen van de pro jongeren in de wereld en die nu, der de geheven banieren van solidariteit, >de en vriendschap, bij elkaar zijn op het Cuba voor het elfde festival, of t samenvalt met de vijfentwintigste ver» irdag van de aanval op de Moncada- een roemrijke gebeurtenis in ze geschiedenis die op een heldhaftige mier geschreven werd door de jonge men- n in de generatie van deze eeuw Het de festival is van enorme betekenis voor arbeiders, boeren, studenten, huisvrou- het hele Cubaanse volk omdat dit eerste keer is dat een jeugdfestival ge iden wordt in een Latijns-Amerikaans ld, en omdat het gehouden wordt in het ;te land op het westelijk halfrond dat socialistische samenleving opbouwt." Cubanen staan het verplichte nummer door de partij bedachte revolutionaire itoriek gelaten aan te horen, terwijl de Itenlandse gasten worden belaagd door jeugd tot veertien jaar, die probeert van aanwezigen een handtekening te van- In deze sfeer durft geen van de buiten- iders het aan, de handtekeningenjagers te verkopen. door Herman Amelink afloop van de openingsceremonie, wor- i de delegaties verdeeld over de verschil de buurtcomités voor de eigenlijke ont- eting met de bewoners van Havana. De nités ter verdediging van de revolutie )R), zoals de buurtcomités officieel he- i, hebben zich terdege voorbereid op de ;vangst. Want er is een prijs voor het nité dat de buitenlandse gasten de leuk ontvangst bereidt. Allerlei cadeaus wor- aangedragen, veelal produkten van isvlijt. Limonade en bier zijn in grote eveelheden aanwezig. De aanwezige nds beginnen hun popprogramma af te rken, want daar zullen de buitenlandse ;ten wel van houden. Voor een fatsoenlijk niprek moet je zorgen dat je flink uit de urt van de luidsprekers blijft. Cubaanse schoolkinderen bent er geweest, dus je kunt erover oorde len. Na een paar dagen ga je wat afstand nemen en je wordt geacht de zaken op een rijtje te zetten, het liefst gevolgd door een afgerond oordeel. En dat oordeel moet dui delijk zijn. hetzij positief hetzij negatief, afhankelijk van het politieke denken van de vragensteller. Het antwoord kan, hoe kan het ook anders, echter alleen maar genuan ceerd zijn. Sedert het streven naar duide lijkheid bij politieke stellingnames, is het genuanceerde denken wat in diskrediet ge raakt. Desondanks willen we er ons toch aan wagen. ereen blijkt met de buitenlanders te len praten. Vooral wil iedereen weten hoe de ontvangst vinden en wat we van Cuba li iken. Wie krijgt er bij zoveel activiteit en housiasme een negatief woord over zijn jen? „In het buitenland, vooral in het iten, denken ze dat wij niet vrij zijn", e^igt een oudere vrouw mij toe. „Maar ^et je hier eens kijken, wat een vrijheid hebben. We kunnen zo met elkaar feest ren. Onze kinderen gaan gratis naar looi. Je kunt voor niets naar de dokter en ir het ziekenhuis. Niemand lijdt hier hon- r". „Maar je kunt hier toch moeilijk kri- 0(Jk uitoefenen op de regering", vraag ik przichtig. „Dat is helemaal niet nodig", woordt de vrouw mij. „In de kapitalisti- le landen hebben ze regeringen die tegen- er het volk staan, maar wij hebben een ering die van het volk is. Daar hoef je o emaal geen kritiek op te hebben". lorden van deze en gelijke strekking hoor tijdens een bezoek op Cuba vele malen, lereen wil weten wat je van Cuba denkt, een verblijf van veertien dagen, is het 31 uwelijks verantwoord daarop een duide- ce It antwoord te geven. De tijd daarvoor is kort, het aantal mensen dat je spreekt te ring. Bovendien was er de euforie van het tival, waardoor zowel Cubanen als bui- nlanders uit hun gewone doen waren, oit tevoren waren er zoveel buitenlan- rs tegelijk in het Havana van de revolu- 0 En het grootste deel van de buitenlan- 1 rs had nog nooit iets van Cuba gezien. s vraag wat je van Cuba vindt, wordt je bij Verder ontbreken in het straatbeeld de win- rugKeer in Nederland opnieuw gesteld. Je kels, de enorme uitstalkasten en de Als ik op de eerste dag van mijn bezoek aan Cuba in de straten van Havana rondloop, valt mij onmiddellijk het verschil op met andere hoofdsteden in Latijns-Amerika. De enorme tegenstellingen tussen arm en rijk ontbreken volledig. De mensen gaan alle maal vrij gelijk gekleed. Bedelaars zijn er niet. De straathandel, in kranten, loten, snoep en snuisterijen, waardoor de minder bedeelden van Latijns-Amerika zich in een miniem en onzeker onderhoud voorzien, treft men op Cuba niet aan. Er zijn alleen enkele stalletjes waar de voornaamste Cu baanse kranten te koop zijn. het partijblad Granma („opoe"), genoemd naar het schip waarmee Castro indertijd naar Cuba voer om de opstand tegen het regiem van Batis ta te beginnen, en Juventud Rebelde (rebel se jeugd i. het landelijke middagblad van de communistsiche jeugdbeweging. schreeuwende reclames van de grote multi nationale ondernemingen. Alleen in de stoep voor een voormalige winkel in elektri sche apparaten zit nog het symbool van de internationale bekende gloeilampenfabriek in het zuiden van ons land De sociale en medische voorzieningen zijn voor alle Cubanen gratis. Overal vindt men zeer moderne scholen, veelal met interna ten. Deze werden de afgelopen weken ge bruikt voor het onderbrengen van de dui zenden buitenlandse gasten. De afgelopen twintig jaar zijn er honderden schoolgebou wen uit de grond gestampt, waar iedereen gratis les krijgt. Geen problemen met in schrijf- of collegegelden. In elk openbaar gebouw bevindt zich 24 uur per dag een medische staf, die ten minste uit één arts en één verpleegkundige bestaat. In scholen, in hotels en op fabrieken kan iedereen op elk moment van de dag deze mensen om raad vragen. Medicijnen wor den gratis verstrekt. „Een arts hoeft bij ons helemaal niet veel te verdienen", zo vertel de een ons begeleidende medicus, „want zijn opleiding was gratis en hij hoeft niet te investeren voor de aankoop van een prak tijk of voor de aanschaf van medische appa ratuur. Dat betekent dat wij de gezond heidszorg vrij goedkoop kunnen houden. Het minimum dat een medicus verdient is 350 pesos per maand en dat kan maximaal oplopen tot zo'n 600 pesos per maand voor een specialist. Altijd nog een heel bedrag vergeleken met het minimumloon, dat in de buurt van de 85 pesos per maand ligt, maar naar westerse maatstaven zeker geen vetpot. De meeste voedingsmiddelen en genots middelen als tabak en alcohol zijn op de bon. Met de bonnen kan iedereen zich tegen vaste bedragen van het noodzakelijke voor zien. Wie meer dan de vastgestelde hoeveel heden wil kopen, moet daarvoor aanzienlijk hogere bedragen betalen. Koffie, vlees en vers fruit behoren tot de schaarse produk ten. Als de winkels bevoorraad zijn, vormt zich weldra een lange rij wachtende men sen. Het distributiesysteem zorgt er in ieder geval wel voor dat geen van de negen mil joen Cubanen honger hoeft te lijden. En dat is iets wat van de rest van de bevolking van Latijns-Amerika bepaald niet kan worden gezegd. Het distributiestelsel en de schaarste leiden er wel toe dat er eindeloos veel formulieren moeten worden ingevuld, voordat een be paalde handeling haar beslag krijgt. Dat betekent dat je vaak eindeloos geduld moet oefenen. Het eerste wat Je doet, als Je bij een groep wachtenden arriveert, is informeren wie de laatste was of het nu bij een winkel, een restaurant of bij een bushalte is. Aan die vraag is men kennelijk zozeer ge wend. dat een meisje van een Jaar of tien mij die vraag zelfs stelde op het moment dat ik duidelijk de enige klant van 'een ijskraampje was. Het openbaar vervoer in een stad als Hava na is. afgezien van de wachttijden, vrij goed georganiseerd en vrijwel voor niets. Voor competitie-element ingevoerd, van de scho len tot aan de comités van de revolutie. Door bijzondere activiteiten kan men prij zen winnen of eervolle vermeldingen krij gen, die altijd een plaatsje in een van kran ten vinden. Cuba is een totalitaire samenle ving in die zin, dat de overheid haar beslag op alle levensterreinen tot gelding brengt. Het geschiedenisonderwijs staat geheel in het teken van de revolutie en iedere Cubaan kent de geschiedenis van zijn land dan ook van haver tot gort. Op de scholen wordt de vaderlandse historie verteld als de grote bevrijdingsstrijd, eerst tegen de Spanjaar den en later tegen de Amerikaanse imperia listen. Je kunt kinderen van zeven en acht jaar dan ook al hartstochtelijk „Cuba si. yankee no" horen schreeuwen. En daar krijg j~ het wel wat benauwd van. De overal aanwezige leuzen op muren en aanplakborden, de kranten, radio en televi sie alles staat in dienst van de revolutie en het revolutionaire elan. Rondom het be gin van de door Fidel Castro op gang ge brachte opstand tegen de door de Verenig de Staten gesteunde dictator Batista, heeft zich een mythisch-religieus aandoende cul tuur ontwikkeld, compleet met heilige plaatsen en heilige mensen. De voornaam ste heilige plaats is de Moncada-kazerne, in Santiago de Cuba op de oostelijke punt van het eiland, die Castro op 26 juli 1953 tever geefs bestormde in een eerste poging om het regime Batista ten val te brengen. De bij deze aanslag aangebrachte kogelgaten in di muren van de kazerne, die ten tijde van Batista dicht gepleisterd werden, zijn na dc machtsovername door Castro op 1 januari 1959 weer zorgvuldig open gehakt. De boerderij van waaruit Castro en de zijnen de aanslag op de Moncada-kazernc beraamden, is tot een museum ingericht waar alles te vinden is wat met de aanslag t« maken had. Van de zakdoek die Castro bi zich had tot het geweer dat hij gebruikte. D< eeuwige vlam bij het museum wordt, net al: de vele plaatsen in de omgeving waar mede standers van Castro gevallen zijn, bewaak door „pioniertjes", de jeugdorganisatii waarvan het merendeel van de Cubaanse jeugd lid is. De bekendste heilige van de revolutie is, na de volmaakte nieuwe mens Che Guevara wel Abel Santamaria. Aan alle journaliste! werd tijdens het festival een boekje uitge reikt, dat het verslag van een complee' heiligenleven bevat. Abel Santamaria Cua drado, die samen met Fidel Castro de lei ding had van de aanval op de Moncada kazerne, was reeds op zesjarige leeftijc uiterst leergierig, droeg altijd schone klerei en was altijd heel oplettend. Op de middel bare school was hij altijd de beste van d« klas. Ook bleek hij van jongsaf aan eer ingebouwd gevoel voor recht en onrecht ti hebben. Vanuit die mentaliteit deed hij me< bij de aanslag op de Moncada, waarbij hi. om*het leven kwam, 23 jaar oud. Die revolu tionaire mentaliteit wordt de Cubaanse kin deren ten voorbeeld gehouden. (foto Maya Pejié) een bedrag van vijf centavos (vijftien cent) reist men de hele stad door. Kaartjes wor den niet verkocht. Voor in de bus staat een soort reuzenspaarpot met een hangslot, waarin iedere passagier een muntje stopt. Mocht je onverhoopt dat muntstukje niet hebben, dan is er altijd wel een medepassa gier die er nog een heeft. Of je reist gewoon gratis mee. Het geheel van maatschappelijke voorzie ningen, dat de Cubaan zeker in verhouding tot zijn Latijnsamerikaanse buren in een uiterst bevoorrechte positie stelt, heeft ech ter wel tot gevolg, dat een groot deel van zijn inzet dreigt te verdwijnen. Er zijn wei nig materiële stimulansen om eens iets ex tra's te doen of om een stapje harder te lopen. Iedereen weet zich van de wieg tot het graf verzorgd. „Op die manier haal je alle spanning en alle avontuur uit het leven van de mensen," zo vertrouwde iemand mij toe, „Je kunt wel proberen de mensen te motiveren door een voortdurende propa ganda, maar op een bepaald moment werkt dat niet meer. De mensen raken er door afgestompt. Een ober krijgt hier geen fooi, als hij eens iemand snel bedient. De weten schap dat zijn werk bijdraagt aan de op bouw van het socialisme op Cuba is niet een altijd werkende stimulans tot grotere ar beidsinspanning." Toch staat alles wat er op Cuba gebeurt steeds in het kader van de revolutionaire strijd en de opbouw van de socialistische staat. Voortdurend proberen regering en partij de mensen aan te zetten tot grotere activiteiten. Daartoe heeft men overal het Zonder de autoritaire leiding van bovenaf zonder de voortdurende propaganda ei zonder de enorme hulp van de Sowjet-Uni zou Cuba er nooit in geslaagd zijn he analfabetisme tot het absolute minimut terug te brengen, de medische voorzienii gen op het huidige peil te krijgen en d bevolking een aanvaardbaar levensniveai te bieden. Met Latijns-Amerikaanse ogei gezien, leven de Cubanen in buitengewoon goede omstandigheden. Maar de autoritaire leiding houdt wel in dat afwijkende denkbeelden nauwelijks o geen ruimte krijgen, dat kinderen vanaf d kleuterschool met de leer van de revoluti vertrouwd gemaakt worden en dat het der ken nogal uniform is geworden. De kerke; op Cuba schijnen de enige instellingen t- zijn, die niet van staatswege opgezet zijr Zij hebben nog een.aanzienlijke mate va vrijheid, zolang zij hun activiteiten mao binnen de kerkmuren houden en geen oper lijke contra revolutionaire daden steller Andere bewegingen krijgen echter maa weinig kans. Zo werd de zionistische bewc ging van Cuba op last van het Cubaans ministerie van justitie op non-actief gestel- op 19 juni van dit jaar. De verzegeling vai de kantoren vond op die datum plaats o| last van Justiano Cervantes Madriga hoofd van de afdeling verenigingen van di ministerie. De Cubaanse regering is solidai met de bevrijdingsstrijd van de Palestijnei en de sluiting van het kantoor van de zionis tische beweging is daar alleen maar eer. «logisch gevolg van. Wie Cuba beoordeelt, moet dat vanuit de Latijns-Amerikaanse context doen. Dai kun je constateren dat de Cubaanse regt ring meer voor haar volk gedaan heeft da welke Latijns-Amerikaanse regering ooi Gevoelens van afschuw vervullen je als j geconfronteerd wordt met de enorme in doctrinatie en het totalitaire beslag dat d Cubaanse regering op het Cubaanse voll legt. Mijn sympathie voor het Cubaans, model is tijdens mijn bezoek gegroeid maar de ondertoon van mijn voorlopige .oordeel is zeer kritisch, vooralsnog.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1978 | | pagina 17