Eerherstel voor vaklieden
Jrenco: geen afgedane zaak
e tekening van een lezer
rouwCommentaar
rkeerd accent(l)
V
rkeerd accent(2)
Aannemer stichtte restauratie-school in Vianen
HET WEER door Hans de Jong
Weerrapporten
'KLM'..GOEDKOOP REIZEN EEN TABEL")
Goed weer op komst
Strandweer
e oppositieleider antwoordt Aantjes
5DAG 11 JULI 1978
BINNENLAND
TROUW/KWARTET
5
men is vorige week vrijdag
de negen regeringsleiders van
"uropese Gemeenschap het
startschot gelost voor de
■e Monetaire Unie. Het
viel op 22 maart 1971, maar
Ie tot een valse start. De EG
teruggefloten door minder
te voorziene ontwikkelingen:
gantische valutacrisis, waarin
illar, fors gedevalueerd, werd
fkoppeld van het goud en het
:1 van vaste wisselkoersver-
fcingen (Bretton Woods) ter-
J ging. Dan was er, vlak daar-
■de oliecrisis, die de munten
'Frankrijk, Engeland, Ierland
talië uit de Europese geldunie
:ekte.
1J c
op voorstel van Frankrijk en
f-Duitsland genomen principe-
xuit een nieuwe poging te on-
lemen om te komen tot een
-ere monetaire discipline, kan
in positief worden beoordeeld.
i ander (zeer wezenlijk) be-
ar is, dat de voorstellen voor
Europese Monetaire Unie te
^iig voorzien in middelen om de
HPliomische politiek van de Ne-
ajol te harmoniseren. Zoals be-
lopen de ontwikkelingen op
terrein (zie bijvoorbeeld de
Ijtiepercentages) nogal sterk
Jen, hetgeen zich weerspiegelt
onstabiele wisselkoersverhou-
De „top" in Bremen lijkt
vergeten, dat wat er met de
eenialmiddelen gebeurt, altijd een
zo|)lg is van economische ontwik-
ngen en geen oorzaak,
zijl
rkec
is in Bremen het paard ach-
le kar gespannen. Dit is niet
Ier reden. De meeste, zo niet
lidstaten, willen wel een mone-
unie tot stand brengen, maar
ken terug voor de conse-
ities.
Niettemin eeft premier Van Agt
kritische geluiden (al dan niet inge
fluisterd door zijn specialisten op
dit terrein) laten horen.
Afgewacht moet immers worden
hoe het stelsel van vaste wissel
koersverhoudingen wordt ingevuld
en hoe het in de praktijk zal wer
ken. Gezien de economische situa
tie in landen als Groot-Brittannië,
Frankrijk en Italië is het de vraag
of de betaalmiddelen van deze lan
den het zonder al te grote spannin
gen kunnen redden. Premier Van
Agt heeft er terecht op gewezen,
dat de bestaande „slang—afspra
ken (de vaste wisselkoersverhou
ding tussen de munten van de
Benelux, West-Duitsland, Dene^
marken en Noorwegen) in stand
dient te blijven tot het nieuwe
systeem aangetoond heeft te kun
nen functioneren. Oude schoenen
gooit men niet weg alvorens nieu
we gekocht zijn.
De consequentie is het met elkaar
in overeenstemming brengen van
de econimische politiek. Het klinkt
eenvoudig, maar het betekent zeer
veel. Het betekent onder meer,
dat er afspraken moeten worden
gemaakt over de omvang van nati
onale begrotingen, over de om
vang van het begrotingstekort (met
het oog op inflatie) en zelfs over de
vraag waaraan de overheid geld
wenst te besteden. Het betekent
kortom, dat elke lidstaat een (fors)
stuk van zijn nationale souvereini-
tiet prijsgeeft.
Aan de bereidheid om dit te doen
heeft het in het bestaan van de
gemeenschap zeer vaak ontbro
ken. Dit overwegend, kan de con
clusie slechts zijn dat het de arme-
ode van de top in Bremen is, dat
het accent te zeer is komen te
liggen op monetaire en niet op
economische samenwerking.
ïn, tekeningen, bij voorkeur in liggend formaat, sturen aan Trouw, jury politieke prent.
tlleSostbus 589. Amsterdam. Naam en adres aan de achterzijde vermelden. Voor
het|eplaatste prenten is er een boekenbon.
door Huib Goudriaan
VIANEN Naarmate de restauratie-lust in Nederland toeneemt, lijkt het aantal echte
ambachtslieden af te nemen. Het praten en confereren over stadsvernieuwing en het herstel
van waardevolle, oude gebouwen is niet van de lucht, maar de vraag wie dat allemaal moet
uitvoeren wordt weinig gesteld. De echte vaklieden „vergrijzen", terwijl volgens deskundigen
de huidige Lagere Technische Scholen geen vakmensen meer afleveren. De bekende aanne
mer van restauratie-projecten G. J. Woudenberg uit Ameide: „Ik loop al een paar jaar met de
beklemmende gedachte rond dat de bouwvakkers steeds schaarser worden. Elk jaar verlaten
40.000 bouwvakkers, onder meer door pensionering, de bouw, terwijl er maar 20.000 per jaar bij
komen."
Aannemer Woudenberg signaleert
bovendien dat het traditionele bou
wen weer meer de plaats begint in te
nemen van het bouwen met betonele
menten, de zogeheten industriële
bouw. „Ik voorzag dus een ernstig
tekort in de hele bouwsector en voor
al voor ons in de restauratie-bedrij
ven." Het algelopen voorjaar pakte
Woudenberg de koe bij de horens en
stichtte een opleiding voor jongeren,
die in de restauratie willen gaan wer
ken. Vijftien jonge metselaars en tim
merlieden werken nu onder leiding
van timmerman Wim Bor en metse
laar Wim Ringelsteijn in Vianen aan
een restauratie-project van de exploi
tatiemaatschappij Woudenberg,
waarbij zij de nodige theoretische be
geleiding krijgen.
Landelijk?
Is deze bedrijfsschool werkelijk zo
uniek als bij de opening eind april
trots werd aangekondigd? Initiatief
nemer Woudenberg: „Dit is de eerste
en enige leerlingen-bouwplaats in de
restauratie in Nederland. Er zijn wel
enkele leerlingen-bouwplaatsen in de
nieuwbouw, maar ook die zijn er te
weinig. Bij de opening hebben wij
gezegd met andere aannemers te wil
len praten over mogelijkheden tot
uitbreiding en wij kunnen nu wel
zeggen, dat wij in het najaar als aan
nemers met bepaalde voorstellen zul
len komen bij hoofddirecteur J. Jes-
surun van de Rijksdienst voor Monu
mentenzorg." Hoofddirecteur Jessu-
run vertelt desgevraagd in te zien dat
er iets moet gebeuren op het gebied
van de opleiding van restauratie-vak
lieden: „Ik heb gezegd dat dit initia
tief eens moet worden afgestemd met
de Stichting Vakopleiding Bouwbe
drijven. nadat de aannemers er in een
groter verband over zouden hebben
gepraat. Eventueel ben ik dan wel
bereid het initiatief over te nemen in
organisatorische en misschien ook
wel financiële zin," aldus de heer Jes-
surun. Mogelijk groeit het initiatief
van Woudenberg dus uit tot een lan
delijke opleiding.
Cursusleider
Het project in Vianen bestaat uit een
te restaureren achttiende-eeuwse
burgemeesterswoning en een oud
pakhuis, die in vijf woningen zullen
worden herschapen, terwijl naast het
pakhuis nog een nieuw huis zal verrij
zen. Met de cursusleiding is de veer
tigjarige Joop Hofmeijer belast. Hof-
mei jer, die bedrijfsleider bij Wouden
berg is geweest en het restauratievak
door en door kent, geeft elke vrijdag
les in een bouwkeet bij het project.
Hofmeijer: „Wij waren erg bang dat
de echte vakman zou uitsterven. Ik
heb jarenlang gezegd: als we niet
meer doen aan de opleiding van Jon
geren, hebben we straks voor het
laatst gerestaureerd
Hofmeijer constateert dat het tech
nisch onderwijs het in toenemende
mate heeft laten afweten, niet wat
betreft de algemene vorming maar
wel ten aanzien van het ambacht:
„Op de vroegere ambachtsschool
werd nog tachtig procent van de lesu
ren aan de praktijk besteed, op de
LTS van na de oorlog vijftig procent
en nu misschien nog twintig procent.
De meeste tijd wordt besteed aan
theorie, algemene vorming, Engels.
Op zichzelf is het geweldig dat de
jongens dat leren, maar het gaat ten
koste van de vakopleiding. Verlaten
deze jongens de LTS dan moeten ze
produceren en een minimum-jeugd
loon verdienen. Dat is niets anders
dan een recht en daar hebben we ook
jaren naar gestreefd, maar ze moeten
wel een Idealistische aannemer tref
fen, willen ze het vak nog leren. Eind
1976 nam meneer Woudenberg daar
om contact met mij op en vroeg mij
of ik een 'dag in de week de Jongens op
de diverse projecten in het land wilde
begeleiden. Ik woon in Groningen,
dus dat betekende wel wat heen en
restauratie van achttiende-eeuwse burgemeesterswoning
weer reizen. Al pratende is toen dit
project gegroeid."
De Lagere Technische Scholen staan
welwillend tegenover het initiatief
van aannemersbedrijf Woudenberg.
Leerlingen, die interesse hebben voor
restauratie, krijgen de tip dat Wou
denberg bereid is het oude ambacht
bij te brengen. Tijdens hun opleiding
verdienen ze uiteraard het normale
loon. Kunnen ze na de opleiding in
Vianen als een echte ambachtsman
worden beschouwd? Hofmeijer: „Nee,
dat word je niet in zo'n korte tijd,
maar ze kunnen het worden. Ze heb
ben in ieder geval de mogelijkheid."
Aannemer Woudenberg noemt zijn
opleiding, die door LTS-directeuren
is bezocht, „eigenlijk een voortzet
ting van de LTS." „De bedoeling is na
afloop aan dit project zal ongeveer
twee jaar worden gewerkt een ge
tuigschrift uit te reiken. Binnen ons
bedrijf zullen deze Jongens ook iets
beter wórden gehonoreerd." De zes
tienjarige Ferdinand de Leur. een van
de leerlingen: „Je l^ert hier een hoop
van. De meeste jongens vinden de
nieuwbouw eenzijdig en saai."
Na plaatselijk 70 tot 80 mm regen op
tien julidagen (Lemmer zelfs 105
mm), is er dan vanaf gisteren toch
stabieler weer gekomen. De stapel
wolken namen voortdurend verder af
wat wel tot gevolg had dat de zon
eerst werd onderschept. Geleidelijk
aan zullen de zonnige perioden langer
en breder worden. De temperatuur is
aan een wandeling tegen de heuvel op
begonnen: gistermiddag is het in
mijn door coniferen omzoomde tuin
al voluit 20 graden geworden door
versterkte instraling ter plaatse, van
daag halen we 20 tot-22 graden. De as
van de hoge drukzone die ons het
betere weer verschaft, verloopt dan
juist over ons land. Gevolg: geen
luchtimport van elders.
In de tweede helft van de week zal dat
wel iets anders worden. Als trekker
fungeert donderdag en vrijdag een
lage drukgebied boven of vlakbij de
Golf van Biscaje bij verwachte hoge
druk (1025 mb) boven Joegoslavië.
Dit geeft de zuidoostelijke wind kins
om nog meer winst te boeken. Te
meer omdat er over Bretagne een
koufront in noordoostelijke richting-
terrein wint. Maxima van tegen de of
voluit 25 graden zijn dan bereikbaar.
Maar later stijgt de kans op onweer
van het zuiden of zuidwesten wel.
Gistermiddag waren er al enkele on
weerskernen boven Frankrijk te zien.
De NOOA 5-satellietfoto toonde gis
teren een uitgebreid gebied met re
gen ten westen van de Britse eilanden
met vla west- en noord-Frankrijk een
verbinding met een neerslagveld bo
ven het Alpengebied. Naar verwacht
wordt zal ook daar de zon het de
komende dagen winnen, waarna een
stijging van temperatuur volgt. De
zware neerslag in de oostelijke gebie
den van Zwitserland en Oostenrijk
zal ook wel de langste tijd hebben
geduurd.
Medewerker Bolt in 't Zandt ving,
toen het vorige week in zijn woon
plaats tegelijk motregende en zonnig
was, het gezegde op: „Het lijkt wel
een Hoornse kermis." Hij maakte
toen iets aan het rollen. Ik wist geen
verklaring voor de term, enkele lezers
wel. Lezer M. T. P. M. Oomens te
Wassenaar schreef: „Zo'n weertype
wordt hier meestal genoemd: kermis
in de hel. Ik denk omdat het twee
zaken zijn die eigenlijk niet te combi
neren zijn, regen en zon/plezier en hel.
Dan zou ik me kunnen voorstellen
dat „Hoornse" niet de plaats Hoorn
aanduidt, maar op een of andere ma
nier terugslaat op de gehoornde we-
zends: de duivels, vaste bewoners van
die plaats van onheil: de hel')
Abonnee P. van Seeters te Zeist,
maar afkomstig uit Raamsdonkveer
in west-Brabant, herinnert zich een
kinderliedje, dat altijd gezongen
werd als dat bijzondere weersver-
schijnsel zich voordeed: „Het zonne
tje schijnt en het regent, het is Ker
mis in de hel." In Roosendaal werd
gezegd: „Het is duiveltjeskermis in de
hel." Van Dale geeft de uitdrukking
„kermis in de hel" ook, met de uitleg:
„Gezegd wanneer het regent en de
zon tegelijkertijd schijnt."
Erg overtuigend dit allemaal, dunkt
mij. En lezer Kampherbeek in Om
men herinnert zich van 50 jaar gele
den de uitdrukking bij zon en regen
„de kippen hebben kermis" en dan
was er de volgende dag niet veel
goeds van het weer te verwachten.
Vandaag uitstekend strandweer met
geleidelijk aan meer zon. Droog, wei
nig wind. Luchttemperatuur 18 tot 19
graden, zeewater 15 graden. Vooruit^
zichten: langzaam warmer en tempe
ratuur boven de 20 graden.
Weerrapporten van glstrravowd II uur
Amsterdam
De Bilt
Deelen
Eelde
Eindhoven
Den Helder
Rotterdam
Vlistingrn
Zd. Limburg
Aberdeen
Athene
Barcelona
Berlijn
Bordeaux
Bru\*el
Frankfort
Geneve
Helsinki
Innsbruck
Klagenfurt
Kopenhagen
Lissabon
Locarno
Londen
Luxemburg
Madrid
Malaga
Mallorca
Munehen
Nice
Oslo
Parijs
half bewolkt
IC
twaar tww
17
twaar bew
17
licht bew.
17
17
licht bew.
16
half bewolkt
l«
iwaar bew
17
twaar bew.
15
twaar bew
16
half bewolkt
15
onbrwolkt
28
onbewolkt
23
licht bew.
17
twaar bew
20
twaar bew.
11
twaar bew
17
hall bewolkt
20
regenbui
14
licht bew.
20
17
half bewolkt
20
onbewolkt
22
hal) bewolkt
24
half bewolkt
20
twaar bew.
17
onbewolkt
32
onbrwolkt
27
onbewolkt
28
twaar bew.
16
onbewolkt
22
licht bew.
26
19
onbewolkt
25
onbewolkt
25
grheel brw.
14
licht bew
18
twaar bew
18
half bewolkt
22
onbewolkt
27
HOOGWATER WOENSDAG 12 Jl'LI: Vnvsio-
gen 1.04-19.30, Haringvlietsluiicn 1.13-19.39. Rot
terdam 9.0921.15. Scheveningen 7.59-20.20.
IJmuiden 9.45-21.13. Den Helder 00.35-12.31, Har-
Iineen 3.0814.51. Delflijl 4-58-17.00.
ir drs. J. M. den Uyl
Trouw van vorige week
Bdag heeft Aantjes uitge-
Id betoogd dat naar zijn
jdeel in het UCN-debat op
juni door het kabinet wel
lielijk een voorbehoud is
laakt, althans is beoogd.
Sitjes heeft kritiek op de
6entatie van het kabinet,
ar vindt per saldo het re-
taat niet onredelijk.
mi
,J laat die kritiek vooraf-
pi in door een kolommenlang
se haal over wat het vorige
!5- Jinet, en in het bijzonder
jjj PvdA. dan wel fout zou
i. )ben gedaan. „En het Is
1.1 |n stijl niet de aandacht
arvan (de beslissingen van
A t huidige kabinet) af te lei-
,0 n door op de fouten van het
rei rige kabinet te wijzen. Toch
1 bben wij dit misschien on-
tIdoende gedaan."
lus de fractieleider van het CDA
12 hij haast zich de schade in te
I en Nu heb ik best begrip voor de
elige situatie, waarin de fractie
oi het CDA, mede door toedoen van
minister-president, is komen te
keren. Maar het afleiden van de
tj, ïdacht van de ontstane penibele
watle. door te verwijzen naar het
0 rige kabinet, raakt kant noch wal.
?r
m mag niet onweersproken blijven
wille van de politieke zuiverheid
r terwille van de zaak zelf. die ook
j «r mijn oordeel nog niet is afge-
De voornaamste stelling luidt nu, dat
het vorige kabinet in juli 1976 het
groene licht heeft gegeven voor de
leverantie aan Brazilië en dat het
huidige kabinet niet zoveel te verwij
ten zou zijn, nu ook naar het oordeel
van de CDA-fractie onvoldoende
waarborgen tegen misbruik verkre
gen zijn. Die stelling nu is in strijd
met de werkelijke gang van zaken.
In de jaren 1974-1976 zijn door Urenco
contracten afgesloten op basis van de
hypothese, dat maximaal een tripar
tite verrijkingscapaciteit van 2000
ton per jaar zal worden opgebouwd.
Een besluit tot uitbreiding van de
capaciteit tot 2000 ton werd echter
niet genomen. Vandaar de voorwaar
delijkheid. Niettemin was het. achter
af gezien, beter geweest indien al deze
contracten onmiddellijk aan de Ka
mer waren gemeld.
Het al of niet doorgaan met de UCN
was voor het vorige kabinet een open
vraag, vanwege de financiële lasten
èn vanwege de geboden terughou
dendheid ten aanzien van de uitbrei
ding van kernenergie in het alge
meen. Toen in mei 1976 bleek dat de
tot dan deelnemende particuliere on
dernemingen zich terugtrokken uit
het project, is het stopzetten van het
UC-project, inclusief het Brazillë-con-
tract, ernstig overwogen, vanwege de
grote financiële risico's. Uiteindelijk
was het kabinet bereid de mogelijk
heden van nieuwe stappen in het non-
proliferatiebeleid zwaarder te laten
wegen.
Dubbel voorbehoud
In december 1976 besloot het kabinet
dan ook dat een besluit tot uitberei-
ding van Almelo eerst genomen zou
worden nadat voldoende waarborgen
tegen misbruik van uit te voeren ver
rijkt uranium zouden zijn verkregen.
Het Brazilië-contract was met een
dubbel voorbehoud omgeven. Er
diende een waarborgenovereenkomst
te worden afgesloten en er diende
alsnog een beslissing over de uitbrei
ding van de capaciteit te worden ge
nomen. Essentieël voor het beleid
van het vorige kabinet was, dat beide
elementen niet mochten worden ont
koppeld.
Er is met name door Van der Stoel
een jaar lang onderhandeld over een
toereikende waarborgenovereen
komst. Niet zonder resultaat, maar
naar het oordeel van het vorige kabi
net dienden de hoofdtrekken van het
tot stand te brengen opslagregime
voor plutonium vast te staan, anders
ging de zaak niet door. Dat was de
stand van zaken, toen op 19 decem
ber 1977 het kabinet-Van Agt optrad.
Dit kabinet besloot 30 december ak
koord te gaan met waarborgen, die
het vorige kabinet ontoereikend
vond. Het beslists tot uitbreiding van
Almelo en het formaliseerde de
waarborgenovereenkomst op 13 janu
ari 1978, zodat een volkenrechtelijke
verplichting ontstond, nog vóór het
parlement zich daarover had kunnen
uitspreken.
Slechte alternatieven
Dit laatste gebeurde op grond van
een wel zeer Ingrijpende wijziging
van het akkoord terzake, dat het
CDA met PvdA en D'66 had afgeslo
ten. Daarin was voorzien dat het ka
binet eerst een voorlopig besluit zou
nemen en dat aan de Kamer zou
voorleggen. In het akkoord CDA
WD werd deze bepaling geschrapt
en de Kamer voor een voldongen feit
gesteld
Ik heb tilt alles niet voor mogelijk
gehouden. Het is juist dat als Neder
land ..nee" zou hebben gezegd tegen
de uitbreiding, Brazilië waarschijn
lijk verrijkt uranium geleverd had
gekregen van Duitsland, Engeland of
Frankrijk. Dat was precies ook de
situatie in juli 1976, toen Van der
Stoel akkoord ging met het privaat
rechtelijk contract tot levering aan
Brazilië.
Wezenlijk is of met deze slechte alter
natieven voor ogen een beleid is ge
voerd om minimaal noodzakelijke
waarborgen tegen misbruik te ver
krijgen. Als Aantjes meent, dat dit
beleid pas met de motie-Van Houwe-
lingen goed begonnen is, dan spreekt
hij daarmee wel een hard oordeel
over het CDA uit. In het najaar van
1976 leidde het verzet van PPR (tegen
kernenergie), PvdA en D'66 tegen uit
breiding zonder voldoende waarbor
gen bij levering (het ging bepaald niet
alleen om leveringen aan Brazilië)
enerzijds en het vasthouden aan de
uitbreiding van de eerstverantwoor
delijke CDA-mlnister anderzijds, tot
een crisissituatie in het kabinet.
Tezelfdertijd werd met name van
Duitse kant grote druk uitgeoefend
om tot de beslissing inzake uitbrei
ding te komen. Het vorige kabinet
heeft die druk getrotseerd en vastge
houden aan een overeenkomst op
hoofdzaken over een plutoniumop-
slag-regime. Het vorige kabinet is
daarbij geholpen door het optreden
van president Carter vanaf januari
1977 en door de golf van verzet tegen
en de bezorgdheid over kernenergie-
ontwikkelingen, die in het voorjaar
van 1977 internationaal en ook in de
Bondsrepubliek doorbrak.
Druk
Dat geeft mij ook de gelegenheid een
kanttekening te plaatsen bij de hou
ding van de regeringen van de Bonds
republiek en Engeland. Aantjes
wordt niet moe te spreken over „het
verzet van de socialistische regerings
leiders der partnerlanden" en „de kei
harde politiek van de geestverwanten
(van de PvdA) Schmidt en Cal-
laghan".
De werkelijkheid is, dat de druk tot
een beslissing inzake uitbreiding
vooral gekomen is van de kant van de
enérgieministers van de drie landen,
van Urenco zelf en van de daarmee
samenwerkende ambtelijke instan
ties. De hardnekkige pogingen van
Nederland om tot een deugdelijk op
slagregime te komen, zijn gesteund
door de collega's van Van der Stoel en
de Engelse en Duitse regeringsleiders
hebben daarvoor op zijn minst ander
half Jaar ruimte gelaten.
Te spreken van „een keiharde poli
tiek" is nonsens. Het lijdt voor mij
amper twijfel dat het nieuw optre
dende kabinet-Van Agt desgevraagd
zeker enkele maanden zou hebben
gekregen om te proberen de resulta
ten van Van der Stoel in een aan
vaardbare regeling te gieten. Of dat
gelukt zou zijn, is niet met zekerheid
te zeggen. Vaststaat alleen dat het
niet geprobeerd is. De Engelse rege
ring was van het belang overtuigd, de
Bondsrepubliek was bereid tot mede
werking, mits het miljardencontract
met Brazilië niet in gevaar kwam.
Dat de levering van een opwerkings
fabriek aan Brazilië nooit had mogen
worden overeengekomen, daarover
zijn we het gemakkelijk eens. Het
vorige kabinet heeft dan ook herhaal
delijk van zijn bezwaren daartegen
doen blijken.
Conclusies
Ik vat mijn conclusies ten aanzien
van het verleden samen. In de talrijke
contacten, die er sinds Juli 1976 (Bra
zilië-contract) tot december 1977 zijn
geweest, is mij van Duitse of Engelse
kant niet éénmaal tegengevoerd dat
deze zaak niet meer onderhandelbaar
zou zijn. Integendeel, het belang van
een goede waarborgenovereenkomst
werd onderkend. In alle contacten na
het optreden van het kabinet-Van
Agt werd verwezen naar het onher
roepelijke van de overeenkomst van
13 januari van dit Jaar. De door mij
vergeefs gevraagde overlegging van
de briefwisseling van de regerings
chefs zou dit kunnen bevestigen.
Aantjes gaat hieraan voorbij. Nu hij
met overslaande stem over de PvdA
spreekt („onbeschaamd", „onverant
woord") acht ik het nuttig nuchter
vast te stellen dat:
1. in de lange strijd om een goede
waarborgenregeling tijdens het kabi
net-Den Uyl het CDA niet van de
partij was;
2. het CDA in het akkoord met de
VVD een cruciale wijziging accep
teerde in vergelijking met het ak
koord dat ze eerder met PvdA en D'66
sloot;
3. het CDA opvallend In actie kwam
(motie-Van Houwelingen) toen de
waarborgenovereenkomst gesloten
en het kalf verdronken was:
4. het CDA zweeg toen in het Kamer
debat van 30 juni de minister-presi
dent een beschouwing gaf die tot
strekking had een zinnig voorbehoud
van z'n zin te ontdoen.
Ik wens met deze vaststellingen niets
af te doen van de ernst, waarmee
velen in het CDA hun verantwoorde
lijkheid terzake van het Ultra-centrl-
fugeproject gewogen hebben. De
hoon, die de CDA-woordvoerder ten
deel viel na de trieste afloop, was
daarom nog niet gerechtvaardigd.
Dat de CDA-fractie een crisis heeft
willen vermijden, acht ik een respec
tabele overweging; elke regeringspar
tij zal dat telkens weer in haar over
wegingen hebben te betrekken. Het
was echter wel zo zuiver geweest als
dat in de Kamer uitgesproken was en
Drs J. M. den Uyl Is voorzitter van de
PvdA-fractie in de Tweede Kamer.
verwijten naar de PvdA achterwege
waren gebleven De laatste motie-Ter
Beck was een illustratie te meer dat
de oppositie trachtte te redden, wat
er te redden viel. Valt er nog iets te
redden? j
Ja. indien in de „Letter of intent" het
toegezegde voorbehoud zonder enige
restrictie wordt opgenomen en in de
notawisseling wordt vastgelegd Dat
zal niet eenvoudig zijn, want bij de
partners is de Indruk gewekt dat de
zaak afgedaan is met de overeenge
komen interpretatieve verklaring.
Aantjes houdt het erop dat het pluto-
niumopslagreglme volop actueel zal
zijn bij de kabinetsformatie in 1981.
Daar kan Aantjes wel 'ns gelijk in
krijgen, maar op een andere manier
dan hij denkt. Koóymans heeft me ai
aangegeven dat volgens afspraak
eerst twee Jaar voor de „opwerking",
dus eerst in 1983, over een ad-hoc-
regime gesproken behoeft te worden.
De kans is daarom erg groot dat het
zicht op een opslagregime, hoe dan
ook, in 1981 erg mistig zal zijn.
Groter lijkt helaas de kans dat de
komende Jaren nieuwe proliferatie-
verschijnselen zich gaan voordoen.
Het blijft de meest benauwende ont
wikkeling van deze tijd en dat kan
eerder dan in 1981 weieens van bete
kenis zijn, ook in de Nederlandse poli
tiek.