Orie kwart eeuw Ford: Auto's voor de massa' flPTOBIOGRAFIE Smaakvol? 1 oté Nieuwe boeken ISPI NKE1 'ADI -/ A UIT DE WEEKBLADEN Ambtenaren Buikhuisen 'Na-pasen' Geen slechte mensen Huizen-speculatie Duisenberg Privacy TFT UDAG 16 JUNI 1978 BINNENLAND TROUW/KWARTET H 11 P V ;en 01 i onpei v >or Slcco de Jong n onti 10 bioe k wi r twin groep an de banke terdai eeft. rlem pers* r -oo jdag's het precies vijfenze- ïors. i ntig jaar geleden, dat in De- it de Ford Motor Company ai del opgericht;- Nog altijd soonii i'tde familie Ford een con cede lerend belang in dit Ameri- oofst^mse autoconcern, dat bui- i de Verenigde Staten het otste ter wereld werd door muAl nu 65 jaar geleden voor- VK de invoering van de lo lde band en daarmee de leiezJnst van de voor de meeste pterse mensen betaalbare trof. Het topjaar van de produktie was 1923 met 1.923.360 T-Fords in Amerika en 2.011.125 in de wereld. Dank zij de massaproduktie was de prijs al in 1916 op een ongekend laag niveau van 345 dollar gekomen. In 1923 kostte de tweepersoons T-Ford 295 dollar en In Nederland 1.925 gul den: de eerste volwaardige auto bene den de tweeduizend gulden. sorted inten )zakl w kkei ino' zwei R AL UI u ilatie- ie ihenkfjif jpdrai 5 Blatfci: che weg siden '1-1 IBEDRIJ 1 CAI RTERINC» VRAVAl EN. Al DORRAI EN VI 123 '64256 EN Tempo opende band heeft de „pensioen- ■ichtigde leeftijd" behaald, zonder ooit meer zo n revolutionaire vin- in de automobielindustrie moge- bleek. iroduktie met gestandaardi- automodellen bestond al vóór- de Ford Motor Company werd •richt. In 1901 bouwde Ransom in Detroit de Olds Motor Works, de kleine ééncilinder Curved „Oldsmobile" gemaakt werd in len. die in drie jaar toenamen veertienhonderd tot vijfduizend. latzelfde jaar 1901 was Henry 1 mede-oprichter van de Henry I Company, waaruit een jaar later merk Cadillac zou komen, dat 5 met Oldsmobile deel van Gene- lotors uitmaakt. Henry Ford ver- ie Henry Ford Company al spoe- hij vond er de auto's te duur. 13' 13 begon Ford opnieuw, hij orga- p erde zijn fabriek beter en binnen jaar was hij Amerika's autobou- ndrnmer één. Hij had intussen zelf de meerderheid van de aan- in zijn bedrijf kunnen opkopen, iet een belang van ongeveer een t begonnen te zijn. zelf zette zijn persoonlijke stem de grote'gebeurtenissen die nu achten stonden. In 1908 ver- n de T-Ford; ln 1913 de lopende n M 'm; ia iet c dingen zijn tegenwoordig de ite mensen vooral bekend door Stan Laurel en Oliver Hardy, de T-Ford de meest doldwaze Elturen beleven, en Chaplins persi- op de fabrieksmatig werkende _in „Modern Times" blijken nog trekpleisters voor tv-kijkers. ord er de T-Ford school bij Ford de chte dè consument te bereiken. C7nrwrwas de goedkope allemansauto, itiar..ii>veel mogelijk Amerikanen in de nLo enheid moest stellen er op uit te kompiI en Betrouwbaar en degelijk, 7n „c, ook sober en dus goedkoop. 'u'l)pl kleur kon de koper kiezen. „Zo- het maar zwart is", luidde Fords ugelde woord. Hij was een abso- tegenstander van de gesloten sserie: zijruiten vond hij vol- >ri e' overbodig in een auto. De prijs lELO t het Spartaanse voertuig tot i, diam, ucces maken, dinalen. ien, goi1 oktober 1908 introduceerde tijger* de auto voor 850 dollar. Dat Witte er werd nog even verhoogd tot ïbraduifi lollar. maar op 1 oktober 1910 en div. i agde Ford ineens de prijs tot 680 r. De produktie, in 1908 nog tien- nd wagens, was door de eerste I opsuccessen al gestegen tot D in 1910, maar met de nieuwe ;n beo's, steeg de vraag naar de „Tin blikken Liesje. zoals de i zaden, ikaanse koosnaam luidde B V. prongen. In 1911 werden 70.000 1 A/D I ds gebouwd; in 1912 al 170.000. 9 - nodel zou tot 1927 in produktie n zonder noemenswaardige ver en en in nog geen twintig z}]n er ruim vijftien miljoen van gebouwd: een dat standhield tot 1972. e Volkswagen-kever het over- Dit alles was mogelijk geworden door het tempo van de produktie. De komst van de lopende band in de Ford-fabriek Highland Park strookte ook met Fords streven een ongeëve naarde toppositie als producent van auto's te bereiken. Hij besefte, dat er een economische wisselwerking mo gelijk was. Als steeds meer mensen een auto kochten, moest het mogelijk zijn die auto's steeds goedkoper te maken, zodat nog weer méér mensen een auto zouden kunnen kopen en de prijs weer verder omlaag zou kunnen. Niet de arbeiders moesten in de fa briek de onderdelen naar de te mon teren auto's brengen; de auto's dien den door de fabriek naar de arbeiders te gaan. Eerst werd het frame van de auto op een slede gezet en trokken twee mannen die slede aan een touw door de fabriek, terwijl anderen de assen, wielen, motörèn, versnellin gen, radiateuren, enzovoorts mon teerden. Vervolgens werd de sleeplijn aan een lier gekoppeld, waardoor één man het werk kon doen. De daaropvolgende fase was de auto op een railwagentje te plaatsen en tenslotte werd de transportketting ingevoerd. Door dit systeem en door de onderdelen via toevoerbanden aan te voeren was het mogelijk de tijd om een T-Ford te bouwen terug te bren gen van twaalfeneenhalf uur tot één uur en 33 minuten. Dit leidde tot de „vijf-dollar-dag" op 15 januari 1914. Ford kondigde aan, dat met onmiddellijke ingang de lo nen in zijn fabriek verhoogd werden van 2,34 dollar voor een negenurige werkdag tot vijf dollar voor een dag van acht uur. Weldra moest Ford er een compleet nieuwe fabriek bijbou wen en op dat moment was hij na tuurlijk de meest gewaardeerde werkgever in de Verenigde Staten, alleen bekritiseerd door mede-onder nemers, die geschrokken waren van zijn loonsverhoging. Maar de waardering voor deze wijze van welvaart creëren opdat „iedere werknemer zijn eigen auto zou kun nen kopen" werd minder toen Ford zijn arbeiders zeer paternalistisch liet volgen, „sociologen" hun woningen kwamen inspecteren om te kijken of er wel gezond genoeg geleefd werd, nagegaan werd of men wel genoeg spaarde en of men zijn zuurverdiende geld niet over de balk gooide met gokken of drinken. Ford voerde zo waar een gedwongen winkelnering in, al konden zijn arbeiders daar wel goedkoper terecht dan waar ook. Het werk aan de lopende band in de gigantische fabriekshallen bleek voor de werknemers geen verbetering van werkomstandigheden en toen Ford in mei 1927 de fabrieken eenvoudig sloot om een nieuw model te ontwik kelen en zijn arbeiders zonder pardon op straat zette, werd de kritiek op dit a-sociale ondernemerschap steeds sterker. Pas in december 1927 begon nen de Ford-fabrieken weer te wer ken aan de A-Fords. Internationaal In de jaren twintig heeft Ford tevens de grondslag gelegd voor een interna tionaal vertakte industrie, zoals er geen tweede bestaat. Zelfs General Motors, dat Ford als autofabrikant voor goed passeerde in de nadagen van de T-Ford, blijft qua internatio nale activiteiten nog altijd achter bij het Ford-concern. De omvang van deze onderneming qua omzet num mer vier in de wereld na OM. Exxon (Esso). en Shell ls nog altijd het werk van Henry Ford I, die tot op 82- jarige leeftijd het roer van het bedrijf in handen hield. Anderhalf jaar vóór zijn dood op 7 april 1947 was zijn kleinzoon Henry Ford II Henry's zoon Edsel over leed tijdens de tweede wereldoorlog hem opgevolgd. Op dat moment, in september 1945. zag het er voor het Ford-concern echter slecht uit. De oude Henry werd er door medewer kers van beschuldigd een „achter dochtig ruziezoeker" te zijn; hij had enorme conflicten met president Roosevelt gehad over de oorlogspro- duktie en zijn adviseurs waren van zo'n laag allooi, dat zijn kleinzoon niet ongewapend de kantoren in De troit durfde betreden. Toen de juist 28 Jaar geworden Henry II de leiding overnam, leed Ford verliezen van ne gen miljoen dollar per maand. Maar Ford II moderniseerde de orga nisatie naar het model van zijn con current General Motors en voerde de wereldwijde expansie verder door. In 1967 werden voor het eerst meer Fords buiten dan binnen Amerika gefabriceerd. Voor de archaïsche lei ding van zijn grootvader stelde hij een modern „management" in de plaats. Hoewel hij ook eens een direc teur van GM liet overkomen om hem kort daarna op staande voet te ont slaan. „Het is mijn naam, die boven de fabriek staat", placht Henry H te zeggen. Hoewel er voor de oude Henry een moment kwam, waarop de familie alle aandelen in bezit kreeg, heeft Ford steeds meer aandeelhouders ge kregen. Toch wordt het concern door verschillende regelingen omtrent het stemrecht nog altijd door de familie gecontroleerd. Een driemanschap on der leiding van Henry II bestuurt sinds vorig jaar de onderneming, die bijna een half miljoen werknemers telt, voor meer dan de helft in Amerika. Ideeën De ideeën van Henry Ford I zijn ln vele Europese landen overgenomen. De massaproduktie is. afgezien van enkele exclusieve merken als Rolls- Royce. gemeengoed geworden. Er zijn fabrieken, zoals de Zweedse Vol vo en Saab, waar men de lopende band afgeschaft heeft en naar een tussenfase van Ford's automatise ring is teruggegaan om het werk te vermenselijken. Maar in hoeverre dat sociaal aan dc wensen beantwoordt en of het wel economisch genoeg is, wordt door vele autofabrikanten be twijfeld: de Amerikaanse vakbonden zijn er zelfs op tegen. Een technologische verandering, zo als die zich 65 jaar geleden voltrok in de Highland Park-fabriek te Detroit, heeft zich niet meer voorgedaan. De grootste verbetering van het produk- tiesysteem sindsdien is de toepassing van robots voor de eindmontage, een ontwikkeling van de jaren zeventig. Dat is zowel humaner als economi scher. Maar het lokt nog wel eens de kritiek uit dat zo arbeidsplaatsen worden weggenomen. Wie één keer een autofabriek bezocht heeft zal die kritiek niet onderschrijven: het is de vraag in hoeverre dit saaie werk als menswaardig aanvaard mag worden. Chaplin's aanklacht in „Modern Ti mes" is nog altijd actueel. Overgenomen Het basisidee van de T-Ford, de in massa geproduceerde en „geconsu meerde" auto, is in Europa overgeno men met zovele modellen. De Duitse kever, de Franse Eend en Renault 4, de Italiaanse Fiatjes en de Britse Mini doen er aan denken. Hoewel Ford ln de jaren twintig niet tijdig onderkende dat op den duur een trend ontstaat naar een auto die meer N. y hém] Henry Ford 1. grondlegger van 's werelds grootste familie-onder neming. de massaproduktie in de auto-industrie en de massa- motorisering in de Verenigde Staten. Hij werd geboren op 30 juli 1863 en overleed de zevende april 1947. comfort biedt. Op dit moment wor den weer T-Ford-achtige voertuigen gebouwd, maar dan in ontwikkelings landen, waar personen- en vrachtwa gens nog zo'n beetje gelijk zijn. De Ford Motor Company heeft op de ontwikkeling van de auto als „voer tuig voor de grote massa" het doel van oude Henry een invloed gehad als geen ander. Internationaal biedt het concern vele miljoenen werkgele genheid. Tegenstrijdigheden heeft de geschiedenis van deze unieke onder neming volop gekend, zoals ook het produkt als vervoermiddel zijn voor en tegen op zeer duidelijke wijze de monstreert. Vorig jaar zijn ln heel de wereld ruim dertig miljoen personenauto's ge maakt. meer dan ooit tevoren. Ruim 4.5 miljoen daarvan waren Fords. In Amsterdam zijn door de in 1932 begonnen fabriek vorig jaar 16.685 Fords gebouwd. Deze fabriek telt thans ruim vijftienhonderd werkne mers. door Marten Belnema Vorige week plaatste de Skol-brouwerij in enkele dagbladen een advertentie',' waarin als reclame-aan bieding eèn „glas-in-lood raamhanger" werd aange kondigd en weergegeven, waarop een door Jan Luy- ken (1649-1712) gemaakte ets met gedicht van en over „De Brouwer" te zien en te lezen was. „Smaakvol van Skol" prijst de advertentie met dikke letters aan en vervolgens wordt de lezer verteld met hoeveel harde guldens en kroonkurken hij „dat leuke ding" kan bemachtigen. Ze zullen bij Skol wel iets van brouwen weten, maar van Luykens „Brouwer" hebben ze niets begrepen. Dieper inzicht „In 't 26 Jaar zijns ouderdoms is hem de Heere op een krachtdadige wijs aan zijn herte verscheenen, waarop hij vuurig door de Liefde Oods ontsteeken zijnde, rezolveerde besloot) om een geheel andere maniere van leven te leiden Zo abrupt ziet Cornelis van Eeken in zijn in het sterfjaar van de dichter versche nen levensbeschrijving diens bekering. Die omme keer voltrok zich. getuige de dichtbundels, in werke lijkheid geleidelijker, maar hij was wel definitief en radicaal. De levensgenieter Jan Luyken bezong in „De Duytse Lier" <1671) de érotiek die, van tijdsbesef berovend, de illusie schept een paradijselijke eeuwigheid te schenken: „Liefdeno bloemen blijven leven. Laat 'et sterven wat er sterft". Maar in diezelfde bundel klaagt het „Air" als voorspel op een ander levensinzicht over de vergankelijkheid van lichaam en leven: „Droom is 't leven, anders niet". De levenswijze Luykén getuigt, beginnend met de bundel „Jezus en de Ziel" (1678) van dat diepere inzicht. Hij ervaart, niet ver boven zich maar in zich, de nabijheid van God en ziet door de aardse werke lijkheid en schoonheid heen Gods werkelijkheid die wezenlijker en schoner is. Zo maakt Luyken zijn emblemata: hij kiest een motto; hij etst een realistisch tafereel; en hij laat in een kort gedicht het religieuze vergezicht daarachter zien. Eén van die reeks bundels is „Het menselijk bedrijf' (1694). waarin Luyken honderd uitbeeldingen van ambachten gebruikt om door het menselijk wer ken heen zicht te geven op Gods werk. De 'Brouwer DdxKryjbeigctrd %irrhet<i>cjtendLeed' A Ij Dor ft enDranek malkaar c.iLvret 4/1 flitter d oor/pronchVan hdSoet ózMllBegeecm en het Gen/en Uv9 'Dorst, en Leevensspringfoniyn Sal Seuwtge lerqtuckmg tyn. Die Veelden lust, soeck suïckam leem Uit die bundel stamt het door Skol miskende emble ma „De Brouwer". Het motto „Dc laaving staat gereed. Waar is het dorstend leed?" vat gedrongen samen hoe God Zijn liefde en troost al biedt vóór de mens eigen onmacht smartelijk beseft. De gravure laat zien hoe de brouwer zijn drank voor verzending gereed maakt. Het gedicht licht Luykens geloofsin zicht breder toe: de mens wordt voor eeuwig verkwikt als hij naar het levende water dorst dat Christus, „'s Leevens maar een t springfontijnschenkt. Geen leuk ding, i diepe waarheid gaf Luyken. De advertentie van Skol geeft geen zicht op dat perspectief achter de „glas-in-lood raamhanger' maar inzicht in de smaakloosheid van Skol. Wel heeft deze advertentie symboolwaarde als teken van een maatschappij die vervlakt is. En dat is dan niet alleen de maatschappij van het bier, maar vooral die van ons. Elseviers Magazine „Ambtenaren in opstand" is de kop van het titelpaginaverhaal van EM, waarin de houding van diverse kabi netten ten opzichte van de beloning van de ambtenaren wordt belicht. CDA-ambtenarenspeciallst en Twee de Kamerlid Steef Weijers oordeelt dat „de overheid méér gewone werk gever en de ambtenaar méér gewone werknemer moet worden." Maar EM's Frans de Lugt en Frank Lafort concluderen dat wat de uitkomst ook moge zijn, de gouden tijd van 1963 toen minister Toxopeus de salarissen optrok tot het niveau van het be drijfsleven voorbij zijn. „Na de Toxo- peus-ronde wacht de ambtenaar nu het streepje van Wiegel." Futuroloog prof. Fred Polak krijgt in een interview de kans zijn sombere bespiegelingen te spuien. Zijn oor deel over de Nederlandse economie: „De vraag is niet hoe de toekomst van Nederland er uitziet, maar: haalt Nederland de toekomst?" Over het parlement: „De doorsnee-kwaliteit van het parlement is gedaald." Over de macht van de machine: „We zijn langzamerhand in een stadium geko men waarin de mens steeds meer machine wordt en de machine steeds meer mens." EM wijdt veel aandacht aan een mo gelijk nieuwe koude oorlog, de vuist die president Carter tegen de Sowjet- unie maakte en een redevoering van Solzjenitsyn. die het meest treffende verschijnsel in het Westen de terug gang in moed vindt. Evenals de Haagse Post heeft Else viers Magazine van U.S. News World Report een interview met Amerika's VN-ambassadeur Young overgenomen, die geen reden voor paniek in Afrika ziet. In het van Newsweek overgenomen interview met de Belgische premier Tindemans wordt daarentegen de noodklok ge luid. Volgens Tindemans is Afrika het voornaamste doel van de Sowjetunie; die uit zou zijn op de grondstoffen, die dat continent levert. De Belgische premier twijfelt er niet aan dat Cuba nen in Zaïre infiltreerden. Anne van Herreweghen sprak met de schrijver Georges Simenon, die terugblikt op zijn leven. Je wilde een jongeman die kan delege ren, maar je krijgt een oude vrouw die niet kan delegeren." Mavrouw Mevrouw Haars komt in dit portret naar voren als een uiterst bekwame vrouw, wier kwaliteiten soms afstand scheppen, wat dan weer ten onrechte? als „koel" wordt ervaren. De Groene Amsterdammer „Wat bezielt Buikhuisen?" vraagt De Groene Amsterdammer bij monde van Cees Brinkhuizen zich af. Brink huizen, eindredacteur van het reclas- seringsblad KRI die de plannen van de criminoloog Buikhuisen voor een „sociobiologische" criminologie in de publiciteit bracht, reisde naar Ameri ka om te kijken hoe het daar met deze wetenschap staat. „Niet om aan te geven waar de aanpak-Buikhuisen toe moet leiden, wel om duidelijk te maken welke praktijken het kan op leveren wanneer de wetenschap zich zonder meer in dienst stelt van justi tiële pogingen tot gedragsbeheer- sing", aldus Cees Brinkhuizen, die nogal wat uitwassen signaleert. Frans van Waarden belicht de aftake ling van de Nederlandse scheeps bouw. Een van zijn conlusies: „Het heeft er veel van weg dat die aftake ling het resultaat is van een bewuste strategie. De belangen die vermogen in de scheepsbouw hebben zitten, lij ken meer belang bij de groei van hun kapitaalbezit te hebben dan in een voorspoedige ontwikkeling van een Nederlandse scheepsbouwindustrie." De Groene wijdt verder aandacht aan de „trilaterale commissie", de beslo ten Noordamerikaans-Westeuropees- Japanse overleggroep van regerings leiders en ministers, een soort vere-, delde Bilderberggroep, aan de WK- stad Mendoza en aan twee boeken over de vrije pers, die de „mythe van de vrije informatie" aantasten. De Tijd 7 terste „lopende band", waarbij de autokoetsen van de T-Ford op het voltooide chassis rhtkwam'en aan de buitenwand van de fabriek Highland Park in Detroit. if kf e De Tijd brengt een groot verhaal over de joodse geleerde David Flusser, die een groot kenner van Jezus is. Hij beweert dat linkse christenen Jezus voor zich hebben opgeëist, maar in wezen antisemieten zijn. Op de vraag wat rechts dan met Jezus doet, als bij voorbeeld Pinochet de zoveelste ver jaardag van zijn terreurregiem viert met een mis in de kathedraal van Santiago, antwoordt Flusser. „De Christus van meneer Pinochet is de Christus van na-pasen. Daar heb ik het niet over. Daar sta ik buiten. Ik heb het over de Jezus van vóór pasen." De Tijd heeft voorts een gesprek met Koos Postema over de televisie. Koos blijkt heel sceptisch tegen het huidi ge bestel aan te kijken en er geen geloof meer ln te hebben. Als hij in een paar woorden de situatie van de televisie op dit moment samenvat, zegt hij: „Voorzichtig, verwaterd, on duidelijk en ouderwets." En verder: „Ik geloof niet dat het bestel nog levenskans heeft bij de nieuwe gene raties." P.ob Vermaas portretteert ln dit num mer van De Tijd de staatssecretaris van justitie, mevrouw mr E. A. Haars. die als volgt kennis moet hebben ge maakt met De Ruiter als haar „baas". Mevrouw Haars tot de minister: „Ja, Hervormd Nederland Hervormd Nederland heeft ln een commentaar weinig goede woorden over voor het overstapje van oud minister Duisenberg van de Tweede Kamer naar de Rabo-bank. „Het doet denken aan wat Joseph Luns inder tijd uithaalde: nauwelijks waren de voorkeursstemmen die hij voor zijn partij binnensleepte geteld, of hij ver dween naar het Navo-hoofdkwar- tier." Oud-rechter J. van Andel. voor zitter van de commissie die zich buigt over de zogenaamde alternatieve straffen, zegt in een interview dat echt slechte mensen niet bestaan en dat de burgerman niet mag bepalen wat crimineel gedrag is. Bert van Duijn, hoofdredacteur van het week blad, brengt een beschouwing over het boek van Everardo Ramirez Toro, een vertaling van het evangelie voor onderdrukten in Zuid-Amerika. Cees Veltman analyseert de democratise ring van het onderwijs, terwijl de publicist dr. 8.C. Derksen ingaat op Ivan niichs opvattingen over onder wijs. „Uiterst rechtse kringen in West-Duitsland beginnen zich steeds feller te mengen in de ontwikkelingen in Namibië, het vroegere Zuidwest- Afrikaconstateert Sietse Bosgra, die deze belangstelling onder meer verklaart uit de omstandigheid dat nog steeds veel Duitsers in Namibië leven. Ook in Hervormd Nederland aandacht voor een eventueel herle ven van de koude oorlog. PvdA-bui- tenland-speciallst Harry van den Bergh schrijft dat hij de reacties van het Westen op de niet te weerspreken machtspolitiek van de Russen in Afrika verontrustend vindt: „zo wei nig geïnspireerd op respect voor de soevereiniteit van de Afrikaanse vol keren." Haagse Post „Je koopt pakweg duizend oude hui zen voor 30.000 gulden per stuk, splitst ze in vier aparte etagewonin gen en die verkoop je elk voor 70 mille, tel uit je winst", schrijft in de Haagse Post William Rothuizen, die aan de kaak stelt hoe oude en nieuwe beleggers zich op de oude woningen in de grote steden storten als een „hebberige zwerm gieren". De Amerikaanse VN-ambassadeur Young zegt in een uit U.S. News and World Report overgenomen interview nog eens dat de Cubanen in Afrika geen enkele Amerikaans belang scha den. Integendeel: „De Angolezen be schermen met Cubaanse troepen onze economische belangen." HP kondigt op de titelpagina een reportage over het ziekenhuis aan: „De patiënt als gevangene". Maartje van Putten lag in 1977 drie maanden in het ziekenhuis en keerde in 1978 als verslaggeefster terug, waarbij ze de bevestiging zag van haar ervaringen, dat patiënten als een onmondig kind behandeld worden, hoe ze moeten zeuren om ingelicht te worden over hun ziekte en aan wat voor vergissin gen ze worden blootgesteld. „Ze ver gissen zich op dat laboratorium blijk baar nogal eens. Van de week kwa men ze vief keer terug voor bloed. De eerste keer was de proef mislukt, de tweede keer zat het bloed in het ver keerde buisje en de derde keer viel het buisje stuk." In HP krijgt het 70-jarig bestaan van de Rooie Vrouwen ln de PvdA veel aandacht. Emma Brunt constateerde bij de feestviering op de Paasheuvel dat politieke mondigheid en het recht op arbeid voor vrouwen na die afgelo pen zeventig jaar nog steeds moeten worden verdedigd. Vrij Nederland Vrij Nederland brengt op de voorpagi na een artikel, dat signaleert dat in vloedrijke CDA'ers de top van de Rabobank, de nieuwe baas van ex- minister Duisenberg. beheersen. De zelfde CDA-lobby, die volgens Feike Salverda en Vincent Bakker op het punt van de grondpoiitiek het kabi net-Den Uyl „om zeep hielp." De KNBTB, de Katholieke Nederlandse Boeren- en Tuinders Bond en de CBTB, (protestantse evenknie) be heersen de Rabobank, die „de oud minister van financiën voor een kwart miljoen wegkocht uit de oppo sitie" en hem frequent zal moeten doen omgaan met de Van Lanschot- commissarissen. Plet Steenkamp en drs. Schmelzer, oud-KVP-fractlelei- der, aldus VN. Joop van Tijn heeft in Washington nagetrokken hoe de Amerikanen aankijken tegen de Ne derlandse rol in de Navo: „Uw strijd krachten tellen Iets minder man schappen dan ons Korps Mariniers" en „Nederland is de trendsetter van de kleinere landen." Bibeb interviewde Chris van Veen, de voorzitter van het VNO. die onder meer laat weten blij te zijn met het kabinet-Van Agt: „Het besef breekt door dat we weer met de benen op de grond moeten. Progressieve bellebla- zerij is wel leuk, maar niet als de deurwaarder op de stoep staat." In een artikel over de Nederlandse bijdrage aan de bewapeningswedloop wordt vastgesteld dat Den Uyl en de anderen zonder kabinetsberaad fre gatten wilden leveren aan de sjah van Iran. André van der Louw, burge meester van Rotterdam, krijgt kri tiek van links zowel als rechts maar slaagt er volgens prof. Chrlstiaanse, die CDA-lijsttrekker In het Rotter damse was. aardig in zich los te ma ken van „zijn ideologische achter grond. die een belemmering vormde voor zijn relatie met de zakenwereld aldus Hans Smits ln een beschouwing over het functioneren van de voorma lige Nieuw Linkser als burgervader. De Nieuwe Linie In de Nieuwe Linie komt de privacy van de burger indringend aan de orde. Jan Holvast vergelijkt aan de hand van een voordracht van de Amerikaan Robert Ellis Smith, bij uitstek deskundig op dit terrein, de- privacy in Amerika met die in Neder land. Het verschil met Nederland ls niet groot te noemen: „Ook bij ons databanken waar onnoemelijk veel gegevens opgeslagen liggen, ook bij ons wordt de sollicitant vaak geeste lijk uitgekleed, ook bij ons wordt met foto en video gewerkt om de mensen te bespieden Bovendien ont breekt in Nederland in tegenstel ling tot andere landen de broodno dige wetgeving. Ziekenfondsdirecteur H. C. v.d. Hoe ven van het ziekenfonds AZIVO stelt in een interview vast dat de algemene volksverzekering ziektekosten er ze ker za) komen De Nieuwe Linie heeft in een groot artikel prof. Herman van Aalderen, vertrouwensarts van de drie RAF-gedetineerden in Neder land, aan het woord gelaten, een nog al ontluisterend verhaal over de situ atie van deze drie. Anton Constandse schrijft op de voorpagina over de Zuidamerikaanse staat Peru, een somber artikel over de verpaupering van dit land. G. H. ter Schegget bespreekt een heruitga ve van „De christen in de maatschap pij", een in 1919 gehouden rede van de theoloog Karl Barth Ter Schegget wijst er met nadruk op dat Barth zijn hoorders geen religieus socialisme voorhield, „het socialisme niet wilde dopen." „De grote wereld en de kleine Eliza beth" en „De andere wereld van de Elizabeth" door Adriaan Hoekmeijer. Uitgave De Boer .Maritiem, prijzen resp. IS en 27.S0, 246 en 204 pag. Er zijn mensen die er, in de kuip van hun open boot of kajuitzeiljacht, van dromen een wereldreis te maken Er zijn er slechts enkelen, die dat werke lijk doen Adriaan Hoekmeijer gooide de landvasten van zijn grondig ver bouwde Elizabeth los in 1968. nam vrouw, foto- schilder- en tekenattri buten mee over zeeën en oceanen en noteerde de vele belevenissen In het najaar van 1974 keerde het echtpaar weer ln het vaderland, in gezelschap van een dochter, die tijdens de tocht op Curasao werd geboren. Hoekmeij er weet en de zeilen en de pen te voeren. Het eerstgenoemde boek ls een fotoreportage met een aangepas te tekst. In het tweede werk staan minder illustraties maar worden de zelfde avonturen uitvoeriger aan het papier toevertrouwd. Het ging vaak geenszins van een leien dakje. Vertrouwd met schiemans- werk lukte het de bemanning Steeds weer de financiële touwtjes aan el kaar tc knopen. „Grootspraak en flinkdoenerij horen misschien bij het onderwerp," aldus Hoekmeijer. „oceanen worden bedwongen en zeeén geregeerd. Wij hebben geleerd ons heel klein te voelen op de uitge strektheid van de oceanen Er was nooit behoefte om te regeren of te trotseren en toch geloof ik dat Je meer risico's loopt In het verkeer dan bij een weloverwogen zeiltocht rood de weceld

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1978 | | pagina 11